Organisatie | Molenwaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Standplaatsenbeleid Molenwaard 2014 |
Citeertitel | Standplaatsenbeleid Molenwaard 2014 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-08-2014 | 30-03-2018 | Nieuwe regeling | 24-06-2014 | Mozard101902 |
Het te koop aanbieden van goederen als vis, snacks, bloemen, enz. vanaf een standplaats of markt in de openbare ruimte in Molenwaard is een niet meer weg te denken activiteit.
Het verlevendigt de kernen, het voorziet in een behoefte en levert een bijdrage aan het ver-schaffen van werkgelegenheid. Standplaatsen kunnen echter overlast veroorzaken, onveilig verkeersgedrag teweegbrengen, concurrerend zijn voor de lokale middenstand of bijvoorbeeld
het straatbeeld ontsieren. Ondermeer dit gegeven noodzaakt tot een standplaatsen- en marktenbeleid.
Dit beleid is een uitwerking van artikel 5.17 e.v. van de Algemeen Plaatselijke Verordening Molenwaard 2013 (hoofdstuk 5, afdeling 4) waar het gaat over standplaatsen. Dit beleid biedt ondernemers duidelijkheid over hun mogelijkheden en positie. Daarnaast geeft dit beleid de kaders aan waarbinnen de vergunningverlening plaatsvindt en schept duidelijkheid voor het handhaven van de regelgeving.
Het beleid is van toepassing op het toewijzen en/of innemen van losse standplaatsen en op de minimarkten in de gemeente Molenwaard. Het beleid is niet van toepassing op standplaatsen:
De artikelen 5:17 tot en met 5:21 van de APV handelen over standplaatsen.
In artikel 1:8 van de APV zijn de algemene weigeringsgronden opgenomen op basis waarvan een vergunning voor het innemen van een standplaats kan worden geweigerd. De weigeringsgronden zijn:
In artikel 5:18 van de APV is bepaald dat onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 de vergunning eveneens kan worden geweigerd vanwege strijd met een geldend bestemmingsplan.
Hoofdstuk 3: Locaties standplaatsen en minimarkten
Aangewezen zijn de locaties waar standplaatsen mogen worden ingenomen, tevens is het aantal standplaatsen per locatie bepaald. Van de aangewezen locaties is bekend dat deze op zichzelf geschikt zijn voor het innemen van een standplaats. De volgende locaties zijn aangewezen voor het innemen van één of meerdere standplaatsen met een voertuig, kraam, tafel of enig ander middel. Een minimarkt omvat drie of meer losse standplaatsen op één moment.
Toelichting losse standplaatsen (geen minimarkt zijnde): de standplaatsenvergunningen worden in overleg met de aanvrager verleend voor een aaneengesloten periode van maximaal 6 uur per week waarbij de tijden liggen tussen 06.00 en 22.00 uur niet zijnde op zondag.
Een standplaatsvergunning kan worden aangevraagd nadat er op de website van de gemeente Molenwaard gepubliceerd is dat er één of meer standplaatsen vrij zijn. Bij het in behandeling nemen van de aanvragen geldt: “wie het eerst komt, wie het eerst maalt”. Er zullen geen wachtlijsten bijgehouden worden.
Een vergunning dient te worden aangevraagd via het daarvoor bestemde formulier. Een standplaatsvergunning wordt schriftelijk aangevraagd en bevat de volgende gegevens:
Een standplaatsvergunning vermeldt in ieder geval:
Vergunningen worden verleend voor een periode van minimaal 1 jaar en een periode van 5 jaar of indien gewenst korter waarbij een vergunning altijd eindigt op 31 december. Indien na afloop van de vergunning de standplaats in stand blijft heeft de bestaande vergunninghouder het eerste recht op een nieuwe standplaatsvergunning.
Bij overlijden van de vergunninghouder wordt de vergunning overgeschreven op de overblijvende echtgenoot, geregistreerde partner of één van de meewerkende kinderen, als een daartoe strekkende aanvraag binnen acht weken na het overlijden wordt ingediend.
Wanneer de standplaatshouder zijn verkoopwagen of kraam verkoopt, verhuurt of in gebruik geeft, verschaft dat de koper, huurder of gebruiker geen recht op toekenning van de standplaats.
Wijzigen of intrekken van de vergunning
De vergunning wordt ingetrokken of gewijzigd op grond van het bepaalde in artikel 1:8 en 5:18 van de APV, en indien:
Het college kan, als zij onverwijld optreden noodzakelijk acht, de vergunninghouder in afwachting van de besluitvorming, het recht ontzeggen om de standplaats gedurende een periode van maximaal vier weken daadwerkelijk te gebruiken.
Voor de afgifte van een standplaatsvergunning moet de aanvrager leges betalen.
Jaarlijks dient marktgeld betaald te worden door de vergunninghouders. Halverwege het jaar zal hiervoor een nota aan de vergunninghouders worden gestuurd om het bedrag voor het gehele jaar in één keer te voldoen. Er zijn drie verschillende tarieven:
De tarieven van de leges en marktgelden zullen in de legesverordening worden opgenomen en jaarlijks worden vastgesteld, uitgangspunt hierbij is kostendekkendheid.
Voor alle bovengenoemde uitgangspunten en de overige in het standplaatsenbeleid opgenomen regels geldt dat, op grond van bijzondere omstandigheden als bedoeld in artikel 4:84 van de Awb, hiervan kan worden afgeweken.
Vergunningen verleend vóór inwerkingtreding van dit beleid worden geacht daarmee in overeenstemming te zijn.
Het beleid treed in werking op de dag van publicatie en het oude beleid/verordening komt daarmee te vervallen.