Organisatie | Oostzaan |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie inkomensvoorzieningen Oostzaan 2015 |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie inkomensvoorzieningen Oostzaan 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Soza |
Geen
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 18-06-2020 | nieuwe regeling | 15-12-2014 Gemeenteblad, 22 December 2014 | * |
De cliëntenraad heeft tot taak de gemeente gevraagd en ongevraagd te informeren en te adviseren alsmede ontwikkelingen te signaleren over alle zaken die binnen de gemeentelijke beleidsvrijheid vallen en die van belang zijn voor mensen met een inkomen rond het minimum.
Het college stelt aan de cliëntenraad zodanige middelen ter beschikking dat de cliëntenraad redelijkerwijze in staat kan worden geacht om in het kader van de uitvoering van deze verordening de belangen te behartigen van de in de gemeente woonachtige cliënten.
De cliëntenraad stelt jaarlijks een activiteitenplan op, inclusief concept begroting, dat door de directeur wordt vastgesteld.
De secretaris van de cliëntenraad stelt na afloop van een kalenderjaar een jaarverslag op. Hierin zijn tenminste de in het afgelopen jaar gevraagde en ongevraagde adviezen van de cliëntenraad opgenomen. Tevens stelt de secretaris, in samenwerking met een door de directeur daarvoor aangewezen ambtenaar het financiële verslag op.
De cliëntenraad neemt kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht. Behalve na voorafgaande schriftelijke toestemming van het college zal de cliëntenraad informatie met een vertrouwelijk karakter niet aan derden kenbaar maken.
toelichting op de Verordening cliëntenparticipatie inkomensvoorzieningen Oostzaan 2015
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de Participatiewet, de IOAW, de IOAZ of de Awb (Algemene wet bestuursrecht) niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de Participatiewet, de IOAW, de IOAZ of de Awb ook de verordening moet worden gewijzigd. De begrippen die niet zijn omschreven in de Participatiewet, de IOAW, de IOAZ of de Awb, of die verduidelijkt moeten worden, zijn in het eerste lid omschreven.
De door het Maatschappelijk Domein uit te voeren wetten en regelingen beperken zich niet tot de participatiewet, de IOAW en de IOAZ. Het adviesterrein van de Cliëntenraad beperkt zich wel tot deze wetgeving. Om die reden zijn bij artikel een aantal begrippen opgenomen die te samen aangeven welke wetten en verantwoordelijkheden vallen onder de Cliëntenraad.
Dit artikel bevat een globale omschrijving van het doel van cliëntenparticipatie, uitgaande van de gedachte dat cliëntenparticipatie onmisbaar is voor de totstandkoming en uitvoering van beleid waarin de cliënt centraal staat.
Omdat het gaat om cliëntenparticipatie is het de intentie dat de cliëntenraad voor een deel bestaat uit leden van de doelgroep zelf. Daarbij is het raadzaam te streven naar een representatieve afspiegeling van de groep cliënten.
Een deel van de cliëntenraad bestaat uit vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties. Hiervoor is gekozen, omdat zij vanuit hun professionaliteit een waardevolle inbreng kunnen leveren en mede de continuïteit van de cliëntenraad kunnen waarborgen. Onderdeel e beoogt te voorkomen dat een ongewenste verstrengeling van belangen plaatsvindt.
Artikel 4 Benoeming en ontslag
De bevoegdheid van het college tot benoeming en ontslag kan worden gemandateerd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 10:5 van de Awb. Indien een cliënt betaald werk vindt mag hij / zij de zittingsperiode afronden.
De cliëntenraad is een advies- en overlegorgaan van de gemeente Oostzaan. Artikel 5 geeft een globale omschrijving van de taken van de cliëntenraad.
Naast een adviserende taak wat betreft de algemene werkzaamheden en dienstverlening van het Maatschappelijk Domein, heeft de cliëntenraad ook recht van initiatief op dit terrein. De cliëntenraad wordt in ieder geval om advies gevraagd bij het opstellen van beleidsplannen en verordeningen met betrekking tot de Participatiewet, de IOAW en de IOAZ.
Dit artikel regelt het passieve informatierecht van de cliëntenraad. Het is vorm gegeven in een actieve informatieplicht van de gemeente. De gemeente dient uit eigen beweging te zorgen dat de cliëntenraad tijdig de nodige informatie ontvangt die voor zijn functioneren noodzakelijk of dienstbaar is. Naast dit passieve informatierecht bezit de cliëntenraad ook een actief informatierecht: Hij kan zelf om bepaalde inlichtingen en/of gegevens vragen.
