Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rotterdam

Besluit Algemeen belang vaststelling Wet Markt & Overheid

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRotterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit Algemeen belang vaststelling Wet Markt & Overheid
CiteertitelBesluit Algemeen belang vaststelling Wet Markt & Overheid
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpGemeenteblad 2014-123

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Stadsvisie Rotterdam
  2. Beleidskader natuur- en milieueducatie
  3. Binnenstadsplan (citylounge)
  4. Verkeersplan Binnenstad
  5. Wet Markt & Overheid (Mededingingswet)
  6. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie
  7. Wet Financiering Decentrale Overheden
  8. Dienstenwet
  9. Wet voorkeursrecht Gemeenten
  10. Aanbestedingswet 2012
  11. Wet Ruimtelijke Ordening
  12. Wet milieubeheer
  13. mededeling Europese Commissie staatssteun
  14. grondexploitaties

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Uitvoeringsprogramma Sport, Beleidskader natuur- en milieueducatie, het Binnenstadsplan (citylounge) en het Verkeersplan Binnenstad;

gelet op de Wet Markt & Overheid (Mededingingswet), het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Wet Financiering Decentrale Overheden, Dienstenwet, Wet voorkeursrecht Gemeenten, Aanbestedingswet 2012, Wet Ruimtelijke Ordening [Grondexploitatiewet], Wet milieubeheer, mededeling Europese Commissie staatssteun en grondexploitaties.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-10-2014Onbekend

02-10-2014

Gemeenteblad 2014-123

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 september 2014 (raadsvoorstel nr.1475696; raadsstuk 14BB3782

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit Algemeen belang vaststelling Wet Markt & Overheid

 

 

Gemeenteblad 2014

Besluit Algemeen belang vaststelling Wet Markt &Overheid

De Raad van de gemeente Rotterdam,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 september 2014 (raadsvoorstel nr.1475696; raadsstuk 14BB3782);

gelet op de Stadsvisie Rotterdam, Sportnota Rotterdam 2016, Uitvoeringsprogramma Sport Beleidskader natuur- en milieueducatie, het Binnenstadsplan (citylounge) en het Verkeersplan Binnenstad;

gelet op de Wet Markt & Overheid (Mededingingswet), het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Wet Financiering Decentrale Overheden, Dienstenwet, Wet voorkeursrecht Gemeenten, Aanbestedingswet 2012, Wet Ruimtelijke Ordening [Grondexploitatiewet], Wet milieubeheer, mededeling Europese Commissie staatssteun en grondexploitaties;

besluit:

de hierna volgende economische activiteiten aan te wijzen als activiteiten, die plaatsvinden in het algemeen belang als bedoeld in artikel 25h, lid 5 en 6 van de Mededingingswet (WM&O):

Cluster Maatschappelijke Ontwikkeling (MO):

-activiteiten in het kader van sportstimulering en Sportregie; - de inzet van combinatiefunctionarissen en buurtsportcoaches; - evenementen op het gebied van sport en recreatie; - de door de gemeente zelf uitgevoerde activiteiten uit het Uitvoeringsprogramma Sport (UP Sport); - activiteiten in het kader van het Lekker Fit! - programma; - de exploitatie van gymzalen en sporthallen; - activiteiten en de exploitatie van de voorzieningen Natuur- en Milieueducatie (NME), zoals kinderboerderijen, centra voor NME’s en educatieve tuinen; - de exploitatie van sportveldcomplexen; - de exploitatie van recreatieterreinen (bijvoorbeeld speeltuinen); - de exploitatie van wijkgebouwen (waaronder ook de Multifunctionele Accommodaties (MFA’s)); - de exploitatie van gemeentelijke zwembaden; - de exploitatie van de Rotterdampas.

Cluster Stadsbeheer (SB):

  • -

    Piekfijn keten (verkooppunten van nog bruikbare goederen die aangeleverd zijn bij de werven, gemeentelijke afvalinzamelingstations, gemeentelijke milieustraten of opgehaald bij huisvuilinzameling); - exploitatie en beheer openbare parkeergarages;

  • -

    exploitatie en beheer fietsenstallingen (en -trommels).

Cluster Stadsontwikkeling (SO):

-vastgoedbeheer; - grondexploitatie.

