Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oud-Beijerland

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOud-Beijerland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2015
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpLijkbezorgingsrechten 2015 verordening

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 229

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2016nieuwe regeling

02-12-2014

Het Kompas, 12-12-2014

z-14.16673

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2015

De raad van de gemeente Oud-Beijerland;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 november 2014, nr. Z-14.16673;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de:

 

Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2015

(Verordening lijkbezorgingsrechten 2015).

VERORDENING LIJKBEZORGINGSRECHTEN 2015

Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaats aan het Dievenpad;

  • b.

    bijzondere begraafplaats: de R.K. begraafplaats achter de R.K. Kerk in de Karel

    Doormanstraat

  • c.

    particulier graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • -

    het doen begraven en begraven houden van lijken;

  • -

    het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • -

    het doen verstrooien van as;

    • d.

      algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegen heid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • e.

    algemeenkindergraf: een algemeen graf, uitsluitend bestemd voor het begraven van kinderen beneden de 12 jaar;

  • f.

    particulier urnengraf: een graf, grafkelder kelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

g.urnennis: een nis, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • h.

    as: de as van een overleden persoon;

  • i.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • j.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • k.

    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid;

  • l.

    grafbedekking: gedenktekens op een graf:

  • m.

    gedenkteken: een voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften en/of figuren;

n.beheerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding over de

gemeentelijke begraafplaats of degene die hem vervangt;

o.rechthebbende: een natuurlijk of rechtspersoon aan wie het uitsluitend recht is verleend voor een particulier graf, urnengraf of urnennis.

Artikel 2 - Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats en, daar waar aangegeven, met de bijzondere begraafplaats.

Artikel 3 - Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 - Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 - Belastingjaar

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten, genoemd in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel, die per jaar worden geheven (onderhoud per jaar) is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2.

    Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 5.4 van de tarieventabel (afkoop onderhoud) is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 6 - Wijze van heffing

  • 1.

    De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 5.2 en 5.4 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag, met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.

  • 2.

    Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 5.2 en 5.4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekengemaakt.

Artikel 7 - Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten

  • 1.

    De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 5.4 van de tarieventabel (afkoop onderhoud) zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel(onderhoud per jaar) zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingjaar (1 januari).

Artikel 8 - Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 5.2 en 5.4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 - Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 1 maand na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde

    termijn.

Artikel 10 - Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 - Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 12 - Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2014’ van 3 december 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

  • 5.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2015'.

     

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Oud-Beijerland van 2 december 2014.

 

De griffier, de voorzitter,

E.G. Bunt K. Tigelaar

 

Tarieventabel

behorende bij de 'Verordening lijkbezorgingsrechten 2015'

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

1.1

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een particulier graf wordt geheven:

 

 

1.1.1

Particulier graf 2-laags:

-voor een periode van 40 jaar

-voor een periode van 25 jaar

-voor een verlenging met 10 jaar

1.952,75

1.220,40

495,30

1.1.2

Particulier graf 1-laags:

-voor 25 jaar

-voor een verlenging met 10 jaar

612,10

248,35

1.2

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:

 

 

1.2.1

-voor een periode van 25 jaar

-voor een verlenging met 10 jaar

463,90

185,55

1.3

Voor het verlenen van het recht op een urnennis wordt geheven:

 

 

1.3.1

-voor een periode van 25 jaar

-voor een verlenging met 10 jaar

463,90

185,55

Hoofdstuk 2 Gebruik algemeen graf

2.1

Voor het gebruik van een algemeen graf wordt geheven:

 

 

2.1.1

-voor een periode van 15 jaar

183,30

2.1.2

-voor een kindergraf

0,00

Hoofdstuk 3 Begraven op de begraafplaats en de bijzondere begraafplaats

3.1

Voor het begraven van een overledene van 12 jaar of ouder wordt geheven

425,50

3.2

Voor het begraven van een overledene van 2 jaar en ouder tot 12 jaar, wordt geheven

212,70

3.3

Voor het begraven van een overledene beneden 2 jaar wordt geheven

106,35

3.4

Voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 3.1, 3.2 en 3.3 verhoogd met:

137,40

3.5

Onder buitengewone uren wordt verstaan de tijden zoals aangegeven in de Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats.

 

 

Hoofdstuk 4 Bijzetten van asbussen en urnen

4.

Voor het plaatsen of bijzetten van een asbus of urn wordt geheven :

 

 

4.1.

