Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Maastricht

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Maastricht

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Maastricht
Officiële naam regelingVerordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Maastricht
CiteertitelVerordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Maastricht
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 213a

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-10-200313-08-2013nieuwe regeling

14-10-2003

Onbekend

Volgno. 92-2003

Tekst van de regeling

Intitulé

VERORDENING ONDERZOEKEN DOELMATIGHEID EN DOELTREFFENDHEID VAN DE GEMEENTE MAASTRICHT

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.doelmatigheid:

het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen.

b.doeltreffendheid:

de mate waarin de gewenste prestaties en de beoogde maatschappelijke effecten van het beleid ook daadwerkelijk worden behaald.

c.dienst:

zelfstandig organisatieonderdeel binnen de gemeentelijke organisatie belast met een functionele taakstelling, dat volgens het sturingsprincipe van integraal management wordt geleid en door middel van een eigen planning & controlcyclus wordt beheerst.

Artikel 2. Onderzoeken

  • 1.

    Het college voert themagewijs doelmatigheidsonderzoeken uit. De thema bepaalt of het onderzoek op dienstniveau of op afdelingsniveau moet plaatsvinden.

  • 2.

    Het college toetst de doeltreffendheid en de doelmatigheid van (delen van) programma’s en paragrafen van de begroting.

Artikel 3. Onderzoeksplan

  • 1.

    Het college zendt ieder jaar een onderzoeksplan naar de raad van de in het erop volgende jaar te verrichten interne onderzoeken naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid. Dit onderzoeksplan zal vanaf begrotingsjaar 2005 opgenomen worden in de begroting.

  • 2.

    In het onderzoeksplan wordt per intern onderzoek globaal aangegeven:

    • a.

      het object van onderzoek;

    • b.

      de reikwijdte van het onderzoek;

    • c.

      de onderzoeksmethode;

    • d.

      doorlooptijd van het onderzoek;

    • e.

      de wijze van uitvoering;

    • f.

      welke budgetten in de productenraming zijn opgenomen voor de uitvoering van de onderzoeken;

    • g.

      wie het onderzoek gaat uitvoeren(opdrachtnemer);

    • h.

      de considerans van het onderzoek.

Artikel 4. Voortgang onderzoeken

Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting en jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid en de uitputting van de bijbehorende budgetten.

Artikel 5. Rapportage en gevolgtrekking

  • 1.

    De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een rapportage. Elke rapportage bevat tenminste een analyse van de onderzoeksresultaten en indien nodig aanbevelingen voor verbeteringen.

  • 2.

    Op basis van de resultaten van ieder onderzoek stelt het college indien nodig een plan van verbetering op. De rapportage en het plan van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden. Het college neemt op basis van het plan van verbetering maatregelen.

  • 3.

    Om vast te stellen of het gewenste resultaat van de aanbevelingen voortkomend uit een onderzoek is gerealiseerd, wordt een vervolgonderzoek gehouden binnen een door het college vast te stellen termijn.

Artikel 6. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 14 oktober 2003, met dien verstande dat ze van toepassing is voor begrotingsjaar 2004 en verder.

Artikel 7. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Maastricht”.