Bestuursdienst:

-“om niet” regeling grote openbaar toegankelijke evenementen; - beschikbaarstelling burgerzaal.

 

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 2 oktober 2014.

De griffier,

J.G.A. Paans

De voorzitter,

R.Buijt, plv.

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 13 oktober 2014 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)

 

 

 

 

 

 

Toelichting activiteiten:

Cluster Maatschappelijke Ontwikkeling (MO)

Sport en recreatie

Op het gebied van sport en recreatie voert de gemeente (S&R) veel activiteiten zelf uit, die volgens de definitie van de WM&O onder het begrip economische activiteit vallen. Bijvoorbeeld het exploiteren van sporthallen, gymzalen, sportvelden en kinderboerderijen. Bij de meeste van deze door S&R uitgevoerde economische activiteiten krijgt de eindgebruiker niet de integrale kostprijs in rekening gebracht. Een sportvereniging bijvoorbeeld betaalt via de huurtarieven maar een deel van de totale werkelijke kosten van een sporthal, sportveld of zwembad. De gemeente beoogt hiermee de sportparticipatie te vergroten.

Nb. Het vergroten van sportparticipatie is impliciet reeds als algemeen belang vastgelegd in de “sportnota Rotterdam 2016”.

Combinatiefunctionarissen en buurtsportcoaches

Door het beschikbaar stellen van combinatiefunctionarissen en buurtsportcoaches geeft de gemeente invulling aan afspraken met het Rijk (Brede Impuls Combinatiefuncties). Door hiermee op wijkniveau voldoende sport- en beweegaanbod voor jong en oud aan te bieden beoogt de gemeente Rotterdam een actieve en gezonde levenstijl van al haar inwoners te bevorderen.

Sportaccommodaties en activiteiten

De gemeente beoogt met de sportaccommodaties en -activiteiten de sportparticipatie te verhogen én de sportverenigingen te ondersteunen. Het vergroten van de sportparticipatie is als algemeen belang vastgelegd in de Sportnota 2016 en uitgewerkt in het Uitvoeringsprogramma (UP) Sport. De ondersteuning van sportverenigingen - de vitaliteit van sportverenigingen - draagt bij aan het vergroten van de sportparticipatie en is daarnaast ook van belang voor het versterken van de sociale participatie. Uit het onderzoek “Spankracht: hoeveel rek zit er in de Rotterdamse sportverenigingen?” (maart 2013) blijkt dat een forse verhoging van de tarieven leidt tot minder leden van sportverenigingen en daardoor tot minder verenigingen. De behartiging van de algemeen belangdoelstellingen zouden daarmee in gevaar worden gebracht.

Evenementen

Met de organisatie van sport- en recreatie-evenementen beoogt de gemeente Rotterdam laagdrempelige en betaalbare (al dan niet wijkgebonden) sportieve, culturele en maatschappelijke activiteiten aan alle inwoners van gemeente Rotterdam aan te bieden, teneinde de sociale samenhang te versterken en de sportieve en culturele talenten te bevorderen.

Lekker Fit!

Met de door de gemeente zelf uitgevoerde activiteiten Lekker Fit! beoogt de gemeente het probleem van matig tot zeer ernstig overgewicht bij kinderen en jongeren tot 14 jaar aan te pakken.

Natuur- en Milieueducatie (NME)

Met het zelf aanbieden van Natuur- en Milieueducatie (NME) beoogt de gemeente Rotterdammers te betrekken bij duurzaamheid en het bevorderen van een duurzame en gezonde levensstijl met behulp van een laagdrempelig aanbod van educatie, recreatie en participatie op het gebied van natuur en milieu. De doelgroepen zijn kinderen, jongeren en gezinnen. Natuur- en Milieueducatie levert een bijdrage aan de bestuurlijke doelstellingen op het gebied van onderwijs (betere leerprestaties), aantrekkelijke stad (groen in de wijken), participatie (stimuleren van bewonersinitiatieven) en gebiedsgericht werken. Verder draagt met name de recreatieve kant van Natuur- en Milieueducatie (de kinderboerderijen) bij aan het imago van Rotterdam als gezinsvriendelijke stad. Deze bestuurlijke doelstellingen van algemeen belang zijn vastgelegd in het in november 2013 bestuurlijk vastgestelde Beleidskader Natuur- en Milieueducatie.

