Organisatie | Kerkrade |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Evenementenbeleid Kerkrade |
Citeertitel | Evenementenbeleid Kerkrade |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Nota vervangt het beleid van 2005 en is vastgesteld door zowel college als burgemeester, ieder voor hun bevoegdheid
Algemene plaatselijke verordening gemeente Kerkrade 2011, hoofdstuk 2, afdeling 6 'Evenementen'
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-08-2014 | 21-01-2021 | nieuwe regeling | 22-07-2014 Elektronisch gemeenteblad 07-08-2014 | 14n00282 |
1.1 Aanleiding tot het opstellen van het nieuwe evenementenbeleid
In de gemeente Kerkrade worden jaarlijks uiteenlopende evenementen georganiseerd. Het gemeentebestuur staat zeer positief tegenover het houden van evenementen waarbij het publiek breed wordt betrokken. Het houden van evenementen draagt bij aan een afwisselend (cultureel) aanbod en daarnaast kunnen evenementen de sociale cohesie versterken. Evenementen dragen bij aan de lokale economie en genereren aandacht van de media waardoor de stad in een positief daglicht komt te staan.
Evenementen hebben vaak meerdere doelen, waaronder:
Evenementen zijn niet uitsluitend maar ‘feest’, evenementen hebben vaak ook een keerzijde. Zeker grotere evenementen kunnen hinder en overlast veroorzaken voor de omgeving. In het evenementenbeleid wordt dan ook beoogd een kader te scheppen voor het bevorderen, dan wel toestaan, van evenementen die (een van) beide voornoemde functies hebben en tegelijkertijd het beperken van de negatieve effecten van deze evenementen voor de omgeving, tot een aanvaardbaar niveau.
Ambitie: In het collegeprogramma 2010-2014 is opgenomen dat: “Evenementen zijn niet alleen goed voor de uitstraling van de gehele stad, zij hebben uiteraard ook economische aspecten in zich die positief werken voor onze ondernemers. Als “gastvrije” stad zullen wij ons dan ook sterk blijven maken voor het organiseren dan wel binnenhalen van grootschalige evenementen. Selectiviteit en een goede coördinatie, zowel intern als met derden, zijn ook daarbij voorwaarden.”
Ten tijde van het opstellen van dit evenementenbeleid (april 2014) is een nieuw college gevormd. Het nieuwe college heeft nog geen standpunt ingenomen ten aanzien van het binnenhalen en stimuleren van evenementen in relatie tot de beschikbare middelen.
Met dit evenementenbeleid ondersteunt de gemeente Kerkrade evenementen die passen binnen haar filosofie van een levendige en leefbare stad, waarbij het accent nadrukkelijk ligt op het onderstrepen van het imago van Kerkrade, te weten: Klank- en Cultuurstad. Het streven van het gemeentebestuur is om te bevorderen dat het centrum van Kerkrade, met als middelpunt de Markt, levendiger wordt. Daarmee wordt in toenemende mate de behoefte gevoeld aan een samenhangend beleid dat gericht is op de vergunningverlening rond evenementen.
Het momenteel vastgestelde beleid wordt als te summier ervaren. Het huidige toegepaste evenementenbeleid van de Gemeente Kerkrade is onvoldoende helder bij alle betrokken partijen. Er is behoefte aan duidelijkheid van de kaders voor evenementen vanwege:
Bovendien vraagt de praktijk om inkadering/verduidelijking van de rol van de gemeente ten aanzien van het toezicht op het houden van evenementen.
Het nieuwe beleid dient voorts geschikt te zijn als richtsnoer bij het nemen van beslissingen omtrent alle zich aandienende evenementen en met name de grote evenementen. Vanuit deze doelstelling wordt de behoefte gevoeld aan de vaststelling van een praktisch hanteerbaar beleid.
