Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Etten-Leur

Verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Etten-Leur

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEtten-Leur
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Etten-Leur
CiteertitelControleverordening gemeente Etten-Leur
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpFIN

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 213

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2015Nieuwe regeling

28-10-2014

Gemeenteblad 2014, 75344

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

De verordening artikel 213 Gemeentewet

De raad van de gemeente Etten-Leur;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014;

gelet op artikel 213 Gemeentewet en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden;

BESLUIT

de Verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Etten-Leur vast te stellen.

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.accountant

een door de raad benoemde:

  • 1.

    registeraccountant of

  • 2.

    accountant-administratieconsulent met een aantekening in het inschrijvingsregister als bedoeld in artikel 36, lid 3, Wet op de Accountant-Administratieconsulenten of

  • 3.

    organisatie waarin voor de accountantscontrole bevoegde accountants samenwerken, belast met de controle van de in artikel 197 Gemeentewet bedoelde jaarrekening.

     

b. accountantscontrole

de controle van de in artikel 197 Gemeentewet bedoelde jaarrekening uitgevoerd door de door de raad benoemde accountant van:

  • 1.

    de controleverklaring als bedoeld in artikel 213 Gemeentewet, lid 4

    1° het getrouwe beeld van de in de jaarrekening gepresenteerde baten en lasten en de grootte en samenstelling van het vermogen;

    2° het rechtmatig tot stand komen van de baten en lasten en balansmutaties;

    3° het in overeenstemming zijn van de door het college opgestelde jaarrekening met de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels bedoeld in artikel 186 Gemeentewet;

  • 2.

    het verslag van bevindingen als bedoeld in artikel 213 Gemeentewet, lid 4

    1° de inrichting van het financieel beheer en de financiële organisatie gericht op de vraag of deze een getrouwe en rechtmatige verantwoording mogelijk maken;

    2° onrechtmatigheden in de jaarrekening;

    waarbij de nadere regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden gesteld op grond van artikel 213, lid 6, Gemeentewet, in acht worden genomen.

     

c.rechtmatigheid in het kader van accountantscontrole

het overeenstemmen van het tot stand komen van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan met de relevante wet- en regelgeving, zoals bedoeld in het Besluit accountantscontrole decentrale overheden.

 

d.deelverantwoording

een in opdracht van de raad ten behoeve van de verslaglegging opgestelde verantwoording van een afzonderlijke organisatie-eenheid binnen de gemeentelijke organisatie, welke verantwoording onderdeel uit maakt van de jaarrekening.

Artikel 2 Opdrachtverlening accountantscontrole

  • 1.

    De accountantscontrole van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213, lid 2, Gemeentewet, wordt opgedragen aan een door de raad te benoemen accountant.

  • 2.

    Het college bereidt in overleg met de raad de aanbesteding van de accountantscontrole voor. De raad stelt voor de aanbesteding van de accountantscontrole het programma van eisen vast.

  • 3.

    In het contract met de accountant worden de toe te passen goedkeuring- en rapporteringtoleranties opgenomen. De raad heeft de mogelijkheid om jaarlijks voorafgaand aan de accountantscontrole onderwerpen af te spreken met de accountant met bijbehorende rapporteringtoleranties, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht dient te besteden.

  • 4.

    In geval van Europese aanbesteding van de accountantscontrole stelt de raad voor de selectie van de accountant de selectiecriteria vast en per selectiecriterium de bijbehorende weging vast.

Artikel 3 Informatieverstrekking door college

  • 1.

    Het college is verantwoordelijk voor de samenstelling van de jaarrekening conform de geldende interne - en externe wet- en regelgeving en overlegt deze aan de accountant voor controle.

  • 2.

    Het college draagt er zorg voor, dat alle aan de jaarrekening ten grondslag liggende verordeningen, nota’s, collegebesluiten, deelverantwoordingen, administraties, plannen, overeenkomsten,berekeningen e.d. voor de accountant ter inzage liggen en goed toegankelijk zijn.

  • 3.

    Bij de jaarrekening bevestigt het college schriftelijk aan de accountant, dat alle hem bekende informatie van belang voor de oordeelsvorming van de accountant is verstrekt.

  • 4.

    Het college overlegt de gecontroleerde jaarrekening samen met de controleverklaring en het verslag van bevindingen uiterlijk 1 juni aan de raad, of zoveel later dan wel eerder conform het gestelde in het spoorboekje van de planning- & controlcyclus.

  • 5.

    Alle informatie die na afgifte van de controleverklaring en voor behandeling van de jaarrekening in de raad beschikbaar komt en die van invloed is op het beeld dat de jaarrekening geeft, wordt terstond door het college aan de raad en de accountant gemeld.

Artikel 4 Inrichting accountantscontrole

  • 1.

    De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de wijze, waarop de accountantscontrole wordt ingericht, alsmede de aard en de omvang van de daarbij behorende werkzaamheden.

  • 2.

    De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de frequentie van de uit te voeren controles. De accountant kan in voorkomende gevallen de controlewerkzaamheden zonder voorafgaande kennisgeving uitvoeren; in onderling overleg en rekening houdend met de raadsagenda worden de tijdstippen van aanvang en rapportering jaarlijks bepaald.

  • 3.

    Ter bevordering van een efficiënte en doeltreffende accountantscontrole vindt periodiek (afstemmings-)overleg plaats tussen de accountant en (een vertegenwoordiger uit) de raad, de portefeuillehouder financiën, de directie, de concerncontroller, de teamleider financiën en de raadsgriffier.

Artikel 5 Toegang tot informatie

  • 1.

    De accountant is bevoegd tot het opnemen van alle kassen, waardepapieren en voorraden en het inzien van alle boeken, notulen, brieven, computerbestanden en overige bescheiden waarvan hij inzage voor de accountantscontrole nodig oordeelt. Het college draagt er zorg voor, dat de accountant voor de uitvoering van zijn controlewerkzaamheden een onbelemmerde toegang heeft tot alle kantoren, magazijnen, werkplaatsen, terreinen en informatiedragers van de gemeente.

  • 2.

    De accountant is bevoegd om van alle ambtenaren mondelinge en schriftelijke inlichtingen en verklaringen te verlangen die hij voor de uitvoering van zijn opdracht denkt nodig te hebben. Het college draagt er zorg voor, dat de desbetreffende ambtenaren hieraan hun medewerking verlenen.

  • 3.

    Het college draagt er zorg voor, dat de ambtenaren van de gemeente zijn gehouden de accountant alle informatie te verstrekken, opdat de accountant zich een juist en volledig oordeel kan vormen over de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties en het gevoerde beheer en over de getrouwheid van de daarover verstrekte informatie.

Artikel 6 Overige controles en opdrachten

  • 1.

    Het college kan de door de raad benoemde accountant opdracht geven tot het uitvoeren van specifieke werkzaamheden met betrekking tot de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid voor zover de onafhankelijkheid van de accountant daarmee niet in het geding komt. Het college informeert de raad vooraf over deze aan de accountant te verstrekken opdrachten.

  • 2.

    Het college draagt de zorg voor de uitvoering van het beleid betreffende de specifieke uitkeringen volgens de eisen van rechtmatigheid van de ministeries. Het college is voor de controle van de rechtmatige besteding van specifieke uitkeringen bevoegd de opdracht te verlenen aan een andere dan de door de raad benoemde accountant, indien dit in het belang van de gemeente is.

  • 3.

    Het college draagt de zorg voor de verantwoording aan derden (Belastingdienst, ABP, Sociale verzekeringsbank, e.d.) en neemt hierbij de gestelde controle-eisen in acht. Indien een deel van deze verantwoording dient te worden uitgevoerd door een accountant, is het college bevoegd hiervoor de opdracht verlenen aan een andere dan de door de raad benoemde accountant, indien dit in het belang van de gemeente is.

Artikel 7 Rapportering

  • 1.

    Indien de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring, meldt hij deze terstond schriftelijk aan de raad en zendt een afschrift hiervan aan het college.

  • 2.

    In aanvulling op het in de wet voorgeschreven verslag van bevindingen brengt de accountant over de door hem uitgevoerde tussentijdse en eindejaarscontroles verslag uit over zijn bevindingen. Het betreft bevindingen van niet bestuurlijk belang aan de ambtenaar van wie het geldelijk beheer, het vermogensbeheer, de administratie en of de beheersdaden zijn gecontroleerd. Ook het hoofd van de afdeling waar de ambtenaar werkzaam is, de directie, de concerncontroller, de teamleider financiën dan wel andere daarvoor in aanmerking komende ambtenaren ontvangen het verslag. Een afschrift wordt ter kennisgeving verzonden aan de raad. Frequentie en tijdstip van aanlevering zijn contractueel bepaald en kunnen afhankelijk van de jaarlijks in overleg samen te stellen planning worden aangepast.