Verhuur recreatieterreinen, zoals speeltuinen

De verhuur van recreatieterreinen, zoals speeltuinen, vindt plaats in het kader van het gemeentelijke jeugd- en jongerenbeleid. In de Stadsvisie is als speerpunt opgenomen dat er meer ruimte moet komen voor sport en spel voor kinderen om het bewegen te bevorderen. Buitenspelen is noodzakelijk voor een gezonde ontwikkeling van kinderen. Door middel van voldoende buitenspeelruimte worden niet alleen het plezier en de beweegvaardigheden van de jeugd in de stad vergroot, het is tevens van belang om een gezonde levensstijl te bevorderen en overgewicht te voorkomen (Eindrapportage norm voor buitenspeelruimte, gemeente Rotterdam).

Exploitatie wijkgebouwen

De gemeente beoogt met het exploiteren van wijkgebouwen onder andere wijkbewoners, verenigingen en clubjes laagdrempelige en betaalbare activiteiten en ruimtes aan te bieden en daarmee de sociale samenhang en identiteit van de wijken te versterken en de participatie in de wijken te vergroten.

Voor alle bovenstaande producten geldt dat er sprake is van zogenoemd marktfalen. Dat betekent, dat de markt niet of onvoldoende voorziet in het aanbieden van deze producten onder de voorwaarden die het algemeen belang vereist (bijvoorbeeld gratis aanbod of gereduceerde tarieven ter stimulering van breedtesport). Het komt voor, dat private partijen deze activiteiten aanbieden. Deze private partijen kunnen dat echter, uitgaande van dezelfde kwaliteit en omvang, niet zonder overheidssubsidie. Er is derhalve sprake van marktfalen. Gelet op het algemeen belang van deze producten is het niet mogelijk om kostendekkende tarieven in rekening te brengen.

De tarieven van de volkstuinen in Kralingen-Crooswijk, Hillegersberg-Schiebroek en Prins Alexander zijn niet kostendekkend. Deze tarieven zullen daarom op korte termijn alsnog verhoogd moeten worden tot kostendekkend niveau. In het geval van Prins Alexander zal daar overigens mee worden gewacht tot de voorgenomen beheerorganisatie tot stand is gekomen en de volkstuintarieven daarop aangepast worden (naar verwachting vanaf 2016). Het huidige tarief in Prins Alexander is namelijk al relatief zeer hoog en door een verdere stijging tot kostendekkendheid zou dit tarief zeer uit de pas lopen met de tarieven van de andere volkstuinen.

De totale inkomsten van cluster MO-directie S&C zullen hier overigens maar zeer beperkt door stijgen.

Activering en Welzijn:

-Rotterdampas

De Rotterdampas (ca. 120.000 afnemers per jaar) kan worden aangemerkt als een economische activiteit, omdat het als product op de markt wordt aangeboden. De activiteiten waarmee met de Rotterdampas kortingen verkregen kunnen worden, worden niet één op één met de ondernemers verrekend. De totale kosten van de Rotterdampas worden niet aan alle afnemers kostendekkend in rekening gebracht (ca. 54% (2.000.000 Euro) is afgedekt, het resterende deel van de kosten moet de gemeente uit eigen middelen financieren). Dit wordt veroorzaakt doordat aan een aantal doelgroepen de Rotterdampas met korting wordt aangeboden in het kader van armoedebeleid en participatie (65-plussers, ouderen/kinderen c.q. minima, studenten). Het afschaffen van deze kortingen zou dit beleid doorkruisen en is daarom geen wenselijke optie, omdat dan zeker verwacht kan worden dat de afname door genoemde doelgroepen minimaal zou worden. Om die reden wordt voorgesteld de Rotterdampas aan te wijzen als activiteit die plaatsvindt in het algemeen belang.

Hierbij overigens nog de kanttekening dat er vooralsnog geen signalen zijn opgevangen die erop wijzen dat andere partijen die voordeelpassen op de markt aanbieden, zich door het (met korting) aanbieden van de Rotterdampas benadeeld voelen.

Cluster Stadsbeheer (SB)

De Directie SB stelt, op basis van een inventarisatie van al haar economische activiteiten in het kader van de WM&O, voor een algemeen belang besluit te nemen voor drie economische activiteiten. Het betreft de exploitatie van de openbare parkeergarages, de fietsenstallingen en de Piekfijn keten.

