Organisatie | Epe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Epe 2014 |
Citeertitel | Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Epe 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Wijzigingsverordening
artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet
Voorschriften grafbedekking (2014-22550)
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-01-2018 | Wijzigingsverordening | 09-11-2017 | 2017-14608 | ||
22-10-2014 | 19-01-2018 | Nieuwe regeling | 18-09-2014 Digitaal Gemeenteblad d.d. 21-10-2014, nr. 59146 | 2014-22541 |
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nr. 2014-22539 d.d. 16 juni 2014
gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet;
1. Het beleidsplan begraafplaatsen gemeente Epe 2014-2019 met de volgende uitgangspunten:
2. De verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats(en) voor de gemeente Epe 2014
Hoofdstuk 2 OPENSTELLING, ORDE EN RUST OP DE BEGRAAFPLAATS
Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de gemeente. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de gemeente vastgesteld.
Hoofdstuk 3 VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING
Artikel 7 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
Degene die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, kennis aan de gemeente via het daarvoor door de gemeente beschikbaar gestelde formulier.
Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de medewerker begraafplaatsen zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as en het daarna sluiten van een graf, evenals de verstrooiing van as en het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door de medewerker van de begraafplaatsen op aanwijzingen en onder toezicht van de opdrachtgever. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de medewerker begraafplaatsen geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de opdrachtgever hebben kenbaar gemaakt. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de medewerker begraafplaatsen op te volgen.
Artikel 8 Te overleggen stukken
Begraving of bijzetting in een bestaand graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met tenminste tien jaar. Deze verlenging is een verplichte verlenging en wordt door de gemeente opgelegd.
Hoofdstuk 4 INDELING EN UITGIFTE VAN DE GRAVEN
Het college kan bij nader vast te stellen regels de algemene en particuliere graven onderverdelen in categorieën. Het college bepaalt voor de verschillende categorieën de situering en oppervlakte.
Artikel 14 Termijnen particuliere graven
Het college verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats(en) dat toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van 20 of 50 jaar het uitsluitend recht tot begraven op een particulier graf. De termijn begint te lopen op de datum (dag van begraven) waarop het particuliere graf is uitgegeven.
Het college kan aan de rechthebbende op een particulier graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door het college te stellen voorwaarden.
Artikel 16 Overschrijving van verleende rechten
Na het overlijden van de rechthebbende kan het recht op het particuliere graf worden overgeschreven op naam van een natuurlijk persoon of rechtspersoon, indien de aanvraag daartoe wordt gedaan binnen zes maanden na het overlijden van de rechthebbende. Indien de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan.
Artikel 17 Afstand doen van graven
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particuliere graf/columbarium/urnenkelder. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Hoofdstuk 5 GRAFBEDEKKING EN ONDERHOUD
Artikel 18 Vergunning grafbedekking
Het college kan de vergunning weigeren indien:
a. niet voldaan wordt aan de vastgestelde nadere regels, genoemd in het derde lid;
b. het gedenkteken afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;
c. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;
Artikel 19 Onderhoud gedenkteken en/of grafbedekking door rechthebbende
De rechthebbende is verplicht het gedenkteken en/of grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen. Schade als gevolg van brand, vandalisme, vorst, wateroverlast en andere van buiten komende oorzaken, of ontstaan door het weghalen en terugplaatsen van een gedenkteken ten behoeve van een bijzetting of opgraving en eventuele gevolgschade voor derden, is voor risico en rekening van de rechthebbende.
Het college kan de rechthebbende per aanschrijving verplichten een beschadiging aan het gedenkteken en/of de grafbedekking te herstellen binnen de door het college gestelde termijn, indien de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van het college het uiterlijk aanzien van de begraafplaats schaadt of gevaar op levert voor derden
Indien de rechthebbende nalaat het gedenkteken en/of grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kan het college de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende dertien weken ter beschikking van de rechthebbende en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
De verwijdering vindt pas plaats nadat het college de rechthebbende door middel van een verklaring schriftelijk op de hoogte heeft gesteld van de toestand van het gedenkteken en/of grafbedekking. Wanneer het adres van de rechthebbende of de gebruiker niet bekend is maakt het college de verklaring bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.
Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke worden, wanneer zij verwelkt zijn, door de medewerker begraafplaatsen verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende dertien weken ter beschikking gehouden van de rechthebbende of, wanneer het een algemeen graf betreft, van de belanghebbende indien deze daartoe tevoren een aanvraag heeft ingediend bij de opdrachtgever. De winterharde gewassen die op de graven worden geplant mogen bij volle wasdom de voor het graf beschikbare oppervlakte niet overschrijden en moeten door besnoeiing (door de rechthebbende) binnen de oppervlakte worden gehouden en daarbij dient rekening gehouden te worden met het volgende:
a. de hoogte mag de maximale afmetingen van het grafmonument niet overschrijden;
b. het grafmonument dient te allen tijde leesbaar te zijn;
c. het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan.
