Organisatie | Bladel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening BI-zone Centrum Bladel 2015 voor gebruikers |
Citeertitel | Verordening BI-zone Centrum Bladel 2015 voor gebruikers |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Bijlage A. |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 01-01-2018 | wijziging regeling | 15-12-2016 | R2016.122h | |
01-01-2015 | 01-01-2017 | nieuwe regeling | 06-11-2014 | R2014.107w |
De raad van de gemeente Bladel;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 1 november 2016, R2016.122;
gelet op de Wet op de Bedrijveninvesteringszones en artikel 156, eerste lid, van de Gemeentewet en de tussen de gemeente Bladel en de Stichting BIZ Ondernemers Centrum Bladel gesloten Uitvoeringsovereenkomst van 27-10-2014, kenmerk 14it.02085/R2014.107e;
overwegende dat de huidige Verordening BI-zone Centrum Bladel 2015 voor gebruikers enkele redactionele aanpassingen behoeft;
1e wijziging Verordening BI-zone Centrum Bladel 2015 voor gebruikers
Hoofdstuk 2 Belastingbepalingen
Artikel 3 Aard van de belasting
Onder de naam ‘BIZ-bijdrage’ wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten in de openbare ruimte en op het internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Artikel 4 Belastbaar feit en belastingplicht
Voor de toepassing van het tweede lid wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die die onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld; degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld.
Een onroerende zaak dient niet in hoofdzaak tot woning indien de waarde die op grond van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor die onroerende zaak niet in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van die onroerende zaak die dienen tot woning dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden.
Artikel 6 Maatstaf van heffing
De BIZ-bijdrage wordt geheven naar de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor het belastingobject vastgestelde waarde voor het eerste jaar (2015) bedoeld in artikel 4, tweede lid, van deze verordening. De in het eerste jaar (2015) vastgestelde waarde is tevens voor 2016 en 2017 van toepassing (conform artikel 2, eerste lid van de Wet op de Bedrijveninvesteringszones).
Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
In afwijking in zoverre van artikel 6 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf buiten aanmerking gelaten, voor zover dit niet reeds is geschied bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van:
straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanig gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri’s , hekken en palen;
De BIZ-bijdrage bedraagt per onroerende zaak € 2,10 per € 1.000,00 vastgestelde WOZ-waarde, met een minimaal te heffen bedrag van € 500,- per onroerende zaak en een maximaal te heffen bedrag van € 800,00 per onroerende zaak. De in het eerste jaar (2015) vastgestelde waarde is tevens voor 2016 en 2017 van toepassing.
Hoofdstuk 3 Subsidiebepalingen
Op de subsidie op grond van deze verordening is de Algemene subsidieverordening Welzijn 2008 niet van toepassing.
Artikel 13 Subsidievaststelling
De Stichting BIZ Ondernemers Centrum Bladel wordt aangewezen als de stichting bedoeld in artikel 7 van de wet, waarmee een overeenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht is gesloten, waarin is bepaald dat de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt verplicht moeten worden verricht.