Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Peel en Maas

Regeling cafetariaplan gemeente Peel en Maas 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatiePeel en Maas
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling cafetariaplan gemeente Peel en Maas 2010
CiteertitelRegeling cafetariaplan gemeente Peel en Maas 2010
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

deze regeling heeft terugwerkende kracht

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

CAR/UWO

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-09-201401-01-201001-01-2015nieuwe regeling

05-01-2010

elektronisch gemeenteblad week 39, 2014

1894/2010/002038

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling cafetariaplan gemeente Peel en Maas 2010

BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE PEEL EN MAAS

 

Overwegende, dat het gewenst is om per 1 januari 2010 voor het personeel van de gemeente Peel en Maas een cafetariaplan in het leven te roepen,

 

Gelet op artikel 4a:3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Peel en Maas (CAR/UWO),

 

B E S L U I T E N

 

Vast te stellen de volgende regeling:

 

REGELING CAFETARIAPLAN GEMEENTE PEEL EN MAAS 2010

 

Artikel 1 Belanghebbende

  • 1.

    Belanghebbende is de medewerker in dienst bij de gemeente Peel en Maas, in vaste dienst dan wel in tijdelijke dienst voor een periode van tenminste één jaar, waarop de bepalingen van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Peel en Maas (CAR/UWO) van toepassing zijn.

  • 2.

    Voor de belanghebbende die is aangesteld voor een arbeidsduur voor minder dan 36 uur per week, gelden de in deze regeling genoemde bronnen naar evenredigheid.

  • 3.

    Ook voor belanghebbende die slechts een deel van het jaar in dienst is, worden de in deze regeling genoemde bronnen naar evenredigheid berekend.

Artikel 2 Uitruilen van arbeidsvoorwaarden
  • 1.

    Met toepassing van hoofdstuk 4a van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Peel en Maas (CAR/UWO) wordt belanghebbende de mogelijkheid geboden specifieke arbeidsvoorwaarden uit te ruilen.

  • 2.

    Gebruik van de verschillende regelingen blijft mogelijk, los van het uitruilen van arbeidsvoorwaarden.

Artikel 3 Inbreng

Als inbreng voor het uitruilen van arbeidsvoorwaarden kan gebruik gemaakt worden van de navolgende bronnen:

 

  • *

    een persoonsgebonden budget;

  • *

    het met toepassing van artikel 4a:1 t/m 4a:3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Peel en Maas (CAR/UWO) uitruilen van arbeidsvoorwaarden. Het kan betreffen:

    • -

      (een deel van) de vakantietoelage;

    • -

      (een deel van) de eindejaarsuitkering;

    • -

      (een deel van) de bezoldiging;

    • -

      (een deel van) de vergoeding voor verkochte verlof-uren;

    • -

      de tegemoetkoming in de ziektekosten als bedoeld in artikel 7:24 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Peel en Maas (CAR/UWO);

    • -

      de werkgeversbijdrage in de levensloop.

  • *

    Bij het uitruilen van deze arbeidsvoorwaarden worden minimum en maximum grenzen, gesteld in wettelijke bepalingen, verordeningen etc., in acht genomen.

Artikel 4 Doelen

Als besteding voor het uitruilen van de arbeidsvoorwaarden kunnen alle door de fiscus toegestane bestedingsdoelen worden gebruikt.

Artikel 5 Persoonsgebonden budget

  • 1.

    Als eerste inbreng voor het uitruilen van arbeidsvoorwaarden krijgt belanghebbende jaarlijks een persoonsgebonden budget ter beschikking.

  • 2.

    Het persoonsgebonden budget bedraagt € 286,00. Dit bedrag wordt jaarlijks verhoogd met het percentage van de algemene salarisverhoging van het voorafgaande jaar en wordt afgerond op hele euro’s.

Artikel 6 Vergoeding van reiskosten

  • 1.

    In het kader van de uitwisseling van arbeidsvoorwaarden kan belanghebbende aanspraak maken op een tegemoetkoming in de kosten voor het regelmatig reizen tussen de woning en de plaats waar de ambtenaar werkt. Op deze tegemoetkoming wordt de reiskostenvergoeding die de belanghebbende ontvangt op basis van de Regeling vergoeding woon-werkverkeer gemeente Peel en Maas 2010 in mindering gebracht. Er is sprake van doorgaans heen en weer reizen tussen de woning en de plaats van tewerkstelling indien belanghebbende de vaste arbeidsplaats op jaarbasis tenminste 70% van 214 dagen bezoekt. Indien belanghebbende in deeltijd werkt of een aantal dagen per week naar een vaste arbeidsplaats reist, wordt deze regeling naar evenredigheid toegepast. Als hij in deeltijd bijvoorbeeld doorgaans drie dagen per week naar een vaste arbeidsplaats reist, dient de uitkomst van de berekening met de factor 0,6 (3/5) te worden vermenigvuldigd.

  • 2.

