Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Renkum

Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning Renkum 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Renkum
Officiële naam regelingBesluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning Renkum 2015
CiteertitelBesluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning Renkum 2015
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2016nieuwe regeling

16-12-2014

Gemeenteblad, 30-12-2014

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit nadere regels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Renkum 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum;

gelet op de artikelen [2, 11, derde en [vijfde] lid, 12, zesde lid, 13, tweede lid, 14, vierde lid, 16, 17, tweede lid, en 21, derde lid] van de verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning;

besluit vast te stellen het Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuningRenkum 2015

HOOFDSTUK 1: BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

De begripsbepalingen uit de wet maatschappelijke ondersteuning, hierna (wet) en het daarop berustende landelijke uitvoeringsbesluit Wmo 2015 (uitvoeringsbesluit) en de verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Gemeente Renkum 2015 (verordening), zijn van overeenkomstige toepassing op dit besluit.

HOOFDSTUK 2: MELDING, GESPREK EN AANVRAAG

Artikel 2. Gespreksverslag en handelingsplan

  • 1. Van het gesprek wordt een verslag gemaakt, waarin het oordeel van het college over de wenselijkheid van een maatwerkvoorziening wordt vastgelegd onder vermelding van de aan de cliënt kenbaar gemaakte gevolgen.

  • 2. Indien het gesprek naar het oordeel van het college leidt tot de wenselijkheid van een maatwerkvoorziening, wordt bovendien een handelingsplan opgesteld, tenzij dit gelet op de aard van de te leveren ondersteuning niet noodzakelijk is.

    a.Voor zover van toepassing kan bij het opstellen van het handelingsplan gebruik worden gemaakt van bijlage 2 en bijlage 3.

  • 3. Zo spoedig mogelijk na het gesprek verstrekt het college aan de cliënt, het gespreksverslag, in voorkomend geval het handelingsplan.

  • 4. Opmerkingen of latere aanvullingen van de cliënt worden aan het verslag of handelingsplan toegevoegd.

  • 5. Het door het college ondertekend verslag en het handelingsplan worden door de cliënt, dan wel diens vertegenwoordiger, voor akkoord ondertekend.

Artikel 3. De aanvraag

Een voor akkoord ondertekend verslag van het gesprek en, in voorkomend geval, een ondertekend handelingsplan worden door het college als complete aanvraag voor een maatwerkvoorziening beschouwd.

Artikel 4. Advisering

Het college wijst een vaste gecontracteerde arts aan betreffende het uitbrengen van medisch advies, kosteloos voor de cliënt tenzij anders vermeld, in het kader van een zorgvuldige besluitvorming op aanvragen om eenmaatwerkvoorziening.

HOOFDSTUK 3: MAATWERKVOORZIENING

Artikel 5. Ingezetene

  • 1. Bepalend voor de vaststelling of een cliënt een ingezetene is, als bedoeld in artikel 8 lid 2 van de verordening, is de woon- of verblijfplaats van de cliënt op welke adres de cliënt in de basisregistratie personen staat ingeschreven of ingeschreven zal staan, dan wel het feitelijk woonadres in Nederland.

  • 2. Gedurende de periode van verblijf in het buitenland, ongeacht het adres waarop de cliënt in de basisregistratie personen is ingeschreven, verstrekt het college geen maatwerkvoorzieningen.

Artikel 6. Beschikking

  • 1. In de beschikking tot verstrekking van een maatwerkvoorziening wordt in ieder geval aangegeven of de voorziening in natura of in de vorm van een pgb wordt verstrekt.

  • 2. Bij het verstrekken van een voorziening in natura wordt in de beschikking in ieder geval vastgelegd:

    • a.

      welke de te treffen voorziening is en wat het beoogde resultaat daarvan is;

    • b.

      wat de geldigheidsduur van de verstrekking is;

    • c.

      welke gecontracteerde of gesubsidieerde aanbieder de maatwerkvoorziening verstrekt, en indien van toepassing,

    • d.

      welke andere voorzieningen relevant zijn of kunnen zijn.

  • 3. Bij het verstrekken van een maatwerkvoorziening in de vorm van een pgb wordt in de beschikking vastgelegd:

    • a.

      wat het beoogde resultaat van het pgb is;

    • b.

      welke kwaliteitseisen hieraan verbonden zijn;

    • c.

      wat de hoogte van het pgb is en hoe deze is berekend;

    • d.

      hoe de feitelijke betaling ten laste van het verstrekte pgb plaatsvindt;

    • e.

      wat de geldigheidsduur is van de verstrekking waarvoor het pgb is bedoeld; en

    • f.

      de wijze van verantwoording van de besteding van het bruto pgb; en

    • g.

      of in voorkomend geval een bijdrage in de kosten verschuldigd is die conform artikel 2.1.4 van de wet, met uitzondering van die voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen, wordt vastgesteld en geïnd door het CAK.