Artikel 21 Verwijdering gedenkteken en/of grafbedekking na verstrijken van de termijn
Het voornemen tot verwijdering van het gedenkteken en/of grafbedekking maakt het college vooraf per brief aan de rechthebbende bekend. Wanneer het adres van de rechthebbende niet bekend is, maakt het college het voornemen tot verwijdering van het gedenkteken en/of grafbedekking gedurende een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats bekend.
Hoofdstuk 6 RUIMING VAN GRAVEN, URNENGRAVEN EN URNENNISSEN
Artikel 22 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
De gemeente ruimt alleen graven waar geen grafrechten meer op rusten, dus alleen de graven waarvan afstand is gedaan of waarvan de grafrechten niet meer zijn verlengd.
1. De opdrachtgever draagt er zorg voor dat er bij de ruiming van het graf met de nog aanwezige menselijke resten te allen tijde respectvol wordt omgegaan en dat bezoekers van de begraafplaats niet met menselijke resten worden geconfronteerd.
2. De nog aanwezige menselijke resten worden herbegraven en de as wordt verstrooid op een van de daartoe bestemde gedeelten van de begraafplaats(en).
3. De gemeente kan besluiten om het graf wat vrijkomt opnieuw uit te geven.
4. Bij het opgraven van lijken en de ruiming van graven zijn geen andere personen aanwezig dan degenen die door de gemeente met deze werkzaamheden zijn belast.
Ruimen en schudden op verzoek van de rechthebbende:
1. De rechthebbende van een particulier graf kan na de verplichte grafrust, de termijn van 10 jaar, bij de gemeente een aanvraag indienen om het graf te laten ruimen en de menselijke resten, bijeen te doen brengen voor crematie of voor herbegraving elders.
2.De rechthebbende van een particulier graf kan na de verplichte grafrust, de termijn van 10 jaar, bij de gemeente een aanvraag indienen om het graf te laten schudden c.q. ruimen. Dit verzoek tot schudden of ruimen van het graf wordt slechts éénmaal toegestaan. De menselijke resten blijven bij schudden achter in het graf. Bij het ruimen van een graf worden de menselijke resten herbegraven in een verzamelgraf. Ruimen en schudden op verzoek van de rechthebbende is alleen mogelijk als er nog grafrechten rusten op het graf.
3. Om de wettelijke termijn van 10 jaar grafrust te volbrengen na een inlage is een verplichte verlenging van grafrechten (1 t/m 9 jaar) nodig voor een periode waarmee aan deze verplichte grafrust van tenminste 10 jaar wordt voldaan.
4. De kosten, die gemaakt worden voor het ruimen of schudden op verzoek van de rechthebbende, komen voor rekening van de
Voor zowel artikel 22 A als B geldt dat:
a. de opgravings cq. schudwerkzaamheden door een gespecialiseerd bedrijf zonder onderbreking dienen te worden uitgevoerd;
b. tijdens de te verrichten werkzaamheden alleen de opdrachtgever, de medewerkers van de begraafplaats en medewerkers van het voornoemde bedrijf aanwezig mogen zijn. Indien de rechthebbende aanwezig wenst te zijn dan kan hij hiervoor een verzoek indienen bij het college;
c. de nog aanwezige menselijke resten worden herbegraven en de as wordt verstrooid op een van de daartoe bestemde gedeelten van de begraafplaats(en);
d. de rechthebbende van een particulier urnengraf of particuliere urnennis bij de gemeente een aanvraag kan indienen de asbus ter beschikking te houden om elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien.
Hoofdstuk 7 GEDEELTE VOOR KERKGENOOTSCHAP
Artikel 23 Afwijkende regels en kennisgeving onderhoudsbehoefte van graven
Het college kan na overleg met het bestuur van het kerkgenootschap ten aanzien van de openstelling van het gedeelte, de indeling van graven, de onderverdeling van graven in categorieën en de eisen voor de grafbedekking op het ter beschikking van het kerkgenootschap gestelde deel van de begraafplaats nadere regels stellen.
Artikel 26 Intrekking oude regeling
De beheersverordening begraafplaatsen gemeente Epe 1998, vastgesteld op
29 januari 1998, wordt ingetrokken op het moment dat deze verordening in werking treedt.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag of een verzoek -hoe ook genaamd- op grond van de beheersverordening begraafplaatsen gemeente Epe 1998 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.
1. De jaarlijkse onderhoudsverplichtingen die de gemeente is aangegaan met de rechthebbende betreffende het schoonhouden van het gedenkteken komen per 1 januari 2015 te vervallen.
2. Met ingang van 1 januari 2015 worden er geen nieuwe onderhoudsverplichtingen voor het schoonhouden van het gedenkteken meer afgesloten.
