Organisatie | Peel en Maas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel woningbouwsplitsing binnen de dorpskernen, zoals die zijn begrensd door de zogenaamde rode contour, op gronden met een bestemming die geen woningsplitsing toestaat |
Citeertitel | Beleidsregel woningbouwsplitsing binnen de dorpskernen, zoals die zijn begrensd door de zogenaamde rode contour, op gronden met een bestemming die geen woningsplitsing toestaat |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | kaart rode contouren |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-11-2013 | 14-01-2016 | nieuwe regeling | 23-09-2013 | 1894/2013/52997 |
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN PEEL EN MAAS;
Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;
Gelet op het bepaalde in artikel 3.1 en 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
Door de raad op 24 januari 2011 een woonvisie is vastgesteld;
Er als gevolg van de huidige economische situatie stagnatie optreedt in de doorstroming in de woningbouw;
Met name grotere woningen in een hoger prijssegment moeilijk verkoopbaar zijn;
De raad is toegezegd om maatregelen te treffen om de doorstroming in de woningbouw te bevorderen.
Er als gevolg van wijziging in de gezondheidswetgeving en beperking van rijksbudgetten er (een toenemende) behoefte is aan mogelijkheden om bestaande daarvoor geschikte panden te kopen of te verhuren om daarin meerdere wooneenheden te creëren met het oog op een (mogelijke toekomstige) zorgbehoefte, waarbij deze zorg onderling tussen eigenaren/huurders geregeld wordt;
Er ook behoefte is aan het splitsen van bestaande woningen om kinderen de gelegenheid te geven naast hun ouders te gaan wonen met het oog op een mogelijke toekomstige zorgondersteuning;
Er nog geen ervaring is opgedaan met het toestaan van woningsplitsing om redenen zoals hiervoor genoemd en er ook nog geen goed inzicht is in de daadwerkelijke behoefte;
Het daarom redelijk wordt geacht om als pilot een beleidsregel vast te stellen om woningsplitsing in een gelimiteerd aantal toe te staan voor de hiervoor genoemde doeleinden teneinde inzicht te krijgen in de behoefte en de daadwerkelijke vraag;
Deze beleidsregel vooralsnog wordt beperkt tot woningen binnen de zogenaamde “rode contour” en de mogelijkheden in het buitengebied worden meegenomen in de evaluatie van het VAB (vrijkomende agrarische bebouwing) en het VNAB (vrijkomende niet agrarische bebouwing) beleid;
Vast te stellen de volgende beleidsregel:
Beleidsregel woningbouwsplitsing binnen de dorpskernen, zoals die zijn begrensd door de zogenaamde rode contour, op gronden met een bestemming die geen woningsplitsing toestaat
Alle woningbouwverzoeken op gronden die daarvoor niet zijn bestemd in de onder artikel 1a genoemde kernen worden afgewezen.
Indien aan een woningbouwverzoek medewerking wordt verleend, omdat het valt onder één van de in artikel 3 genoemde uitzonderingen, moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
verzoeken om woningbouw moeten zijn gerealiseerd binnen een termijn van 3 jaar na het onherroepelijk worden van de omgevingsvergunning, die moet worden ingediend binnen een termijn van één jaar na datering van een positieve beslissing op het ingediende principeverzoek. Wordt hieraan niet voldaan, dan kan geen enkel recht meer worden ontleend aan de genomen beslissing op het principeverzoek en zal een nieuw verzoek moeten worden ingediend. Het verzoek zal vervolgens worden beoordeeld op basis van het beleid zoals dit geldt op het moment van indiening van het principeverzoek.
Er worden uitsluitend woningbouwverzoeken in behandeling genomen door de uiteindelijke gebruikers en/of eigenaren van de woningen na de woningsplitsing. Verzoeken van eigenaren van woningen die een woningsplitsing planologisch willen regelen uit economisch oogpunt teneinde deze als te splitsen woning in de markt te zetten voor verkoop aan derden worden niet in behandeling genomen.
In afwijking van het hiervoor bepaalde onder 4d is het ook mogelijk dat een investeerder een woningbouwverzoek indient als bedoeld in artikel 3b onder 2 met de bedoeling om de na woningsplitsing ontstane woningen of wooneenheden te verhuren. In dat geval zal schriftelijk moeten worden vastgelegd door de investeerder en vervolgens door de uiteindelijke huurders van de woningen of wooneenheden, dat dezelfde doelstelling worden nagestreefd als omschreven in artikel 3b onder 2. Ook in de huurovereenkomst dienen bepalingen te worden opgenomen die genoemde doelstelling waarborgen, zulks ter beoordeling van het college. Het bepaalde in dit artikel moet vaststaan bij het indienen van het principeverzoek door overlegging van bewijsstukken daartoe.
betreffende de verzoeken die vallen onder artikel 3a geldt een maximum van in totaal 15 te bouwen woningen voor geheel Peel en Maas ingaande de dag na bekendmaking. Daarbij is de volgorde van indiening van het principeverzoek leidend voor het bepalen van genoemd aantal van 15, onder voorwaarde dat daarop positief wordt beslist. Woningtoevoeging als gevolg van woningsplitsing in kernen waar onvoldoende planvoorraad aanwezig is om te kunnen voorzien in de natuurlijke behoefte aan woningen en eventuele ambitie voor die kern tellen niet mee voor het bepalen van genoemd maximum aantal van 15.
Deze beleidsregel is geldig tot en met 31-12-2015 of zoveel eerder als het maximum aantal van 15 woningen voor Peel en Maas is bereikt, waarvoor na indiening van een daartoe strekkend verzoek in principe medewerking is verleend aan de realisering van een woningbouwverzoek als vermeld onder artikel 3.