Organisatie | Rheden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Reductieregeling |
Citeertitel | Reductieregeling |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Verordening wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2013. De aanvragen reductieregeling 2012 ingekomen in januari 2013 worden afgehandeld o.g.v. van de oude verordening
Gemeentewet, art. 147
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-03-2012 | 01-01-2012 | 01-01-2013 | art. 1, 2, 2a, 7 en de positieve lijst | 28-02-2012 Regiobode, 14-03-2012 | Geen |
02-04-2009 | 01-01-2009 | 01-01-2012 | Nieuwe regeling | 03-03-2009 Regiobode, 01-04-2009 | Geen |
Kosten van deelname aan activiteiten, als bedoeld in artikel 1 lid 2-d die niet zonder meer onder de in de bijlage genoemde activiteiten zijn te brengen kunnen burgemeester en wethouders ook aanmerken als kosten waarvoor een bijdrage ingevolge deze verordening kan worden toegekend. Er wordt in die gevallen gehandeld naar de strekking van de regeling.
Burgemeester en wethouders beslissen binnen 8 weken na het indienen van de aanvraag. De beslissing wordt schriftelijk meegedeeld.
De bedragen van de vergoeding onder artikel 2 en artikel 2-a kunnen niet worden overschreden. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere omstandigheden, om dringende redenen gemotiveerd afwijken van de regeling.
Artikel 108 van de gemeentewet geeft de bevoegdheid aan de gemeente om minimabeleid vorm te geven ter bevordering van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en ter voorkoming van een sociaal isolement. Deze regeling mag niet strijdig zijn met de bepalingen en de strekking van de Wet werk en bijstand. Dit betekent dat activiteiten van sportieve, culturele en sociale activiteiten op aanvraag kunnen worden vergoed.
Andere regelingen kunnen worden gezien als een regeling voor inkomenssuppletie en zijn niet toegestaan.
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de Awb niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van de Awb ook de verordening moet worden gewijzigd.
Omdat de reductieregeling geen uitwerking van de Wet werk en bijstand is wordt niet bij die begrippen aangesloten. De begrippen die verduidelijkt moeten worden zijn in het tweede lid beschreven. Voor de activiteiten die onder de vergoeding vallen is een indicatieve lijst toegevoegd aan de verordening welke gelijktijdig met de verordening door de gemeenteraad is vastgesteld.
Artikel 2 Doelgroepbepaling en vergoeding
In het eerste lid wordt de doelgroep geregeld. Voor de doelgroep wordt aangesloten bij de door de gemeenteraad vastgestelde doelgroep voor alle minimaregelingen, zijnde de ingezetenen van de gemeente met een inkomen tot een bedrag van 110% van de voor de aanvrager geldende bijstandsnorm.
In het tweede lid wordt de hoogte van de basisbijdrage per persoon geregeld.
In het derde lid wordt de relatie gelegd met de positieve lijst. De kosten die op de, indicatieve, positieve lijst staan worden altijd vergoed. Voor kosten die niet zijn benoemd besluiten burgemeester en wethouders naar de strekking van de wet. Kosten die op de negatieve lijst staan moeten worden afgewezen.
Naast het vaste basisbedrag per persoon kunnen extra vergoedingen worden toegekend voor specifieke onder artikel 2a benoemde kosten.
In het eerste lid is de extra vergoeding voor een zwemabonnement en instrumentaal muziekonderwijs geregeld. De gemeenteraad hecht er grote waarde aan dat deze activiteiten ook mogelijk zijn voor de minima en heeft daarom een extra bijdrage voor die kosten opgenomen.
In het tweede lid is een extra vergoeding voor zwemlessen geregeld.
De gemeenteraad heeft uitgesproken dat het van belang is dat inwoners (volwassenen en kinderen) over voldoende zwemvaardigheden beschikken.
Per gezinslid kan één keer vergoeding voor zwemlessen worden gegeven. Er wordt van uitgegaan dat één seizoen zwemles voldoende is voor het behalen van het zwemdiploma-A.
In het eerste lid is geregeld dat één keer per jaar een aanvraag kan worden ingediend.
