Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Dantumadiel

Verordening rioolheffing 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Dantumadiel
Officiële naam regelingVerordening rioolheffing 2014
CiteertitelVerordening rioolheffing 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpFinanciën, belastingen en economie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum inwerkingtreding is 21 december 2013, de datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

Verordening Rioolheffing 2010 blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor 1 januari 2014 hebben voorgedaan.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Art. 228 a, eerste lid, onderdeel a en b, van de Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-12-201301-01-2015Geen

17-12-2013

Kollumer Courant, 31 december 2013

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening rioolheffing 2014

De raad van de gemeente DANTUMADIEL;

gelezen het voorstel van het presidium d.d. 3 december 2013;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. november 2013;

gelet op artikel 228 a, eerste lid, onderdeel a en b, van de Gemeentewet;

Besluit

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2014

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • ·

    a. perceel: een roerende of onroerende zaak of een zelfstandig gedeelte daarvan;

  • ·

    b. gemeentelijke riolering: een voorziening of combinatie van voorzieningen voor inzameling, verwerking, zuivering of transport van afvalwater, hemelwater of grondwater, in eigendom, in beheer of in onderhoud bij de gemeente;

  • ·

    c. water: huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, hemelwater of grondwater.

Artikel 2 Aard van de belasting

Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:

  • ·

    a. de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, alsmede de zuivering van huishoudelijk afvalwater; en

  • ·

    b. de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater, alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.

Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht

  • · 1. De belasting wordt geheven:

    van de gebruiker van een perceel van waaruit water direct of indirect op de gemeentelijke riolering wordt afgevoerd,

  • · 2. Met betrekking tot de belasting, wordt als gebruiker aangemerkt:

    • o

      a. degene die naar de omstandigheden beoordeeld het perceel al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt;

    • o

      b. ingeval een gedeelte van een perceel – niet een gedeelte als bedoeld in artikel 4 – voor gebruik is afgestaan: degene die dat gedeelte voor gebruik heeft afgestaan.

Artikel 4 Zelfstandige gedeelten

Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar een vast bedrag per perceel.

Artikel 6 Belastingtarieven

De rechten als bedoeld in artikel 2, bedragen per belastingjaar:

  • a.

    voor een perceel, uitsluitend gebruikt als woonhuis € 186,30

  • b.

    voor een bedrijfspand, eventueel met woning en scholen € 226,75

  • c.

    gebruikt als fabrieksruimte gebruikt als pension, verpleeginrichting of bejaardentehuis € 269,10

  • d.

    voor een autobox € 20,15

Artikel 7 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • · 1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of voor de belasting, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

  • · 2. Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • · 3. Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5.

  • · 4. Belastingbedragen van minder dan € 5 worden niet geheven.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • · 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • · 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

  • · 3.In afwijking van het eerste lid geldt ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 200 doch minder dan € 2.000 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in twaalf gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rioolheffing.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening Rioolheffing 2010”, van 22 december 2009, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 18 december 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening rioolheffing 2014'.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad

er gemeente Dantumadiel, gehouden in het

gemeentehuis te Damwâld op 17 december 2013.

De raad voornoemd,

……………………………, voorzitter.

……………………………, griffier.