Organisatie | Zaanstad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels bij plaatsing van objecten op openbare plaatsen |
Citeertitel | Onbekend |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 2:10 Algemene Plaatselijke Verordening
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-08-2014 | 01-08-2016 | nieuwe regeling | 21-07-2014 | 2014/141250 |
Artikel 1 Definitie bouwobject
In deze nadere regels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder bouwobject: (verplaatsbaar) materiaal en/of materieel ten dienste van bouw- en onderhoudswerkzaamheden of van de daartoe betrokken personen, zoals bijvoorbeeld steigers, puinbakken, containers, keetcontainers, verhuisliften, pompinstallaties, eco-toiletten, stenen, cement, zand en tegels.
Artikel 2 Criteria plaatsen van tijdelijke bouwobjecten
Het is toegestaan tijdelijke bouwobjecten te plaatsen indien wordt voldaan aan elk van de volgende voorwaarden:
Artikel 3 Definities Plantenbakken, banken en geveltuin
In deze nadere regels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 4 Criteria plaatsen van plantenbakken en banken
Het is toegestaan plantenbakken en banken te plaatsen op een openbare plaats indien wordt voldaan aan elk van de volgende voorwaarden:
Artikel 5 Definitie uitstalling
In deze nadere regels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder uitstalling: een los voorwerp geplaatst voor een pand op een openbare plaats, dat een onmiskenbare relatie heeft met de bedrijfsactiviteiten van de in dat pand gevestigde onderneming, waaronder tevens wordt verstaan:
Artikel 6 Criteria plaatsen van uitstallingen
Het is toegestaan een uitstalling te plaatsen indien wordt voldaan aan elk van de volgende voorwaarden:
Artikel 7 Opvolgen aanwijzingen
Door of namens het bestuursorgaan gegeven aanwijzingen in het kader van het algemene belang, de openbare orde of veiligheid dienen strikt te worden opgevolgd. Deze aanwijzingen kunnen onder ander betrekking hebben op het geheel of gedeeltelijk verplaatsen dan wel verwijderen van de geplaatste objecten zonder dat de initiatiefnemer aanspraak kan maken op schadevergoeding.
Artikel 8 Gebruik van de weg niet overeenkomstig de bestemming
Bij overtreding van het gebod op het gebruik van de weg niet overeenkomstig de bestemming, treedt het college op door het opleggen van een last onder bestuursdwang met een uiterst korte begunstigingstermijn. De begunstigingstermijn bedraagt maximaal 24 uur vanaf het moment dat de overtreder over het voornemen tot handhaving is geïnformeerd. Indien de overtreder bij machte is de overtreding te beëindigen binnen een kortere termijn dan 24 uur, zal een navenant kortere begunstigingstermijn worden gegeven. De kosten van bestuursdwang worden ten laste van de overtreder gebracht.