Organisatie | Bodegraven-Reeuwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening winkeltijden Bodegraven-Reeuwijk 2015 |
Citeertitel | Verordening winkeltijden Bodegraven-Reeuwijk 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | winkeltijden |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-01-2017 | Nieuwe regeling | 19-11-2014 Gemeenteblad 2014, 69813 | Z-14-27972 |
Burgemeester en wethouders kunnen bij het aanwijzen van de zondagen voor ten hoogste vier zondagen onderscheid maken tussen verschillende delen van de gemeente, of tussen winkels behorende tot verschillende branches of categorieën. Zij stellen deze vast in overleg met en op voordracht van de betreffende (gebieds) ondernemers.
Artikel 5a Reguliere vrijstelling bepaalde categorieën
De in artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de daarin bedoelde zon- en feestdagen, gelden niet ten aanzien van:
winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan voorbespeelde beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi,die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment.
Artikel 5b Straatverkoop bepaalde goederen
De in artikel 2, tweede lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de daarin bedoelde zon- en feestdagen, gelden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken.
Artikel 5c Culturele evenementen
De in artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de daarin bedoelde zon- en feestdagen, gelden niet ten aanzien van gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.
De in artikel 2, tweede lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de daarin bedoelde zon- en feestdagen, gelden niet ten aanzien van het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.
Dein artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de daarin bedoelde zon- en feestdagen, gelden niet ten aanzien van winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten plegen te worden verkocht.
De in artikel 2, tweede lid, van de wet vervatte verboden, voor zover deze betrekking hebben op de daarin bedoelde zon- en feestdagen, gelden in of op het terrein van bejaardenoorden niet ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten.
Artikel 6 Ontheffing voor bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard
Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden ten behoeve van feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen en beurzen.
Artikel 8 Intrekken of wijzigen ontheffing
Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken of wijzigen als:
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen toezichthouders.
Artikel 10 Intrekken oude verordening
De Verordening winkeltijden Bodegraven-Reeuwijk 2014 wordt ingetrokken.
Artikel 11 Overgangsbepalingen
Een krachtens de Verordening Winkeltijden Bodegraven-Reeuwijk 2014 verleende ontheffing of vrijstelling geldt als ontheffing of vrijstelling verleend krachtens deze verordening. Burgemeester en wethouders kunnen deze ambtshalve vervangen door een ontheffing of vrijstelling krachtens deze verordening. Ambtshalve vervanging kan gepaard gaan met een wijziging van beperkingen en voorschriften.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, gehouden op 19 november 2014.
De griffier,
drs J.H. Rijs
De voorzitter,
mr. C. van der Kamp
Op 1 juli 2013 is de gewijzigde Winkeltijdenwet in werking getreden. Op grond van de gewijzigde Winkeltijdenwet blijven de wettelijke verboden om winkels op zon-, feestdagen en op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur open te stellen, op zichzelf bestaan. Gemeenten hebben echter de vrijheid om bij verordening te bepalen of — en in hoeverre — zij vrijstelling of ontheffing verlenen van deze verboden. De uitzonderingsbepalingen daarvoor uit de oude Winkeltijdenwet, zoals de toerismebepaling en de avondwinkelbepaling, zijn komen te vervallen. Gemeenten hebben de mogelijkheid om openstelling van winkels op zon- en feestdagen toe te staan en kunnen hierbij differentiëren in tijd, branche en/of gebied.
Sinds 1 april 2012 kent de gemeente Bodegraven-Reeuwijk het fenomeen ‘koopzondag’ en de ontheffing voor de ‘zondagavondsuper’. Direct na de wijziging van de Winkeltijdenwet op 1 juli 2013 heeft de gemeenteraad de winkeltijdenverordening herzien. Vanuit het oogpunt van een zorgvuldige besluitvorming is hierbij een belangenafweging gemaakt. Door onderzoeksbureau I&O Research is onder consumenten en ondernemers onderzoek gedaan naar de beleving van de zondagsopenstelling van winkels. Dit heeft geresulteerd in een onderzoeksrapport (Evaluatie zondagsopenstelling Bodegraven-Reeuwijk / Juli 2013 / I&O Research) waarin een representatief beeld is gepresenteerd van de consumenten en ondernemers. Het onderzoeksrapport vormde hoofdzakelijk de belangenafweging voor de gemeenteraad bij de gemaakte keuzes binnen de verordening: ruimte voor maximaal 8 koopzondagen per jaar en daarnaast de mogelijkheid tot het verlenen van maximaal 2 ontheffingen voor zondagavondsupers. Tevens zijn een aantal vrijstellingen van het grotendeels vervallen Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet overgeheveld naar de verordening.
In het voorjaar van 2014 is na de landelijke gemeenteraadsverkiezingen een nieuwe coalitie geformeerd. Deze coalitie heeft afspraken gemaakt over verruimde zondagsopenstelling van winkels. Gezien de nieuwe verhoudingen in de gemeenteraad is een zwaarder gewicht toegekend aan het belang van vrije ondernemerskeuze. Dit heeft geresulteerd in een ruimer beleid voor zondagsopenstelling. Concreet geldt dat het college maximaal 8 koopzondagen per jaar kan aanwijzen, maar dat bij (ten hoogste) 4 van deze dagen onderscheid kan worden gemaakt naar branche, of gebied. Op deze wijze kan beter worden ingespeeld op de specifieke wensen van verschillende branches. Voor feestdagen die niet op zondag vallen geldt een algemene vrijstelling die binnen de verordening is geregeld. Na een inventarisatie onder supermarkten in september 2014 is tevens besloten om het systeem van ontheffingen af te schaffen voor deze branche. Deze is vervangen door een algemene vrijstelling voor de branche supermarkten. Alle supermarkten hebben hierdoor de mogelijkheid om de winkel op zondag open te stellen voor publiek. Een ruime meerderheid van de supermarkten heeft aangegeven de mogelijkheid te willen hebben om de winkel op zondag open te stellen. Dit vormt de basis van het verruimde beleid. Een belangrijk aspect hierbij vormt tevens het vervallen van de landelijke regel (per 1 januari 2013 vervallen) van het systeem van een beperkt aantal te verlenen ontheffingen. Dit systeem zorgde naar mening van de supermarkten voor oneerlijke concurrentie op de markt.
