Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Bergen (NH)

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Bergen (NH)
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van leges 2015
CiteertitelLegesverordening 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de Legesverordening 2014

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 156
  2. Gemeentewet, art. 229

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-12-201401-01-2015nieuwe regeling

11-12-2014

Gemeenteblad 2014 nr. 75796 17 december 2014

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015

De raad van de gemeente Bergen;

gelezen het voorstel van het college van Bergen van 28 oktober 2014;

gezien het advies van de Algemene raadscommissie van 20 november 2014;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015

(Legesverordening 2015).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • f.

    ‘het college’: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets);

  • d.

    van openbare besturen, ambtenaren of instellingen van de diensten door hen in het algemeen belang verzocht, met uitzondering van die genoemd onder Titel 1, hoofdstuk 4, Verstrekkingen uit de basisregistratie personen van de bij deze verordening behorende tarieventabel;

  • e.

    van schoolbesturen en daarmede gelijk te stellen organisaties ten aanzien van inlichtingen of opgaven uit het bevolkingsregister en uit de registers van de burgerlijke stand;

  • f.

    ter zake van het in behandeling nemen en verrichten van dienstverleningen en van handelingen ter zake van:

    • 1.

      het afgeven van een verklaring omtrent inkomen en vermogen (bewijs van onvermogen);

    • 2.

      een bewijs van in leven zijn tot ontvangst van een Nederlandse ridderorde, lijfrente, pensioen, wachtgeld of uitkering;

    • 3.

      de aan belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften daarvan, houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging hiervan, van enige gemeentelijke functie of dienstverlening jegens de gemeente;

    • 4.

      de aan belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften daarvan, houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de gemeentekas;

    • 5.

      het verstrekken aan de publiciteitsmedia van voorstellen aan de raad.

  • g.

    het houden van collecten, inzamelingsacties alsmede een klein kansspel door liefdadigheidsorganisaties en verenigingen zonder winstoogmerk.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet  bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet .

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990  moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet  is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Vermindering of teruggaaf

  • 1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990  wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 9 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens );

    • 6.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 10 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11 Overgangsrecht

  • 1. De “legesverordening 2014” van 12 december 2013, alsmede haar bij raadsbesluit laatstelijk vastgestelde wijziging(en), wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten:

    • a.

      die zich voor die datum hebben voorgedaan;

    • b.

      waarop de Wet ruimtelijke ordening  of de Woningwet  zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht  nog moeten worden toegepast.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2015.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de

raad van de gemeente Bergen op 11 december 2014

de griffier, de voorzitter,

Bijlage Tarieventabel, behorende bij de Verordening leges 2015

 

Titel 1Algemene dienstverlening 
    
Hoofdstuk 1Burgerlijke stand 
   
1.1.1Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of een omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op: 
1.1.1.1maandag en woensdag van 9.00 tot 9.15 uur in het gemeentehuisKosteloos
1.1.1.2overige dagen€ 383,50
1.1.1.2.1Indien het voorgenomen huwelijk wordt geannuleerd onder een verschoonbare reden, worden de leges als onder 1.1.1.2 gerestitueerd. 
1.1.1.2.2Het tarief bedraagt voor het, op verzoek, benoemen van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand€ 28,05
1.1.1.2.3Het tarief bedraagt voor het optreden van een ambtenaar als getuige bij een gratis huwelijk of een geregistreerd partnerschap in het gemeentehuis€ 15,30
1.1.2Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in het gemeentehuis of een aangewezen locatie:€ 383,50
1.1.3Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek€ 383,50
1.1.4Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek€ 383,50
1.1.5Het tarief bedraagt voor: 
1.1.5.1het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje met een plastic omslag€ 15,30
1.1.5.2het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje met een leren omslag€ 30,60
1.1.5.3het kaligrafisch bijschrijven van kind of kinderen€ 12,75
1.1.5.3.1De tarieven onder 1.1.5.1, 1.1.5.2 worden verhoogd indien de tekst kalligrafisch is aangebracht met€ 20,40
1.1.6Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier€ 20,80
1.1.7Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.€ 12,70
1.1.8Elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1, Burgerlijk Wetboek.€ 22,60
1.1.9Tot het verkrijgen van een attestatie de vita op grond van de internationale overeenkomst 1998.€ 12,70
Hoofdstuk 2Reisdocumenten 
   
