Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kampen

Fietsregeling gemeente Kampen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKampen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingFietsregeling gemeente Kampen
CiteertitelFietsregeling gemeente Kampen
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerppersoneel en organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De Fietsregeling gemeente Kampen zoals die is vastgesteld op 2 januari 2013 wordt ingetrokken.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 160

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-10-201401-01-2016nieuwe regeling

16-09-2014

Gemeenteblad 2014, 59890

14ADV00462

Tekst van de regeling

Intitulé

Fietsregeling gemeente Kampen

Het college van burgemeester en wethouders van Kampen,

gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;

gelet op artikel 4a:1 lid 5 en artikel 4a:3 van de CAR/LAR;

gelet op het bepaalde in de Werkkostenregeling;

gehoord de commissie voor Georganiseerd Overleg d.d. 29 september 2014;

besluittot het vaststellen van de navolgende regeling:

Fietsregeling gemeente Kampen

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    bezoldiging: de bezoldiging zoals gedefinieerd in artikel 3:1 van de CAR/LAR dan wel de overeenkomstige vergoedingen voor college- en raadsleden als bedoeld in de diverse voor hen geldende rechtspositiebesluiten;

  • -

    deelnemer: de medewerker met een aanstelling overeenkomstig artikel 1:1, sub a of een arbeidsovereenkomst overeenkomstig artikel 1:1 lid 1 sub A en artikel 2:5 van de CAR/LAR, college- en raadsleden. Deze regeling is niet van toepassing op medewerkers van CVK Quintus;

  • -

    eindejaarsuitkering: de uitkering, zoals gedefinieerd in artikel 3:6 van de CAR/LAR;

  • -

    fiets: een rijwiel (nieuw of gebruikt) inclusief eventuele accessoires:

    • -

      zonder elektrische hulpmotor; of

    • -

      met elektrische hulpmotor die trapondersteuning verleent; of

    • -

      een E-bike (meetrappen is mogelijk, maar niet verplicht);

  • -

    vakantietoelage: de toelage, zoals gedefinieerd in artikel 6:3 CAR/LAR;

  • -

    woon-werkverkeer: de kortste afstand van de eigen woning van de deelnemer naar de standplaats, gemeten via de ANWB-routeplanner.

Artikel 2 Deelname aan de regeling

  • 1.

    Op verzoek van de deelnemer biedt de gemeente Kampen, met inachtneming van het hierna bepaalde, de deelnemer ten hoogste eenmaal in de vier jaar de mogelijkheid om gebruik te maken van deze regeling.

  • 2.

    Deelname staat niet open voor deelnemers die de afgelopen vier jaar elders deel hebben genomen aan een fietsregeling.

  • 3.

    Voorwaarde voor deelname is dat de deelnemer gemiddeld voor 50% van het woon-werkverkeer de fiets gebruikt.

  • 4.

    Het gebruik van de fiets voor het woon- werktraject wordt in beginsel aannemelijk geacht, indien de afstand tussen de woning van de deelnemer en het werk 25 (vijfentwintig) kilometer of minder bedraagt.

  • 5.

    De deelnemer sluit bij deelname aan de regeling een overeenkomst met de gemeente Kampen in aanvulling op de aanstelling, arbeidsovereenkomst of het raadslidmaatschap.

  • 6.

    De deelname aan deze regeling vangt aan op de datum van ondertekening van de overeenkomst als bedoeld in lid 5.

Artikel 3 Procedure

Optie 1

  • 1.

    De deelnemer schaft de fiets aan, betaalt deze zelf en stuurt een kopie van de factuur aan de gemeente Kampen.

  • 2.

    De gemeente Kampen betaalt het bedrag tot maximaal € 1.000,-- (incl. BTW) aan de deelnemer.

Optie 2

  • 3.

    Van het cluster P&O ontvangt de deelnemer een schriftelijke verklaring dat de aanschafnota tot een bedrag van maximaal € 1.000,-- (incl. BTW) direct door de gemeente wordt betaald aan de leverancier, na ontvangst van de originele nota.

  • 4.

    De deelnemer bepaalt welke fiets hij wil aanschaffen en laat de rekening op naam van de gemeente Kampen stellen.

  • 5.

    De gemeente Kampen betaalt na ontvangst van de factuur het bedrag rechtstreeks aan de leverancier van de fiets.

  • 6.