Onder feestdagen wordt in deze verordening verstaan: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en tweede Kerstdag. Eerste Paasdag en eerste Pinksterdag zijn niet afzonderlijk aangewezen als feestdagen, omdat deze dagen, anders dan eerste Kerstdag, altijd op een zondag vallen. Voor eerste Paasdag en eerste Pinksterdag geldt automatisch het regime voor de zondag. De periodes op 4 mei na 19 uur (dodenherdenking), Goede Vrijdag na 19 uur en 24 december na 19 uur zijn niet aangemerkt als feestdag in de zin van de verordening. De reden hiervan is dat openstelling van winkels en bedrijven op deze momenten niet wenselijk worden geacht, onder meer vanwege de eerbiediging van de rust. Op grond van de Winkeltijdenwet is en blijft het voor winkels dus verboden om geopend te zijn op deze momenten. De categorieën genoemd onder de artikel 6a t/m 6d zijn hiervan echter uitgezonderd. Deze mogen dus wel open op de genoemde tijdstippen.
Koningsdag en 5 mei (Bevrijdingsdag) zijn niet aangemerkt als feestdagen. De winkels mogen op deze dagen dus geopend zijn volgens het regime dat geldt op werk- of zondagen (afhankelijk op welke dag het valt).
Voor de branche ‘supermarkt’ wordt aansluiting gezocht bij de Standaard Bedrijfsindeling (SBI) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Hier is de supermarkt ingedeeld onder SBI-code 4711. Overige levensmiddelenwinkels zoals bakkers, of slagerijen vallen hier niet onder.
Voor de definitie van winkel wordt verwezen naar artikel 1 Winkeltijdenwet: een winkel is een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin goederen aan particulieren plegen te worden verkocht. Artikel 1 Winkeltijdenwet geeft tevens een definitie voor de begrippen 'goederen' en 'particulier'.
Het college wijst jaarlijks 8 zondagen aan waarop een vrijstelling geldt voor alle winkels tussen 12 uur en 17 uur. Vier zondagen gelden voor de gehele gemeente. De overige vier zondagen worden flexibel aangewezen naar gebied en/of branche. Per saldo kunnen er per gebied en/of branche nooit meer dan 8 koopzondagen worden aangewezen. Op deze wijze wordt gedeeltelijk ingespeeld op de wens vanuit de verschillende ondernemers. In de praktijk kunnen bouwcentra, motorzaken en meubelcentra onderling verschillende behoeften hebben. Voor eerste Paasdag, eerste Pinksterdag en eerste Kerstdag kan geen vrijstelling worden verleend. Het college van burgemeester en wethouders kan een beleidsregel vaststellen waarin men aangeeft op welke wijze de dagen waarop de vrijstelling geldt worden aangewezen.
Alle winkels mogen op vijf feestdagen (niet zijnde een zondag) van 9.00 tot 17.00 uur open zijn. De feestdagen zijn: Nieuwjaarsdag (voor zover niet op zondag), tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en tweede Kerstdag (voor zover niet op zondag). Het college wijst de feestdagen niet afzonderlijk aan bij besluit. De vrijstelling is geregeld in de verordening.
Supermarkten hebben de mogelijkheid om hun winkel open te stellen op zondagen tussen 12.00 uur en 17.00 uur. Een uitzondering geldt voor eerste Paasdag, eerste Pinksterdag en eerste Kerstdag. Op deze dagen mogen supermarkten niet open gaan voor publiek. Voor de tweede feestdagen die niet vallen op een zondag valt de supermarkt onder de vrijstelling uit artikel 3. Op deze dagen mogen supermarkten open van 09.00 tot 17.00 uur. Het college verleent geen individuele vrijstellingen of ontheffingen. De vrijstelling is van algemene aard en is direct opgenomen in de verordening.
Met de inwerkingtreding van de gewijzigde Winkeltijdenwet per 1 juli 2013 is ook een groot gedeelte van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet vervallen. In het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet zijn uitzonderingen opgenomen voor bepaalde winkels, zodat die op zon- en feestdagen open mogen zijn. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om snackbars en ijssalons, maar ook om bloemenwinkels bijbegraafplaatsen en winkels in musea. Dit betekent dat winkels die voorheen op basis van deze vrijstellingen open mochten zijn op de zondag, dit na de inwerkingtreding van dewijzigingswet niet meer mochten. Enkele vervallen vrijstellingen zijn overgeheveld naar deze verordening.
Incidentele ontheffingen kunnen verleend worden bij feestelijkheden, bijeenkomsten, evenementen, veilingen, beurzen en muziekfestivals,kunstateliers en galeries van tijdelijke aard. Deze ontheffing kan voor de werk-, zon- en feestdagen worden verleend.