Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Papendrecht

Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Papendrecht

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatiePapendrecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Jeugdhulp gemeente Papendrecht
CiteertitelBeleidsregels Jeugdhulp gemeente Papendrecht
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht, artikel 4:81 lid 1, 4:83 en artikel 1:3 lid 4
  2. Verordening Jeugdhulp gemeente Papendrecht

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201512-02-2016Nieuwe regeling

16-12-2014

Gemeenteblad, 24-12-2014

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Papendrecht

Het college van de gemeente Papendrecht,

 

overwegende dat,

 

  • .

    het gewenst is om beleidsregels vast te stellen omtrent invoering van de Jeugdwet

     

omdat in de Verordening Jeugdhulp gemeente Papendrecht de verplichtingen van de gemeente staan als gevolg van de invoering van de Jeugdwet. In de verordening is ruimte gelaten aan het college voor de uitwerking van een aantal zaken in nadere regels.

 

gelet op

  • ·

    artikel 4:81 lid 1, 4:83 en artikel 1:3 lid 4 Algemene wet bestuursrecht;

  • ·

    de artikelen van de Verordening Jeugdhulp gemeente Papendrecht;

     

besluit vast te stellen

 

Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Papendrecht

Artikel 1. Weigering van een PGB
  • 1.

    Verstrekking van een voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt niet plaats indien het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben met het omgaan met een persoonsgebonden budget. Hiervan is sprake:

    • a.

      bij verslaving of problemen van psychische aard;

    • b.

      als bij schulden beslaglegging op het persoonsgebonden budget dreigt;

    • c.

      als overigens mag worden verwacht dat het persoonsgebonden budget niet zal worden besteed waarvoor het is bedoeld.

  • 2.

    Verstrekking van een voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt niet plaats als op voorhand vast staat dat binnen korte tijd vervanging van de voorziening nodig is.

  • 3.

    Verstrekking van een voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt niet plaats ter vervanging van een voorziening in natura waarvan de afschrijftermijn nog niet is verstreken.

  • 4.

    Verstrekking van een voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt niet plaats indien bekend is dat belanghebbende op een zodanige termijn gaat verhuizen dat de afschrijftermijn ten tijde daarvan nog niet zal zijn verstreken.

Artikel 2. Verantwoording van het PGB
  • 1.

    De verantwoording van het persoonsgebonden budget door de budgethouder aan het college vindt steekproefsgewijs plaats waarbij de omvang van de steekproef aan de hand van een risico inschatting wordt bepaald;

  • 2.

    De budgethouder voert een deugdelijke administratie.

Artikel 3. Kwaliteitseisen voor PGB hulpaanbieders

In aanvulling op de in hoofdstuk 4 van de Wet gestelde eisen gelden de volgende kwaliteitseisen voor professionele hulpaanbieders:

  • a.

    Een hulpaanbieder mag niet op de zwarte lijst van de gemeente staan vanwege ondeskundige zorg, het handelen in strijd met de Jeugdwet, het Besluit en de gemeentelijke voorwaarden en beleid, misleiding, fraude en uitbuiting personeel.

  • b.

    Hulpaanbieders zijn verplicht te melden in de verwijsindex (VIR) en hanteren de meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling.

  • c.

    Hulpaanbieders kunnen de grenzen van het eigen kunnen en bevoegdheden inschatten en aangeven wanneer specialistische ondersteuning is gewenst, bijvoorbeeld van uit het flexibele aanbod dan wel specialistische hulp.

  • d.

    De hulpaanbieder werkt actief samen met ander jeugdhulpverleners, zoals de Jeugdteams, wanneer sprake is van een bedreiging van de veiligheid of welzijn van de jeugdige of betrokkenen.

Artikel 4 Slotartikel

  • 1.

    Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Papendrecht

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking per 1 januari 2015.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 16 december 2014

De plv. secretaris, De burgemeester

 

 

M. Boogmans, C.J.M. de Bruin.