In de in artikel 5 geformuleerde taakstelling van de cliëntenraad ligt het adviesrecht van de cliëntenraad besloten. Dit recht op advies wordt in artikel 8 verder uitgewerkt. Wanneer de gemeente advies vraagt, moet dit advies van invloed kunnen zijn op de besluitvorming. Hiermede wordt het belang, dat de gemeente aan cliëntenparticipatie hecht, onderstreept. Dit geldt eveneens voor artikel 8, derde lid, waarin nogmaals tot uitdrukking komt dat het advies van de cliëntenraad niet vrijblijvend is.
De cliëntenraad maakt afspraken met de directeur over wat in individuele gevallen wordt verstaan onder het tijdig uitbrengen van adviezen.
In dit artikel worden drie vormen van overleg beschreven. Het eerste lid heeft betrekking op het interne overleg van de cliëntenraad tussen de leden onderling. Het tweede lid regelt het overleg tussen cliëntenraad en de directeur en het derde lid regelt het overleg tussen de door het college aangewezen wethouder en de cliëntenraad. Nadere afspraken over de frequentie van de vergaderingen van de cliëntenraad worden vastgelegd in het Reglement van Orde van de cliëntenraad. Hierin zal tevens een bepaling worden opgenomen over de openbaarheid van de vergaderingen van de cliëntenraad en hoe cliënten agendapunten voor het overleg bij de leden kunnen aandragen.
Artikel 11 Periodiek overleg tussen gemeente en cliëntenraad
In het tweede lid van dit artikel wordt voldaan aan de wettelijke eis dat de verordening de wijze moet aangeven waarop de cliënten of hun vertegenwoordigers onderwerpen voor de agenda kunnen aanmelden. Deze eis is vervat in artikel 47, onderdeel b, van de Participatiewet.
Artikel 12 Uitsluiting van inspraak
De behandeling van klachten, bezwaren en andere aangelegenheden die de individuele klant of de individuele medewerker van het Maatschappelijk Domein betreffen, behoort derhalve niet tot het werkterrein van de cliëntenraad omdat deze worden behandeld via andere procedures en overlegstructuren. Eveneens geldt deze uitsluiting voor financiële, personele en organisatorische aangelegenheden.
Hiervoor is een begroting opgesteld.
De cliëntenraad zal de kosten aantonen door het overleggen van betaalbewijzen.
Jaarlijks stelt de cliëntenraad een activiteitenplan op. Hierin wordt tot uitdrukking gebracht op welke wijze de cliëntenraad voornemens is te communiceren met zijn achterban, dan wel zijn achterban te betrekken bij zijn werkwijze. Tevens wordt in het activiteitenplan aangegeven op welke wijze cliënten van het Maatschappelijk Domein agendapunten voor het overleg kunnen aandragen.
Er is voor gekozen om de cliëntenraad zelf een activiteitenplan te laten opstellen om daarmee uitdrukking te geven aan het beleidsprincipe van de eigen verantwoordelijkheid van cliënten.
Het uiteindelijke doel is dat cliënten, meer dan tot nu toe het geval is, gaan participeren in diverse vormen van cliëntenparticipatie: uiteenlopend van spreekuren, formulieren-brigades, interactieve inspraakmogelijkheden via Internet tot andere vormen van communicatie en participatie. Het activiteitenplan wordt gezien als het speerpunt van het vernieuwingsproces “Inspirerende Cliëntenparticipatie” en kan op langere termijn ook een functie vervullen met betrekking tot het aanbieden van werkzaamheden voor cliënten waarvoor niet direct een traject naar betaald werk tot de mogelijkheden behoort. Hierbij kan worden gedacht aan het ontwikkelen van vrijwilligersbanen en werkervaringsplaatsen.
Tot slot wordt erop gewezen dat de cliëntenraad schriftelijk, telefonisch en digitaal te bereiken moet zijn voor zijn leden, de cliënten van het Maatschappelijk Domein en de gemeente.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Omdat de mogelijkheid bestaat dat de cliëntenraad kennis neemt van vertrouwelijke informatie is het goed zich ervan rekenschap te geven dat hierop de geheimhoudingplicht van artikel 2: 5 van de Algemene wet bestuursrecht rust. Na vooraf verkregen schriftelijke toestemming van het college mag de cliëntenraad genoemde informatie aan derden verstrekken of publiek maken.
Artikel 17 is een aanvulling op artikel 4 (benoeming en ontslag). Hierin wordt enerzijds de eerste benoeming van de cliëntenraad geregeld. Anderzijds voorziet dit artikel in een procedure voor het geval de cliëntenraad in zijn geheel vervangen dient te worden.
Voor de juiste uitvoering van de verordening kan het noodzakelijk zijn dat nadere uitvoeringsregels worden vastgesteld. Dit artikel geeft het college de bevoegdheid om dergelijke regels vast te stellen.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.