1.2 Uitgangspunten en doelstellingen
Het evenementenbeleid, dat is gebaseerd op de APV, formuleert een aanvullend kader waar aanvragen voor een evenementenvergunning aan worden getoetst. Hierbij staan de volgende uitgangspunten centraal:
Met dit evenementenbeleid worden de volgende doelstellingen nagestreefd:
Het vinden van een balans tussen de positieve uitstraling van evenementen c.q. de maatschappelijke, culturele en/of economische belangen voor de gemeente Kerkrade enerzijds en de overlast c.q. inzet die evenementen met zich meebrengt voor/van derden waaronder omwonenden, hulpdiensten, openbaar vervoer e.d. anderzijds;
Met nadruk zij erop gewezen dat onderhavig evenementenbeleid is geschreven vanuit de invalshoek van openbare orde en veiligheid en daarmee uitsluitend de vergunningverlening en –handhaving en alles wat daarmee samenhangt betreft. Doel is primair om middels een goede afweging een evenwicht te vinden tussen de voor- en de nadelen van evenementen en hoe om
Bij het formuleren van het nieuwe beleid inzake de verlening van evenementvergunningen en de handhaving hiervan, komen onder andere de volgende aspecten aan de orde:
Bij het in behandeling nemen van een aanvraag voor een evenementenvergunning wordt getoetst aan veel wet- en regelgeving. Alvorens verder in te gaan op de inhoudelijke behandeling van een vergunningaanvraag, zal eerst worden stilgestaan bij de wettelijke kaders.
In de APV van Kerkrade is hoofdstuk 2 afdeling 6 gewijd aan evenementen. De aanvraag van een evenementenvergunning wordt getoetst aan afdeling 7 van hoofdstuk 2. In hoofdstuk 1 zijn de weigeringsgronden opgenomen.
In de APV is in hoofdstuk 4, afdeling 1, tevens geregeld in welke gevallen mag worden afgeweken van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer. In het besluit wordt geregeld wat onder hinder wordt verstaan en welke beperkingen er gelden. De evenementenorganisatie wordt geacht overlast actief te voorkomen. Het college kan ontheffingen verlenen voor het in werking hebben van toestellen en geluidsapparaten op een zodanige wijze dat er voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt.
Naast de gemeentelijke APV is de volgende landelijke wet- en regelgeving onder andere van toepassing op evenementen:
2.2 Verantwoordelijkheden en bevoegdheden
De publiekrechtelijke rol van de gemeente Kerkrade richt zich op het voeren van het evenementenloket (centraal aanspreekpunt), afspraken over gemeentelijke facilitering, borging van het proces, vergunningverlening, toezicht en handhaving.
De burgemeester is op grond van artikel 174, lid 2, van de Gemeentewet bevoegd bij de uitoefening van het toezicht op openbare samenkomsten en vermakelijkheden, alsmede op de voor het publiek openstaande gebouwen, bevelen te geven die voor de bescherming van de veiligheid en gezondheid nodig zijn. In verband hiermee is de burgemeester het bevoegde gezag bij het verlenen of weigeren van een evenementenvergunning.
Het verlenen van vergunningen ten behoeve van het organiseren van evenementen is een bevoegdheid van de burgemeester van de gemeente Kerkrade. In het mandaatbesluit van de gemeente Kerkrade is geregeld aan wie, waar nodig, deze bevoegdheid is gemandateerd.
De rol van evenementenorganisaties richt zich op het uitvoeren van evenementen overeenkomstig de verleende vergunning. Daarnaast is de organisator van het evenement eerstverantwoordelijk voor een veilig en ordelijk verloop van het evenement. Dat betekent onder meer dat hij moet instaan voor de veiligheid van de bezoekers, de toestroom en afvoer van het verkeer goed moet regelen, moet zorgen voor communicatie naar bezoekers, omwonenden en andere belanghebbenden en de overlast zoveel mogelijk moet beperken. De voorschriften en voorwaarden zijn in ‘Deel II: Uitvoeringskader’ van dit evenementenbeleid nader omschreven.
In artikel 2.20 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Kerkrade wordt gedefinieerd voor welke evenementen een evenementenvergunning nodig is. In dit artikel wordt onder evenement verstaan; elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzonderingen van onder andere:
Onder evenementen wordt mede verstaan:
Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren. Het verbod geldt niet voor kleine evenementen (waaronder een straatfeest of barbecue op een dag). Hiervoor geldt een meldingsplicht.
Voor zover geen sprake is van een meldingsplichtig evenement, moet een evenementenvergunning worden aangevraagd.