    Voor de bepaling van de enkele reisafstand geldt de werkelijke afstand tussen de woonplaats en de plaats waar de ambtenaar werkt, berekend aan de hand van de ANWB routeplanner op basis van de postcodes en huisnummers en via de kortste route.

  • 3.

    Vergoeding bij gebruikmaking van het openbaar vervoer: Indien de werknemer per openbaar reist dan worden de daadwerkelijke kosten vergoed, op basis van de overgelegde vervoerbewijzen.

  • 4.

    Vergoeding bij gebruikmaking van eigen vervoermiddel:

    • A.

      Vaste vergoeding zonder nacalculatie:

    Voor de bepaling van een vaste vrije vergoeding per maand wordt uitgegaan van de volgende factoren:

    • -

      Aantal reguliere werkdagen per jaar = 260

    • -

      Gemiddeld aantal dagen in verband met kortstondige afwezigheid

      (verlof en ziekte) = 46

    • -

      De totale reisafstand, dat wil zeggen heen en terug, bedraagt maximaal 150 kilometer per dag.

    • -

      Rekening wordt gehouden met de belastingvrije vergoeding per kilometer.

    • -

      De toegestane vrije vaste vergoeding voor reiskosten is dan op jaarbasis: (260-46) x totale reisafstand x belastingvrije vergoeding per km.

    • -

      De toegestane vaste vrije vergoeding per maand is het bedrag op jaarbasis gedeeld door 12.

     

    • B.

      Vaste vergoeding met nacalculatie:

    Voor reisafstanden van (heen en terug) meer dan 150 kilometer per dag geldt eveneens de bovengenoemde berekening, d.w.z. een vaste vergoeding op basis van de werkelijke reisafstand. Echter aan het einde van het kalenderjaar dient een nacalculatie plaats te vinden. Hiertoe dient het daadwerkelijke aantal kilometers te worden geadministreerd en te worden getoetst met het aantal kilometer waarop de vaste vergoeding is gebaseerd. Indien blijkt dat de vergoeding voor een deel bovenmatig is geweest, wordt het bovenmatige deel alsnog belast, dan wel terugbetaald.

  • 5.

    Bij kortstondige afwezigheid wordt de onbelaste reiskosten-vergoeding doorbetaald. Van kortstondige afwezigheid is sprake als een afwezigheid van maximaal zes aaneensluitende weken in redelijkheid is te verwachten. Op het moment dat langdurige afwezigheid in redelijkheid is te voorzien, wordt de reiskostenvergoeding de lopende en de eerstvolgende kalendermaand nog onbelast uitbetaald. Daarna zal de betaling van een onbelaste vaste reiskostenvergoeding pas weer plaatsvinden per de eerste van de maand volgende op de maand van herstel.

Artikel 7 Vergoeding van kosten in verband met het gebruik van een fiets

  • 1.

    Betrokkene kan de aanschaf van de fiets bekostigen door middel van de inzet van de in artikel 3 aangegeven bronnen, ter grootte van de aanschafprijs van de fiets met een maximum van

    € 749,00 vermeerderd met de kosten van een fietsverzekering, mits betrokkene op meer dan de helft van het aantal dagen dat hij pleegt te reizen in het kader van het woon-werkverkeer gebruik maakt van de fiets. Deze bedragen worden telkens automatisch aangepast wanneer de betreffende bedragen genoemd in paragraaf 18 van de handleiding loonbelasting van de belastingdienst wijzigen. Per medewerker kan per periode van 36 maanden niet meer dan voor één fiets een beroep op deze regeling worden gedaan.

  • 2.

    Betrokkene kan een onbelaste vergoeding ontvangen van € 82,00 per jaar in verband met een fiets samenhangende zaken. Voor toepassing van deze mogelijkheid hoeft de fiets zelf niet te worden vergoed door de werkgever en hoeven de zaken niet direct dienstbaar te zijn aan het woon-werkverkeer. Ook hoeven er door betrokkene geen nadere bewijsstukken te worden gegeven. Betrokkene moet wel op meer dan de helft van het aantal dagen dat hij naar het werk reist, van de fiets gebruik maken.

Artikel 8 Vergoeding van betaalde vakbondscontributie

  • 1.

    De in artikel 3 aangegeven bronnen kunnen worden uitgeruild tegen een vergoeding voor betaalde vakbondscontributie. Als vakbond worden aangemerkt de organisaties zoals omschreven in hoofdstuk 12 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Peel en Maas (CAR/UWO).

  • 2.

    Bij de aanvraag voor de vergoeding voor de betaalde vakbondscontributie dient een bewijs van betaling te worden overgelegd.

Artikel 9 Storting in een levensloopregeling

  • 1.

    De in artikel 3 aangegeven bronnen kunnen uitgeruild worden tegen een extra storting op een op naam van de belanghebbende staande levensloopregeling.

  • 2.

