Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen;
gelezen het voorstel van 16 december 2014, nummer getal;
overwegende dat de Wmo 2015 op 1 januari in werking treedt ;
gelet op de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Dalfsen 2015
;
b e s l u i t:
vast te stellen “Besluit maatschappelijke ondersteuning”
Besluit maatschappelijke ondersteuning
Artikel 1. Hoogte pgb
- 1.
Het tarief voor een pgb:
- a.
is gebaseerd op een door de cliënt opgesteld plan over hoe hij
het pgb gaat besteden;
- b.
is toereikend om effectieve en kwalitatief goede zorg in te
kopen, en
- c.
bedraagt ten hoogste de kostprijs van de in de betreffende
situatie goedkoopst adequate maatwerkvoorziening in natura.
- 2.
De hoogte van een pgb voor dienstverlening is opgebouwd uit
verschillende kostencomponenten, zoals salaris, vervanging tijdens
vakantie, verzekeringen en reiskosten
- 3.
De hoogte van een pgbvoor een zaak wordt bepaald op ten
hoogste de kostprijs van de zaak die de aanvrager op dat moment zou
hebben ontvangen als de zaak in natura zou zijn verstrekt. Als de
naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft, wordt de
kostprijs daarop gebaseerd, met een looptijd gelijk aan de verkorte
termijn waarop de zaak technisch is afgeschreven, rekening houdend met
onderhoud en verzekering. Als de naturaverstrekking een nieuwe
voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, rekening
houdend met een eventueel door de gemeente te ontvangen korting en
rekening houdend met onderhoud en verzekering.
- 4.
De hoogte van een persoonsgebonden budget voor beschermd wonen wordt
bepaald op basis van een naar aard en omvang oplopend percentage tot
maximaal 75,1% van de in de bijlage 1 van dit besluit gehanteerde
kostprijzen van de maatwerkvoorzieningen beschermd wonen in natura.
- 5.
De bedragen voor een persoonsgebonden budget voor hulp bij het
huishouden bedragen tot 1 juli 2015:
- a.
voor hulp bij het huishouden (HH1) € 16,93 per uur;
- b.
voor hulp bij het huishouden waarvoor bijzondere deskundigheden
zijn vereist, door een persoon die daarvoor is opgeleid,
werkzaam voor een instelling met HKZ keurmerk (HH2), € 21,49 per
uur;
- c.
vergoeding voor hulp bij het huishouden volgens HH1 bedraagt
maximaal € 15,39 per geleverd uur, wanneer er sprake is van een
arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de
Wet op de loonbelasting 1964, mits de aanvrager een overeenkomst
heeft gesloten met een servicebureau PGB die de volgende zaken
voor aanvrager regelt:
- -
- -
- -
- -
verzekering voor de loonbetaling bij vervanging bij
ziekte;
- -
werkgeversaansprakelijkheidsverzekering;
- -
controle en financiële verantwoording naar de
gemeente;
- -
actieve bemiddeling en vervanging bij ziekte en
vakanties;
- -
verzorgen van de declaraties naar de gemeente van het
PGB op basis van de werkelijk gewerkte uren, conform het
gemeentelijk format;
- -
aanleveren van de werkelijk gewerkte uren aan het CAK
voor berekening van de eigen bijdrage voor de cliënt;
Artikel 2. Bijdrage voor maatwerkvoorzieningen of pgb’s
- 1.
Bij verstrekking van een maatwerkvoorziening dan wel een
persoonsgebonden budget in het kader van de maatschappelijke
ondersteuning is een bijdrage verschuldigd.
- 2.
In afwijking van artikel 25, eerste lid geldt dat geen bijdrage is
verschuldigd voor:
- a.
- b.
voorzieningen voor personen jonger dan 18 jaar met uitzondering
van de bijdrage voor een maatwerkvoorziening zoals genoemd in
art. 10 lid 6 van de verordening;
- c.
financiële tegemoetkoming;
- d.
de onderhoudskosten, de reparaties en de keuringskosten van
voorzieningen
- 3.
De bedragen per vier weken, de inkomensbedragen en de percentages die
gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die
genoemd in artikel 3.8, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit Wmo
2015.
- 4.
In uitzondering op artikel 25 lid 3 van dit besluit geldt voor beschermd
wonen dat de bijdrage wordt berekend volgens artikel 3.11 en 3.12 van
het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015. Voor opvang geldt dat de bijdrage wordt
berekend volgens artikel 3.20 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.
- 5.
De eigen bijdrage voor de maatwerkvoorziening huishoudelijke hulp
bedraagt maximaal de kostprijs van de voorziening, inhoudende:
- ·
bij hulp via aanbieders: voor HH1 € 19,63 en voor HH2 € 22,29
per uur, jaarlijks te indexeren op basis van de
overheidsbijdrage in de arbeidsontwikkeling (OVA);
- ·
bij een persoonsgebonden budget: het vastgestelde bedrag per
uur, zoals bepaald in artikel 1.5.
