2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | | |
2.3.1 | Bouwactiviteiten | | |
2.3.1.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, zijn de tarieven van toepassing zoals opgenomen in de bijlage “legeskosten bouwwerken” behorende bij de Tarieventabel bij de Legesverordening 2015. | | |
2.3.1.2 | Verplicht advies agrarische commissie | | |
2.3.1.2.1 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 bedraagt het tarief (exclusief BTW), indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: | € | 645,00 |
2.3.1.3 | Leges bij onvolledige aanvraag | | |
2.3.1.3.1 | Indien de aanvraag niet in behandeling wordt genomen en daarom geen vergunning verleend kan worden wegens onvolledigheid of wegens onvolledige aanvulling, bedragen de leges | € | 160,00 |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | | |
2.3.2.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief; | € | 600,00 |
| indien op grond van het bestemmingsplan advies wordt aangevraagd bij een extern adviesbureau,wordt het tarief verhoogd met het bedrag dat bij de gemeente door dit adviesbureau in rekening wordt gebracht. | | |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik | | |
2.3.3.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief; | | |
2.3.3.1.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) in combinatie met een bouwactiviteit | € | 255,00 |
2.3.3.1.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) zonder een bouwactiviteit | € | 480,00 |
2.3.3.1.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) in combinatie met een bouwactiviteit | € | 255,00 |
2.3.3.1.4 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) zonder een bouwactiviteit | € | 480,00 |
2.3.3.1.5 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke buitenplanse afwijking: | € | 480,00 |
2.3.3.1.6 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo voor de tweede keer bij eenzelfde bouwactiviteit wordt toegepast, omdat de termijn dient te worden verlengd | € | 480,00 |
2.3.4 | Omgevingsvergunning ingevolge artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3° Wabo | | |
2.3.4.1 | Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3° van de Wabo wordt toegepast: | | |
2.3.4.1.1 | een kostenbegroting opgesteld door burgemeester en wethouders waarbij de aanvrager de keuze heeft om de ruimtelijke onderbouwing intern, door de gemeente te laten opstellen, danwel extern te laten opstellen, dus niet voor rekening van de gemeenten. | | |
2.3.5 | Ontheffing verbodsbepaling in exploitatieplan | | |
2.3.5.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van het verbod om bepaalde werken of werkzaamheden uit te voeren als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo | € | 260,00 |
2.3.6 | Ontheffing verbodsbepaling in voorbereidingsbesluit | | |
2.3.6.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van het verbod tot wijziging van het gebruik van gronden of bouwwerken als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder d van de Wabo | € | 260,00 |
2.3.7 | Beoordeling bodemrapport | | |
2.3.7.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: | | |
2.3.7.1.1 | Voor de beoordeling van een historisch onderzoek inzake de gesteldheid van de bodem | € | 52,00 |
2.3.7.1.2 | Voor de beoordeling van een verkennend onderzoek inzake de gesteldheid van de bodem | € | 228,50 |
2.3.8 | Aanvraag hogere grenswaarde | | |
2.3.8.1 | Indien een aanvraag zoals vermeld onder 2.3.1 tevens een procedure vraagt in het kader van het vaststellen van een hogere waarde als bedoeld in of krachtens de artikel 47 e.v. (industrielawaai) en 83 e.v. (wegverkeerslawaai) van de Wet geluidhinder, of de artikel 8 e.v. van het Besluit geluidhinder spoorwegen, bedraagt het tarief: | | |
2.3.8.1.1 | voor zover het akoestisch onderzoek met rapport intern door de gemeente opgesteld is | € | 1.815,60 |
2.3.8.1.2 | voor zover het akoestisch onderzoek met rapport extern door de gemeente opgesteld is | € | 1.038,40 |
2.3.9 | Aanleggen of veranderen weg | | |
2.3.9.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening Valkenswaard een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 72,60 |
2.3.10 | Uitweg/inrit | | |
2.3.10.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening Valkenswaard een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 72,60 |
2.3.11 | Kappen | | |
2.3.11.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening Valkenswaard een vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 37,30 |
2.3.12 | Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 | | |
2.3.12.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: | € | 35,30 |
2.3.12.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 | € | 35,30 |
2.3.13 | Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet | | |
2.3.13.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief | € | 35,30 |