2.4 Omvang en beoordeling evenementen
De gemeente Kerkrade maakt onderscheid in soorten evenementen. In praktische en beleidsmatige zin is het maken van een onderscheid in evenementen van belang, omdat grootschalige en regio-overstijgende evenementen een aanzienlijk grotere belasting van het woon- en leefklimaat inhouden dan kleinschalige evenementen.
In de APV Kerkrade 2011 wordt het volgende onderscheid gemaakt in evenementen (zie tabel 1).
Tabel 1: Onderverdeling evenementen in de gemeente Kerkrade
* De burgemeester kan binnen twee weken na ontvangst van de melding besluiten het organiseren van een evenement als bedoeld in het tweede lid te verbieden, indien daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.
Schenken van alcohol Indien er ook alcohol, als bedoeld in de Drank- en horecawet, zal worden geschonken, dient hiervoor een ontheffing of vergunning conform de Drank- en horecawet te worden aangevraagd. Ten aanzien van het gebruik van alcohol, wordt verwezen naar paragraaf 5.3.
2.5 Veiligheidsregio Zuid-Limburg
Door de Veiligheidsregio Zuid-Limburg is daarnaast een indeling gemaakt op basis van het risico dat het evenement met zich meebrengt. Bij een ingekomen vergunningsaanvraag, wordt op basis van de risicoscan bepaald tot welke categorie het evenement is geclassificeerd. Afhankelijk van de categorie worden de hulverleningsdiensten (waaronder GHOR, brandweer en politie) gevraagd om nader advies en/of aanvullende preparatieve maatregelen voor het evenement uit te werken.
Tabel 2: Indeling evenementen door Veiligheidsrgeio Zuid-Limburg o.b.v. risicofactoren
Per categorie bestaan verschillen in de actoren die betrokken worden bij de behandeling van de aanvraag en het adviestraject dat doorlopen dient te worden.
Overleg met betrokken diensten Evenementen vergen vaak een lange periode van voorbereiding. Reeds in een vroeg stadium zal de gemeente in gesprek gaan met een organisatie om, verwachtingen en eventuele knelpunten met elkaar te bespreken. Tevens worden er afspraken gemaakt wanneer de vergunningaanvraag moet worden ingediend en waaruit deze dient te bestaan. Voor de grote evenementen zullen op initiatief van de gemeente één of meerdere oriënterende of intakegesprekken worden ingepland.
Daarnaast worden alle evenementen in het evenementenoverleg besproken. Het evenemententeam bestaat uit de lokale politie, lokale brandweer en diverse medewerkers van de gemeente. De gemeente is verantwoordelijk voor de coördinatie hiervan en het informeren en betrekken van de juiste hulpverleningsdiensten. De gemeente is tevens verantwoordelijk voor de coördinatie van de uitgebrachte adviezen en de uitvoering daarvan.
Bij een evenement categorie B2 en C, wordt de organisatie uitgenodigd en verzocht aan de veiligheidsdeskundigen van de gemeente en hulpdiensten het evenement en de genomen (veiligheids)maatregelen nader toe te lichten. Gezamenlijk wordt bekeken of er aanvullende maatregelen of bijstellingen dienen plaats te vinden. De vertegenwoordigers van de hulpdiensten (Politie, Brandweer en GHOR) zullen de gemeente vervolgens schriftelijk adviseren.
Op basis van deze adviezen zal de burgemeester worden geadviseerd of het evenement kan plaatsvinden en onder welke voorwaarden.
Bij grote evenementen met hoge veiligheidsrisico’s kan de gemeente besluiten om tijdens het evenement een veiligheidsoverleg in te richten. Onder voorzitterschap van een gemeentelijke veiligheidscoördinator, zal gezamenlijk met vertegenwoordigers van de hulpdiensten en een aanspreekpunt namens de organisatie de (veiligheids)situatie van het evenement continu worden gemonitord. Bij eventuele knelpunten of calamiteiten kan direct worden afgestemd en ingegrepen.
