Overheidsorganisatie | Gemeente Vught |
---|---|
Officiële naam regeling | Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Vught 2015 |
Citeertitel | Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Vught 2015 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Nieuwe regeling |
Geen
Onbekend
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-07-2015 | 01-07-2015 | 10-08-2015 | art. 2.2, art. 2.5 toegevoegd, art. 3.1 Bijlage | 30-06-2015 | nieuwe versie |
30-04-2015 | 09-07-2015 | Bijlage | 03-03-2015 | nieuwe versie | |
01-01-2015 | 30-04-2015 | Onbekend | 02-12-2014 | Nieuwe regeling |
1. In dit besluit wordt verstaan onder:
Verordening
de geldende verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Vught.
2. Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de wet, het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, de Algemene wet bestuursrecht en de verordening.
1. Iedere cliënt legt verantwoording af over (de besteding van) het persoonsgebonden budget.
2. De cliënt hoeft van het persoonsgebonden budget 1,5% per jaar niet te verantwoorden, met een minimum van € 250,- en een maximum van € 1250,- per jaar.
3. Het niet te verantwoorden budget is bedoeld voor (kleine) administratieve kosten en ook de kosten voor arbeidsbemiddeling van een bemiddelingspartij (met een Per Saldo Keurmerk) vallen hieronder.
4. De controle van de verantwoording van het persoonsgebonden budget door de budgethouder aan het college kan steekproefgewijs plaatsvinden na afloop van de verstrekking dan wel na afloop van enig kalenderjaar.
1. Een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden wordt vastgesteld op basis van een indicatie voor ‘Hulp bij het huishouden’.
2. De omvang van het persoonsgebonden budget wordt vastgesteld in uren per week.
3. Het bedrag van het persoonsgebonden budget voor ‘Hulp bij het huishouden’ bedraagt maximaal:
100% van het in bijlage 1 genoemde pgb-tarief indien de cliënt een zorgorganisatie inschakelt met medewerkers in loondienst met de voor de sector toepasselijke cao (veelal VVT).
85% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt een zzp’er of zorgorganisatie die een lagere cao hanteert, inschakelt.
50% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt iemand uit het sociaal netwerk inschakelt, met een maximum van € 8,-.
Het bedrag van het persoonsgebonden budget voor begeleiding individueel bedraagt maximaal:
100% van het in bijlage 1 genoemde pgb-tarief indien de cliënt een zorgorganisatie inschakelt met medewerkers in loondienst met de voor de sector toepasselijke cao (veelal VVT).
85% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt een zzp’er of zorgorganisatie die een lagere cao hanteert, inschakelt.
50% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt iemand uit het sociaal netwerk inschakelt, met een maximum van € 20,- per uur.
Het persoonsgebonden budget voor begeleiding groep bedraagt maximaal:
100% van het in bijlage 1 genoemde pgb-tarief indien de cliënt een zorgorganisatie inschakelt met medewerkers in loondienst met de voor de sector toepasselijke cao (veelal VVT).
85% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt een zzp’er of zorgorganisatie die een lagere cao hanteert, inschakelt.
50% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt iemand uit het sociaal netwerk inschakelt, met een maximum van € 20,- per dagdeel.
Het persoonsgebonden budget voor persoonlijke verzorging bedraagt maximaal:
100% van het in bijlage 1 genoemde pgb-tarief indien de cliënt een zorgorganisatie inschakelt met medewerkers in loondienst met de voor de sector toepasselijke cao (veelal VVT).
85% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt een zzp’er of zorgorganisatie die een lagere cao hanteert, inschakelt.
50% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt iemand uit het sociaal netwerk inschakelt, met een maximum van € 15,00 per uur.
Het persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf bedraagt maximaal:
100% van het in bijlage 1 genoemde pgb-tarief indien de cliënt een zorgorganisatie inschakelt met medewerkers in loondienst met de voor de sector toepasselijke cao (veelal VVT).
85% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt een zzp’er of zorgorganisatie die een lagere cao hanteert, inschakelt.
50% van het onder a genoemde tarief indien de cliënt iemand uit het sociaal netwerk inschakelt, met een maximum van € 30,- per etmaal voor kortdurend verblijf.
1. Het persoonsgebonden budget voor woonvoorzieningen wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de prijs van de goedkoopst adequate voorziening, inclusief kosten van onderhoud, verzekering en reparatie, zoals die door het college aan de leverancier betaald zou worden.
2. Het persoonsgebonden budget voor de verhuis- en herinrichtingskosten bedraagt maximaal € 2.300,--.
3. Het persoonsgebonden budget voor het bezoekbaar maken van een woonruimte bedraagt maximaal € 2.300,--.
1. Het persoonsgebonden budget voor een rolstoel wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de prijs van de goedkoopst adequate voorziening, inclusief kosten van onderhoud, verzekering en reparatie, zoals die door het college aan de leverancier betaald zou worden.
2. Het persoonsgebonden budget voor een aanpassing van een rolstoel wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de prijs van de goedkoopst adequate voorziening, inclusief kosten van onderhoud en verzekering, zoals die door het college aan de leverancier betaald zou worden.
1. Het persoonsgebonden budget voor de vervoersvoorzieningen wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de prijs van de goedkoopst adequate voorziening, inclusief kosten van onderhoud, verzekering en reparatie, zoals die door het college aan de leverancier betaald zou worden.
2. In afwijking van lid 1 bedraagt het persoonsgebonden budget bedraagt:
voor gebruik van een taxi maximaal € 580,- per jaar.
voor gebruik van een rolstoeltaxi maximaal € 580,- per jaar.
Een persoonsgebonden budget voor een sportvoorziening bedraagt maximaal € 2.800,- welk bedrag bedoeld is als vergoeding in aanschaf, onderhoud en reparatie van de sportvoorziening voor een periode van drie jaar.
Het persoonsgebonden budget voor beschermd wonen bedraagt maximaal 100% van het in bijlage 1 genoemde pgb-tarief.
€
1 De kostprijs bij verstrekking in natura is:
€ 14,00 per uur voor begeleiding individueel
€ 14,00 per dagdeel voor begeleiding groep
€ 14,00 per uur voor persoonlijke verzorging
€ 14,00 per etmaal voor kortdurend verblijf.
2 De kostprijs voor de niet in lid 1 genoemde voorzieningen is gelijk aan de prijs waarvoor de gemeente de voorziening in natura betrekt van een leverancier/aanbieder, inclusief eventuele reparatie- en onderhoudskosten.
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.
Deze besluit wordt aangehaald als “Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Vught 2015”.