  • 3.

    De controleverklaring en het verslag van bevindingen worden voor verzending aan de raad door de accountant aan het college voorgelegd met de mogelijkheid voor het college om op deze stukken te reageren. Het college zal zijn reactie tegelijkertijd met de jaarrekening, de controleverklaring en het verslag van bevindingen aan de raad aanbieden.

  • 4.

    De accountant bespreekt voorafgaand aan de raadsbehandeling van de jaarstukken het verslag van bevindingen met het audit committee.

Artikel 8 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015.

  • 2.

    Vanaf het in het eerste lid genoemde tijdstip wordt de Controleverordening gemeente Etten-Leur, vastgesteld bij besluit van de raad van 17 november 2003, ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de accountantscontrole van de jaarrekening (en deelverantwoordingen) van het verslagjaar 2014.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald onder de naam “Controleverordening gemeente Etten-Leur”.

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 oktober 2014

De raad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,

drs. W.C.M. Voeten MBA. Mw. H. van Rijnbach-de Groot.

Toelichting op de artikelen van de Controleverordening gemeente Etten-Leur

Artikel 2. Opdrachtverlening accountantscontrole

 

Na afloop van ieder begrotingsjaar moet het college verantwoording afleggen aan de raad over het gevoerde bestuur door overlegging van de jaarrekening en het jaarverslag (artikel 197, lid 1,GW). Voor het overleggen van deze stukken aan de raad moet de jaarrekening door een

bevoegd accountant zijn gecontroleerd (artikel 197, lid 2 GW). De accountant controleert dejaarrekening in opdracht van de raad. Het is dan ook de raad, die de accountant aanwijst (artikel213, lid 2 GW). De raad is echter niet het bestuursorgaan, dat de overeenkomst met deaccountant ondertekent. Het is de burgemeester, die de overeenkomst voor deaccountantscontrole met de accountant op grond van artikel 171, lid 1 GW ondertekent. Deburgemeester vertegenwoordigt de gemeente in en buiten rechte, luidt artikel 171, lid 1 GW.

 

Een bevoegd accountant voor de controle van de gemeentelijke jaarrekening is een registeraccountant, een accountant-administratieconsulent met een aantekening in hetinschrijvingsregister als bedoeld in artikel 36, lid 3 Wet op de Accountant-

Administratieconsulenten of een organisatie waarin voor de accountantscontrole bevoegdeaccountants samenwerken. Artikel 213, lid 7 GW zegt, dat de bevoegde accountant ingemeentelijke dienst kan worden aangesteld. Wel dient dan de benoeming, schorsing en hetontslag van de accountant door de raad te geschieden.

 

Artikel 2 van de verordening regelt de opdrachtverlening van de accountantscontrole van degemeentelijke jaarrekening. Het tweede lid regelt, dat het college verantwoordelijk is voor deuitvoering van de aanbesteding van de accountantscontrole van de jaarrekening.

 

Voor de accountantscontrole geldt het "Besluit accountantscontrole decentrale overheden" dat krachtens artikel 213, lid 6 GW door de minister is vastgesteld. Het "Besluit accountantscontroledecentrale overheden" bevat onder andere regels voor de goedkeuringstoleranties voor decontroleverklaring en de rapporteringtoleranties voor het verslag van bevindingen.

 

Een goedkeuringstolerantie is een tolerantie voor fouten in de jaarrekening of onzekerheden in decontrole in de vorm van een percentage van de totale lasten van de gemeente (deomvangbasis). De goedkeuringstoleranties worden door de accountant gehanteerd ten behoevevan zijn oordeelsvorming over de jaarrekening. In het Besluit accountantscontrole wordenmaximale percentages voor de goedkeuringstoleranties gegeven (1% voor fouten in posten van

de jaarrekening en eventuele door de raad aan te wijzen deelverantwoordingen en 3%vooronzekerheden in de controle). De goedkeuringstoleranties kunnen door de raad lager worden

vastgesteld.

 

Een rapporteringtolerantie is het bedrag dat voortvloeit uit een goedkeuringstolerantie en dientals tolerantie voor rapportage in het verslag van bevindingen. Rapporteringtoleranties kunnendoor de raad lager worden gesteld dan de uit de goedkeuringstoleranties voortvloeiendebedragen.