HOOFDSTUK 4: BIJDRAGE IN DE KOSTEN

Artikel 7. Eigen bijdrage voor een algemene voorziening

  • 1. Voor een algemene voorziening is geen inkomensafhankelijke eigen bijdrage verschuldigd.

Artikel 8. Bijdrage in de kosten voor een woningaanpassing voor een minderjarige

  • 1. De bijdrage voor een maatwerkvoorziening of pgb ten behoeve van een woningaanpassing voor een minderjarige is verschuldigd door de onderhoudsplichtige ouders, daaronder begrepen degene tegen wie een op artikel 394 boek 1 van het Burgerlijk Wetboek gegrond verzoek is afgewezen, en degene die anders dan als ouder samen met de ouder het gezag uitoefent over het kind.

  • 2. Conform artikel 2.1.5. lid 3 van de wet is geen eigen bijdrage verschuldigd indien de ouders van het gezag over de cliënt zijn ontheven of ontzet.

Artikel 9. Bijdrage voor maatwerkvoorzieningen of pgb´s

  • 1. De bedragen per vier weken, de inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.1 lid 1 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.

  • 2. Om het bedrag te betalen aan eigen bijdrage voorafgaand aan de inzet van de maatwerkvoorziening inzichtelijk te maken wordt aan de cliënt gedurende het onderzoek een inkomensverklaring (voorheen IB-60-formulier) gevraagd.

  • 3. Onder de verklaring, zoals bedoeld in lid 2 van dit artikel, wordt ook verstaan een belastingaanslag van de inkomenstenbelasting niet ouder dan twee jaar, waar nodig aangevuld met een actuele jaaropgave.

Artikel 10. Kostprijs maatwerkvoorziening

  • 1. De kostprijs van een maatwerkvoorziening en pgb wordt bepaald:

    • a.

      door een aanbesteding;

    • b.

      na een consultatie in de markt, of

    • c.

      in overleg met de aanbieder.

  • 2. De hoogte van de kostprijs voor een her te gebruiken materiële maatwerkvoorziening, dan wel voor de vervanging van een materiële maatwerkvoorziening, wordt gerelateerd aan de afschrijvingssystematiek. Er wordt een gemiddelde afschrijvingsduur gehanteerd van vijf of zeven jaar, afhankelijk van de voorziening:

    • a.

      de afschrijvingssystematiek is opgenomen in bijlage 1.

  • 3. Als de cliënt de materiële maatwerkvoorziening zeer intensief gebruikt, kan worden afgeweken van de gemiddelde afschrijvingsduur, als de cliënt aannemelijk maakt, dat in verband met bijzondere omstandigheden door het intensief gebruik een eerdere afschrijving en daardoor een eerdere vervanging van de materiële maatwerkvoorziening noodzakelijk is.

Artikel 11. Eigen bijdrage maatschappelijke opvang en beschermd wonen

Conform artikel 12 lid 5 verordening wordt de eigen bijdrage voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen

vastgesteld en geïnd door de gemeente Arnhem die voor de uitvoering van beschermd wonen en maatschappelijke

opvang gemandateerd wordt.

HOOFDSTUK 6: Kwaliteit en veiligheid

Artikel 12. Kwaliteitseisen maatschappelijke ondersteuning.

Het college houdt jaarlijks een cliëntervaringsonderzoek waarbij waar nodig in overleg met de

cliënt ter plaatse de maatwerkvoorzieningen worden gecontroleerd.

HOOFDSTUK 7: Waardering mantelzorgers en tegemoetkoming meerkosten

Artikel 13. Jaarlijkse waardering mantelzorgers

  • 1.

    Een mantelzorger biedt hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep. De geboden hulp overstijgt de gebruikelijke hulp (zoals opgenomen in bijlage 5) die naar algemeen aanvaarde opvattingen in redelijkheid mag worden verwacht van de echtgenoot, ouders, inwonende kinderen of andere huisgenoten.

  • 2.