2.3.14 | Andere activiteiten | | |
2.3.14.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | | |
2.3.14.1.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 72,60 |
2.3.14.1.2 | als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief: | € | 72,60 |
2.3.14.1.3 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | | |
2.3.15 | Omgevingsvergunning in twee fasen | | |
2.3.15.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.15.1.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; | | |
2.3.15.1.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. | | |
2.3.16 | Overschrijven vergunningen | | |
2.3.16.1 | Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende -omgevingsvergunning met activiteit bouw, sloop of aanleg -bouwvergunning -sloopvergunning -aanlegvergunning, bedraagt het tarief, onder voorwaarde dat de verschuldigde leges als bedoeld in artikel 2.3.1. , 2.3.2. voldaan zijn. | € | 57,10 |
2.3.17 | Onttrekken van een woning | | |
2.3.17.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot het onttrekken van een woning aan het woningbestand als bedoeld in artikel 30, eerste lid van de Huisvestingswet | € | 51,90 |
2.3.18 | Certificaat Politiekeurmerk Veilig Wonen | | |
2.3.18.1 | Het tarief bedraagt voor het Certificaat Politiekeurmerk Veilig Wonen: | | |
2.3.18.1.1 | Nieuwbouw per complex | € | 321,00 |
2.3.18.1.2 | opleveringskeurmerk voor omgevingscertificaat voor bestaande bouw, per complex: | € | 632,00 |
2.3.18.1.3 | aanpassing omgeving ter verkrijging van het certificaat voor bestaande bouw, per complex | € | 1.555,00 |
2.3.18.2 | De vermelde bedragen worden verhoogd met een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van het verzoek aan verzoeker meegedeelde externe advieskosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld. | | |
2.3.19 | Overige aanvragen vergunning | | |
2.3.19.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, een ontheffing, een afwijking, een vrijstelling of een andere beschikking voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk een tarief is opgenomen | € | 160,00 |
2.3.20 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid | | |
2.3.20.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van: | | |
2.3.20.1.1 | een aanvraag tot het verstrekken van een gebruiksvergunning ingevolge artikel 2.11.1 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken en als bedoeld in paragraaf 2, artikel 2, lid 1 van de Brandbeveiligingsverordening voor het in gebruik nemen van een in dit artikel omschreven bouwwerk c.q. inrichting | € | 275,00 |
| vermeerderd met een toeslag voor een bouwwerk c.q. inrichting met een gebruiksoppervlakte van | | |
| cat. 1 t/m 100 m² | € | 193,00 |
| cat. 2 van meer dan 100 t/m 500 m² | € | 2,05 / m² |
| cat. 3 van meer dan 500 t/m 2.000 m² | € | 660,00 + |
| | € | 0,71 / m² |
| cat. 4 van meer dan 2.000 t/m 5.000 m² | € | 1.640,00+ |
| | € | 0,22/m² |
| cat. 5 van meer dan 5.000 t/m 50.000 m² | € | 2.290,00+ |
| | € | 0,09 / m² |
| cat. 6 van meer dan 50.000 m² | € | 3.815,00+ |
| | € | 0,03 / m² |
2.3.20.1.2 | een aanvraag om vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.22.1.1 waarbij het betrekking heeft op een tijdelijke inrichting (aanwezigheidsduur max. 4 weken): 10% van het legestarief vermeld in onderdeel 2.3.20.1.1 | | |
2.3.20.1.3 | Indien een aanvraag om een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.20.1.1 wordt ingetrokken voordat hierop een beslissing is genomen wordt op verzoek teruggaaf van 50% van de geheven leges verleend. | | |
2.3.20.1.4 | Indien de aanvraag betrekking heeft op een vergunning tot wijziging van een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.20.1.1 bedraagt het legestarief: | | |
2.3.20.1.4.1 | bij een uitbreiding van de inrichting: het legestarief vermeld in onderdeel 2.3.20.1.1, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding | | |
2.3.20.1.4.2 | bij gewijzigd gebruik van de gehele inrichting: 50% van het legestarief vermeld onder 2.3.20.1.1 | | |
2.3.20.1.4.3 | bij gewijzigd gebruik van een gedeelte van de inrichting: 50% van het legestarief vermeld onder 2.3.20.1.1 , met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van het gewijzigde gedeelte | | |
2.3.20.1.4.4 | bij een verklaring van overdracht van de gebruiksvergunning aan de nieuwe gebruiker | € | 50,90 |
2.3.20 | Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een besluit tot opheffing van sluiting van een inrichting ingevolge artikel 2.11.6 van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken en paragraaf 2, artikel 2, lid 3 van de Brandbeveiligingsverordening: 25% van het legestarief vermeld onder 2.3.20.1.1 en met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van het gesloten gedeelte, waarvoor de sluiting is geheven | | |