- ParkeergaragesEigendom, exploitatie en beheer van openbare parkeergarages door de gemeente Rotterdam.

Het algemeen belang dat wordt gediend met de exploitatie van openbare

parkeergarages is gelegen in de doelstelling zoals verwoord in de Stadsvisie Rotterdam (en in vervolg hierop in het Binnenstadsplan (Citylounge)) en het Verkeersplan Binnenstad:

  • -

    economisch sterke (binnen)stad met als voorwaarden een optimale bereikbaarheid en een aantrekkelijk woonklimaat;

  • -

    aantrekkelijke duurzame openbare ruimte met een nieuw evenwicht tussen voetganger, fietser en auto;

  • -

    voldoende parkeergelegenheid voor alle doelgroepen, met minder dominante plaats voor de auto in het straatbeeld (meer in openbare parkeergarages en Park and Ride voorzieningen).

Het ontwikkelen en exploiteren/beheren van parkeergarages is geen kerntaak van de gemeente. Parkeerbeleid en hierin ook het ontwikkelen, exploiteren en beheren van parkeergarages is echter een belangrijk sturingsinstrument om beleidsdoelstellingen te realiseren (ruimtelijke en economische ontwikkeling, leefbaarheid, milieu, en meer specifiek de programmatische verdichting van de binnenstad en de verbetering van de kwaliteit van de buitenruimte (Citylounge)). Bij parkeergarages heeft het beleid onder andere betrekking op locatiekeuze en tariefstelling.

De gemeente zet in op verbetering van de kwaliteit van de buitenruimte (Citylounge). Onderdeel hiervan is het verminderen van het aantal parkeerplaatsen op straat bij een gelijktijdige toename van de capaciteit in (nieuwe) parkeergarages aan de rand van het centrum. De marktpartijen hebben de bedrijfsmatig meer aantrekkelijke garages in ‘hartje’ binnenstad in exploitatie. Vanwege de doelstelling om automobilisten te stimuleren gebruik te maken van parkeergarages, is het tarief in de gemeentelijke parkeergarages lager dan het parkeertarief op straat. Daarnaast wil de gemeente in wijkparkeergarages investeren als hiertoe op wijkniveau (lokale economie en leefbaarheid) een meerwaarde is (bijv. Lusthofstraat, Mathenesserplein, Boulevard Zuid, Hoogvliet Centrum).

De gemeente ziet de realisatie van openbare parkeergarages als katalysator voor ruimtelijke en economische ontwikkelingen en randvoorwaardelijk om de kwaliteit van de buitenruimte te kunnen verbeteren.

De markt maakt haar afweging op basis van financieel rendement en is daarom niet in staat invulling te geven aan de onderdelen van de parkeerstrategie die het maatschappelijk rendement betreffen dat met de Citylounge wordt beoogd.

-Exploitatie en beheer fietsenstallingen (en -trommels): Het gebruik van fietsenstallingen voor de burger is gratis; voor de fietstrommels wordt een kleine beheervergoeding berekend. Doel van beide is het fietsgebruik te stimuleren vanuit milieu-, mobiliteits- en gezondheidsoogpunt. Beheerde stallingen en trommels zijn bovendien in het leven geroepen om de overlast van geparkeerde fietsen op straat te beperken. Tot slot vervullen ze een rol in het tegengaan van fietsendiefstal.

-Piekfijn keten (kringloopketen van inzameling, reparatie en winkelverkoop van herbruikbare goederen).De 4 Piekfijn kringloopwinkels, de afdeling inzameling en distributie en de afdeling reparatie van herbruikbare elektronische apparatuur vormen samen de Piekfijn keten. Deze keten is organisatorisch ondergebracht bij de cluster Stadsbeheer van de gemeente Rotterdam.

Het voorstel is om de Piekfijn keten, in het kader van de ‘Wet Markt en Overheid’ voorlopig het predicaat ‘algemeen belang’ toe te kennen, om de volgende redenen:

  • 1.