3. De lopende verplichtingen voor het schoonhouden van het gedenkteken waarvan de kosten zijn afgekocht, worden door de gemeente uitgevoerd tot het einde van het grafrecht.
Ingezetenen en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen kunnen omtrent feitelijke handelingen of het nalaten van feitelijke handelingen betreffende de begraafplaats bij het college schriftelijk een klacht indienen;
Hij die handelt in strijd met de artikelen 3,4,5 lid 2, 6, 18,19 en 20 wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.
Het college kan in bijzondere gevallen, bij indeling en uitgifte van graven en het onderhoud van grafbedekkingen, ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in deze verordening, zonodig na advies te hebben gevraagd van deskundigen.
Epe, 18 september 2014
De raad voornoemd,
de voorzitter, Ir. H. van der Hoeve MPA.
de griffier, V. Smit. de griffier,
Ruimen door de gemeente kan alleen gebeuren als de grafrechten zijn komen te vervallen of niet meer zijn verlengd. Er is dus geen sprake meer van een rechthebbende en rusten geen grafrechten meer op het graf. Bij algemene graven vindt er ruiming plaats na het verstrijken van de wettelijke grafrusttermijn van tenminste 10 jaar. (Artikel 31 van de Wet op lijkbezorging (2010) benoemt de voorwaarden)
Dit artikel is geïntroduceerd met het oog op de strafbaarstelling van personen die zich op de begraafplaats bevinden buiten de uren van openstelling voor bezoekers.
De wet verplicht tot de mogelijkheid van begraven op iedere dag gedurende een bij gemeentelijke verordening te bepalen tijd. Daarnaast zijn er bijzondere gevallen denkbaar waarin de nabestaanden er een belang bij hebben om op een zon- of feestdag een begrafenis of asbezorging te laten plaatsvinden. Het college kan in deze bijzondere gevallen besluiten om de begraafplaats hiervoor open te stellen;
Steenhouwers en hoveniers moeten zich er steeds van bewust zijn dat hun werkzaamheden storend kunnen zijn voor rouwende nabestaanden en tijdens uitvaartplechtigheden. De toestemming om werkzaamheden op de begraafplaats te verrichten, moet vlot aan de steenhouwers of anderen kunnen worden gegeven. Daarom verdient het aanbeveling dat het college het verlenen van die toestemming onder behoud van haar verantwoordelijkheid opdraagt aan de medewerker van de begraafplaatsen. De bevoegdheid van de medewerker van de begraafplaatsen om personen weg te sturen als zij zich niet aan zijn aanwijzingen houden en de verbodsbepalingen, bieden voldoende mogelijkheden om tegen ongewenste activiteiten te kunnen optreden.
Indien de nabestaanden alle of bepaalde werkzaamheden zelf willen verrichten, zijn niettemin de aanwijzingen en de hulp van de medewerker van de begraafplaats nodig, ook om redenen van veiligheid, in het bijzonder bij het openen en sluiten van het graf. De werkzaamheden kunnen door de nabestaanden en de medewerker van de begraafplaats samen worden verricht. De nabestaanden kunnen bijvoorbeeld een begin maken. Vervolgens kan de medewerker van de begraafplaats de handelingen verrichten waarvoor ervaring nodig is of die van de nabestaanden te zware lichamelijke inspanning vragen. Het aanbrengen van de grafranden ter stutting van de grond om het geopende graf en het verwijderen van die randen voor het sluiten van het graf zal altijd door de medewerker van de begraafplaatsen moeten geschieden
De aard van de werkzaamheden bij het opgraven en ruimen van graven brengt met zich mee dat het bezwaarlijk is om toe te staan dat anderen hierbij aanwezig zijn. De praktijk heeft aangetoond dat er behoefte is aan een wettelijk voorschrift om de toegang hierbij van derden te weren.
Een formele kennisgeving is nodig, omdat duidelijk moet vastliggen wat voor graf er wordt gevraagd. Deze kennisgeving wordt digitaal aangeleverd, via het door de gemeente beschikbaar gestelde formulier. De as kan volgens de wet worden bijgezet in of op een graf, dan wel in een urnennis of urnenkelder;
Naast de eigen graven noemt dit artikel de verschillende andere soorten van voorzieningen op de begraafplaats. Met deze voorzieningen wordt tegemoet gekomen aan de behoeften van de nabestaanden die de crematie op enige afstand van huis hebben doen plaatsvinden en graag een identificatiepunt in de omgeving hebben om de overledene dichtbij te kunnen gedenken.