De bijdrage wordt op schriftelijk verzoek (aanvraag) verstrekt ter hoogte van het totaalbedrag voor alle gezinsleden (aantal gezinsleden keer het vaste bedrag per gezinslid te verhogen met extra kosten). De aanvrager geeft aan welke kosten worden gemaakt voor alle gezinsleden gezamenlijk. De bijdrage wordt aan de aanvrager uitbetaald.
In het tweede lid is geregeld dat een aanvraag tijdig moet worden ingediend.
De aanvraag kan gedurende het gehele kalenderjaar worden gedaan en na afloop van dat kalenderjaar nog tot 1 februari van het daaropvolgende jaar. Hiermee wordt voorkomen dat lang na afloop van een kalenderjaar nog aanvragen worden ingediend. Aanvragen die na 31 januari, van het jaar volgend op het jaar waarop de kosten betrekking hebben, worden ingediend moeten worden afgewezen.
In het derde lid is bepaald dat bij de aanvraag (vooraf) geen betaalbewijzen hoeven worden meegezonden. Een verklaring dat kosten als bedoeld in artikel 1 lid 2 onder d worden gemaakt is voldoende. Dit betekent dat kosten niet hoeven te worden voorgeschoten.
In het vierde lid is geregeld dat de aanvrager met de ondertekening tevens verklaart dat hij/zij bereid is achteraf aan te tonen dat de ontvangen bijdrage is besteed voor kosten die zijn aangevraagd en op de positieve lijst voorkomen. Er is voor gekozen om niet alle aanvragers op de besteding te controleren maar dit via een steekproef te doen. Aanvragers worden daarop gewezen en verzocht de betaalbewijzen of bankafschriften te bewaren.
Dit spreekt voor zich en sluit aan bij de bepalingen van de Awb.
Artikel 5 De hardheidsclausule
Het is wenselijk om in die gevallen waar bij de uitvoering van de regeling blijkt dat een ongewenste situatie ontstaat toch een vergoeding kan worden verstrekt tot het gestelde maximum. Het gaat om situaties waarbij, ondanks een hoger inkomen zonder vergoeding een, volgens het college van burgemeester en wethouders, ongewenste situatie ontstaat of andere dringende individuele omstandigheden tot vergoeding nopen.
Artikel 6 Jaarlijkse verhoging
Met ingang van het kalenderjaar 2009 vormt de reductieregeling een doorlopende regeling. De regeling wordt niet meer jaarlijks vastgesteld. De vergoedingen voor de Reductieregeling worden daarom automatisch verhoogd op basis van de stijging van de consumenten prijsindex (CPI) zoals deze door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) wordt verstrekt. De jaarlijkse indexering wordt op alle doorlopende regelingen toegepast waardoor jaarlijkse vaststelling van de vergoeding door de Raad niet nodig is en de vergoeding in de pas blijft lopen met de kostenstijging van de te vergoeden activiteiten.
Slotbepalingen Artikel 8, 9 en 10
De artikelen 8, 9 en 10 behoeven geen nadere toelichting.
Indicatieve lijst, als bedoeld in artikel 1 lid 2-d van de Reductieregeling 2009 vast te stellen door de raad per 1 januari 2009.
Indicatieve lijst, als bedoeld in artikel 1 lid 2-d van de Reductieregeling vast te stellen door de raad per 1 januari 2009.
lidmaatschap voor verenigingen
nederlands voor anderstaligen (volwasseneneducatie)
vrouwenbonden (o.a. plattelandsvrouwen)
volksuniversiteit (cursusgeld)
telefoonabonnement vaste aansluiting
eigen bijdragen peuterspeelzaal
abonnementen voor mobiele telefoon en prepaidkaarten
(avond)opleiding(en) met een duidelijk beroepsmatig karakter
begrafenis/crematieverzekering
gemeentelijke belastingen c.q. heffingen
ziektekostenverzekering (eigen bijdrage/maandelijkse premie)
schoolkosten van kinderen van 12 tot 18 jaar voor echtparen
Deze lijst is niet volledig. Indien reductie wordt gevraagd voor zaken die niet op de positieve of negatieve lijst voorkomen zal gehandeld worden naar de strekking van de regeling.