1.2.Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: 
1.2.1.van een nationaal paspoort: 
1.2.1.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is€ 66,95
1.2.1.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt€ 51,05
1.2.2van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): 
1.2.2.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is€ 66,95
1.2.2.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt€ 51,05
1.2.3van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): 
1.2.3.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is€ 66,95
1.2.3.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt€ 51,05
1.2.4van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen€ 51,05
1.2.5van een Nederlandse identiteitskaart: 
1.2.5.1voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is€ 52,95
1.2.5.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt€ 28,35
1.2.6voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van€ 47,05
    
Hoofdstuk 3Rijbewijzen 
   
1.3.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs€ 38,80
1.3.2Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met€ 34,10
Hoofdstuk 4Verstrekkingen uit de Basisregistratie Personen 
   
1.4.1Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de Basisregistratie Personen moet worden geraadpleegd. 
1.4.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.4.2.1tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking€ 11,40
1.4.2.2tot het verstrekken van gegevens via DigiD: per verstrekking€ 5,00
1.4.2.3tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar: 
1.4.2.3.1voor 100 verstrekkingen€ 832,00
1.4.2.3.2voor 500 verstrekkingen€ 3.329,00
1.4.2.3.3voor 1.000 verstrekkingen€ 4.994,00
1.4.2.4tot het afsluiten van een abonnement op het wekelijks verstrekken van een opgave van verhuizingen binnen de gemeente, vertrekken uit de gemeente en vestigingen in de gemeente€ 34,30
1.4.3Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de Basisregistratie Personen. 
1.4.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.4.4.1tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking€ 7,50
1.4.4.2tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar: 
1.4.4.2.1voor 100 verstrekkingen€ 728,00
1.4.4.2.2voor 500 verstrekkingen€ 3.329,00
1.4.4.2.3voor 1.000 verstrekkingen€ 4.994,00
1.4.5In afwijking van de voorgaande onderdelen wordt het tarief gehanteerd overeenkomstig artikel 33 Regeling Basisreistratie personen indien de in dit artikel genoemde verzoeken zijn gedaan. 
1.4.7Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie Personen, voor ieder daaraan besteed kwartier€ 20,80
    
Hoofdstuk 5Verstrekkingen uit het Kiezersregister 
   
1.5Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet€ 13,50
Hoofdstuk 6Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens 
   
1.6.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens: 
1.6.1.1bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit: 
1.6.1.1.1ten hoogste 100 pagina’s, per pagina€ 0,23
 met een maximum per bericht van€ 5,00
1.6.1.1.2meer dan 100 pagina’s€ 22,50
1.6.1.2bij verstrekking anders dan op papier€ 5,00
1.6.1.3dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking€ 22,50
1.6.2Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd. 
1.6.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens€ 4,50
    
Hoofdstuk 7Bestuursstukken 
   
1.7.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 
1.7.1.1een afschrift van de gemeentebegroting€ 27,05
1.7.1.2een afschrift van de gemeenterekening€ 27,05
1.7.1.3een afschrift van de productraming€ 27,05
1.7.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.7.2.1tot het verstrekken van: 
1.7.2.1.1een afschrift van de Algemeen Plaatselijke Verordening€ 20,80
1.7.2.1.2een afschrift van elke andere verordening€ 20,80
1.7.2.2tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar: 
1.7.2.2.1op de agenda’s met de daarbij behorende voorstellen, notulen en stukken van de gemeenteraad en algemene raadscommissie, mits afgehaald op het gemeentehuis, per bladzijde€ 0,35
1.7.2.2.2op de agenda’s met de daarbij behorende voorstellen, notulen en stukken, indien per post bezorgd per jaar van: 
1.7.2.2.2.1één raadscommissie€ 41,60
1.7.2.2.2.2twee of meer raadscommissies€ 37,45
1.7.2.2.2.3de gemeenteraad en één raadscommissie€ 135,25
1.7.2.2.2.4de gemeenteraad en alle raadscommissies€ 243,15
Hoofdstuk 8Vastgoedinformatie 
   
