Organisatie | Hengelo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit Jeugdhulp gemeente Hengelo |
Citeertitel | Besluit Jeugdhulp gemeente Hengelo |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | Onbekend | 02-12-2014 Onbekend | Onbekend |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hengelo;
gelet op de Verordening Jeugdhulp gemeente Hengelo 2015 nummer 1012268;
gelet op het bepaalde in artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht;
gezien het advies van de WMO-cliëntenraad van 21 november 2014;
op grond van de artikelen 3.3. en 5.4 en 6.2. nadere regels te stellen ter nadere uitwerking van de Verordening jeugdhulp gemeente Hengelo 2015;
op grond van artikel 6.2 beleidsregels vast te stellen ter uitvoering van de Verordening Jeugdhulp gemeente Hengelo;
Hoofdstuk 2 Nadere uitwerking afweging individuele voorzieningen
§ 2.1 Eigen kracht of met ouders of andere personen uit de naaste omgeving
Onder eigen kracht, zoals vermeld in artikel 3.1 lid 1 onder a van de verordening wordt verstaan datgene wat binnen het vermogen van de jeugdige en/of zijn ouders ligt om zelf tot verbetering van zijn zelfredzaamheid of participatie te komen. De jeugdige en/of zijn ouders moet zich in hoge mate inspannen om dát aan te wenden wat binnen zijn eigen bereik ligt om in zijn behoefte aan ondersteuning te voorzien.
Artikel 2.1.2. Gebruikelijke hulp
Onder gebruikelijke hulp waarop gedoeld wordt in artikel 3.1 lid 1 onder a van de verordening wordt verstaan de normale, dagelijkse zorg die partners, ouders, inwonende kinderen of andere huisgenoten geacht worden elkaar onderling te bieden, omdat ze als leefeenheid een gezamenlijk huishouden voeren en op die grond een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben voor het functioneren van dat huishouden.
Bij gebruikelijke hulp wordt gekeken naar wat aan tijdsbesteding bij die activiteit bij een gezond kind c.q. kind zonder beperkingen van dezelfde leeftijdscategorie hoort. Deze tijdsbesteding per leeftijdscategorie is opgenomen in bijlage 1.
Wanneer de hulp aan de jeugdige de tijdsbesteding in bijlage 1 voor dezelfde leeftijdscategorie overschrijdt, is er geen sprake van gebruikelijke hulp.
Artikel 2.1.3. Uitzonderingen op het bieden van gebruikelijke zorg
Voor zover een ouder, volwassen broer/zus en/of elke andere volwassen huisgenoot geobjectiveerde beperkingen heeft en/of kennis/vaardigheden mist om gebruikelijke hulp voor de jeugdige uit te voeren en deze vaardigheden niet kan aanleren, wordt van hen geen bijdrage verwacht. Er is sprake van een geobjectiveerde beperking als er op medische gronden, naar objectieve maatstaven gemeten, sprake is van beperkingen waardoor langdurig geen hulp kan worden verleend aan cliënt. De reden dat de ouder, volwassen broer/zus en/of elke andere volwassen huisgenoot de vaardigheden niet kan aanleren, moet worden gemotiveerd.
§ 2.2. Overige voorzieningen en andere voorzieningen
Artikel 2.2.1. Overige voorzieningen en andere voorzieningen
Onder een overige voorziening als bedoeld onder artikel 3.1. lid 1 onder b van de verordening wordt verstaan een voorziening die wordt geleverd op basis van directe beschikbaarheid, een beperkte toegangsbeoordeling en die een snelle en adequate oplossing biedt voor de beperkingen die een jeugdige ondervindt.
Hoofdstuk 3 Persoonsgebonden budget
bedraagt in het geval van professionele ondersteuning ten hoogste 80 % van de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate te verstrekken voorziening in natura, of de goedkoopste adequate oplossing via de leverancier of de aanbieder waarmee de gemeente een contract heeft gesloten;
Artikel 3.3. Verplichtingen en kwaliteitseisen
Indien de jeugdige zich laat vertegenwoordigen gelden de volgende eisen:
de persoon/organisatie die de jeugdige vertegenwoordigt is niet tevens uitvoerder van de ondersteuning die met het pgb wordt ingekocht, tenzij dit, gezien de situatie van de jeugdige, de aard van de ingekochte ondersteuning en de waarborgen waarmee een verantwoorde besteding van het pgb is omgeven, naar het oordeel van het college aanvaardbaar is.
Artikel 3.4. Combinatie van voorzieningen
Betreft de aanvraag meerdere voorzieningen dan heeft de jeugdige en/of ouders de keuze om de voorzieningen gedeeltelijk in de vorm van een pgb en gedeeltelijk in natura aan te vragen.