Organisatie | Flevoland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Voorbereidingsbesluit Windenergie Flevoland |
Citeertitel | Voorbereidingsbesluit Windenergie Flevoland |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp | leefomgeving, energie, ruimtelijke ordening |
Deze regeling is vervallen door inwerkingtreding van de Noodverordening wind.
Artikel 5 bevat een overgangsrecht.
Wet ruimtelijke ordening, art. 4.1, lid 5
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-10-2014 | 12-03-2015 | nieuwe regeling | 29-10-2014 Provinciaal Blad, 2014, 20 | Statenvoorstel 1659231 |
VOORBEREIDINGSBESLUIT WINDENERGIE FLEVOLAND
Provinciale Staten van Flevoland,
Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 22 oktober 2014, kenmerk 1658570
waar in dit voorbereidingsbesluit wordt gesproken over bestemmingsplannen daaronder mede wordt verstaan beheersverordeningen, omgevingsvergunningen in afwijking van het bestemmingsplan en omgevingsvergunningen voor bepaalde duur en de inpassingsplannen als bedoeld in artikel 3.26 en 3.28 van de wet;
het gewenst is dat er geen (nieuwe) ontwikkelingen plaatsvinden waardoor het provinciaal grondgebied minder geschikt wordt voor de verwezenlijking van projecten voor opschalen en saneren en hiervoor een stelsel van omgevingsvergunningen voor werkzaamheden en werken – geen bouwwerk zijnde en een verbod op wijziging gebruik gewenst is;
gelet op artikel 4.1, vijfde lid van de Wet ruimtelijke ordening,
te verklaren dat een (wijziging van de) verordening als bedoeld in artikel 4.1 Wro wordt voorbereid voor het provinciaal grondgebied van de provincie Flevoland, en te verklaren dat in de in voorbereiding zijnde ontwerpverordening bepalingen zijn opgenomen die er op gericht zijn te voorkomen dat het provinciaal grondgebied van de provincie Flevoland minder geschikt wordt voor de verwezenlijking van het beleid voor opschalen en saneren van windmolens;
Het is verboden het gebruik van de windmolens die bij inwerkingtreding van dit besluit feitelijk bestaan danwel mogen worden opgericht conform reeds verleende omgevingsvergunningen,te wijzigen in een ander gebruik, waardoor het provinciaal grondgebied van Flevoland minder geschikt wordt voor het verwezenlijken van het beleid voor opschalen en saneren, inclusief ruimtelijke doelstellingen. Onder een ander gebruik wordt mede verstaan een vorm van gebruik die op grond van het geldende bestemmingsplan bij recht, dan wel na ontheffing, wijziging of uitwerking van het bestemmingsplan, is toegestaan. Een ander gebruik dat het provinciaal grondgebied van Flevoland minder geschikt maakt voor het verwezenlijken van het beleid voor opschalen en saneren inclusief ruimtelijke doelstellingen omvat in ieder geval:
het vervangen van een bestaande molen door een nieuwe molen op dezelfde locatie danwel nabij die locatie zonder dat aangetoond is dat deze vervanging onderdeel uitmaakt van een project dat invulling geeft aan opschaling en sanering. Daarbij maakt het niet uit of de nieuwe molen voor bepaalde of onbepaalde tijd is bedoeld.
Artikel 2 – Omgevingsvergunningsvereiste voor werkzaamheden en werken- geen bouwwerken zijnde, zoals bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wabo
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wabo van Gedeputeerde Staten de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden te verrichten:
Op volledige en ontvankelijke aanvragen om een omgevingsvergunning voor het wijzigen van bestaand feitelijk gebruik die voor de inwerkingtreding van dit besluit bij de gemeente zijn ingediend en passen binnen het op dat moment geldende bestemmingsplan is artikel 1 van dit besluit niet van toepassing.
Aldus besloten in de vergadering van Provinciale Staten van 29 oktober 2014
Provinciale Staten van Flevoland, A. Kost, griffier L. Verbeek, voorzitter
Gedeputeerde Staten van Flevoland, T. van der Wal, secretaris L. Verbeek, voorzitter
Uitgegeven op 30 oktober 2014
De secretaris van Gedeputeerde Staten van Flevoland
De provincie heeft beleid voor opschalen en saneren van windmolens. Doel van dit beleid is dat met minder windmolens meer elektriciteit wordt opgewekt. Dit beleid is neergelegd in het Omgevingsplan Flevoland 2006 en de beleidsregel windmolens 2008. De provincie en de gemeenten Dronten, Lelystad en Zeewolde werken samen aan het vergroten van de opwekkingscapaciteit van de bestaande windmolens onder de voorwaarde dat dit gebeurt met veel minder molens: meer windenergie met minder molens. Om dit beleid te realiseren is door de provincie het regioplanproces in gang gezet. Dit regioplanproces is er op gericht, dat de betrokken overheden samen met de (toekomstige) eigenaren van windmolens, grondeigenaren en inwoners initiatieven ontwikkelen die voldoen aan dit beleid van opschalen en saneren. Het is de bedoeling dat de provincie en de gemeenten in het kader van het regioplanproces een structuurvisie vaststellen waarin het provinciaal beleid van opschalen en saneren in hoofdlijnen wordt beschreven. Pas nadat deze structuurvisie is vastgesteld kunnen de gemeenten overgaan tot het vaststellen van de gewenste bestemmingsplannen die overeenstemmen met deze structuurvisie. Volgens de meest recente planning is vaststelling van deze structuurvisie voorzien in het najaar van 2015. Pas daarna kunnen gemeenten tot vaststelling van de gewenste bestemmingsplannen overgaan en voorafgaand daaraan een voorbereidingsbesluit nemen. Tot die tijd kunnen door burgemeester en wethouders te maken krijgen met ingediende aanvragen om een omgevingsvergunning die mogelijk passen binnen het geldende bestemmingsplan. De combinatie provinciale noodverordening wind met daaraan voorafgaand een voorbereidingsbesluit biedt daartegen bescherming. Na inwerkingtreding van het voorbereidingsbesluit moeten aanvragen die zijn ingediend en die passen in het bestemmingsplan worden aangehouden en wordt het provinciaal grondgebied gevrijwaard voor ontwikkelingen die niet passen binnen de doelstelling van het beleid van opschalen en saneren.
Artikel 1. Verbodsbepaling Het verbod leidt ertoe dat wordt voorkomen dat de omvang en/of intensiteit van het gebruik zodanig wijzigt dat sprake is van strijd met het beleid van opschalen en saneren. Het verbod heeft geen betrekking op normaal onderhoud van de windmolen.
Artikel 3. Tweede lid onder b. Onder beperkingen kan bijvoorbeeld worden verstaan het verlenen van de omgevingsvergunning voor een bepaalde periode met daaraan de verplichting na ommekomst van de bepaalde periode de toestand te herstellen in oude staat danwel in overeenstemming te brengen met het dan geldende bestemmingsplan. Hierbij is van belang dat voor de provincie Flevoland ingevolge de 5e tranche van de Crisis en Herstelwet de mogelijkheid is gecreëerd om voor windmolens in Flevoland tijdelijke omgevingsvergunningen te verlenen met een termijn van maximaal 25 jaar teneinde de huidige situatie te voorkomen dat voor windmolens een vergunning voor onbepaalde termijn moet worden afgegeven omdat de huidige termijn voor een tijdelijke omgevingsvergunning wordt overschreden. Andere overweging was de voorwaarde dat na ommekomst van de termijn de toestand in oude staat moest worden gebracht, dan wel in overeenstemming worden gebracht met het dan geldende bestemmingsplan.