Voor de B2 en C evenementen zal op initiatief van de gemeente een evaluatiegesprek worden gehouden. Voor de A en B1 evenementen zal dit alleen plaatsvinden indien dit nodig wordt geacht. De gemeente en de organisatie bespreken hierin met elkaar de leer- en aandachtspunten. Ook zal worden teruggekomen op eventuele overtredingen van de vergunningsvoorwaarden. Deze punten worden samen met de gemaakte afspraken vastgelegd in een evaluatieverslag. Het verslag zal worden betrokken bij het organiseren van een eventuele volgende editie van het evenement.
Aangaande de vraag welke evenementen waar kunnen worden toegestaan, worden de volgende uitgangspunten nagestreefd: kleine evenementen zijn in beginsel steeds toelaatbaar, op elke daarvoor geschikte locatie. Middels het stellen van voorschriften in een regulerende vergunning kan eventuele onaanvaardbare hinder/overlast worden voorkomen of beperkt. Bij grote evenementen daarentegen kan behalve een principiële locatie-geschiktheid ook de frequentie een nadrukkelijke rol spelen. Dit alles kan per locatie tot diverse beperkingen leiden.
De gemeente moet steeds een gedegen afweging maken tussen de positieve bijdrage van evenementen en de negatieve bijverschijnselen voor omwonenden en andere personen of organisaties die overlast kunnen ondervinden van evenementen. Door het stellen van een maximum aantal evenementen per locatie per jaar, beperkt de gemeente de overlast en kan zij de veiligheid handhaven.
3.2 Relatie met bestemmingsplan
Het benoemen van verschillende locaties in Kerkrade als 'evenementenlocatie', heeft consequenties voor de bestemmingsplannen. De terreinen die nog niet zijn aangewezen als evenementenlocatie zullen op basis van deze nota, bij herziening van het desbetreffende bestemmingsplan, alsnog die bestemming krijgen.
In het Besluit Omgevingsrecht (BOR) staat in bijlage 2, artikel 4 onder 8 dat er een ontheffing van de geldende bestemming verleend kan worden voor evenementen met een maximum van drie per jaar en met een duur van ten hoogste 15 dagen per evenement, het opbouwen en afbreken van de voorzieningen is hierbij inbegrepen.
3.3 Aantal evenementdagen per locatie
Bij het nemen van besluiten op aanvragen voor vergunningen voor het houden van buitenevenementen waarvan het ten gehore brengen van mechanisch versterkt geluid een onderdeel vormt, wordt rekening gehouden met de maximale geluidsnormen uit de navolgende tabel. De in de tabellen vervatte normen gelden niet voor akoestische/niet mechanisch versterkte muziek.
Uitgangspunt zijn evenementen die exploiteerbaar zijn bij een gevelbelasting van 70/80 dB(A) en waarbij omwonenden wel enige mate van overlast kunnen ondervinden, maar er geen sprake is van "onduldbare" hinder.
Geluidhinder blijkt de meest voorkomende bron van overlast te zijn. Per evenementlocatie dienen geluidsnormen te worden vastgesteld, die niet mogen worden overschreden. Daarnaast is ook het vastleggen van begin- en eindtijden van evenementen en de daarmee samenhangende geluidsproductie van groot belang. Volledigheidshalve wordt verwezen naar Hoofdstuk 6 van dit evenementenbeleid. In dit hoofdstuk worden de concrete normen (frequenties, tijdstippen en geluidsnormen) nader geformuleerd.
Hieronder volgt per aangewezen gebied een nadere toelichting op de locatie en de gehanteerde maximumstelsels. Per gebied of locatie wordt in tabel 2 het maximale aantal evenementdagen vastgelegd.
Opgemerkt wordt dat de evenementdagen van het Wereld Muziek Concours (WMC), een winterevenement op de markt in het centrum van Kerkrade en kermissen niet meetellen in onderstaande tabel (tabel 2).
Dit zijn doorgaans evenementen die langdurig (minimaal 3 dagen) plaatsvinden. Het maximale geluidsniveau dat per locatie wordt toegestaan, zal wel gelden voor bovengenoemde evenementen.
In het overzicht waarin het maximaal aantal toegestane evenementdagen per locatie is opgenomen, is rekening gehouden met de huidige situatie. Daarbij is een onderscheid gemaakt tussen een beperkt aantal andere specifieke locaties en de overige buurten van de gemeente Kerkrade.
