Organisatie | Huizen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening betreffende de zorg van burgemeester en wethouders voor de archief-bescheiden van de gemeentelijke organen, het aanwijzen en het beheer van de archiefbewaarplaats en het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de wet bepaalde ten aanzien van het beheer van de archiefbescheiden, voor zover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats |
Citeertitel | Archiefverordening gemeente Huizen 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Archiefwet 1995, art. 30 lid 1 en 32 lid 2
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
02-07-2014 | nieuwe regeling | 26-06-2014 Gemeenteblad Huizen, 2014 nr. 9 d.d. 1-7-2014 | Onbekend |
Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van d.d. 3 juni 2014;
gelet op de artikelen 30, eerste lid en 32, tweede lid, van de Archiefwet 1995;
I in te trekken de archiefverordening 2003,
II vast te stellen de navolgende:
Verordening betreffende de zorg van burgemeester en wethouders voor de archief-bescheiden van de gemeentelijke organen, het aanwijzen en het beheer van de archiefbewaarplaats en het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de wet bepaalde ten aanzien van het beheer van de archiefbescheiden, voor zover deze niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats (Archiefverordening gemeente Huizen 2014)
Hoofdstuk II. De zorg van burgemeester en wethouders voor de archiefbescheiden
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het inrichten en in stand houden van een archiefbewaar- plaats als bedoeld in artikel 31 van de wet en van voldoende en doelmatige archiefruimten. De archiefbewaar-plaats bevindt zich in het pand Cattenhagestraat 8 te Naarden bekend onder sectie G, nummer 47.
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de aanstelling van voldoende, deskundig personeel voor de werkzaamheden verbonden aan het beheer van alle gemeentelijke archiefbescheiden en documentaire verzamelingen, ongeacht hun vorm.
Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de vervaardiging van bescheiden bestemd voor een overheidsorgaan of andere belanghebbende, van welke bescheiden redelijkerwijze kan worden aangenomen dat zij voor dezen als archiefbescheiden voor blijvende bewaring in aanmerking komen.
Burgemeester en wethouders dragen er zorg voor dat jaarlijks op de gemeentebegroting voldoende middelen worden geraamd om de kosten verbonden aan de zorg voor archiefbescheiden te kunnen dekken.
Burgemeester en wethouders stellen voor het beheer van de archiefbeschei-den van de gemeentelijke organen en voor het beheer van de archiefbewaar-plaats voorschriften vast.
Burgemeester en wethouders doen jaarlijks aan de raad verslag omtrent hetgeen zij hebben verricht ter uitvoering van artikel 30 van de wet. Zij leggen daarbij over de verslagen die door de gemeentearchivaris aan hen zijn uitgebracht in verband met het beheer van de archiefbewaarplaats en het toezicht op het beheer van de archiefbescheiden die niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats.
Hoofdstuk III. Toezicht van de gemeentearchivaris op het beheer van de archiefbescheiden die niet zijn overgebracht naar de archiefbewaarplaats
De gemeentearchivaris is belast met het toezicht op het bij of krachtens de wet bepaalde ten aanzien van het beheer van de archiefbescheiden die niet zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats.
De gemeentearchivaris is bevoegd, ter uitoefening van het hem bij artikel 32, tweede lid, van de wet opge-dragen toezicht, zich onder handhaving van zijn verantwoordelijkheid te doen vervangen door één of meer aan hem onder-geschikte ambtenaren die in het bezit zijn van een diploma archivistiek als bedoeld in artikel 22 van de wet.
De beheerder verstrekt aan de gemeentearchivaris of aan degene die namens hem met het toezicht is belast, alle bescheiden en inlichtingen die voor een goede vervulling van zijn taak noodzakelijk zijn en verleent de nodige medewerking om inzicht te verschaffen in de ordening en toegankelijkheid van de archiefbescheiden alsmede in de opzet en werking van hulpmiddelen en systemen waarin archief-bescheiden zijn opgenomen.
De gemeentearchivaris doet van zijn bevindingen bij de uitoefening van het toezicht mededeling aan de beheerder alsmede, indien hij hiertoe aanleiding vindt, aan burgemeester en wethouders.
De gemeentearchivaris geeft daarbij aan welke voorzieningen naar zijn oordeel in het belang van een goed beheer moeten worden getroffen.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
Deze verordening wordt aangehaald als: “Archiefverordening gemeente Huizen 2014”.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad op 26 juni 2014,
Archiefverordening gemeente Huizen 2014
Deze Archiefverordening sluit aan bij de Archiefwet 1995 (Stb. 276 en 277) en het Archiefbesluit 1995 (Stb. 671), en dient door de raad te worden vastgesteld op grond van de in de aanhef genoemde artikelen in de Archiefwet 1995.
Zij bestaat in hoofdzaak uit twee gedeelten. De regeling voor de zorg, die het college van burgemeester en wethouders draagt voor archiefbescheiden van de gemeentelijke organen.
Daarnaast het toezicht op het beheer van deze bescheiden, die niet zijn overgebracht naar de archief-bewaarplaats.
Deze verordening is, evenals wet en besluit, niet alleen van toepassing op klassieke, papieren archief-bescheiden, maar ook op moderne, digitale informatiedragers.
Hoofdstuk II bevat een uitwerking van het begrip “zorg”, dat in de Archiefwet 1995 niet wordt gedefinieerd. Wat voldoende en doelmatige archiefruimten zijn (artikel 2 van deze verordening), is geregeld in het Archief-besluit 1995 respectievelijk in de Archiefregeling 2012 (Stcrt. WJZ/466161 (10265) 6 december 2012).