    De geboden ondersteuning kan bestaan uit:

    • a.

      een financiële tegemoetkoming van € 150,- per jaar; of

    • b.

      een voucher waarmee ondersteuning kan worden ingekocht ter ontlasting van demantelzorger. De waarde van deze voucher is afhankelijk van de gebodenmantelzorg en de potentieel ter ontlasting daarvan in te zetten ondersteuning.

i.Voor de ingezette ondersteuning in de vorm van een maatwerkvoorziening is een eigen bijdrage verschuldigd. De bedragen per vier weken, de inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.1 lid 1 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.is een eigen bijdrage verschuldigd conform het landelijk uitvoeringsbesluit MO.

Artikel 14. Tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of chronische problemen

  • 1. 1.Het college voert de tegemoetkoming van meerkosten voor personen met een beperkingof chronische problemen conform het minimabeleid met gebruikmaking van de Gelrepas voor activiteiten voor chronisch zieken en gehandicapten en de intensivering van het beroep op bijzondere bijstand in verband met aan ziekte en handicap gerelateerde kosten.

  • 2. Naast de inzet, als genoemd in lid 1 van dit artikel, voert het college de regeling ter tegemoetkoming in meerkosten voor inwoners met een beperking of chronische problemen uit die niet behoren tot de doelgroep van het minimabeleid. Deze tegemoetkoming wordt gebaseerd op een draagkrachtberekening, gebaseerd op de indicatieve bedragen zoals opgenomen in bijlage 4.

Artikel 15. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Dit besluit nadere regels treedt in werking op 1 januari 2015, onder gelijktijdige intrekking van het besluit voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Renkum 2014.

  • 2. Dit besluit nadere regels wordt aangehaald als: Besluit nadere regels voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Renkum 2015.

Ondertekening

Aldus besloten op 16 december 2014 te Renkum,

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS

De secretaris de burgemeester,

A.E.J. Steverink MBA drs. J.P. Gebben

BIJLAGE 1: AFSCHRIJVINGSSYSTEMATIEK

VoorzieningJr 0-1Jr 1-2Jr 2-3Jr 3-4Jr 4-5Jr 5-6Jr 6-7> 7 Jr
Categorie 12,5 % p/m7040105000
Categorie 22,5 % p/m705030151050

Categorie 1: ·Kinderrolstoelen, incidenteel en permanent

Kinderrolstoelen elektrisch voor binnen en buiten

Kinderdriewielfietsen

Kinderwandelwagens/buggy’s

Badlift

Handbike

Categorie 2: · Rolstoelen voor incidenteel, passief en actief gebruik

Elektrische rolstoelen voor binnen/buiten gebruik

Scootmobielen

Driewielfietsen

Transferlift (actief en passief)

Douche- en toiletstoel

Bad en douchehulpmiddelen

Douchebrancard

Fiets met lage instap

BIJLAGE 2: Tijdnormering hulp bij het huishouden

De tijdnormering is indicatief. Er wordt altijd gekeken naar de individuele situatie.

Hulp bij het huishouden voor een alleenstaande (appartement)

activiteitenMinuten Uren
Boodschappen doen voor het dagelijks leven60 per week1u
Broodmaaltijd bereiden15 per keer1u45
Warme maaltijd bereiden 30 per keer3u30
Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen etc.)60 per week1u
Zwaar huishoudelijk werk (huis schoonmaken, Stofzuigen, wc/badkamer reinigen etc.) voor een tweekamerflat120 per keer2u
Zwaar huishoudelijk werk (huis schoonmaken, Stofzuigen, wc/badkamer reinigen etc) voor een drie(of meer) kamerflat150 per keer2u30
De was doen (waaronder strijken, opvouwen etc.)60 per keer1u

Hulp bij het huishouden voor een alleenstaande (eengezinswoning)

activiteitenMinuten Uren
Boodschappen doen voor het dagelijks leven60 per week1u
Broodmaaltijd bereiden15 per keer1u45
Warme maaltijd bereiden 30 per keer3u30
Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen etc)60 per week1u
Zwaar huishoudelijk werk (huis schoonmaken, Stofzuigen, wc/badkamer reinigen etc.)180 per keer3u
De was doen (waaronder strijken, opvouwen etc.)60 per keer1u

Hulp bij het huishouden voor een twee/meerpersoonshuishouden

(woonsituatie niet van belang)

activiteitenMinuten Uren
Boodschappen doen voor het dagelijks leven60 per week1u
Broodmaaltijd bereiden15 per keer1u45
Warme maaltijd bereiden 30 per keer3u30
Licht huishoudelijk werk (kamers opruimen etc)90 per week1u30
Zwaar huishoudelijk werk (huis schoonmaken, Stofzuigen, wc/badkamer reinigen etc)180 per keer3u
De was doen (waaronder strijken, opvouwen etc.)90 per keer1u30