 

Bij Europese aanbesteding zijn het de selectiecriteria, gunningcriteria en bijbehorendewegingsfactoren, die uiteindelijk de selectie van de accountant voor de controle van dejaarrekening bepalen. De raad is het bestuursorgaan, dat de accountant aanwijst en moet dus de

selectiecriteria, gunningcriteria en bijbehorende wegingsfactoren vaststellen. Dit wordt geregeldin het vierde lid van artikel 2.

 

Artikel 3. Informatieverstrekking door college

 

Het college is verantwoordelijk voor de samenstelling van de jaarrekening en het jaarverslag. Tenopzichte van de raad is het college ook verantwoordelijk voor de samenstelling van eventueledoor de raad geëiste deelverantwoordingen. Artikel 3 van de verordening regelt de verplichtingen

van het college voor de verstrekking van de achterliggende informatie aan de accountant.

 

Voor de controle van de jaarrekening doet de accountant onderzoek naar de achterliggendedocumenten. Het tweede lid draagt aan het college op deze achterliggende documenten goedtoegankelijk ter inzage aan de accountant beschikbaar te stellen.

 

Het derde lid verplicht het college een verklaring af te geven aan de accountant, waarin hetcollege verklaart geen informatie die van belang is voor de beoordeling van de jaarrekening, tehebben achtergehouden. De verklaring wordt ook wel een LOR (Letter of Representation)genoemd. Hoewel het een algemeen gebruik is, is het geen wettelijke verplichting, dat het collegeeen dergelijke verklaring verstrekt.

 

In het vierde lid wordt een uiterlijke datum aan het college gesteld voor de overlegging van degecontroleerde jaarrekening aan de raad. De jaarrekening moet namelijk binnen twee weken navaststelling, maar in elk geval voor eind juni worden toegezonden aan gedeputeerde staten(artikel 200 GW).

 

De accountant verzendt de controleverklaring en het verslag van bevindingen rechtstreeksaan de raad. Artikel 197, lid 2 GW bepaalt echter, dat het college bij de overlegging van dejaarrekening en het jaarverslag aan de raad daarbij moet toevoegen de controleverklaring enhet verslag van bevindingen.

 

Het vijfde lid van het artikel gebiedt het college alle informatie die van invloed is op het beeld vande jaarrekening en pas na de afgifte van de controleverklaring, maar voor de vaststelling vande jaarrekening door de raad aan het college bekend is geworden, terstond te melden aan deraad en de accountant. Het sluit verrassingen tijdens de raadsbehandeling uit.

 

Artikel 4. Inrichting accountantscontrole

 

Artikel 4 van de verordening regelt de bevoegdheidsverdeling tussen de accountant en hetcollege ten aanzien van de inrichting van de accountantscontrole. De accountant is leidend tenaanzien van de inrichting en uitvoering van de accountantscontrole. Hij mag zelfsonaangekondigd controles uitvoeren. Het college is hierin volgend. Wel moet er ter bevorderingvan een soepele accountantscontrole periodiek overleg worden gevoerd tussen de accountant ende verschillende vertegenwoordigers van de gemeente. Ook is uitwisseling van informatiegewenst over specifieke aandachtsgebieden bij de accountantscontrole.

 

Artikel 5. Toegang tot informatie

 

In het vorige artikel hebben we gezien, dat de accountant leidend is voor wat betreft de inrichtingvan de accountantscontrole. Om een goede controle uit te voeren moet hij echter ookonbelemmerd onderzoek kunnen doen. Artikel 5 van de verordening kent de bevoegdheid omonbelemmerd onderzoek te doen toe aan de accountant. Dit natuurlijk met in achtneming van deafspraken met de raad, zoals neergelegd in het programma van eisen bij de aanbesteding. Hetartikel legt aan het college de zorgplicht op om er voor te zorgen, dat de accountant eenonbelemmerde toegang heeft tot alle burelen van de gemeente en de ambtenaren van degemeente volledig meewerken aan de accountantscontrole. Indien dit noodzakelijk is voor eengoede controle moet de accountant dus inzage kunnen hebben in alle stukken, inclusiefvertrouwelijke stukken als daar aanleiding voor is.