    Koopkracht voor financieel zwakkeren. De Piekfijn kringloopwinkels bieden aan burgers basisbenodigdheden voor een lage prijs. Het cluster Werk & Inkomen heeft onder andere in dat kader 150 vouchers (en budget) beschikbaar gesteld aan burgers, die in noodgevallen direct hulp nodig hebben. Met het IOS/Vluchtelingenwerk Maas/Delta zijn voor maximaal 400 vluchtelingen die jaarlijks gehuisvest moeten worden in Rotterdam soortgelijke afspraken gemaakt. Jaarlijks worden zo bijvoorbeeld 1000 tweedehands bedden verkocht, 200 koelkasten, 350 wasmachines en 2500 fietsen.

  • 2.

    Sociale werkgelegenheid. De Piekfijn keten biedt werkgelegenheid en dagbesteding voor WSW’ers, bijstandsgerechtigden en werkprojecten voor ex-gedetineerden en verslaafden. Hiermee zijn 60-80 arbeidsplaatsen gemoeid.

  • 3.

    Duurzaamheid. Hergebruik van goederen en het (daarmee) verminderen van afvalstromen (en het vergroten van milieubewustzijn) zijn eveneens maatschappelijk belangrijke resultaten van de keten.

Derden (waaronder marktpartijen in de tweedehands- en kringloopsector) zullen er vooral belang bij hebben dat de integrale kostprijs tot uiting komt in het prijskaartje van de winkelgoederen.

De Piekfijn keten bevindt zich in een heroriëntatiefase waarin zuivere toerekening van alle kosten maar ook zuivere toerekening van (maatschappelijke) opbrengsten van vermeden afvalstromen en de groeiende sociale werkgelegenheid belangrijke onderdelen zijn. Bovendien is het college van B&W inmiddels een onderzoek gestart naar de verzelfstandiging van het cluster Stadsbeheer waar de Piekfijn keten onderdeel van uitmaakt.

Om die reden wordt voorgesteld de Piekfijn keten voorlopig aan te wijzen als algemeen belang, totdat een zuiverder beeld van de integrale kostprijs is gemaakt en een besluit over nader onderzoek van verzelfstandiging van de Piekfijn keten is genomen.

Cluster Stadsontwikkeling (SO):

Bij het cluster Stadsontwikkeling is sprake van economische activiteiten op het terrein van engineering/projectmanagement, en vastgoed en gebiedsontwikkeling/grondzaken (contracten/uitgifte). Voor het onderdeel engineering/projectmanagement wordt in de regel voldaan aan de voorwaarde van het hanteren van een kostprijsdekkend tarief aan derden.

Bij vastgoed en gebiedsontwikkeling is voorts van belang dat hogere regelgeving zoals het staatssteunregime reeds in belangrijke mate sturend is voor de rechtmatigheid. Wanneer een decentrale overheid een grondtransactie aangaat met een onderneming voor een prijs die afwijkt van de marktprijs, is er al gauw sprake van staatssteun.

Voorbeelden van grondtransacties zijn verkoop, aankoop, uitgifte in erfpacht of verhuur van gronden en gebouwen. De voorwaarden waaronder grondtransacties als marktconform worden gezien, worden uitgelegd in de Mededeling staatssteun en grondtransacties. Zo worden taxaties verricht om marktconforme prijzen vast te stellen. Voor zover het staatssteunregime van toepassing is, zijn de regels van de WM&O niet van toepassing. Onder de wettelijke (Europese) drempelbedragen (deminimis regime) zijn de (nationale) gedragsregels WM&O in principe wél van toepassing.

De gemeentelijke inspanningen d.m.v. vastgoed- en gebiedsontwikkeling hebben vooral tot doel om de voor de gemeente belangrijke functies (zoals volksgezondheid, cultuur, sport en recreatie, andere maatschappelijke activiteiten, verkeer en vervoer) te borgen en te integreren. Hierbij wordt optimaal aangesloten op reeds door de markt geïnitieerde ontwikkelingen. Voor wat betreft het publieke karakter van deze taak verwijzen we naar de Wet ruimtelijke ordening, de Woningwet, Onteigeningswet en Wet Voorkeursrecht gemeenten. Diverse noties van algemeen belang spelen hier reeds doorheen. In voorkomende gevallen zal (strategisch) vastgoed niet of voorlopig niet inpasbaar zijn in de gemeentelijke plannen. Het moet mogelijk zijn om bij verkoop of verhuur van vastgoed (= economische activiteit) in voorkomende gevallen genoegen te nemen met een niet kostprijsdekkend tarief.