Hulp bij het huishouden voor overige activiteiten voor alleenstaanden/

twee- of meerpersoonsleefeenheden

activiteitenMinuten Uren
Kinderen < 12 jaar helpen met zelfverzorging 30 p keer3u30
Kinderen < 6 jaar helpen met zelfverzorging 45 p keer5u15
Kinderen < 12 jaar helpen met broodmaaltijd15 p keer1u45
Dagelijkse organisatie van het huishouden30 p week0u30
Advies, instructie, voorlichting gericht op het huishouden30 p keer (max 3 keer p week, max 6 weken)1u30

BIJLAGE 3: Doel, inhoud, indicatoren extramurale prestaties (voorheen AWBZ)

Opgenomen kader is indicatief. Er wordt altijd gekeken naar de individuele situatie.

PV-basis Persoonlijke verzorging (H126)Doel: begeleiding bij activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging bij verminderde zelfredzaamheid bij persoonlijke zorg. Inhoud: PV-basis omvat activiteiten op de volgende gebieden: Aansturing bij Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL-taken), namelijk aansturing bij het zich wassen, zich kleden, beweging en houding (waaronder in/uit bed gaan), eten en drinken, toiletgang, Aansturing op het vlak van zelfverzorging van haren, sieraden omdoen, zich opmaken, scheren, mond- en gebitsverzorging, hand- en voetverzorging, aanbrengen en uitdoen van prothesen, hoortoestel aan- of uitzetten, bril poetsen en opzetten, medicijnen klaar zetten en in laten nemen.
BG-basis Begeleiding (H300) Begeleiding zorg op afstand aanvullend (H305)Doel: Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid. Ondersteunen bij beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven, waaronder begeleiding bij tekortschietende vaardigheden in zelfregelend vermogen. Begeleiden bij het toepassen en inslijpen van aangeleerde vaardigheden en gedrag in het dagelijks leven door herhaling en methodische interventie. Wanneer sprake is van matige of zware beperkingen op het terrein van en/of: 1.sociale redzaamheid; 2.het bewegen en verplaatsen; 3.het psychisch functioneren; 4.het geheugen en de oriëntatie; 5.het vertonen van matig of zwaar probleemgedrag. Inhoud: 1.Het ondersteunen bij of het oefenen met vaardigheden of handelingen. 2.Het ondersteunen bij of het oefenen met het aanbrengen van (dag)structuur of het voeren van regie. 3.Het overnemen van toezicht. 4.Aansturen van gedrag. (Aanvullend) beeldschermcommunicatie op afstand.
BG-Extra (H150) Basis + module beschikbaarheidDoel: Realisatie van “beschikbaarheid van begeleiding”, waardoor de cliënt erop kan rekenen dat de zorgaanbieder naast planbare zorg ook oproepbare zorg levert binnen redelijke tijd. Wanneer naar verwachting meerdere keren per week begeleiding moet worden ingeroepen buiten de afgesproken vaste tijden. Inhoud: BG-extra voorziet in doelmatige beschikbaarheid, opgevat als tijden waarop uitvoerende beroepskrachten beschikbaar zijn voor directe zorgverlening maar niet feitelijk met die zorgverlening bezig zijn (men is oproepbaar). Indicatoren: -Noodzaak van frequent oproepbare zorg (naar verwachting meerdere keren p/w; -Waar nodig extra aandacht voor cliënten met probleemgedrag; -Onder deze prestatie vallen ook die situaties van sterk ‘ontregelde gezinnen’ waar niet volstaan kan worden met planbare zorg op vaste tijdstippen.
BG speciaal 1 NAH (H152) Basis + module cliëntkenmerk NAHDoel: Ondersteunen bij beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven (waaronder begeleiding bij tekortschietende vaardigheden in zelfregelend vermogen) in de vorm van begeleiding van zelfstandig wonende cliënten met niet-aangeboren hersenletsel. Inhoud: 1) begeleiden in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen (dagelijkse bezigheden regelen, besluiten nemen, plannen en uitvoeren van taken, beheerszaken regelen, communicatie, sociale relaties, organisatie van de huishouding); 2) begeleiden bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis; 3) begeleiden bij de mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participatie (bijvoorbeeld hulp bij de opbouw van een sociaal netwerk) met als doel zelfredzaamheid. Indicatoren: NAH die langdurig gepaard gaat met matig of zwaar regieverlies of met een matige of zware, invaliderende aandoening of beperking.
BG gespecialiseerd (PSY) psychiatrischestoornis (H153) Basis + module cliëntkenmerk PSYDoel: Ondersteunen bij langdurig tekortschietende zelfregie over het dagelijkse leven, als gevolg van een psychische stoornis. Het accent ligt op handhavingsdoelen, maar er is tevens aandacht voor activerende elementen. Inhoud: 1) begeleiden in verband met tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen (dagelijkse bezigheden regelen, besluiten nemen, plannen en uitvoeren van taken, beheerszaken regelen, communicatie, sociale relaties, organisatie van de huishouding, persoonlijke zorg); 2) begeleiden bij de mogelijke integratie in de samenleving, met extra aandacht voor ontwikkeltrajecten op het vlak van wonen, werken, sociaal netwerk (doelgericht toepassen van methoden van casemanagement). Indicatoren: Langdurige psychische stoornis + beperkingen in sociale redzaamheid.