 

Artikel 6. Specifieke controles en opdrachten

 

Naast de controle van de jaarrekening zijn er meer werkzaamheden binnen de gemeente die deinzet van een accountant (kunnen) vereisen. Zo eisen ministeries voor de verantwoording over deuitvoering van de medebewindstaken door gemeenten (specifieke uitkeringen) vaak een apartecontroleverklaring. De aanwijzing van de accountant voor onder andere dit soortaccountantscontroles is een bevoegdheid van het college. Ook kan het college besluiten omadvieswerkzaamheden over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid uit tebesteden aan een accountant.

 

Het eerste lid van artikel 6 van de verordening regelt, hoe het college moet omgaan met deuitbesteding van "advieswerkzaamheden" zoals de verbetering van de administratieveorganisatie, aan de door de raad benoemde accountant. Door deze werkzaamheden te gunnenaan de door de raad benoemde accountant kan de onafhankelijkheid en daarmee de integriteitvan de accountant ten aanzien van zijn controlewerkzaamheden voor de raad in het gedingkomen. Op de loer liggende belangenverstrengeling tussen college en accountant kan mogelijk

een weerslag hebben op de kwaliteit van de controle van de jaarrekening. Hetzelfde geldt voordie gevallen, waarbij de accountant bij de accountantscontrole zijn eigen werk moet controleren.Het lid bepaalt, dat het college voor werkzaamheden op het gebied van de rechtmatigheid, de

doelmatigheid en de doeltreffendheid van onderdelen van de gemeente de door de raadbenoemde accountant kan inschakelen. Indien het college dit voornemen heeft, dient hij de raadhier vooraf over te informeren. Dit biedt de raad de mogelijkheid om over de desbetreffendeuitbesteding van werkzaamheden zijn oordeel te vormen en zijn bedenkingen aan het college

kenbaar te maken.

 

Het tweede en het derde lid regelen, dat het college voor de overige controlewerkzaamheden inhet algemeen de door de raad benoemde accountant inschakelt. Het college mag hiervanafwijken, indien dit in het belang van de gemeente is. De accountant die de jaarrekeningcontroleert, is vaak beter bekend met de gemeentelijke administraties. Daarbij kunnen controlesvan de jaarrekening en controles van medebewindstaken tegelijkertijd door één accountantworden uitgevoerd (single audit). Dit levert een aanzienlijke besparing op. In bepaalde gevallen isinschakeling van een andere accountant raadzaam en soms zelfs onoverkomelijk. De redenhiervoor kan van prijstechnische aard zijn, maar ook van bijvoorbeeld organisatorische aard (zokunnen de controlewerkzaamheden gemeenschappelijke activiteiten met een andere gemeentebetreffen en de accountantscontrole hiervan door de accountant van de andere gemeente

worden uitgevoerd). De verordening regelt dat het college in deze gevallen vrij is in de keuze vande accountant.

 

Het is een zelfstandige bevoegdheid van het college zonder voorafgaand de raad te informeren.Wel is ook hierbij van toepassing de meldingsplicht zoals opgenomen in artikel 7 bij constateringvan afwijkingen die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring bij dejaarrekening.

 

Artikel 7. Rapportage

 

Het derde en vierde lid van artikel 213 GW regelt de rapportering en de inhoud daarvan van deaccountant aan de raad en het college.

Naast de uiteindelijke eindcontrole van de jaarrekening verricht de accountant meestal meerderecontroles. Dit kunnen door de raad in het programma van eisen van de aanbesteding geëistetussentijdse controles (interim-controles) zijn. Het eerste lid van artikel 7 regelt, dat het college in

elk geval bij geconstateerde afwijkingen door de accountant die leiden tot het niet afgeven vaneen goedkeurende verklaring bij de jaarrekening, een afschrift krijgt van de schriftelijkemededeling hierover aan de raad. Dit opdat het college (in overleg met de raad en de accountant)mogelijk nog tijdig maatregelen tot herstel kan treffen.

 

Het tweede lid van artikel 7 regelt, dat het management en overige daarvoor in aanmerking komende ambtenaren een rapportage krijgen van de door de accountant uitgevoerde (deel-) controles. In deze rapportage worden kleine afwijkingen en tekortkomingen die niet leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring en niet van bestuurlijk belang zijn, aan het management meegedeeld. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld opmerkingen over (kleine) rubriceringfouten en (kleine) onvolkomenheden in de administratieve organisatie, welke eenvoudig in onderling overleg met het management van de afdeling kunnen worden opgelost. Het management kan op grond van de rapportage actie ondernemen voor herstel van de afwijkingen en onvolkomenheden.