Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amersfoort

Verordening begraaf- en crematierechten 2014-1

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmersfoort
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening begraaf- en crematierechten 2014-1
CiteertitelVerordening begraaf- en crematierechten 2014-1
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp
Externe bijlageTarieventabel 2014

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De verordening begraaf­ en crematierechten 2014 wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich hebben voorgedaan tussen 1 januari 2014 en de datum van inwerkingtreding.hebben voorgedaan tussen 1 januari 2014 en de datum

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1. Beleidsregels m.b.t. de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen 2008

2. Beleidsregels aanwijzing belastingplichtige 2009

3. Regeling met betrekking tot de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen 2008

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-03-201401-01-2015nieuwe regeling

25-02-2014

Stadsberichten, 5 maart 2014

4598277 en 4598260

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening

Reg.nr. 4598277

De raad van de gemeente Amersfoort;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 februari 2014, sector CM/BEL/HI (nr. 4597586);

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordeningbegraaf­encrematierechten2014­1

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening en daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    begraafplaats: de begraafplaatsen Rusthof, Maranatha en Soesterweg;

  • b.

    crematorium: het crematorium of de crematoria en de daarbij behorende terreinen;

  • c.

    eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, ten aanzien waarvan voor een bepaalde tijd het recht is verkregen om daarin te doen begraven;

  • d.

    eigen urnengraf: een ruimte ten aanzien waarvan voor een bepaalde tijd het recht is verkregen om aldaar een urn te doen plaatsen;

  • e.

    algemeen graf: elke andere ruimte;

  • f.

    een kindergraf: een graf, ten aanzien waarvan voor een bepaalde tijd het recht is verkregen om daarin een kind tot de leeftijd van twaalf jaar te doen begraven;

  • g.

    urnennis: een nis, waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verkregen tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen of urnen;

  • h.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • i.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

  • j.

    verstrooiingsplaats: een permanent daartoe bestemd terrein waarop as wordt verstrooid, dan wel een plaats waarvoor voor bepaalde of onbepaalde tijd het recht is verleend om as te doen verstrooien;

  • k.

    een jaar: een kalenderjaar;

  • l.

    indien in de verordening, danwel de tarieventabel gesproken wordt van een lijk, wordt daaronder mede verstaan de overblijfselen van een lijk.

Artikel 2 Aard van de heffing

Onder de naam begraaf­ en crematierechten worden op basis van deze verordening rechten geheven voor het gebruik van de algemene begraafplaatsen en voor het gebruik van het crematorium en door of vanwege de gemeente verleende diensten.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

1.

De rechten worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij

deze verordening behorende tarieventabel.

2.

Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel

genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Wijze van heffing

De rechten als bedoeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deeluitmakende tarieventabel worden geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt verstaan een nota of andere schriftuur.

Artikel 6 Belastingjaar

1.

Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk

aan het kalenderjaar.

2.

Met betrekking tot de rechten genoemd in onderdeel H onder 3, van de tarieventabel

is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

1.

De onderhoudsrechten als bedoeld in onderdeel H, van de tarieventabel zijn

verschuldigd bij aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij aanvang van de belastingplicht.

2.

Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten

bedoeld in onderdeel G, onder 1 en 2, van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

3.

Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat

aanspraak op ontheffing voor de rechten als bedoeld in onderdeel H, onder 1 en 2, van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder dan € 10,00 bedraagt.

4.

Andere rechten dan die bedoeld in de voorgaande leden zijn verschuldigd bij

aanvang van de dienstverlening of bij aanvang van het gebruik van de bezittingen werken of inrichtingen.

Artikel 8 Termijn van betaling

De rechten moeten worden betaald binnen dertig dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de begraafrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening begraaf­ en crematierechten 2014" van 12 november 2013, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 10 maart 2014.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de "Verordening begraaf­ en crematierechten 2014­1"

Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 25 februari 2014. de griffier, de voorzitter,

PUBLICATIEDATUM: