Organisatie | Dronten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels jongeren in de Participatiewet |
Citeertitel | Beleidsregels jongeren in de Participatiewet |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | Onbekend | 18-11-2014 Onbekend | B14.001684 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dronten,
gelet op artikel 13 lid 2 onder c van de Participatiewet;
overwegende dat het college bevoegd is beleidsregels vast te stellen met betrekking tot de uitvoering van de Participatiewet;
Vast te stellen de hierna volgende Beleidsregels Jongeren in de Participatiewet
HOOFDSTUK 2. UITVOERINGSREGELS
De jongere wordt geacht dit te kunnen aantonen door een dwingend studie advies, een bewijsstuk waaruit blijkt dat zij voor de Leerplichtwet zijn vrijgesteld dan wel, als hij de leeftijd van 23 jaar nog niet heeft bereikt, een verklaring van een functionaris van de regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten.
De jongere met een startkwalificatie, maar geen afgeronde HBO opleiding kan dit aantonen door middel van diploma’s, certificaten en/of getuigschriften. Als het college van mening is dat het opleidingsniveau voldoende is om de jongere via een traject naar betaalde arbeid toe te leiden, is artikel 2 lid 2 op deze jongere niet van toepassing.
Van de jongere, die naar het oordeel van het college begeleid moet worden door een begeleider vanwege ernstige zorgproblematiek, wordt aangenomen dat hij niet in staat is uit Rijkskas bekostigd onderwijs te volgen, tot het moment waarop het zorgtraject naar het oordeel van het college kan worden afgesloten.
De jongere die in een WSNP-traject zit, wordt geacht gebruik te kunnen maken van een opleiding op MBO 1 of 2 niveau, of er dient beoordeeld te worden dat deze jongere een BBL-opleiding kan volgen waarmee mogelijk recht op bijstand bestaat. Volgt deze jongere een opleiding op MBO 1 of 2 niveau, dan wordt beoordeeld of in plaats van een deel lening noodzaak tot bijstandsverlening bestaat.
Bij melding van de jongere krijgt hij van de inkomensconsulent voorlichting over het feit dat hij geacht wordt of terug te gaan naar school, of bewijs aan te leveren dat hij niet terug kan naar school. Jongeren tot 23 jaar worden doorverwezen naar het RMC die kan vast stellen of de jongere terug kan naar school en hem daarin eventueel kan begeleiden. Ook krijgt de jongere voorlichting over de zoektijd en over het traject wat tijdens de zoektijd eventueel wordt aangeboden.
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de Participatiewet, Awb, Leerplichtwet of de Gemeentewet niet afzonderlijk te definiëren in deze beleidsregels. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de betreffende wetten, ook de beleidsregels moeten worden gewijzigd.
Iemand met een HBO opleiding of hoger wordt geacht voldoende gekwalificeerd te zijn.
Van alle andere jongeren wordt verwacht dat zij in principe hun startkwalificatie behalen dan wel verbeteren. Een startkwalificatie is volgens de wet een diploma op MBO-2 niveau, Havo of VWO.
Als een jongere met een mbo niveau 2 wel nog een hoger niveau kan halen, is het van belang te weten dat voor niveau 3 en 4 een prestatiebeurs geldt. Jongeren krijgen 10 jaar de tijd om het niveau te behalen. Lukt dat, dan is het een gift, lukt het niet, dan is het een lening die terugbetaald moet worden. Zorgvuldige afweging om jongeren niet na 10 jaar met een schuld te belasten, moet dus plaatsvinden.
De jongere die niet meer leerbaar is hoeft niet terug naar school. De bewijslast ligt in principe bij de jongere.
Voor zover nodig in afwijking van het eerste lid wordt onder een voortijdig schoolverlater niet verstaan degene die in het bezit is van een diploma van een opleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid onderdeel a Wet educatie en beroepsonderwijs, een getuigschrift van het arbeidsmarktgerichte uitstroomprofiel of het uitstroomprofiel dagbesteding als bedoeld in artikel 14d respectievelijk artikel 14g van de Wet op de expertisecentra dan wel een getuigschrift van het praktijkonderwijs als bedoeld in artikel 10f van de Wet op het voortgezet onderwijs en werkzaam is op grond van een aanstelling of arbeidsovereenkomst.
Het grootste gedeelte van deze groep zal waarschijnlijk nooit in staat zijn om een niveau 1 te behalen, laat staan een HBO opleiding. Deze groep jongeren hoeft conform de Leerplichtwet vanaf het schooljaar nadat ze 16 jaar zijn geworden niet meer naar school en ook niet meer ingeschreven te staan. Ze mogen dit wel, maar we kunnen ze daartoe niet dwingen. Als een dergelijke jongere zich meldt bij de gemeente voor een uitkering, kan er in principe niet verlangd worden dat zij terug naar school gaan, als zij binnen de leerplichtwet al uitgezonderd zijn van de kwalificatieplicht. Dit geldt overigens ook voor jongeren met een diploma niveau 1 en die gaan werken. Ook zij zijn voortijdig schoolverlaters voor het Ministerie, omdat zij het maximaal haalbare hebben bereikt.
Als de jongere wel een startkwalificatie heeft, maar geen HBO, kan het college besluiten dat deze kwalificatie voldoende is. Hiervan zal sprake zijn als verwacht wordt dat de jongere op korte termijn, eventueel met hulp van de gemeente, een baan vindt.
Een juiste beoordeling is hierbij van groot belang, omdat het college niet kan terugkomen op dit besluit.
In het vierde lid worden jongeren bedoeld die door hun omstandigheden extra zorg nodig hebben en daardoor (nog) niet naar school kunnen. Hierbij kan sprake zijn van verslavingsproblematiek, psychische omstandigheden en dergelijke. Het doel van het traject moet uiteindelijk school zijn.
Het vijfde lid betreft jongeren die, omdat ze in de WSNP zitten, geen nieuwe schulden mogen maken. Hierdoor zullen ze geen gebruik mogen maken van studiefinanciering. Een BBL opleiding ziet voornamelijk op werken, waardoor dit eventueel wel tot de mogelijkheden behoort. Ook een opleiding op MBO 1 of 2 niveau kent geen prestatiebeurs, waardoor dit tot de mogelijkheden behoort. Omdat er hier ook sprake is van een mogelijke aanvullende lening, zal beoordeeld moeten worden of er een noodzaak is dit in de vorm van bijstand te verstrekken, zodat er geen nieuwe schulden ontstaan.