1.8.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.8.1.1tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan: 
1.8.1.1.1in formaat A4 of kleiner, per bladzijde€ 0,35
1.8.1.1.2in formaat A4 of kleiner kleur, per bladzijde€ 0,50
1.8.1.1.3in formaat A3€ 0,40
1.8.1.1.4in formaat A3 kleur€ 0,60
1.8.1.1.5in formaat groter dan A3€ 8,15
1.8.1.1.6in formaat groter dan A3 kleur€ 10,20
1.8.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: 
1.8.2.1de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen€ 20,80
1.8.2.2de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet€ 20,80
1.8.2.3de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988€ 20,80
1.8.2.4het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988€ 20,80
1.8.2.5het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen€ 20,80
1.8.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van: 
1.8.3.1het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres€ 0,05
1.8.3.2het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie€ 0,05
1.8.3.3het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat€ 0,05
1.8.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een huisnummerbesluit:€ 264,80
    
Hoofdstuk 9Overige publiekszaken 
   
1.9Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.9.1tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag€ 30,05
1.9.2tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn€ 11,40
1.9.3tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening€ 11,40
    
Hoofdstuk 10Gemeentearchief 
   
1.10.1Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier€ 17,65
1.10.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van: 
1.10.2.1een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina€ 0,35
1.10.2.2een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk€ 0,35
          
Hoofdstuk 11Huisvestingswet 
   
1.11Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.11.1tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet€ 113,25
Hoofdstuk 12Leegstandswet 
   
1.12Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.12.1tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet€ 113,25
1.12.2tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet€ 113,25
    
Hoofdstuk 13Gereserveerd 
    
Hoofdstuk 14Standplaatsvergunning 
   
1.14Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: 
1.14.1een standplaatsvergunning als bedoeld in artikel 5.18 en 5.19 van de APV; 
 voor een dag€ 34,70
 voor een week€ 53,05
 voor een maand€ 105,05
 voor een half jaar€ 175,45
 voor een jaar€ 351,90
    
Hoofdstuk 15Winkeltijdenwet 
   
1.15Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.15.1tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet€ 83,25
1.15.2tot het wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing€ 45,90
    
Hoofdstuk 16Kansspelen 
   
1.16.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: 
1.16.1.1voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat€ 56,50
1.16.1.2voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer 
 speelautomaten, voor de eerste speelautomaat€ 56,50
 plus voor iedere volgende speelautomaat€ 34,00
1.16.1.3voor één speelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd€ 226,50
1.16.1.4voor twee of meer speelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de 
 eerste speelautomaat€ 226,50
 plus voor iedere volgende speelautomaat€ 136,00
1.16.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)€ 33,00
1.16.3Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2 van de Verordening speelautomatenhallen gemeente Bergen 2003€ 430,00
1.16.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in (artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening)€ 430,00
1.16.5Indien bij de behandeling van de aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 1.16.3 van deze tarieventabel een BIBOB advies wordt ingewonnen worden de daar genoemde tarieven verhoogd met:€ 500,00
    
Hoofdstuk 17Gereserveerd 
    
Hoofdstuk 18Kabels- en leidingen 
   
1.18.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden:  
1.18.1.1indien het betreft tracés vanaf 25 tot 250 m¹ € 226,43
1.18.1.2indien het betreft tracés vanaf 250 tot 1000 m¹€ 348,48
1.18.1.3indien het betreft tracés vanaf 1000 tot 2500 m¹€ 490,47
1.18.1.4Het tarief ingevolge artikel 1.18.1 wordt, indien het betreft tracés vanaf 2500 m¹, berekend aan de hand van de begroting.  
1.18.1.5Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.4 is uitgebracht, wordt een aanvraag pas in behandeling genomen nadat de uitgebrachte begroting is geaccordeerd. 
1.18.2Het tarief bedraagt: 
1.18.2.1indien het betreft het in behandeling nemen van een graafmelding tot 25 m¹:€ 75,69
1.18.3Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente en de netbeheerder of de gemeente, andere beheerders van openbare gronden en de netbeheerder, wordt het in 1.18.1.2 tot en met 1.18.1.4 genoemde bedrag per overleg verhoogd met:€ 287,91
1.18.4Indien met betrekking tot een aanvraag onderzoek naar de status van de kabel en/of leiding plaatsvindt, wordt het in 1.18.1.2 tot en met 1.18.1.4 genoemde tarief verhoogd met de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de netbeheerder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. 
1.18.5Indien een begroting als bedoeld in 1.18.4 is uitgebracht, wordt een aanvraag pas in behandeling genomen nadat de uitgebrachte begroting is geaccordeerd. 
Hoofdstuk 19Verkeer en vervoer 
   
1.19Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.19.1tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990€ 83,05
1.19.2tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen (bijzondere transporten)€ 83,05
1.19.3tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)€ 35,00
1.19.4voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het inrichten van een individuele gehandicaptenparkeerplaats€ 193,70
1.19.4tot het verkrijgen van een ontheffing om met een motorvoertuig het strand te betreden€ 20,00
1.19.5Voor het zonder een verschoonbare reden niet nakomen van een afspraak bij de keurende instantie, in het kader van de aanvraag als genoemd onder 1.19.3, zijn de werkelijke kosten verschuldigd zoals deze door de keurende instantie aan de gemeente in rekening zijn gebracht. 
    
