Organisatie | Noord-Brabant |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling doe-budgetten Noord-Brabant |
Citeertitel | Subsidieregeling doe-budgetten Noord-Brabant |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | leefomgeving, sociale participatie, subsidies, financieel kader |
Geen.
Algemene subsidieverordening Noord-Brabant, art. 2
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-07-2015 | 09-04-2020 | art. 2, 6, 9, 10, 11, 12 | 14-07-2015 | 3832018 | |
01-01-2015 | 09-04-2020 | nieuwe regeling | 16-12-2014 | 3621651 |
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat Provinciale Staten op 21 september 2012 de kaderstellende nota Leefbaarheid@Brabant hebben vastgesteld;
Overwegende dat Provinciale Staten op 4 juli 2014 de motie “Doe-budgetten voor Kleine Kernen” heeft aangenomen;
Overwegende dat de provincie de leefbaarheid wil versterken door het stimuleren van kleine experimenten waarin burgerparticipatie en maatschappelijke initiatieven ruimte krijgen;
Overwegende dat in het Bestuursakkoord “10 voor Brabant” is opgenomen dat provinciaal budget, voortkomend uit een eventuele onderuitputting van de Integrale Dorpsontwikkelingsplannen toegevoegd wordt aan het budget voor leefbaarheid;
In deze regeling wordt verstaan onder leefbaarheid: mate waarin de leefomgeving aansluit bij de voorwaarden en behoeften die er door de burger aan worden gesteld.
Subsidie kan worden aangevraagd door verenigingen en stichtingen met een maatschappelijke doelstelling.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op het versterken van de leefbaarheid.
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen alle kosten voor subsidie in aanmerking.
Artikel 8 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 7 komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
Artikel 9 Vereisten subsidieaanvraag
Subsidieaanvragen voor subsidies als bedoeld in artikel 4 worden ingediend binnen de tenderperiode van:
De hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 4, bedraagt 50% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 5.000 per project.
Iedere subsidieaanvrager die in dezelfde periode een volledige aanvraag heeft ingediend die voldoet aan de vereisten in deze regeling, krijgt willekeurig de presentaties bedoeld in artikel 6 onderdeel g, onder 1e, van vijf volledig ingediende aanvragen voorgelegd, uitgezonderd zijn eigen aanvraag, en bepaalt hiervan, op basis van de mate waarin het project het beste gericht is op het versterken van de leefbaarheid, de onderlinge rangschikking door middel van het toekennen van 6, 4, 3, 2 of 0 punten waarbij 6 punten het hoogst is en 0 punt het laagst.
Indien de binnen de tenderperiode ingediende volledige subsidieaanvragen het vastgestelde subsidieplafond, genoemd in artikel 10, te boven gaan, maken Gedeputeerde Staten voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie, een afweging tussen de verschillende volledige aanvragen op basis van de mate waarin het project het beste gericht is op het versterken van de leefbaarheid.
Artikel 13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:
Artikel 14 Prestatieverantwoording
De subsidieontvanger toont desgevraagd aan dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.