    Deze storting in de levensloopregeling bedraagt maximaal het bedrag dat nodig is om de reguliere stortingen aan te vullen tot het voor belanghebbende geldende maximale percentage.

Artikel 10 Vergoeding van de eigen bijdrage in de kosten van bedrijfsfitness

De in artikel 3 aangegeven bronnen kunnen worden uitgeruild tegen een vergoeding van de door de medewerker betaalde eigen bijdrage in de kosten van zijn deelname aan bedrijfsfitness. Als bedrijfsfitness wordt aangemerkt deelname aan de fitnessactiviteiten die worden georganiseerd bij één (jaarlijks) aan te wijzen sportcentrum.

Artikel 11 Tegemoetkoming in de kosten van een opleiding

  • 1.

    De in artikel 3 aangegeven bronnen kunnen worden uitgeruild voor een vergoeding van kosten verbonden aan een studie of opleiding die belanghebbende volgt met het oog op het verwerven van inkomen, doch waarop de betreffende bepalingen in hoofdstuk 17 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Peel en Maas (CAR/UWO) niet van toepassing zijn.

  • 2.

    Bij de aanvraag voor een dergelijke vergoeding toont belanghebbende aan dat met deze opleiding wordt voldaan aan de voorwaarden zoals door de belastingdienst gesteld, waardoor de vergoeding wordt vrijgesteld van het begrip loon.

Artikel 12 Uitvoering

  • 1.

    Belanghebbende die over wil gaan tot het uitruilen van arbeidsvoorwaarden dient jaarlijks voor 1 november een aanvraagformulier in te dienen, waarop hij vermeldt de inbreng en het doel van de uit te ruilen arbeidsvoorwaarden.

  • 2.

    Het uitruilen van arbeidsvoorwaarden zal in de salarisadministratie uitsluitend verwerkt worden in nog komende berekeningen. Er vindt geen correctie met terugwerkende kracht plaats.

Artikel 13 Afrekening

  • 1.

    Het bedrag dat wordt ingebracht voor het uitruilen van arbeidsvoorwaarden, wordt jaarlijks afgerekend. Indien aangegeven doelen onvoldoende zijn voor het verrekenen van de inbreng, zal het restant bedrag in december van het betreffende jaar als bruto variabele vergoeding worden uitbetaald.

  • 2.

    Afrekening vindt eveneens plaats bij tussentijdse beëindiging van het dienstverband. Daar waar nodig zal worden uitgegaan van een evenredig deel van het jaar dat men in dienst is geweest.

Artikel 14 Gevolgen

Het uitruilen van arbeidsvoorwaarden kan gevolgen hebben voor het inkomen van belanghebbende, dat als grondslag dient voor de bepaling van WIA-rechten en WW-rechten, aangezien het feitelijk uitbetaalde salaris kan wijzigen.

Artikel 15 Fiscale voorwaarden

  • 1.

    Teneinde gebruik te kunnen maken van de mogelijkheid van de werkgever een onbelaste vergoeding te ontvangen, dient de belanghebbende aan de in deze regeling opgenomen voorschriften te voldoen.

  • 2.

    De belanghebbende dient er rekening mee te houden dat indien achteraf blijkt dat hij onvoldoende aannemelijk kan maken dat hij aan de voorschriften voldoet, de fiscale gevolgen voor zijn rekening komen.

Artikel 16 Onvoorziene gevallen

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen Burgemeester en Wethouders een bijzondere regeling.

Artikel 17 Inwerkingtreding nieuwe en intrekking oude verordening

  • 1.

    De Regeling Cafetariaplan personeel gemeente Helden, de Regeling Fietsplan gemeente Helden, de Uitvoeringsregeling inzake het kopen en verkopen van verlof gemeente Helden, het Cafetariamodel gemeente Kessel, de Regeling uitwisseling arbeidsvoorwaarden tegemoetkoming woon-werkverkeer gemeente Kessel, de Cafetariaregeling gemeente Meijel, het Cafetariamodel gemeente Maasbree 2006, de Regeling koop/verkoop vakantieverlofuren in het kader van het cafetariamodel gemeente Maasbree 2006, de Fietsregeling in het kader van het Cafetariamodel gemeente Maasbree 2006, de Reiskostenregeling woon-werkverkeer in het kader van het cafetariamodel gemeente Maasbree 2006 en de Regeling vergoeding  vakbondscontributie in het kader van het cafetariamodel gemeente Maasbree 2006 worden ingetrokken.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2010.

Artikel 18 Overgangsbepaling

Besluiten, genomen krachtens de regeling bedoeld in artikel 17 eerste lid, die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze regeling en waarvoor deze regeling overeenkomstige besluiten kent, gelden als besluiten genomen krachtens deze regeling.

Artikel 19 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling cafetariaplan gemeente Peel en Maas 2010.

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Peel en Maas van 5 januari 2010

De gemeentesecretaris/directeur, de burgemeester

drs. H. Mensink, W.J.G. Delissen-van Tongerlo