Organisatie | Overijssel |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Reglement Voorbereidingscommissie Inrichting Landelijk Gebied |
Citeertitel | Reglement Voorbereidingscommissie Inrichting Landelijk Gebied |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
In verband met de opheffing van de Dienst Landelijk Gebied is een gewijzigde versie van dit reglement vastgesteld.
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 6-1-2015
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Provinciaal Blad nr. 2014/0352708, uitgegeven op 8 januari 2015
Wet inrichting landelijk gebied,
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-01-2015 | wijziging artikel(en) | 06-01-2015 Provinciaal Blad nr. 2014/0352708, uitgegeven op 8 januari 2015 | 2014/0352708 | ||
23-08-2007 | 09-01-2015 | nieuwe regeling | 14-08-2007 Provinciaal Blad nr. 2007-59, uitgegeven op 21 augustus 2007 | - |
Dit reglement is van toepassing op door Gedeputeerde Staten van Overijssel ingestelde ‘Voorbereidingscommissies Inrichting Landelijk Gebied'.
De leden, waaronder de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter, worden voor een periode van vijf jaar benoemd door Gedeputeerde Staten. Een lid kan na afloop van zijn zittingsperiode terstond, maar maximaal eenmaal worden herbenoemd. Bij zwaarwegende redenen kunnen Gedeputeerde Staten ertoe besluiten om een lid voor een derde periode te herbenoemen.
Artikel 7. Ontbinding commissie
De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag waarop Gedeputeerde Staten het inrichtingsplan hebben vastgesteld.
Artikel 10. Vergaderingen en uitnodigingen
Tegelijkertijd met de uitnodiging draagt de secretaris zorg voor openbare kennisgeving van de vergadering. Daarbij geeft hij aan op welke plaats de agenda en bijbehorende stukken ter inzage liggen. 5. Ieder lid van de commissie kan schriftelijk gemotiveerd via de secretaris voorstellen tot agendapunten indienen.
[Toelichting: Gedeputeerde Staten bepalen voor welk deelgebied de voorbereidingscommissie actief zal zijn. De voorbereidingscommissie zal een ontwerp-inrichtingsplan voor dit gebied voorbereiden (in lijn met de vereisten die de WILG aan een dergelijk plan stelt) en deze aan Gedeputeerde Staten aanbieden ter vaststelling. Dit is de belangrijkste taak van de commissie. Gedeputeerde Staten zullen vervolgens het plan ter inzage leggen en vaststellen.
Bij de aanbieding van het ontwerpplan ter vaststelling zal ook een ontwerpplanning worden gevoegd waarin aangegeven staat wat de doorlooptijd van het gehele plan zal zijn.
De commissie geeft daarnaast advies over de in lid 2 genoemde bevoegdheden van Gedeputeerde Staten.
In lid 3 wordt aan de commissie de bevoegdheid gegeven om subcommissies in het leven te roepen. De subcommissies hebben een ondersteunende taak en geen besluitvormende bevoegdheden. Het is aan de commissie om inhoud te geven aan de samenstelling en de inhoud van de taak van de subcommissie. De taak van de commissie moet in overeenstemming blijven met de taakstelling van de commissie zelf. Het is ook mogelijk dat een commissie (delen van) haar taken door een subcommissie uit laat voeren.]
[Toelichting: Gedeputeerde Staten beslissen over de omvang van de commissie en ook welke samenstelling deze commissie zal hebben. Hierbij zullen naast de betrokken bestuursorganen ook belangenorganisaties benaderd en betrokken worden. De in lid 3 genoemde adviserende leden worden op grond van hun deskundigheid benoemd.]
[Toelichting: Na vaststelling van een advies wordt het advies aan Gedeputeerde Staten verzonden. Jaarlijks bericht de commissie Gedeputeerde Staten over de stand van zaken (planning en eventuele afwijking daarvan) rondom het voorbereiden van een inrichtingsplan. Eenmaal per jaar vindt de formele terugkoppeling aan Gedeputeerde Staten plaats via een overleg tussen de voorzitter en de portefeuillehouder namens GS.]
[Toelichting: De beslissing tot het houden van een vergadering achter gesloten deuren staat los van de beslissing tot het opleggen van geheimhouding. Geheimhouding heeft betrekking op het ter vergadering behandelde en de inhoud van de stukken. Als tot geheimhouding is besloten, heeft dit ook betrekking op het verslag van de vergadering. De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft. De bepalingen van hoofdstuk V van de Provinciewet en artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur zijn van toepassing.]
[Toelichting: Het is de secretaris toegestaan brieven en documenten te ondertekenen namens de commissie, voor zover dit past binnen de taakstelling van de commissie en zolang het gaat om feitelijke afhandeling van de taken van de commissie. Het is de secretaris niet toegestaan zelfstandig besluiten te nemen.]
[Toelichting: Van de toekenning van vacatiegelden zijn uitgesloten:
a. functionarissen in dienst van het Rijk, provincie, gemeente, of een door het Rijk, provincie of gemeente in het leven geroepen instelling, als hun benoeming haar oorzaak vindt in de functie die zij vervullen;
b. vertegenwoordigers van organisaties, als hun benoeming haar oorzaak vindt in de functie die zij vervullen.
Als leden, deskundigen, secretarissen en adjunct-secretarissen op andere wijze voor hun aandeel in de werkzaamheden van de commissie worden beloond, wordt aan hen geen vacatiegeld toegekend. Dit is conform het bepaalde in de Verordening Rechtspositie Statenleden, gedeputeerden en commissieleden 2007, vastgesteld door Provinciale Staten van Overijssel en geldig vanaf 15 maart 2007.
In plaats van vacatiegelden kunnen Gedeputeerde Staten besluiten een vaste beloning aan een commissielid toe te kennen. Voor deze vaste beloning komen in eerste instantie de voorzitter en secretaris in aanmerking, mits niet uitgesloten van vacatiegelden. Ook een vicevoorzitter kan in aanmerking komen, indien deze een aanmerkelijk deel van de voorzitterstaak vervuld.
Bij de bepaling van de vergoeding wordt rekening gehouden met:
a. de oppervlakte van het gebied;
b. het aantal eigenaren en pachters betrokken bij herverkaveling;
c. de kosten van uitvoering zoals geraamd in het inrichtingsplan;