Tabel 2: Aantal evenementdagen per kalenderjaar (excl. op- en afbouw) voor vergunningsplichtige evenementen
* Particulier terrein: Hiervoor is een schriftelijke toestemming van de eigenaar vereist. Per evenement dient daarnaast een afweging te worden gemaakt, in verband met de speeltijden van Roda JC.
Daarnaast kan worden besloten om voor de locatie Markt Centrum aanvullende evenementen toe te staan. Hierbij zal de eindtijd (muziek) te allen tijde uiterlijk 20.00 uur met een maximaal geluidsniveau van 70 dB(A) zijn.
Indien de dag na het evenement geen werkdag is, maar een feestdag als bedoeld in de Winkeltijdenwet, gelden de eindtijden als op vrijdag en zaterdag.
Van de bovengenoemde locaties neemt de Markt een bijzondere positie in. Gelegen midden in een woongebied neemt de Markt een duidelijke positie in als het gaat om de leefbaarheid en levendigheid van het centrum van de stad. Het is van belang om hier een juiste mix te vinden van evenementen zodat zowel de mogelijkheden van de locatie worden benut als de beperkingen in ogenschouw worden genomen. Om de nodige rustmomenten te creëren tussen geluidsevenementen op de Markt geldt voorts dat gedurende twee opeenvolgende weken slechts eenmaal/één weekend een muziekniveau 90 dB(A) is toegestaan.
3.4 Braderiëen en rommelmarkten
Ten aanzien van een aanvraag voor een braderie of rommelmarkt geldt dat deze doorgaans dienen te worden aangevraagd door een winkeliersvereniging/ondernemingsvereniging danwel bij rommelmarkten door een buurtvereniging/akkoord van 75 procent van de bewoners van de deelnemende straten. Door dit als zodanig op te nemen betreft het een breed gedragen initiatief ter voorkoming dat ieder individu een evenement c.q. braderie/rommelmarkt kan organiseren dat tot (over)last kan zijn voor bewoners (wegens wegafsluitingen e.d.).
De gemeente Kerkrade is onderverdeeld in de volgende buurten:
Door het bovenstaande overzicht is inzichtelijk op welke locaties doorgaans evenementen zullen plaatsvinden. Op basis van de ingediende aanvragen kan vervolgens de evenementenkalender worden samengesteld. Dit kan tot gevolg hebben dat evenementen niet kunnen plaatsvinden op de locatie waarvoor ze zijn aangevraagd. Deze evenementen kunnen eventueel verplaatst worden naar andere locaties. Indien dit niet mogelijk is, zal de vergunning niet worden verleend.
Het uitvoeringskader bevat voorschriften, eisen en aandachtspunten met betrekking tot het organiseren van een evenement, het aanvragen van een vergunning en het formuleren van vergunningvoorwaarden. Het is te beschouwen als een draaiboek bij evenementen waarin alle aspecten ter sprake komen. Het hangt van de aard en omvang van het betreffende evenement af in hoeverre deze aspecten van belang (kunnen) zijn. Eerst zullen de reglementen en voorwaarden voor de vergunningaanvraag worden behandeld als toetsingskader voor de vergunningverlener. Daarna zal in het navolgend hoofdstuk worden ingegaan op nadere eisen en aandachtpunten ten aanzien van openbare orde en veiligheid, milieuzorg et cetera.
Om te komen tot een goede spreiding van evenementen en het inzichtelijk maken van de hoeveelheid evenementen, de locaties, de data en tijdstippen van evenementen, legt de evenementenkalender voor een heel kalenderjaar vast welke evenementen in de gemeente zullen plaatsvinden.
Vóór 1 november dienen meldingen voor evenementen voor het navolgend jaar bij de gemeente te zijn ontvangen. Hiertoe worden de organisatoren van evenementen middels een brief en/of publicatie in het Stadsjournaal Kerkrade opgeroepen. Hierin wordt kenbaar gemaakt dat meldingen die tijdig binnenkomen op de evenementenkalender worden geplaatst en daarmee voorrang krijgen op evenementen welke op een later tijdstip worden aangevraagd. Een melding maken voor een aankomend evenement wordt niet gelijkgesteld aan een meldingsplicht voor kleine evenementen dan wel een vergunningaanvraag. Het vergunningentraject wordt pas bij een officiële aanvraag voor het evenement doorlopen. Organisatoren kunnen ook later dan 1 november een evenement melden, maar dienen hierbij rekening te houden dat locaties en/of evenementdata reeds vergeven zijn.