BG-ZG Visueel (H301) Basis + module cliënt kenmerk ZG visueelDoel: Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid. Ondersteunen bij beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven, waaronder begeleiding bij tekortschietende vaardigheden in zelfregelend vermogen. Wanneer sprake is van een ernstige visuele beperking. Inhoud: 1) begeleiden in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen (dagelijkse bezigheden regelen, besluiten nemen, plannen en uitvoeren van taken, beheerszaken regelen, communicatie, oriëntatie naar tijd, plaats en persoon, sociale relaties, organisatie van de huishouding); 2) begeleiden bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis; 3) begeleiden bij mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participaties (bijvoorbeeld hulp bij de opbouw van een sociaal netwerk) met als doel zelfredzaamheid; 4) begeleiden van of consultatie aan een andere zorgaanbieder.
BG speciaal 2Visueel (H302) Basis + module cliëntkenmerk ZG visueelDoel: Begeleiden bij het toepassen en inslijpen van aangeleerde vaardigheden en gedrag in het dagelijks leven door herhaling en methodische interventie. Oefenen, gericht op het leren omgaan met de gevolgen van een ernstige visuele beperking met als doel zelfredzaamheid. Inhoud: De activiteiten bestaan uit: 1) Het oefenen met vaardigheden of handelingen. 2) Het oefenen met het aanbrengen van (dag)structuur of het voeren van regie. Vorm: Individueel of in groepsverband, thuis of op locatie.
BG-ZG Auditief (H303) Basis + module cliënt kenmerk ZG auditiefDoel: Het bieden van activiteiten gericht op bevordering, behoud of compensatie van de zelfredzaamheid en die strekken tot voorkoming van opname in een instelling of verwaarlozing. Ondersteunen bij beperkingen op het vlak van zelfregie over het dagelijks leven, waaronder begeleiding bij tekortschietende vaardigheden in zelfregelend vermogen. Wanneer sprake is van een ernstige auditieve en/of communicatieve beperking. Inhoud: 1) begeleiden in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregulerend vermogen (dagelijkse bezigheden regelen, besluiten nemen, plannen en uitvoeren van taken, beheerszaken regelen, communicatie, oriëntatie naar tijd, plaats en persoon, sociale relaties, organisatie van de huishouding); 2) begeleiden bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis; 3) begeleiden bij mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participaties (bijvoorbeeld hulp bij de opbouw van een sociaal netwerk) met als doel zelfredzaamheid; 4) begeleiden van of consultatie aan een andere zorgaanbieder.
BG speciaal 2Auditief (H304) Basis + module cliëntkenmerk ZG auditiefDoel: Begeleiden bij het toepassen en inslijpen van aangeleerde vaardigheden en gedrag in het dagelijks leven door herhaling en methodische interventie. Oefenen gericht op het leren omgaan met de gevolgen van een ernstige auditieve en/of communicatieve beperking met als doel zelfredzaamheid. Inhoud: De activiteiten bestaan uit: 1) Het oefenen met vaardigheden of handelingen. 2) Het oefenen met het aanbrengen van (dag)structuur of het voeren van regie. 3) communicatietraining aan auditief gehandicapten of het sociaal netwerk. Vorm: Individueel of in groepsverband, thuis of op locatie.
Nachtverzorging (H132)Doel: Nachtverzorging is een vorm van verzorging die o.a. geleverd wordt in het kader van de ondersteuning van de thuissituatie, dan wel de overbrugging van een periode tot een definitieve intramurale opname. Onder nachtverzorging wordt verstaan het gedurende de nacht bieden van een veilig logeeradres (in periode gelegen van 21.00 's avonds en 08.00 uur van de daaropvolgende morgen). Inhoud: 1.intake 4. Medicijnen klaarzetten en toedienen 2.lichamelijke verzorging 5. maaltijdverzorging 3.hulp bij eten en drinken 6. Gebruik van verblijf en rustruimte
Dagactiviteit basis (H 531)Doel: Dagactiviteit die bijdraagt aan verlichting van sociaal isolement van betreffende cliënt, of aan verlichting van zorg thuis door mantelzorgers. Deelname aan het dagprogramma kan ook dienen ter overbrugging naar intramurale zorg. Inhoud en indicatoren: begeleiding in een groep van maximaal 8 cliënten met matige tot zware beperkingen met een duidelijke verzorgings- en/of begeleidingsbehoefte (waaronder lichte dementie, NAH).
Dagactiviteit begeleiding ouderen speciaal PG (H 533) Doel: Dagactiviteit gericht op ondersteuning bij de dagbesteding, handhaven en bevorderen van zo zelfstandig mogelijk functioneren, voorkomen van achteruitgang in fysieke, cognitieve en sociaal-emotionele vaardigheden. Inhoud: Dagactiviteit in groepsverband (6 á 8 cliënten) met intensieve begeleiding in samenhang met enige persoonlijke verzorging tijdens het dagprogramma. Indicatoren: Zelfstandig wonende oudere met een intensieve begeleidings- en verzorgingsbehoefte.