- 6.
Voor een traplift wordt een eigen bijdrage van maximaal € 1500,-
gevraagd, deze wordt in een periode van negenendertig maal vier weken in
rekening gebracht.
- 7.
Voor een scootmobiel wordt een eigen bijdrage van maximaal € 1500,-
gevraagd, deze wordt in een periode van negenendertig maal vier weken in
rekening gebracht.
- 8.
Een persoonsgebonden budget wordt bruto verstrekt. Dit houdt in dat de
cliënt zelf de eigen bijdrage aan het CAK betaalt. De eigen bijdrage mag
niet in mindering worden gebracht op de in te kopen voorziening.
- 9.
De eigen bijdrage voor begeleiding bedraagt maximaal € 25,- per uur of
per dagdeel.
- 10.
Lid 9 is niet van toepassing voor gebruikers van begeleiding die vallen
onder het overgangsrecht zoals omschreven in artikel 8.3 Wmo.
Artikel 3. Waardering mantelzorgers
De jaarlijkse waardering voor mantelzorgers vanaf 2016 wordt in 2016
uitgewerkt en voor 1 mei 2016 opgenomen in het Besluit maatschappelijke
ondersteuning.
Artikel 4 Tegemoetkoming voor kosten taxi, rolstoeltaxi, autoaanpassing
- 1.
Voor de vaststelling van de hoogte van de vergoeding wordt uitgegaan van
de volgende normbedragen per jaar:
- a.
voor gebruik van een (eigen) auto of vervoer door derden is het
normbedrag € 535;
- b.
voor het gebruik van een bruikleenauto is het normbedrag €
300
- c.
voor het gebruik van een taxi bedraagt het normbedrag €
1070.
- 2.
Indien de werkelijke kosten van het taxivervoer voor het regionale
vervoer aantoonbaar hoger zijn dan de bedragen genoemd onder c in het
vorige lid, dan kan de persoon met een beperking in aanmerking komen
voor een gemaximeerde vergoeding (inclusief het normbedrag) van € 3.300
voor het gebruik van een taxi.
- 3.
Indien een vervoersvoorziening wordt toegekend, zijnde: gebruik van een
eigen auto of vervoer door derden, gebruik van een bruikleenauto, en
gebruik van een (rolstoel)taxi , aan beide gehuwden of samenwonende
partners bedraagt de financiële tegemoetkoming per persoon maximaal 75%
van het in lid 1 en 2 genoemde bedrag.
- 4.
Indien de persoon met beperkingen als gevolg van een beperkte deelname
aan het maatschappelijk verkeer een lagere vervoerbehoefte heeft, wordt
de financiële tegemoetkoming evenredig verlaagd.
- 5.
Waar nodig kan de gemeente degene aan wie een vervoersvoorziening is
toegekend, verplichten een overzicht bij te houden en in te leveren van
de verreden kilometers in het kader van de voorziening.
Artikel 5 Tegemoetkoming verhuiskosten, sportrolstoel en bezoekbaar maken
woning
- 1.
De vergoeding voor verhuiskosten- en herinrichtingskosten bedraagt
maximaal € 2.730 en wordt vastgesteld op grond van de werkelijke kosten
van de verhuizing en herinrichting waarbij onder herinrichting wordt
verstaan de kosten van vloerbedekking, gordijnen, vitrages, behang en
verf.
- 2.
Aanschaf en onderhoud van een sportrolstoel bedraagt:€ 3.500, dit wordt
maximaal één keer per drie jaar verstrekt;
- 3.
Maximale vergoeding voor het bezoekbaar maken van een woning
bedraagt: € 2.730
Artikel 6 Indexering
Burgemeester en wethouders kunnen jaarlijks per 1 januari de in het kader
van dit besluit geldende bedragen verhogen of verlagen conform de
ontwikkelingen van de Centraal Bureau voor de Statistiek prijsindex voor
gezinsconsumptie.
Artikel 7 Inwerkingtreding
Het “besluit maatschappelijke ondersteuning” treedt in werking op 1 januari
2015. Deze beleidsregels zijn een nadere invulling van de verordening en
treden in werking na besluitvorming door het college.
Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de
gemeente Dalfsen in haar vergadering van dag-maand-jaar.
de burgemeester, de secretaris-directeur,
drs. H.C.P. Noten drs. J.H.J. Berends
Inhoudsopgave
Besluit maatschappelijke ondersteuning
Artikel 1. Hoogte pgb
Artikel 2. Bijdrage voor maatwerkvoorzieningen of pgb’s
Artikel 3. Waardering mantelzorgers
Artikel 4 Tegemoetkoming voor kosten taxi, rolstoeltaxi,
autoaanpassing
Artikel 5 Tegemoetkoming verhuiskosten, sportrolstoel en
bezoekbaar maken woning
Artikel 6 Indexering
Artikel 7 Inwerkingtreding