Organisatie | Zeist |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen Zeist |
Citeertitel | Verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen Zeist |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet basisregistratie personen, art. 3.8, lid 1; art. 3.9, lid 1 en lid 2
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-10-2014 | 06-01-2014 | Nieuwe regeling | 07-10-2014 Gemeenteblad, 2014, 57136 | nr. 795 |
De raad van de gemeente Zeist;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 16 september 2014;
gelet op de artikelen 3.8, eerste lid, en 3.9, eerste en tweede lid, van de Wet basisregistratie personen;
besluit vast te stellen de Verordening gegevensverstrekking basisregistratie personen Zeist:
Artikel 1. Verstrekkingen aan organen van de gemeente
Het college van burgemeester en wethouders verstrekt aan een overheidsorgaan dat een orgaan van de gemeente is gegevens uit de basisregistratie, voor zover dit noodzakelijk is voor het uitvoeren van de gemeentelijke taken.
Artikel 2. Verstrekkingen aan derden
Het college van burgemeester en wethouders kan overeenkomstig artikel 3.9 van de Wet basisregistratie personen, op verzoek van een derde aan hem gegevens verstrekken voor zover dit in overeenstemming is met het meest recente “Schema verzoeken om schriftelijke gegevensverstrekking uit de Basisregistratie personen (BRP)” van de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken.
Deze verordening geeft uitvoering aan de artikelen 3.8 en 3.9 van de Wet basisregistratie personen (hierna: Wbrp). Met de invoering van die wet is de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (hierna: Wgba) ingetrokken; daardoor is bovendien de [citeertitel gemeentelijke verordening GBA] vervallen. De mogelijkheid die de Wgba kende om regels te stellen over de verstrekking van gegevens over ingezetenen van de eigen gemeente is in de Wbrp echter overgenomen. Deze verordening geeft daar invulling aan.
Het gaat in deze verordening om verstrekking door het college van burgemeester en wethouders (hierna: college) van gegevens uit de basisregistratie, over inwoners van de eigen gemeente aan:
De begripsbepalingen uit de Wbrp werken door in deze verordening. Daarmee wordt in deze verordening verstaan onder:
Artikel 1. Verstrekkingen aan organen van de gemeente
Met dit artikel wordt het college de bevoegdheid gegeven om gegevens uit de basisregistratie te verstrekken aan gemeentelijke organen. Het wordt aan het college overgelaten om te bepalen welke gegevens uit de basisregistratie, over welke personen en voor welke taken, de verschillende gemeentelijke organen verstrekt krijgen. Het college verstrekt de gegevens vervolgens zelf, al dan niet systematisch, met dien verstande dat slechts gegevens worden verstrekt die noodzakelijk zijn voor de goede vervulling van de taak van de betreffende organen (zie artikel 3.8, tweede lid, van de Wbrp).
Artikel 2. Verstrekkingen aan derden
Dit artikel maakt het mogelijk dat op verzoek van een derde aan hem door het college gegevens worden verstrekt over inwoners van de gemeente. De verstrekking kan echter uitsluitend plaatsvinden indien daarvoor een grondslag aanwezig is in het “Schema verzoeken om schriftelijke gegevensverstrekking uit de Brp van de NVVB. De meest recente versie van dat schema is als bijlage bij dit raadsvoorstel gevoegd. Daarbij is steeds ook voorwaarde dat sprake is van een gewichtig maatschappelijk belang.
Artikel 3. Inwerkingtreding en citeertitel
Aan de verordening wordt terugwerkende kracht toegekend tot en met 6 januari 2014, te weten de datum waarop de Wbrp in werking trad en de Wgba verviel. De vertraagde totstandkoming van deze verordening hangt samen met een onverwachte snelle invoering van de nieuwe wet en een landelijke discussie over modellen voor nadere gemeentelijke regels. Door het toekennen van terugwerkende kracht aan de verordening, wordt aan de verstrekkingen gedaan in de periode tussen 6 januari en de inwerkingtreding van deze verordening alsnog een adequate grondslag geboden. Terugwerkende kracht ligt hier in voor de hand, omdat enkel daarmee de voortdurende goede uitvoering van bepaalde gemeentelijke taken gewaarborgd is. Bovendien zijn de verstrekkingen een voortzetting van de bestaande praktijk zoals deze voorheen onder de Wgba plaatsvond.