Organisatie | Lochem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Clientenparticipatie Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening 2015 |
Citeertitel | Verordening Clientenparticipatie Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Participatiewet |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 19-10-2017 | nieuwe regeling | 13-10-2014 digitaal gemeenteblad en Berkelbode, 15 oktober 2014 | 2014-004815 |
VerordeningcliëntenparticipatieParticipatiewetenWetsocialewerkvoorziening2015
De raad van de gemeente Lochem;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 september 2014;
gelet op artikel 47 van de Participatiewet en artikel 2, derde lid Wet sociale werkvoorziening;
gelet op het Beleidsplan Participatiewet;
gelet op het advies van de Cliëntenraad;
besluit vast te stellen de navolgende verordening:
VerordeningcliëntenparticipatieParticipatiewetenWetsocialewerkvoorziening2015.
Hoofdstuk 3. Taken van het bestuur, ondersteuning, taken en bevoegdheden van de cliëntenraad en taken van de ambtelijk secretaris
Artikel 5. Ondersteuning van de cliëntenraad
Het bestuur zorgt voor adequate ondersteuning van de cliëntenraad. Hiertoe:
Artikel 7. Bevoegdheden van de cliëntenraad
De Cliëntenraad heeft de bevoegdheid om voor een goede invulling van zijn taakstelling in voorkomende gevallen gebruik te maken van deskundigheid anders dan die van Het Plein: Hiertoe wendt de cliëntenraad het budget aan dat haar door het bestuur ingevolge artikel 12 ter beschikking wordt gesteld. Deskundigheid die Het Plein biedt, is gratis.
Het Plein stelt de Cliëntenraad in de gelegenheid advies op grond van het eerste lid uit te brengen over beleid en uitvoering en wel zodanig dat er een daadwerkelijke invloed mogelijk is op de besluitvorming. Indien Het Plein advies vraagt, wordt het advies binnen vier weken uitgebracht; Alle adviezen, informatieverzoeken en verbetervoorstellen die door de Cliëntenraad schriftelijk zijn verstrekt, worden door Het Plein beoordeeld. Het Plein verzorgt binnen vier weken een schriftelijk met redenen omklede reactie.
Hoofdstuk 4. Overleg Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening
Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan artikel 47 van de Participatiewet. Dit artikel draagt de gemeenteraad op bij verordening regels vast te stellen over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijke beleid. Personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet zijn personen:
als bedoeld in artikel 34a, vijfde lid onderdelen b en c, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (hierna: WIA), artikel 35, vierde lid, onderdelen b en c, van de WIA en artikel 36, derde lid, onderdelen b en c, van de WIA tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d van de Participatiewet is verleend;
en, die voor de arbeidsinschakeling zijn aangewezen op een door het college aangeboden voorziening.
Deze verordening geeft tevens invulling aan het bepaalde in artikel 2, derde lid van de Wet sociale werkvoorziening. In dat artikel is het volgende geregeld: “De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de ingezetenen die geïndiceerd zijn of hun vertegenwoordigers worden betrokken bij de uitvoering van deze wet”. Met deze insteek wordt het vaststellen van een separate verordening “Cliëntenparticipatie Wsw” voorkomen. Tevens draagt het bij aan de integraliteit in de benadering en behandeling van (cliëntenparticipatie)vraagstukken die bij de (uitvoering van de) Participatiewet en Wet sociale werkvoorziening gewenst, zo niet noodzakelijk is.
Om een goede werking van de cliëntenraad te waarborgen, worden de leden van de cliëntenraad ondersteund en gefaciliteerd door Het Plein.
De regering hecht sterk aan actieve betrokkenheid van burgers die met de Participatiewet te maken krijgen. Dit signaal heeft de raad en bestuur ook meermalen afgegeven.
Daarom is er een verordening tot stand gekomen, die daar recht aan doet en die bovendien in het kader van “samenwerken en samen werken” tussen Cliëntenraad van Het Plein en Het Plein, kortom via een vorm van co productie, tot stand is gekomen. Zie hiervoor en tevens het “Beleidsplan Participatiewet”.
Enkel die bepalingen die om een nadere toelichting vragen, worden hier behandeld.
Zie tevens hiervoor. Er is gekozen voor de term “Kernbestuur”, om verwarring met de term “Dagelijks Bestuur” te voorkomen. Het kernbestuur bestaat naast de voorzitter uit een secretaris (niet te verwarren met de ambtelijk secretaris) en (maximaal) nog twee leden. Deze (maximaal) vier personen vormen doorgaans de rol van eerste gesprekspartner voor Het Plein. Deze invulling/werkwijze is effectief gebleken en vraagt om voortzetting en formalisering in deze verordening. Het risico is wel dat “de overige leden van de Cliëntenraad” min of meer achter kunnen blijven qua informatieniveau. Het is primair aan de Cliëntenraad, maar ook aan Het Plein om er aan bij te dragen dat dit wordt voorkomen.
