Organisatie | Echt-Susteren |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Echt-Susteren houdende regels voor Cliëntenparticipatie Sociaal Domein Verordening Cliëntenparticipatie Sociaal Domein 2015 |
Citeertitel | Verordening Cliëntenparticipatie Sociaal Domein Echt-Susteren 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening Cliëntenparticipatie WWB en WIJ 2010 en de overeenkomst cliëntenparticipatie Wmo d.d. 8-1-2007.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-03-2017 | artikel 4 | 22-02-2017 | 516037 | ||
01-01-2015 | 21-03-2017 | nieuwe regeling | 29-10-2014 Elektronisch Gemeenteblad, 11-11-2014 | 371566 |
De raad van de gemeente Echt-Susteren,
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 16-9-2014 met BBV nummer 371566;
gezien het advies van het Wmo-platform d.d. 2 september 2014 en van de cliëntenraad Sociale Voorzieningen d.d. 4 september 2014.
gelet op het bepaalde in artikel 47 van de Participatiewet;
gelet op artikel 150 van de gemeentewet en artikel 2.1.3.3 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;
overwegende dat de Wmo bepaalt dat het college van burgemeester en wethouders de ingezetenen van de gemeente en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen betrekt bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning;
overwegende dat de Participatiewet de gemeente opdraagt om bij verordening regels vast te stellen over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7 lid 1 Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijke beleid;
overwegende dat binnen het Sociaal Domein steeds meer sprake is van samenwerking binnen de domeinen participatie, jeugdhulp en Wmo;
Vast te stellen de Verordening Cliëntenparticipatie Sociaal Domein 2015.
Voor het bijwonen van de vergaderingen genoemd in artikel 3 lid 5 van deze verordening wordt een presentiegeld verstrekt aan de leden van het platform. De hoogte van dit bedrag is gelijk aan de vergoeding voor commissieleden zoals benoemd onder punt 11 in de "circulaire Ambtstoelage burgemeesters, vergoedingen wethouders, raadsleden en commissieleden".
De WWB wordt de Participatiewet en tegelijkertijd treden de nieuwe WMO en de Jeugdwet in werking.
De gemeente Echt-Susteren kiest ervoor om de diverse wetten binnen het sociale domein niet afzonderlijk te bekijken maar integraal. Voor wat betreft de medezeggenschap van inwoners, doelgroepen en professionals worden minimaal de wettelijke verplichtingen geborgd. Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan de artikelen 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning WMO en artikel 47 van de Participatiewet. Dit laatste artikel draagt de gemeenteraad op bij verordening regels vast te stellen over de wijze waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijke beleid.
In de Jeugdwet is geen wettelijke verplichting opgenomen over de manier waarop cliëntenparticipatie moet worden vormgegeven. Dit neemt niet weg dat de wetgever heeft bedoeld om burgers actief te betrekken. Het is om die reden logisch ook vertegenwoordigers in het Participatieplatform op te nemen. Echt-Susteren heeft gekozen voor een Participatieplatform waar vertegenwoordigers uit het hele sociale domein bij betrokken zijn. Om een goede werking van het Participatieplatform te waarborgen, worden de leden ondersteund en gefaciliteerd door de gemeente. De gemeente Echt-Susteren hecht sterk aan actieve betrokkenheid van burgers die met de Participatiewet, WMO en Jeugdwet te maken hebben/krijgen.
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de WWB, Participatiewet, WMO, Awb of de Gemeentewet niet afzonderlijk te definiëren in deze verordening. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van betreffende definities in de betreffende wetten ook de verordening moet worden gewijzigd.
Het begrip 'de portefeuillehouder' is gedefinieerd in artikel 1 lid 2 onderdeel c van deze verordening.
In een nog op te stellen reglement of protocol kan het platform zelf nadere regels opstellen, bijvoorbeeld op het gebied van bestuursverkiezing, de vergaderfrequentie, de manier waarop de expertgroepen hun inbreng krijgen, etc.