Hoofdstuk 20Diversen 
   
1.20.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 
1.20.1.1tot het verkrijgen van een vergunning om een onroerende-zaak te gebruiken voor het maken van reclame€ 83,25
1.20.1.2tot het verkrijgen van een vergunning voor het plaatsen van banners en reclameborden en/of het ophangen van spandoeken€ 62,45
1.20.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: 
1.20.2.1gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina€ 7,25
1.20.2.2afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: 
1.20.2.2.1in formaat A4 of kleiner, per bladzijde€ 0,35
1.20.2.2.2in formaat A4 of kleiner kleur, per bladzijde€ 0,50
1.20.2.2.3in formaat A3€ 0,40
1.20.2.2.4in formaat A3 kleur€ 0,60
1.20.2.2.5in formaat groter dan A3€ 8,15
1.20.2.2.6in formaat groter dan A3 kleur€ 10,20
1.20.2.3een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen€ 83,25
1.20.2.4stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina€ 4,65
1.20.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:72 van de Algemeen plaatselijke verordening (vuurwerk)€ 208,05
1.20.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen of wijzigen van een stand- of ligplaatsvergunning voor woonwagens en ligschepen€ 247,85
1.20.5Het tarief bedraagt voor het op aanvraag wijzigen van een reeds af gegeven vergunning of ontheffing:€ 25,00
1.20.6Het tarief bedraagt voor het intrekken van een nog af te geven vergunning of ontheffing:€ 25,00
1.20.7Voor de behandeling van een verklaring van optie of een verzoek tot naturalisatie als bedoeld in artikel 1 van het Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002, zijn van toepassing de tarieven zoals die zijn opgenomen in het Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002. 
Titel 2Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning 
    
Hoofdstuk 1Begripsomschrijvingen 
   
2.1.1Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: 
2.1.1.1aanlegkosten: 
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; 
2.1.1.2bouwkosten: 
 de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; 
2.1.1.3Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. 
2.1.2In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. 
2.1.3In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. 
    
Hoofdstuk 2Vooroverleg 
   
2.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vooroverleg (inclusief vergunningvrij) in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is:€ 581,00
2.2.1Het tarief onder 2.2 is nader bepaald voor: 
2.2.1.1verklaring vergunningsvrij, 15% van het vastgestelde tarief onder 2.2€ 87,15
2.2.1.2afwijken bestemmingsplan, 20% van het vastgestelde tarief onder 2.2€ 116,20
2.2.1.3welstand, 40% van het vastgestelde tarief onder 2.2€ 232,40
2.2.1.4monument, 25% van het vastgestelde tarief onder 2.2€ 145,25
2.2.1.5Het tarief bedraagt bij een advies agrarische beoordelingscommissie: € 620,00
Hoofdstuk 3Omgevingsvergunning 
   
2.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. 
2.3.1Bouwactiviteiten 
2.3.1.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: 
2.3.1.1.1als de bouwkosten minder dan € 250.000 bedragen:3,12%
 van de bouwkosten, met een minimum van:€ 200,00
2.3.1.1.2als de bouwkosten € 250.000 of meer bedragen:2,70%
 van de bouwkosten, met een minimum van:€ 7.500,00
2.3.1.2Extra welstandstoets 
 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedragen de kosten, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is, de werkelijke kosten zoals opgegeven door de Stichting Welstandszorg Noord-Holland (WZNH).werkelijke kosten
2.3.1.3Verplicht advies agrarische commissie 
 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:€ 620,00
2.3.1.4Achteraf ingediende aanvraag 
 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:10,00%
 van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een minimum van:€ 250,00
2.3.1.5Beoordeling aanvullende gegevens 
 Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:€ 158,10
2.3.2Aanlegactiviteiten 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:€ 385,05
2.3.3Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: 
2.3.3.1indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):0,75%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag, met een minimum van;€ 385,05
2.3.3.2indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):0,75%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag, met een minimum van;€ 385,05
2.3.3.3indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):4,00%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; 
2.3.3.4indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):0,75%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; 
2.3.3.5indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):4,00%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; 
2.3.3.6indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):0,75%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; 
2.3.3.7indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):0,75%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; 
2.3.3.8indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):0,75%
 van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; 
2.3.4Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: 
2.3.4.1indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):€ 362,10
2.3.4.2indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):€ 362,10
2.3.4.3indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), maximaal:€ 5.000,00
2.3.4.4indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):€ 362,10
2.3.4.5indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan), maximaal:€ 5.000,00
2.3.4.6indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):€ 362,10
2.3.4.7indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):€ 362,10
2.3.4.8indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):€ 362,10
2.3.5In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:€ 663,00
2.3.6Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten 
2.3.6.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening Gemeente Bergen 2012 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: 
2.3.6.1.1voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:€ 280,50
2.3.6.1.2voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:€ 280,50
2.3.6.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of gemeentelijke verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:€ 280,50
2.3.7Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:€ 204,00
2.3.8Aanleggen of veranderen weg 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:€ 311,10
2.3.9Uitweg/inrit 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:€ 100,00
2.3.10Kappen 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:€ 24,50
2.3.11Opslag van roerende zaken 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: 
2.3.11.1indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:€ 384,55
2.3.11.2indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:€ 384,55
2.3.12Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 
2.3.12.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:€ 132,60
2.3.12.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:€ 132,60
2.3.13Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief:€ 132,60
2.3.14Andere activiteiten 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: 
2.3.14.1behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:€ 260,10
2.3.14.2behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: 
2.3.14.2.1als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:€ 260,10
2.3.14.2.2als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.werkelijke kosten
2.3.15Omgevingsvergunning in twee fasen 
 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: 
2.3.15.1voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; 
2.3.15.2voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. 
2.3.16Beoordeling bodemrapport 
 Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: 
2.3.16.1voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport€ 850,00
2.3.16.2voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport€ 850,00
2.3.17Advies 
2.3.17.1Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. 
2.3.17.2Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. 
2.3.18Verklaring van geen bedenkingen 
2.3.18.1Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: 
2.3.18.1.1indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:€ 260,10
2.3.18.1.2indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. 
2.3.18.2Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. 
     
Hoofdstuk 4Vermindering 
   
2.4.1Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3. 
2.4.2Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vier activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt: 
2.4.2.1bij 5 tot 10 activiteiten:5,00%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges; 
2.4.2.2bij 10 tot 15 activiteiten:10,00%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges; 
2.4.2.3bij 15 of meer activiteiten:15,00%
 van de voor die activiteiten verschuldigde leges. 
Hoofdstuk 5Teruggaaf 
   
2.5.1Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten 
 Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 
2.5.1.1indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan75,00%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; 
2.5.1.2indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 8 weken na het in behandeling nemen ervan50,00%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; 
2.5.1.3In afwijking van artikel 2.5.1 wordt teruggaaf verleend voor elk onderdeel van de aanvraag dat wordt ingetrokken met inachtneming van artikel 2.5.1.1 en 2.5.1.2 
2.5.2Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten 
 Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:25,00%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. 
2.5.3Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten 
2.5.3.1Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:25,00%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. 
2.5.3.2Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor uitrit en inritactiviteiten 
2.5.3.2.1Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit uitrit- inritactiviteiten als bedoeld in de onderdeel 2.3.9 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:25,00%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. 
2.5.3.3Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. 
2.5.4Minimumbedrag voor teruggaaf 
 Een bedrag minder dan € 51,00 wordt niet teruggegeven. 
2.5.5Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen 
 Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2 , 2.3.1.3, 2.3.1.5, 2.3.16, 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. 
2.5.6Vergunningsvrij 
2.5.6.1Indien een aanvraag voor een omgevingsvergunning na toetsing als vergunningsvrij wordt beoordeeld en een daartoe strekkende verklaring wordt afgegeven, worden de verschuldigde leges, met inachtneming van de artikelen 2.3.1.1 , 2.3.2, 2.3.4, 2.3.6 en 2.3.7, nader bepaald op:€ 87,20
2.5.6.2Indien een aanvraag voor een omgevingsvergunning na toetsing als vergunningsvrij wordt beoordeeld en een daartoe strekkende verklaring wordt afgegeven waarbij een afwijking van het bestemmingsplan aan de orde is, worden de verschuldigde leges, met inachtneming van de artikelen 2.3.3.1 en 2.3.3.2, nader bepaald op:€ 342,20
2.5.7Vooroverleg 
2.5.6.1Indien een aanvraag voor een vooroverleg wordt ingetrokken, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 
2.5.6.2indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan75,00%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; 
2.5.6.3indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 8 weken na het in behandeling nemen ervan50,00%
 van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. 
2.5.6.4Een bedrag minder dan € 51,00 wordt niet teruggegeven.  
     