Dagactiviteit begeleiding ouderen speciaal ondersteund (H 800)Doel: Dagactiviteit gericht op het stabiliseren van functioneren en voorkomen van verergering van klachten. Dagactiviteit kan ertoe bijdragen dat de cliënt op verantwoorde wijze in de vertrouwde thuissituatie kan blijven wonen. Dagactiviteit kan een bijdrage leveren tot vermindering van de belasting van mantelzorgers. Inhoud: Dagactiviteit in groepsverband (6 á 8 cliënten) Indicatoren: Het dagprogramma is bedoeld voor zelfstandig wonende oudere cliënten met uitgebreide beperkingen bij het dagelijks functioneren (persoonlijke zorg, mobiliteit, zelfredzaamheid), veelal samenhangend met chronische aandoeningen.
H803 = vervoer dagbesteding/dagbehandeling H894 = vervoer dagbesteding/dagbehandeling GHZ extramuraal H990 = vervoer dagbesteding/dagbehandeling GGZDoel en inhoud: Medisch noodzakelijk vervoer van en naar de locatie van dagbesteding. Doel en inhoud: Medisch noodzakelijk vervoer van en naar de locatie van dagbesteding. Doel en inhoud: Medisch noodzakelijk vervoer van en naar de locatie van dagbesteding.
H811 = dagactiviteit verstandelijke handicap (VG) lichtDoel: De dagactiviteit legt naar inhoud een accent op: -arbeidsmatige dagbesteding (activiteiten met een zelfstandig karakter waarbij het vaak zal gaan om het tot stand brengen van een product/ dienst, afgestemd op de mogelijkheden en interesse van de cliënt; -activerende dagbesteding gericht op het zinvol besteden van de dag, aangepast aan de mogelijkheden en interesse van de cliënt, waaronder handvaardigheid, expressie, beweging, belevingsactiviteiten; -belevingsgerichte dagbesteding op eenvoudig niveau met extra aandacht voor sfeer, geborgenheid, veiligheid, ritme en regelmaat. Inhoud en indicatoren: Dagactiviteit voor cliënten met een verstandelijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband met een groepsgrootte van 5 á 8 cliënten.
H831, H832, H833 = dagactiviteit lichamelijke handicap (LG) licht, midden, zwaarDoel: De dagactiviteit legt naar inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Het dagprogramma biedt ruimte voor vaardigheidstraining. Inhoud en indicatoren: Dagactiviteit voor cliënten met een verstandelijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband met een groepsgrootte van 5 á 8 cliënten.
H871, 872, 873 = dagactiviteit zintuiglijke handicap visueel (ZG) licht, midden zwaarDoel: De dagactiviteit legt naar aard en inhoud een accent op zelfgekozen bezigheid en activering, waaronder vaardigheidstraining. De begeleiding kan ook gericht zijn op arbeidsmatig werken. Tijdens de dagactiviteit is weinig of slechts beperkte verzorging nodig. Inhoud en indicatoren: Dagactiviteit voor personen met een ernstige zintuiglijke handicap die als gevolg van hun beperkingen niet kunnen deelnemen aan gewoon onderwijs, gewoon werk of begeleid werk (maatschappelijke integratie is niet mogelijk). De activiteit vindt overdag plaats, buiten de woonsituatie, in groepsverband (5 á 8 cliënten).
F125 = dagactiviteit GGZ-LZADoel: De dagactiviteit kan als strekking hebben: een toeleidingstraject naar betaalde of onbetaalde arbeid in een andere setting, of dagbesteding die plaats blijven vinden in het activiteitencentrum. Inhoud en indicatoren: Dagbesteding in groepsverband gericht op: educatie en/of arbeidsmatige activiteit voor mensen die niet maatschappelijk kunnen participeren. Het dagprogramma is bedoeld voor cliënten met een langdurige psychische stoornis en daarmee samenhangende beperkingen (onder meer sociale redzaamheid). Educatieve en recreatieve activiteiten: Hierbij wordt uitgegaan van een weekprogramma. Iedere week worden op vaste tijdstippen bepaalde activiteiten aangeboden in een groepssetting. Uitgaande van een gemiddelde groepsgrootte bij deze dagactiviteit (8) kan de zorgaanbieder per type activiteit komen tot een variërend aantal deelnemers (van enkele tot wel twintig). Arbeidsmatige activiteiten: Hieronder vallen gestructureerde activiteiten, waarbij met de cliënt gerichte afspraken zijn gemaakt over de werkzaamheden die verricht zullen worden (er is een overeenkomst tussen cliënt en zorgaanbieder). Het gaat om onbetaalde werkzaamheden (wél is in de praktijk een beperkte onkostenvergoeding mogelijk). Er zijn duidelijke afspraken gemaakt over het aantal dagdelen dat de cliënt werkzaam is en het tijdstip waarop de werkzaamheden verricht worden. De volgende punten zijn van belang: – arbeidsmatige activiteiten hebben betekenis in het kader van persoonlijke ontplooiing en verkenning van individuele mogelijkheden, bijvoorbeeld gericht op het opdoen van arbeidservaring of het toeleiden naar een (on-)betaalde baan; – arbeidsmatige activiteiten zijn gericht op het aanleren en/of onderhouden van arbeidsvaardigheden; er is een stimulerend leer- en oefenmilieu; – arbeidsmatige activiteiten zijn gericht op “herstel” van cliënten met psychiatrische en/of psychische problemen(rehabilitatiedoelen) en dragen bij aan bevordering van maatschappelijke (her-)integratie; – arbeidsmatige activiteiten hebben een stabiliserend effect op het dagelijks leven van de cliënten en dragen op die manier bij aan het voorkomen van isolement, terugval en decompensatie.