In een urnennis, urnentuin of particulier graf

93,30

Hoofdstuk 5 Grafbedekking en onderhoud begraafplaats

5.1

Voor het afgeven van een vergunning ter zake van het plaatsen of vernieuwen van de voorwerpen, bedoeld in de Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats, wordt geheven:

 

 

5.1.1

voor de aanleg van een grafkelder

1.479,85

5.1.2

voor het plaatsen van gedenktekenen of andere voorwerpen; per vergunning

128,30

 

 

 

 

5.2

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van de begraafplaats c.q. een grafruimte, wordt geheven per grafruimte per jaar

 

 

5.2.1

voor een particulier graf

106,15

5.2.2.

voor een algemeen graf

68,10

5.2.3

voor een algemeen kindergraf

68,10

5.2.4

voor een particulier urnengraf dan wel urnennis

25,70

 

 

 

 

5.3

Vervallen

 

 

 

 

 

 

5.4

Afkoop onderhoud

 

 

5.4.1

Particulier graf en algemeen kindergraf:

de rechten als bedoeld in onderdeel 5.2.1 en 5.2.4 kunnen worden afgekocht:

 

·door voldoening van een bedrag bepaald volgens onderstaande tabel. De afkoopsom bedraagt de contante waarde van de op het tijdstip van afkoop nog te verschijnen belastingbedragen, en wordt berekend door vermenigvuldiging van het jaarlijkse belastingbedrag met de hierna te noemen factor.

 

 

 

Aantal jaren waarvoor wordt afgekocht:

10 jaar

25 jaar

40 jaar

Vermenigvuldigings-

factor:

Part. graf: Urnengraf/nis:

8 : € 849,20 € 205,60

20 : € 2.123,00 € 514,00

28 : € 2.972,20 ------------

 

 

5.4.2

Algemeen graf: de rechten als bedoeld in onderdeel 5.2.2 en 5.2.3 kunnen worden afgekocht:

 

 

 

·Door voldoening van een bedrag bepaald volgens onderstaande tabel. De afkoopsom bedraagt de contante waarde van de op het tijdstip van afkoop nog te verschijnen belastingbedragen, en wordt berekend door vermenigvuldiging van het jaarlijkse belastingbedrag met de hierna te noemen factor.

 

 

 

Aantal jaren waarvoor wordt afgekocht:

5 jaar

10 jaar

15 jaar

Vermenigvuldigings-factor:

4 : € 272,40

8 : € 544,80

12 : € 816,20

 

 

Hoofdstuk 6 Lijkschouwing

6.1

Voor het schouwen van een overledene door een gemeente- lijke lijkschouwer wordt geheven:

140,80

Hoofdstuk 7 Inschrijven en overboeken van graven en urnennissen

7.1.1

Voor het wijzigen rechthebbende graven in een daartoe bestemd register wordt geheven

26,05

7.1.2

Voor het wijzigen rechthebbende van urnengraven in een daartoe bestemd register wordt geheven

26,05

7.1.3

Voor het wijzigen rechthebbende van urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven

26,05

Hoofdstuk 8 Opgraven, ruimen en verstrooien

8.1

Voor het opgraven van een overledene wordt geheven

306,35

8.2

Voor het na opgraven weer opnieuw begraven in hetzelfde graf wordt geheven

306,35

8.3

Voor het na opgraven weer begraven in een ander graf wordt geheven

306,35

8.4

Voor het opgraven of verwijderen van een asbus wordt geheven:

 

 

8.4.1

uit een particulier graf

306,35

8.4.2

uit een urnengraf

89,40

8.4.3

uit een urnennis

89,40

8.5

Bij het weer terugplaatsen c.q. herbegraven van de asbus wordt geheven

89,40

8.6

Bij het weer terugplaatsen van de asbus in een particulier graf wordt geheven

89,40

8.7

Voor het verstrooien van as wordt per asbus geheven:

 

 

8.7.1

in een particulier graf

89,40

8.7.2

op de verstrooiingsplaats

89,40

Hoofdstuk 9 Overige heffingen

9.1

Voor het gebruik van de aula tijdens de begrafenisplechtigheid wordt geheven

331,55

9.2

Voor het gebruik van de aula ten behoeve van condoléance anders dan op de dag van de begrafenis, wordt geheven

331,55

9.3

Voor het luiden van de klok wordt geheven per kwartier

19,10

9.4

Voor het opbaren van een lijk in de daarvoor bestemde ruimte wordt geheven per etmaal

28,70

Behorende bij raadsbesluit van 2 december 2014.

De griffier van Oud-Beijerland,

E.G. Bunt

TOELICHTING

Voor de duidelijkheid en om misverstanden te voorkomen kiezen we ervoor om ook voor 2015 een volledig nieuwe verordening lijkbezorgingsrechten vast te stellen. Inhoudelijk is de verordening ten opzichte van de vorige niet gewijzigd.

Overeenkomstig het vastgestelde beleid zijn de tarieven ten opzichte van 2014 verhoogd met 1,5 % (inflatie).

Een viertal tarieven (3.1 t/m 3.4) worden verhoogt met 5 % plus 1,5 % inflatie als gevolg van de in januari 2012 vastgestelde Kostprijsnotitie verordening lijkbezorgingsrechten.