Een graf zal alleen buiten de volgorde van ligging worden toegewezen als dit niet bezwaarlijk is voor de situatie op de begraafplaats. Deze situatie betreft de familierelatie, men kan op het moment van overlijden van een familielid een naastliggend graf reserveren
Deze bepaling is opgenomen, omdat sommige rechthebbenden in de veronderstelling verkeren dat de uitgiftetermijn pas begint te lopen op het moment van de eerste begraving of bijzetting;
De Wet op de Lijkbezorging 2010 bepaalt dat vanaf een jaar voor het verstrijken van de lopende termijn verlenging van de graftermijn kan worden aangevraagd. Binnen een jaar na het begin van deze periode moet het college volgens het wetsvoorstel de rechthebbende op het graf meedelen dat de graftermijn gaat aflopen, hetzij per brief, hetzij door aanplakking op de begraafplaats tot aan het einde van de periode dat de rechthebbende om verlenging van de termijn van uitgifte kan vragen.
Artikel 16: Het is gewenst dat er na overlijden van een rechthebbende een nieuwe rechthebbende wordt aangewezen die de verantwoordelijkheid voor de grafruimte en de daaraan verbonden kosten op zich neemt. Deze bepaling stelt de termijn op 6 maanden.
Dit artikel is opgenomen om buiten twijfel te stellen dat de rechthebbende afstand kan doen van het graf.
De vergunningseis geldt voor de grafbedekkingen op de eigen graven. De grafbedekking zal op punten als vormgeving, constructie en materiaalkeuze aan bepaalde minimumeisen moeten voldoen. Deze eisen zijn nader uitgewerkt in de nadere regels van het college.
Artikel 19: De mededeling aan de rechthebbende op een eigen graf dat de grafbedekking zal worden verwijderd, kan in veel gevallen gelijktijdig worden gedaan met de mededeling dat de graftermijn verstrijkt en dat een verlenging mogelijk aan de orde is.
De grafbedekking kan ook worden verwijderd, nadat het college het grafrecht vervallen heeft verklaard, omdat er na het overlijden van de rechthebbende niet tijdig een nieuwe rechthebbende zich heeft gemeld bij de gemeente.
In dat geval geldt eveneens het vereiste van de voorafgaande mededeling per brief; zijn er geen nieuwe rechthebbende meer te vinden, dan wordt er een bordje op het graf geplaatst.
De grafbedekking blijft, nadat deze is verwijderd, gedurende 13 weken ter beschikking van de nabestaanden als daarom tijdig tevoren is verzocht.
De rechthebbenden zijn verplicht op eigen graven de grafbedekking behoorlijk te onderhouden en zo nodig te herstellen. De rechthebbenden zijn ook verantwoordelijk voor het opnieuw stellen van gedenktekens als die zijn verzakt.
In de dagelijkse praktijk rijzen er nog wel eens wat moeilijkheden over verwijderde bloemen en eenjarige planten, zoals afrikanen en geraniums. Daar de bloemen en planten eigendom zijn van de rechthebbende op de graven is waar mogelijk een waarschuwing vooraf op zijn plaats. Verwelkte bloemen zullen wij niet te snel laten verwijderen, omdat zij passend zijn bij de sfeer van de begraafplaats.
De mededeling dat het college van plan is om de graven te ruimen, wordt in algemene zin gedaan via een publicatie op het mededelingenbord bij de entree van de begraafplaats.
Het ter beschikking van een kerkgenootschap gestelde deel op een gemeentelijke begraafplaats valt volgens de Wet op de Lijkbezorging onder het beheer van de gemeente. Hierdoor is ook de Beheersverordening op dit gedeelte van toepassing. Het college is dus verantwoordelijk voor de goede gang van zaken op het ter beschikking van de kerk gestelde gedeelte. Wegens het kerkelijk karakter kunnen er redenen bestaan om voor dit deel ten aanzien van enkele onderwerpen nadere regels vast te stellen die afwijken van de nadere regels die gelden voor het overige gedeelte van de begraafplaats.
De graven kunnen van historische betekenis zijn: hetzij door de overledene die er begraven ligt, dan wel alleen door het opvallende karakter van het gedenkteken. De overledene kan voor de plaatselijke gemeenschap van betekenis zijn geweest, zodat wellicht de naam nog bij de volgende generatie bekend is. Het gedenkteken kan opvallen door zijn vormgeving en door het materiaal. Een voorbeeld is het gietijzer, gesmeed door een ijzergieterij, vaak subtiel voorzien van symbolen van de dood. Het ijzer herinnert aan een reeds lang verdwenen nijverheid en is alleen al daardoor van waarde. Er dient te worden gezorgd dat graven van bekende overledenen niet ondoordacht worden geruimd en dat soms vrij zeldzame voorwerpen op een terrein dat zozeer aan het verleden herinnert, behouden blijven. Binnen de gemeente Epe is een lijst vastgesteld, die een inventarisatie betreft van gedenkwaardige graven. Daarnaast kan de inhoud van de lijst een hulpmiddel zijn voor het samenstellen van de monumentenlijst.