Bijvoorbeeld ter voorkoming van leegstand en verloedering. (motieven onder de kostprijs: tijdelijke contracten, huurbescherming, onderhoud enz.)

Door gebiedsontwikkeling/vastgoed expliciet aan te merken als een algemeen belang behoudt de gemeente de noodzakelijke manoeuvreerruimte in termen van differentiatiemogelijkheden bij tariefstelling bij de operationalisering van beleidsdoelstellingen. Actuele klachten vanuit de markt zijn op dit moment niet aan de orde. Met de algemeen belangvaststelling kan het beleid ongewijzigd worden voortgezet en is geen sprake van een meer dan proportionele benadeling van marktpartijen.

Bestuursdienst

De bestuursdienst levert in beginsel geen activiteiten en producten naar buiten, maar is verantwoordelijk voor de advisering van het college. Toch is een aantal activiteiten geïdentificeerd als economische activiteiten in het kader van de WM&O, waarvoor een algemeen belang besluit genomen moet worden.

Het betreft de volgende activiteiten:

“Om niet” regeling grote openbaar toegankelijke evenementen;

De “Om niet” regeling is een regeling die bij vergunningverlening voor grote evenementen wordt aangeboden aan de organisatie van het evenement waarbij de organisator kosteloos gebruik kan maken van bepaalde gemeentelijke diensten. Het gaat hierbij om: - vereiste aanpassingen aan wegen, - voorzieningen om het publieke domein te beschermen, - leveren van materiaal voor schoonmaak tijdens het evenement, - schoonmaak van het evenemententerrein aan het einde van het evenement. Hoewel het hier activiteiten betreft die door het cluster Stadsbeheer wordt uitgevoerd, ligt de coördinatie hiervan bij de Directie Veiligheid van de Bestuursdienst.

Het algemeen belang is gelegen in het feit dat het hier om evenementen gaat met een openbaar toegankelijk karakter, waarbij het evenement beschouwd wordt als een veelal sportieve of culturele representatie van de stad Rotterdam.

Beschikbaarstelling burgerzaal.

De burgerzaal wordt om niet ter beschikking gesteld voor recepties, lunches en ontvangsten. Dit kan alleen op initiatief en uitnodiging van het college van B&W, een afzonderlijke wethouder, de burgemeester of de gemeenteraad. Er dient dus altijd een bestuursorgaan of vertegenwoordiging van het bestuursorgaan aanwezig te zijn. Daarom is hier feitelijk geen sprake van een concurrerende markt, maar het aanbieden van ruimtes voor recepties e.d. is wel een markt waar door anderen (markt)prijzen in rekening worden gebracht.

Het algemeen belang is gelegen in de representatieve functie die de bestuursorganen namens de gemeente Rotterdam vertegenwoordigen jegens derden.

Niet eens met deze beslissing?

Dan kunt u, of een andere belanghebbende, een bezwaarschrift indienen. Dit moet binnen zes weken na de bekendmaking van het besluit. U stuurt het bezwaarschrift naar:

De gemeenteraad van Rotterdam

t.a.v. de Algemene Bezwaarschriftencommissie

Postbus 1011, 3000 BA te ROTTERDAM

Faxnummer Algemene Bezwaarschriftencommissie: (010) 267 63 00.

In het bezwaarschrift moet in ieder geval staan:

  • §

    uw naam, adres en handtekening;

  • §

    uw telefoonnummer zodat contact met u opgenomen kan worden om samen met u te bespreken wat de beste aanpak van uw bezwaarschrift is;

  • §

    de datum waarop u bezwaar maakt;

  • §

    een omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt;

  • §

    de reden(en) van uw bezwaar.

U wordt verzocht tevens een kopie van dit besluit mee te zenden.

U kunt uw bezwaarschrift ook digitaal indienen op Rotterdam.nl/pdc:bezwaar indienen, m.b.v. het webformulier (zie “mijn loket”). Hiervoor is nodig een DigiD-code, of voor bedrijven een

E-herkenning, die kan worden aangevraagd via digid.nl, respectievelijk eherkenning.nl.

U kunt het bezwaarschrift niet op een andere digitale wijze, bijvoorbeeld per e-mail, indienen. Zie voor meer informatie rechtspraak.nl.