Organisatie | Doesburg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Re-integratieverordening Participatiewet gemeente Doesburg 2015 |
Citeertitel | Re-integratieverordening Participatiewet Gemeente Doesburg 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Toelichting Re-integratieverordening Participatiewet |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-06-2017 | 01-01-2017 | Wijziging artt. 9, 11, 12 | 20-04-2017 | Onbekend. | |
01-01-2015 | 09-06-2017 | Nieuwe regeling | 27-11-2014 | 271114/9 |
De raad van de gemeente Doesburg;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 oktober 2014;
gehoord de commissie Maatschappelijke Ontwikkeling van 11 november 2014;
gelet op de artikelen 8a, eerste lid, aanhef en onder a, c, d en e, en tweede lid, en 10b, vierde lid, van de Participatiewet;
Re-integratieverordening Participatiewet gemeente Doesburg 2015.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
mantelzorg: langdurige zorg die wordt geboden aan een hulpbehoevende door persoenen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie, de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden;
Hoofdstuk 2 Beleid en financiën
Artikel 2. Evenwichtige verdeling en financiering
Het college houdt bij het aanbieden van de in deze verordening opgenomen voorzieningen rekening met de omstandigheden en eventuele functionele beperkingen van een persoon. De omstandigheden hebben in ieder geval betrekking op zorgtaken van die persoon. en de mogelijkheid dat hij behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie. Onder zorgtaken wordt in ieder geval verstaan:
Artikel 3. Algemene bepalingen over voorzieningen
Het college stelt ter nadere uitvoering van deze verordening beleidsregels vast waarin wordt vastgelegd welke voorzieningen, waaronder ondersteunende voorzieningen, het college in ieder geval kan aanbieden en de voorwaarden die daarbij gelden voor zover daarover in deze verordening geen nadere bepalingen zijn opgenomen.
Het college kan een voorziening beëindigen als:
de persoon die aan de voorziening deelneemt zijn verplichting als bedoeld in de artikelen 9 en 17 van de wet, de artikelen 13 en 37 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers of de artikelen 13 en 37 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen niet nakomt;
Onverminderd het bepaalde in het eerste lid krijgt een persoon van wie is vastgesteld dat deze alleen in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft en die nog niet in aanmerking is gekomen voor een beschut werkplek omdat het aantal geraamde beschut werkplekken in één jaar al is gerealiseerd, voorrang op personen van wie later is vastgesteld dat zij alleen in een beschutte omgeving onder aangepaste omstandigheden mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben.
Om de in artikel 10b, eerste lid, van de wet, bedoelde werkzaamheden mogelijk te maken kan het college onder andere de volgende ondersteunende voorzieningen inzetten: loonkostensubsidie op grond van artikel 10d van de wet, fysieke aanpassingen van de werkplek of de werkomgeving, uitsplitsing van taken of aanpassingen in de wijze van werkbegeleiding, werktempo of arbeidsduur.
Artikel 10. Ondersteuning bij leer-werktraject
Het college kan ondersteuning aanbieden aan een persoon uit de doelgroep ten aanzien van wie het college van oordeel is dat een leer-werktraject nodig is, voor zover deze ondersteuning nodig is voor het volgen van een leer-werktraject en het personen betreft:
Artikel 11. Persoonlijke ondersteuning, werkgevers- / jobcoaching
Het college kan als een werkgever een dienstverband aangaat met een persoon die behoort tot de doelgroep en waarvan is vastgesteld dat hij zonder persoonlijke ondersteuning niet in staat is de door de werkgever opgedragen taken te verrichten, vanaf het moment van aanvang van het dienstverband de volgende voorzieningen op aanvraag inzetten:
De in het eerste lid, aanhef en onder b bedoelde voorzieningen worden alleen verstrekt indien de externe werkgevers-/jobcoach werkzaam is bij een door het UWV erkende jobcoachorganisatie, of anderszins erkend of gecertificeerd is en het college van oordeel is dat de betreffende coach beschikt over voldoende kwaliteiten om de noodzakelijke ondersteuning te bieden.
Bij inzet van de in het eerste lid bedoelde voorzieningen wordt uitgegaan van de begeleidingsbehoefte met inachtneming van het volgende:
de in het eerste lid, aanhef en onder a bedoelde subsidie wordt bij een arbeidsovereenkomst voor een jaar of langer en voor 24 uur per week of meer, verstrekt tot een bedrag van maximaal € 2.700,– per jaar. Bij een arbeidsovereenkomst voor minder dan 24 uur per week of voor korter dan een jaar, wordt dit bedrag naar rato naar beneden vastgesteld.