Hoofdstuk 6Intrekking omgevingsvergunning 
   
2.6Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:€ 198,90
    
Hoofdstuk 7Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project 
   
2.7Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:€ 198,90
Hoofdstuk 8Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten 
   
2.8.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening, maximaal:€ 10.000,00
2.8.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening, maximaal:€ 10.000,00
    
Hoofdstuk 9Gereserveerd 
    
Hoofdstuk 10In deze titel niet benoemde beschikking 
   
2.10Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:€ 116,30
     
Titel 3Titel 3 Dienstverlening vallend onder de Europese dienstrichtlijn 
Hoofdstuk 1Horeca 
   
3.1.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet€ 301,00
3.1.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet€ 20,80
3.1.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet€ 85,00
3.1.4Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het plaatsen van een terras€ 337,70
3.1.5Het tarief bedraagt voor het wijzigen van de leidinggevende(n) op de Drank- en Horecavergunning€ 86,30
3.1.6Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning openbare inrichting zonder vrijstelling€ 301,00
3.1.7Indien bij de behandeling van de aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in de artikelen 3.1.1 t/m 3.1.5 van deze tarieventabel een BIBOB advies wordt ingewonnen worden de daar genoemde tarieven verhoogd met:€ 500,00
Hoofdstuk 2Organiseren evenementen of markten 
   
3.2.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning)indien het betreft: 
3.2.1.1een risico-evenement (A)€ 517,75
3.2.1.2een aandacht-evenement (B)€ 364,15
3.2.1.3een regulier-evenement (C), eerste aanvraag€ 150,00
3.2.1.3.1een regulier-evenement (C), tweede aanvraag en meer€ 86,30
3.2.1.4een kennisgeving voor een incidentele festiviteit (art. 4.3. APV - geluidsnormen)€ 20,80
3.2.2Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een terugkerende markt of braderie, per dag€ 15,60
3.2.3Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het houden van een vaartuig c.q. boot op het strand voor passagiersvervoer en/of beroepsmatige activiteiten€ 86,30
3.2.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot wijziging van het sluitingsuur wanneer deze geldig is gedurende een dag€ 20,80
3.2.5Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning dan wel ontheffing, voor zover in dit hoofdstuk niet genoemd€ 83,25
    
Hoofdstuk 3Prostitutiebedrijven 
   
3.3Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: 
3.3.1een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2: 
3.3.1.1voor een seksinrichting€ 454,60
3.3.1.2voor een escortbedrijf€ 454,60
3.3.2wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.15, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening: 
3.3.2.1voor een seksinrichting€ 227,80
3.3.2.2voor een escortbedrijf€ 227,80
3.3.3Indien bij de behandeling van de aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in de artikelen 3.3.1 t/m 3.3.2.2 van deze tarieventabel een BIBOB advies wordt ingewonnen worden de daar genoemde tarieven verhoogd met:€ 500,00
    
Hoofdstuk 4Gereserveerd 
    
Hoofdstuk 5Gereserveerd 
Hoofdstuk 6Brandbeveiligingsverordening 
   
3.6Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: 
3.6.1Het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening€ 195,55
3.6.1.1per 300 m2 of gedeelte daarvan, dat de gebruiksoppervlakte als bedoeld in het normblad NEN 2580 van de inrichting groter is dan 300 m2, wordt het tarief verhoogd met een bedrag van€ 65,55
3.6.2het wijzigen van een gebruiksvergunning als bedoeld in artikel 2, derde lid van de Brandbeveiligingsverordening€ 65,55
    
Hoofdstuk 7In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking  
   
3.7Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking€ 288,15

Behorende bij raadsbesluit van 11 december 2014 tot vaststelling van de

Legesverordening 2015.

de griffier, de voorzitter,