Organisatie | Waterschap Vechtstromen |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Verordening bestuursrechtelijke geldschulden waterschap Vechtstromen |
Citeertitel | Verordening bestuursrechtelijke geldschulden waterschap Vechtstromen |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Algemene wet bestuursrecht, art. 4:88, lid 1
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-12-2014 | Nieuwe regeling | 26-11-2014 Waterschapsblad, 2014, 8267 | B2014/u328 |
Het algemeen bestuur van het waterschap Vechtstromen;
gezien het voorstel van het dagelijks bestuur d.d. 18 november 2014;
gelet op de artikelen 4:86 en 4:88 van de Algemene wet bestuursrecht en 56, 77 en 78 van de Waterschapswet en artikel 2 van de Overgangsbepalingen behorende bij het Reglement voor het waterschap Vechtstromen;
vast te stellen de Verordening bestuursrechtelijke geldschulden waterschap Vechtstromen
Artikel 2 Geldschulden zonder voorafgaande beschikking
Geen beschikking wordt vastgesteld voor betaling van een geldsom door het bestuursorgaan met betrekking tot:
De betaaltermijn voor geldschulden als bedoeld in artikel 1 is, in afwijking van 4:87 Awb:
Aldus vastgesteld in de vergadering van 26 november 2014 te Almelo.
Het algemeen bestuur van het waterschap Vechtstromen,
dr. S.M.M. Kuks, watergraaf drs. O. Dijkstra, secretaris
Op 1 juli 2009 is de vierde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in werking getreden. Onderdeel van die wet is de regeling omtrent “bestuursrechtelijke geldschulden”.
Deze nieuwe regeling geeft regels die van toepassing zijn op betaling van geldschulden aan de overheid en op betaling van geldschulden door de overheid. Een geldschuld in de zin van de Awb is een bestuursrechtelijke verplichting tot het betalen van een geldsom. Deze kan worden vastgesteld bij beschikking of rechtstreeks ontstaan uit de wet.
Het gaat hier dus niet om “schulden” met een privaatrechtelijke grondslag (zoals een schadevergoeding uit onrechtmatige daad), maar om schulden die een publiekrechtelijke basis hebben. Te denken valt aan dwangsombeschikkingen en betalingsbeschikkingen met betrekking tot een last onder bestuursdwang te betalen door de burger aan de overheid en aan de kant van het bestuur subsidiebeschikkingen, beschikkingen ten aanzien van nadeelcompensatie en verbeurde dwangsommen wegens niet tijdig beslissen, te betalen door de overheid aan de burger.
Artikel 4:86, lid 1, Awb regelt dat de verplichting tot betaling van een geldsom bij beschikking wordt vastgesteld. Vaak vloeit een geldschuld voort uit een beschikking waartegen bezwaar en beroep open staat. In dat geval is de betalingsbeschikking een extra beschikking, waartegen ook bezwaar en beroep kan worden ingesteld.
Veel betalingen van geldschulden door de overheid hebben echter betrekking op eenvoudige en met regelmaat terugkerende (automatische) betalingen. Een aparte beschikking opstellen en afgeven is dan niet doelmatig. Artikel 4:88, lid 1, Awb biedt bestuursorganen de mogelijkheid “bij wettelijk voorschrift” (= een verordening) geldschulden uit te sluiten van de beschikkingsplicht.
De binnen Vechtstromen geldende regelingen zijn geïnventariseerd op betalingen van geldschulden door het waterschap. In de belastingverordeningen en de Procedureverordening nadeelcompensatie is reeds rekening gehouden met de regeling over de bestuursrechtelijke geldschulden.
Voor wat betreft de betaling door het waterschap van de vergoedingen en bezoldiging van het bestuur en de ambtenaren echter niet. Voor deze regelmatig (in vaste vorm) terugkerende betalingen is het doelmatig door middel van deze verordening de beschikkingsplicht voor de betaling van deze geldschulden door het waterschap uit te sluiten en een algemene betalingstermijn vast te stellen.
De in deze verordening bedoelde vergoedingen aan leden van het algemeen bestuur op grond van het Waterschapsbesluit en de Verordening rechtpositie bestuur Vechtstromen betreffen:
De in deze verordening bedoelde bezoldiging en vergoedingen van leden van het dagelijks bestuur op grond van het Waterschapsbesluit en de Verordening rechtpositie bestuur Vechtstromen betreffen:
De in deze verordening bedoelde bezoldiging en vergoedingen van de watergraaf op grond van het Waterschapsbesluit en de Verordening rechtpositie bestuur Vechtstromen betreffen:
Op grond van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa) hebben de voorzitter en leden van het dagelijks bestuur van een waterschap recht op een uitkering (wachtgeld) en pensioen van het waterschap.
Op grond van de SAW is de bezoldiging van ambtenaren het salaris vermeerderd met de vaste toelagen, indien en voor zover deze toelagen niet het karakter hebben van een onkostenvergoeding en uitgezonderd het IKB-collectief (artikel 1.2.1).
Tot slot kan een ambtenaar bij het waterschap zijn Individueel KeuzeBudget (IKB) laten uitbetalen (artikel 3.2.7).
Op grond van artikel 4:87 Awb geschiedt de betaling van een geldschuld binnen zes weken na bekendmaking van de betreffende beschikking.
Als gebruik wordt gemaakt van de in artikel 4:88, lid 1, Awb geboden mogelijkheid om “bij wettelijk voorschrift” geldschulden uit te sluiten van de beschikkingsplicht, moet tevens worden bepaald binnen welke termijn de betaling plaatsvindt.
Voor de betaaltermijnen van de bezoldiging en vergoedingen van bestuurders en ambtenaren is, in aansluiting op de salarisadministratie, een onderscheid gemaakt tussen de vaste maandelijkse geldschulden/betalingen en de geldschulden/betalingen op declaratiebasis.