Overheidsorganisatie | Gemeente Lopik |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2015 |
Citeertitel | Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2014 van 17 december 2013.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-12-2014 | 01-01-2016 | nieuwe regeling | 16-12-2014 | 13-1 |
De raad van de gemeente Lopik;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 november 2014;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;
b e s l u i t :
- - - - - - - -
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2015
Deze verordening verstaat onder:
begraafplaats : de algemene begraafplaats, gelegen aan de
Zuiderparklaan te Lopik;
particulier graf : een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk- of rechtspersoon het uitsluitend recht is
verleend tot:
het doen begraven en begraven houden van lijken;
het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussenmet of zonder urnen;
dubbel graf : twee naast elkaar gelegen alsmede twee onder elkaar gelegen graven, grafkelder daaronder begrepen;
algemeen graf : een graf bij de gemeente in beheer waarin aan
eenieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;
particulier urnengraf : een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoorvoor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is
verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
algemeen urnengraf : een graf bij de gemeente in beheer waarin aan
eenieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;
urnennis : een nis waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het
recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;
urn : een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
asbus : een bus ter berging van as van een overledene;
verstrooiingsplaats : een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, danwel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien.
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
2. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 5.3 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.
De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag met dien verstande dat per belastbaar feit een afzonderlijke aanslag kan worden opgelegd.
Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 5.2, van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
1. De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,--.
Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 5.2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.
Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt géén kwijtschelding verleend.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.
1. De "Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2014" van 17 december 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.
3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.
4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.
5. Deze verordening kan worden aangehaald als de "Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2015".
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Lopik, gehouden op 16 december 2014. .
de griffier, de voorzitter,
MW. MR. G.M.G. DOLDERS MW. MR. R.G. WESTERLAKEN-LOOS