    De factuur dient een duidelijke specificatie te omvatten van de aanschafwaarde van de fiets en het BTW-bedrag.

  • 7.

    De deelnemer kan een duurdere fiets aanschaffen, maar de prijs van de fiets tot een bedrag van maximaal € 1.000,-- (incl. BTW) wordt netto ingehouden op het salaris.

Artikel 4 Financiering

  • 1.

    De volgende loonbestanddelen kunnen, al dan niet gecombineerd, naar keuze tijdelijk verlaagd worden om de fiets te financieren:

    • a.

      verlaging van de bruto bezoldiging voor een periode van maximaal 4 jaar na de aanschaf van de fiets;

    • b.

      verlaging van de eindejaarsuitkering in december voor een periode van maximaal 4 jaar na de aanschaf van de fiets;

    • c.

      verlaging van de vakantietoelage in mei voor een periode van maximaal 4 jaar na de aanschaf van de fiets.

  • 2.

    De verlaging van bezoldiging wordt zodanig vastgesteld dat tenminste het minimumloon in de zin van de Wet minimumloon resteert.

Artikel 5 Aansprakelijkheid

  • 1.

    De gemeente Kampen aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade aan de deelnemer, aan hem toebehorende zaken en/of schade aan derden, die voortvloeit uit het gebruik, uit gebreken en/of schade die anderszins verband houden met gebruik van de fiets.

  • 2.

    Schade en/of diefstal ontheft de deelnemer niet van de verplichting tot (af)betaling.

Artikel 6 Beëindiging overeenkomst

  • 1.

    De overeenkomst, als bedoeld in artikel 2 lid 5 eindigt:

    • a.

      bij beëindiging van het dienstverband c.q. raadslidmaatschap (het restant van de openstaande lening wordt verrekend bij de laatste afrekening van het salaris);

    • b.

      bij overlijden van de deelnemer;

    • c.

      na een wijziging welke de overeenkomst in strijd maakt met de huidige of dan geldende wetgeving;

    • d.

      op verzoek van de deelnemer.

  • 2.

    In geval van overlijden wordt het restant van het te betalen bedrag kwijtgescholden.

Artikel 7 Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de gemeente Kampen een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 8 Intrekking oude regeling

De Fietsregeling gemeente Kampen zoals die is vastgesteld op 2 januari 2013 wordt ingetrokken.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Artikel 10 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Fietsregeling gemeente Kampen

 

 

 

 

Aldus besloten in de vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen van 16 september 2014 en getekend op 30 september 2014 na het overleg in het Georganiseerd Overleg.

de secretaris,

J.F. Goedegebure

de burgemeester,

drs. mr. B. Koelewijn

Toelichting en aandachtspunten bij deze regeling

Artikel 1 begripsbepalingen, optie bij begrip deelnemer

In principe mag geen onderscheid worden gemaakt tussen medewerkers met een vaste en tijdelijke aanstelling. Het kan alleen anders zijn indien er een objectieve rechtvaardigingsgrond aanwezig is voor het maken van onderscheid. Om deze reden kan het toevoegen van een minimale duur van de aanstelling geoorloofd zijn.

Rijwielen met een verbrandingsmotor zoals bijvoorbeeld een snorfiets, de Solex en de Spartamet voldoen niet aan de definitie.

Accessoires en fiets- en regenkleding vallen binnen de strekking van deze regeling.

Artikel 2, lid 1

Voor deelnemers die in 2010, 2011 of 2012 gebruik hebben gemaakt van het Nationaal Fietsplan geldt nog een deelname termijn van drie jaar.

Artikel 4 Financiering

Inruil van (een deel van) de bezoldiging, (een gedeelte van de) eindejaarsuitkering of vakantietoelage heeft wel gevolgen voor de premies sociale verzekeringen, uitkeringsgrondslagen en eventuele uitkeringen ingevolge werknemersverzekeringen (WW, WIA en ZW).

Inruil van (een deel van) de bezoldiging, (een gedeelte van de) eindejaarsuitkering of vakantietoelage heeft alleen onder de volgende drie voorwaarden geen invloed op de pensioengrondslag:

  • ·

    Het verschil tussen het (oorspronkelijke) pensioengevend loon en het verlaagde loon mag niet meer bedragen van 30%;

  • ·

    De regeling staat tenminste open voor driekwart van de medewerkers;

  • ·

    Het fiscale loon wordt tijdelijk, derhalve niet structureel, verlaagd.