Bijlage 4 TEGEMOETKOMING IN MEERKOSTEN artikel 14 besluit

Per 1-1-2015 zijn de onderstaande tegemoetkomingen in de meerkosten voor personen met een beperking of chronische problemen in het kader van de WMO geïndexeerd met 1,1%.

Bij het vaststellen van de hoogte van de tegemoetkoming van meerkosten voor personen met een beperking of chronische problemen past het college maatwerk toe, wordt rekening gehouden met draagkracht, en worden de onderstaande normbedragen als indicatief kader gehanteerd.

Normbedragen tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of chronische problemen (artikel 14 besluit)

 2015
Verhuiskostenvergoeding voor verhuizing naar een aangepaste woning (art. 6.1 Besluit)€ 2.050
Verhuiskostenvergoeding voor verhuizing naar een rolstoel toe- en doorgankelijke woning. (art. 6.1 Besluit)€ 5.000
Hoogte vergoeding bezoekbaar maken (art. 6.3 Besluit)€ 2.050
Vast bedrag per jaar voor verzekering (art. 6.6 en 6.9 Besluit)€ 25

Onderhoud, reparatie van liften

(onderstaande bedragen zijn excl. BTW)

Keuring van:

 2015
Stoellift€ 265
Rolstoelplateaulift€ 265
Sta-plateaulift€ 265
Woonhuislift€ 328
Hefplateaulift€ 328
Balanslift€ 94 (per uur)

Periodiek onderhoud van:

 2015
Stoellift€ 182
Rolstoelplateaulift€ 182
Sta-plateaulift€ 182
Woonhuislift€ 265
Hefplateaulift€ 182
Balanslift€ 182

Tegemoetkoming in vervoerskosten:

  2015
Gebruik eigen auto € 1136
Gebruik bruikleenauto 2500 x Y
Gebruik van een taxi € 1136
Gebruik van een rolstoeltaxi € 1709

Gedeeltelijke kostenvergoedingen (50 %)

 2015
Bij gebruik auto, taxi e.d. € 568
Bij gebruik rolstoeltaxi € 853

Verzekering

 2015
Vast bedrag per jaar voor verzekering € 25

Regiotaxi

 2015
Tarief Regiotaxi (Wmo indicatie) € 0,65 per zone

Sportvoorziening

 2015
Sportvoorziening € 2.805

Verzekering

 2015
Vast bedrag per jaar voor verzekering € 25

BIJLAGE 5: GEBRUIKELIJKE ZORG

Deze bijlage dient te worden bezien in samenhang met artikel 13 van het besluit.