Hoofdstuk III is een uitwerking van het toezicht bedoeld in artikel 32, tweede lid van de wet.
Dit model is aangepast aan de wettelijke regelingen t.a.v. de dualisering van de medebewindbevoegdheden die met ingang van 8 maart 2006 in werking zijn getreden.
Vanaf die datum is niet langer de gemeenteraad bevoegd om de gemeentearchivaris te benoemen en de archiefbewaarplaats aan te wijzen. Deze bevoegdheden berusten sindsdien bij het college. Dit heeft onder andere tot gevolg dat het hoofdstuk over de archiefbewaarplaats in de oude verordening is overgeheveld naar het Besluit Informatiebeheer gemeente Huizen 2014.
Met de Wet Revitalisering Generiek Toezicht wijzigt het sturende provinciale toezicht vooraf in meer terug-houdend toezicht achteraf.
De wetgever heeft – binnen de formele betekenis van het begrip archiefbescheiden – bedoeld onder deze term alle op enigerlei wijze vastgelegde archiefbescheiden te vatten, inclusief die uitsluitend via informatie-technologie dan wel –systemen opgevraagd kan worden.
Bijgevolg hebben de onder f. en g. genoemde bewaarplaats en ruimte ook betrekking op de omgeving waarin digitale archiefbescheiden worden beheerd. Zie ook de toelichting bij artikel 11.
De Archiefregeling 2012 (zoals gepubliceerd in de Staatscourant van 6 december 2012) stelt op grond van artikel 13, vierde lid van het Archiefbesluit 1995 vast, aan welke bouwkundige en inrichtingseisen de archief-bewaarplaats en de archiefruimten moeten voldoen.
B&W van Naarden dragen zorg voor het inrichten en in stand houden van de Archiefbewaarplaats volgens de Gemeenschappelijke Regeling. B&W van Huizen wijzen de gemeenschappelijke archiefbewaarplaats aan als archiefbewaarplaats van de gemeente. In 2003 deed de gemeenteraad dat. Als gevolg van het invoeren van het dualisme is het hoofdstuk over de archiefbewaarplaats in de oude Verordening overgeheveld naar het op te stellen Besluit Informatiebeheer gemeente Huizen 2014.
De aanwijzing van de beheerder is opgenomen in het op grond van artikel 7 op te stellen Besluit Informatie-beheer gemeente Huizen 2014.
Lid 1: De Archiefregeling stelt op grond van artikel 11 tweede lid van het Archiefbesluit 1995 nadere regels omtrent de kwaliteit van en de procedures rond het materiële behoud van de archiefbescheiden. Die gelden ongeacht de bewaartermijn die van toepassing is, maar voor bescheiden die voor blijvende bewaring in aanmerking komen in het bijzonder. Tevens zijn zij van toepassing op bescheiden die zowel voor intern gebruik zijn opgesteld, dan wel worden verzonden. Dit houdt namelijk in dat de archiefbescheiden die wij als organisatie ontvangen ook aan de gestelde eisen (moeten) voldoen.
Lid 2: Archiefwettelijke bepalingen richten zich op de zorg, het beheer en het toezicht op het beheer. Zij zijn ook van toepassing op voorzieningen als archiefruimten en middelen zoals software die worden ingezet. Hier is met name door de VNG een normatief kader voor ingesteld: KPI (Kritische Prestatie Indicatoren Archiefwet 1995).
In het Besluit Informatiebeheer gemeente Huizen 2014 worden verantwoordelijkheden, bevoegdheden en onderdelen van het wettelijk vereiste kwaliteitssysteem nader uitgewerkt. Daarover zal ook een Kwaliteits-handboek worden opgesteld en een Beheerplan Informatiehuishouding.
De gemeenteraad verneemt op deze manier jaarlijks wat er op het gebied van de archiefzorg, het archief-beheer en het toezicht daarop heeft plaatsgevonden. Een jaarlijkse verslaglegging past bij het vernieuwde interbestuurlijk toezicht.
De ontwikkelingen op het gebied van de moderne informatietechnologie hebben in de wet geleid tot een gewijzigde definitie van de term “archiefbescheiden”. De wetgever heeft – binnen de formele betekenis van het begrip archiefbescheiden – bedoeld onder deze term alle op enigerlei wijze vastgelegde informatie te begrijpen inclusief die welke slechts via informatietechnologie opgevraagd kan worden.
Met “informatie” heeft de betekenis een ruimere inhoud gekregen. Ondanks de ruimere betekenis van “archiefbescheiden” kan de materie veelal met de traditionele bepalingen worden geregeld, zij het dat sommige begrippen een andere, ruimere inhoud hebben gekregen. Dat heeft onder andere gevolgen voor een term als “beheer”. Zo zal het voor het toezicht op het beheer van machine leesbare gegevensbestanden niet meer voldoende zijn dat toegang tot de ruimte is verzekerd. De formulering betreffende de noodzakelijke medewerking is ontleend aan de artikelen 52 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en 5:20 van de Algemene wet bestuursrecht.
De organisatie kan, via de gemeentesecretaris of het hoofd van het organisatieonderdeel dat is belast met specifieke taken op het gebied van de informatiehuishouding, de gemeentearchivaris een verzoek om advies doen. Het advies valt binnen het toezicht op het beheer van archiefbescheiden, waarmee de gemeente-archivaris is belast.
Slechts die aspecten van de uitoefening van het archiefbeheer zijn hier vermeld, die bij constatering achteraf tot onevenredig hoge kosten zouden kunnen leiden, of die ernstige schade voor het behoud dan wel de openbaarheid van de archiefbescheiden en de rechtszekerheid van de burger tot gevolg zouden hebben.