Uitgangspunt is dat cliënten en hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de uitvoering van de Participatiewet en de Wsw. De Cliëntenraad werkt nauw samen met de burgerparticipatie in de Wmo. Zij stemmen de adviezen die zij uitbrengen, daar waar nodig, op elkaar af. De overige bepalingen in dit artikel hebben een regulerend karakter (aantal leden en vergaderingen, oplossing voor wanneer de stemmen staken)
Een ambtenaar van Het Plein heeft een rol als ambtelijk secretaris. Deze ambtenaar vormt de intermediaire functie tussen Cliëntenraad en Het Plein. Al dan niet formele kontakten tussen beide partijen lopen dus via de ambtelijk secretaris. Administratieve ondersteuning van de ambtelijk secretaris, maar vooral ten gunste van de Cliëntenraad, zal via beleidsregels genoemd in artikel 12 worden ingevuld. Zie tevens de toelichting op artikel 12.
Hier wordt de tijdigheid van het betrekken van de Cliëntenraad bij beleidsvorming benadrukt.
Om de Cliëntenraad goed te kunnen laten functioneren, wat in ieders belang is, is het nodig een aantal (basale) zaken, zoals vergaderruimte, adequate informatieverstrekking te optimaliseren. Dat is het doel van dit artikel.
De Cliëntenraad kan gevraagd en ongevraagd adviseren. Hiermee wordt de onafhankelijke status van de Cliëntenraad benadrukt.
De praktijk toont dat het noodzakelijk is dat helder staat aangegeven wat de positie van de Cliëntenraad ten opzichte van het bestuursorgaan is: waarover geeft de Cliëntenraad eigenlijk advies? In deze verordening is daarom een onderscheid gemaakt naar het initiatiefrecht, informatierecht en adviesrecht. Bij elk van de rechten horen onderwerpen die zich voor de uitoefening van de drie rechten lenen.
Zie tevens de toelichting bij artikel 3. De ambtelijk secretaris beschikt over de bevoegdheid een tussentijds extra overleg in te lassen.
Veel van de onderwerpen die de Cliëntenraad aangaan en juist ook bezighouden, hebben rechtstreeks betrekking op de uitvoering door Het Plein. Het is daarom noodzakelijk dat de Cliëntenraad naast een tweejaarlijks overleg met het bestuur tevens met de eindverantwoordelijke van Het Plein, de directeur, eveneens met een frequentie van 2 keer per jaar, overleg voert.
Dat zelfde geldt voor de directeur van de organisatie die namens de gemeenten Lochem en Zutphen de Wet sociale werkvoorziening uitvoert: dat staat in artikel 10
Een combinatie van de overleggen met de twee directeuren ligt, gezien deze verordening, voor de hand. Artikel 11
De verordening vraagt om cliëntenraadsleden die uit de doelgroep afkomstig zijn. In de positie van
cliëntenraadslid wordt men geacht een kritische rol ten aanzien van de uitvoeringsorganisatie aan te nemen. Er bestaat een risico dat deze raadsleden in hun positie als cliënt van Het Plein daar nadelen van ondervinden. Om dat risico in te dammen is lid 1 van artikel 11 opgenomen. Cliëntenraadsleden hebben contacten met cliënten en hebben in die positie kennis van privacygevoelige zaken. Om die reden is de geheimhoudingsplicht in artikel 11, tweede lid opgenomen.
Het bestuur zorgt ervoor dat de Cliëntenraad kan beschikken over middelen die noodzakelijk zijn voor de taken die de Cliëntenraad uitoefent. Daartoe stelt Het Plein een budget ter beschikking, dat daar recht aan doet: Bij de vaststelling van een budget neemt het bestuur in overweging wat in vergelijkbare situaties (in den lande) daarbij gebruikelijk is. De middelen, cq. faciliteiten kunnen als daar aanleiding toe is in natura worden verstrekt: bijvoor beeld een kantoor- annex vergaderruimte. Het bestuur stelt hiervoor beleidsregels op.
In de beleidsregels wordt tevens aandacht geschonken aan onder welke voorwaarden en tegen welke hoogte de cliëntenraadsleden een vergoeding ontvangen voor hun aanwezigheid tijdens de vergaderingen in artikel 2.
Dit artikel waarborgt dat de raad op de hoogte is en blijft van het functioneren van de Cliëntenraad.