Zorgen voor elkaar

De gemeente onderzoekt samen met de cliënt of de (extra) zorg binnen het eigen gezin of het eigen huishouden te regelen is. Als één van de gezinsleden uitvalt, is het immers heel gewoon dat de anderen te taken overnemen. Dit noemen wij gebruikelijke zorg.

Zorg in het kader van de Wmo komt pas in beeld als huisgenoten de noodzakelijke zorg niet

op een verantwoorde manier kunnen bieden of daardoor te zwaar worden belast. Wanneer bijvoorbeeld sprake is van:

  • -

    de zorgvrager die een gezonde partner of andere volwassen huisgenoot heeft

  • -

    één van de ouders die is uitgevallen en men opvang voor de kinderen nodig heeft; als de

andere ouder geen gezondheidsproblemen heeft wordt verwacht dat hij of zij de

opvang regelt.

De zorg voor het huishouden

Als één van de gezinsleden uitvalt, is het heel gewoon dat anderen taken overnemen. Bij die gebruikelijke zorg gaat het om de dagelijks terugkerende taken als het verzorgen van maaltijden, het doen van boodschappen en het verrichten van huishoudelijk werk. Ook stofzuigen, het wassen en de bedden verschonen vallen onder de gebruikelijke zorg. Als huisgenoten deze werkzaamheden om een goede reden niet kunnen uitvoeren, kan er

besloten worden inwoners ondersteuning toe te kennen. Een drukke baan of studie is geen reden om niet voor het huishouden te kunnen zorgen. Overbelasting als gevolg van ziekte of handicap van één van de gezinsleden wel.

Ouders zorgen voor hun kinderen

Ouders hebben een zorgplicht voor hun kinderen. Ze kleden hun kinderen aan en brengen ze naar school. Een kind moet verzorgd en begeleid worden. Wordt een kind kortstondig ziek dan wordt het door de ouders verzorgd. Valt één van de ouders uit, dan neemt de ander de zorg voor het kind over. Een eventuele zorgverlofregeling biedt daar mogelijkheden voor. Als die er niet is, dan is de ouder aangewezen op bijvoorbeeld buitenschoolse opvang of een

crèche. Soms zijn deze mogelijkheden maximaal benut maar zijn ze toch niet afdoende. Voor een beperkte tijd is het dan mogelijk hulp te ontvangen waardoor ouders een korte tijd ontlast worden. Als een kind door een handicap of beperking meer dan de voor de leeftijd gebruikelijke begeleiding nodig heeft, kan er ondersteuning worden geboden, tenzij de ouders dit vrijwillig op zich nemen.

Kinderen helpen mee

Als kinderen groter worden, kunnen ze geleidelijk aan bij meer kleine huishoudelijke karweitjes meehelpen. Gezonde kinderen tot 12 jaar kunnen bijvoorbeeld helpen met opruimen. Kinderen vanaf 13 jaar kunnen hun kamer opruimen of stofzuigen. Vanaf hun achttiende jaar verwacht de gemeente dat er huishoudelijke taken worden uitgevoerd die te vergelijken zijn met die van een éénpersoons huishouden. Vanaf 23 jaar worden ze als volwassen beschouwd en moeten ze in staat zijn de huishouding te verzorgen en anderen te vervangen. Is men niet gewend om mee te helpen in de huishouding dan is het mogelijk om aanspraak te maken op huishoudelijke verzorging vanuit de Wmo, bedoeld voor het aanleren van huishoudelijke taken.

Echtgenoten en partners zorgen voor elkaar

Van partners wordt verwacht dat in kortdurende zorgsituaties de dagelijks terugkerende zorgtaken worden verricht. Als er kortdurende zorg nodig is en er uitzicht op herstel is, kan de partner helpen met eten en drinken, toiletbezoek en lichaamsverzorging, begeleidende activiteiten. Als de partner deze verzorging niet kan bieden (bijvoorbeeld vanwege een eigen beperking) dan kan een beroep worden gedaan op de Zorgverzekeringswet voor persoonlijke verzorging. Bij een langdurige complexe zorgvraag zonder zicht op verbetering, kan sprake zijn van de mogelijkheid van het doen van een beroep op de Wet Langdurige Zorg.