Organisatie | Opmeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2015 |
Citeertitel | Verordening forensenbelasting 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, artikel 223
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-01-2016 | Nieuwe regeling | 18-12-2014 Gemeenteblad d.d. 23-12-2014 | RVS 10.68 d.d. 9-12-2014 |
De raad van de gemeente Opmeer;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2014;
gelet op het advies van de commissie en Verantwoording van 27 november 2014;
gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;
Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting 2015.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning:
een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
1 De belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen zoals die voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld.
2 Ingeval geen heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen is vastgesteld, wordt de belasting berekend naar de waarde.
3 De vaststelling van de waarde bedoeld in het tweede lid geschiedt overeenkomstig de artikelen 220 tot en met 220d van de Gemeentewet.
In afwijking van het eerste lid geldt, zo lang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in ten hoogste negen gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.