Organisatie | Bunnik |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels behorende bij de Verordening leerlingenvervoer gemeente Bunnik 2013 |
Citeertitel | Beleidsregels behorende bij de Verordening leerlingenvervoer gemeente Bunnik 2013 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Verordening leerlingenvervoer gemeente Bunnik 2013
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-05-2015 | 04-07-2015 | Nieuwe regeling | 26-03-2013 | Onbekend | |
11-04-2013 | 01-01-2013 | Nieuwe regeling | 26-03-2013 | Onbekend |
De gemeente Bunnik is wettelijk verplicht een regeling voor het leerlingenvervoer uit te voeren. Om uitvoering te kunnen geven aan het leerlingenvervoer is op 13 december 2012 de Verordening leerlingenvervoer gemeente Bunnik 2013 vastgesteld. In deze verordening zijn de algemeen bindende voorschriften opgenomen.
Om deze algemeen bindende voorschriften eenduidig uit te voeren, zijn onderstaande beleidsregels opgesteld. Met deze beleidsregels wordt duidelijkheid gegeven op welke manier de gemeente Bunnik uitvoering geeft aan de bepalingen in de Verordening leerlingenvervoer gemeente Bunnik 2013.
In deze beleidsregels zijn de artikelen van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Bunnik 2013 cursief weergegeven. Vervolgens zijn de beleidsregels opgenomen.
Als de Verordening leerlingenvervoer en de onderhavige beleidsregels geen uitsluitsel bieden bij de beslissingen op aanvragen leerlingenvervoer, worden de hoofdstukken ‘Wet- en regelgeving’ en ‘Jurisprudentie’ van het Handboek leerlingenvervoer, uitgegeven door SDU uitgevers, gevolgd.
Basis: Artikel 2 Verordening leerlingenvervoer
De eigen (inkomensafhankelijke) bijdrage wordt direct verrekend met de toegekende vervoersvergoeding.
Basis: Artikel 4 Verordening leerlingenvervoer
Gedurende een schooljaar worden er twee voorschotten betaald. Eén in september en één in januari. Indien gedurende het schooljaar recht op een vergoeding ontstaat zal zoveel mogelijk bij dit ritme worden aangesloten.
Wanneer het college dit voor de uitbetaling van de vergoeding noodzakelijk acht kan het college degene die recht heeft op een vervoersvoorziening verzoeken vervoersbewijsstukken van een bepaalde periode te overleggen. Bekostiging vindt dan alleen plaats na het overleggen van deze vervoersbewijsstukken.
Bij het beschikbaar stellen van een kilometervergoeding wordt per (werkelijk) schoolbezoek afgerekend.
Basis: Artikel 5 Verordening leerlingenvervoer
Aanvraagformulier leerlingenvervoer (in te vullen en te ondertekenen door ouder(s)/verzorger(s)
Vervoersadvies/schoolverklaring (in te vullen en te ondertekenen door Commissie van Begeleiding, Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) of Ambulante Begeleider)
Eventueel aanvullende adviezen of verklaringen van andere deskundigen die voor de beoordeling van de aanvraag van belang zijn.
Basis: Artikel 6 Verordening leerlingenvervoer
Tot gewijzigde omstandigheden als bedoeld in artikel 6 van de verordening worden o.a. maar niet uitsluitend gerekend: verhuizing, wijziging school, lagere frequentie schoolbezoek.
Basis: Artikelen 10 en 16 Verordening leerlingenvervoer
Wanneer het college de informatie van de aanvrager en de aanvullende verklaringen onvoldoende acht om zich een oordeel over de aanvraag te vormen, kan aan de aanvrager een verklaring van een medisch specialist worden gevraagd of het college vraagt rechtstreeks een aanvullend advies van een medisch adviseur. In dat laatste geval betaalt de gemeente de kosten van dit advies.
Basis: Artikelen 11 en 15 Verordening leerlingenvervoer
Bij de toepassing van artikel 11 en 15 wordt een kostenafweging gemaakt. Als de kosten van een fietsvergoeding of kosten openbaarvervoer hoger zijn dan de kosten van taxivervoer verzorgd door de gemeente, wordt deze leerling voor het betreffende schooljaar met instemming van de ouder(s)/verzorger(s) vervoerd met de taxi.
Basis: Artikelen 14 en 19 Verordening leerlingenvervoer
In principe kan toestemming worden verleend voor eigen vervoer. Voor de bekostiging wordt een kostenafweging gemaakt.
Als de kosten van eigen vervoer lager zijn dan het aangepast vervoer waar recht op bestaat (taxivervoer), worden de kosten van het eigen vervoer vergoed. Wanneer de kosten van eigen vervoer hoger zijn dan het aangepast vervoer wordt ten hoogste het bedrag van het aangepast vervoer vergoed.
Als de kosten van eigen vervoer lager zijn dan van openbaar vervoer (met begeleiding) waar recht op bestaat, worden de kosten van het eigen vervoer vergoed. Wanneer de kosten van eigen vervoer hoger zijn dan de kosten van openbaar vervoer (met begeleiding) wordt ten hoogste het bedrag van openbaar vervoer (met begeleiding) vergoed.
Basis: Artikelen 14, 19 en 27 Verordening leerlingenvervoer
In artikel 14, 19 en 27 van de verordening wordt voor de berekening verwezen naar de Reisregeling binnenland. Daar de gemeente Bunnik de volledige kilometervergoeding op basis van de Reisregeling binnenland hanteert, wordt de kilometervergoeding berekend op maximaal twee maal per dag de afstand woning-school (de reis van de leerling).
Basis: Artikelen 14 en 23 Verordening leerlingenvervoer
Wanneer sprake is van bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer (artikel 14) wordt ingevolge artikel 23 een drempelbedrag gehanteerd. Bij eigen vervoer waarbij meer dan één leerling tegelijk wordt vervoerd, wordt bekostiging verstrekt voor het voertuig. In dat geval wordt slechts voor één leerling het drempelbedrag geheven.
Vervoer naar naschoolse opvang is in de Verordening leerlingenvervoer niet geregeld. Voor dit vervoer wordt dan ook geen bekostiging toegekend. Voor leerlingen die van leerlingenvervoer gebruik maken is het wel mogelijk in plaats van het vervoer van school naar huis, vervoer van school naar naschoolse opvang te regelen. Dit kan alleen als dit vervoer geen extra rijtijd en geen extra kosten met zich meebrengt.