Bij het opstellen van de evenementenkalender wordt rekening gehouden met de organisatorische draagkracht van het gemeentelijk apparaat en de hulpverleningsdiensten.
Bij het nemen van een beslissing voor plaatsing op de evenementenkalender, wordt rekening gehouden met de volgende criteria, te weten:
Geen evenementen samen met kermis
In principe wordt geen vergunning verleend voor het houden van evenementen met een kermisachtig karakter alsmede circussen, braderieën en tentfeesten, ten tijde van de kermis in het centrum. Voor wijkkermissen geldt dit voor zover eerstbedoelde evenement plaats zou hebben binnen dezelfde wijk. Hierbij wordt onderscheiden de wijken/stadsdelen Kerkrade-Oost, Kerkrade-West en Kerkrade-Noord.
Samenloop met andere evenementen
In principe wordt geen vergunning verleend voor het houden van twee grote evenementen op dezelfde dag binnen een straal van 2 kilometer. Indien vaststaat dat evenementen elkaar in het geheel niet hinderen of niet voor onaanvaardbare cumulatieve overlast voor de omgeving zorgen, kan een vergunning worden verleend.
Samenloop van meerdere evenementen in de regio Een regionale adviesgroep geeft naast een integraal advies over de afzonderlijke evenementen, eveneens advies over mogelijke risico's bij samenloop van meerdere evenementen. De regionale evenementenkalender vervult hierbij een signalerende functie. Dit wordt als aandachtspunt mee genomen bij de beoordeling op het gebied van de vergunningverlening. Hierover kan nader advies worden gevraagd bij de lokale hulpdienst(en).
Indien zich de situatie voordoet, dat er binnen de gemeente / regio meerdere evenementen gepland zijn, die vallen onder de A- en B- klasse en die gelijktijdig in elkaars nabijheid plaatsvinden (de locaties bevinden zich niet ver van elkaar) of indien een aantal evenementen gelijktijdig plaatsvindt, waarbij een groot potentieel van de hulpverleners gevraagd wordt, is het de afweging van de gemeente / hulpdiensten om de betreffende evenementen tot de categorie C aan te merken. Daarom is het van belang dat alle tot de categorie A en B benoemde evenementen in de regio worden kenbaar gemaakt bij de hulpdiensten en worden vermeld op de regionale evenementenkalender.
Hoofdstuk 2 afdeling 6 van de APV regelt dat voor het organiseren van een evenement een vergunning nodig is van de burgemeester. Voor kleine niet risicovolle evenementen is geen vergunning vereist maar volstaat normaliter een melding vooraf, indien aan de criteria zoals genoemd in artikel 2:21 APV (zie pagina 8) wordt voldaan.
De organisator van een evenement maakt melding van het voorgenomen activiteit door de melding via het daarvoor bestemde formulier minimaal 4 weken voor aanvang van de activiteiten in te dienen bij de gemeente Kerkrade.
Verbieden of aanvullende voorwaarden melding
Op grond van artikel 2.21 van de APV kan de burgemeester binnen twee weken na ontvangst van de melding besluiten het organiseren van een evenement te verbieden, indien daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.
De burgemeester is verder op grond van artikel 2.21 van de APV bevoegd in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu voorschriften te verbinden aan het organiseren van een evenement, waarvoor geen vergunning is vereist.
Omdat een melding géén besluit is in de zin van de Awb, kunnen belanghebbenden tegen een melding voor een meldingsplichtig evenement geen beroep instellen en dus geen bezwaar maken.
De evenementenvergunning is voor de gemeente bij uitstek het reguleringsinstrument om de organisatie van evenementen in goede banen te leiden. De vergunning is immers het sluitstuk van regelgeving en beleid. De aanvragen voor evenementenvergunningen worden getoetst aan het vigerende evenementenbeleid”.
In de APV wordt bepaald binnen welke termijn een aanvraag voor een evenement ten minste moet worden ingediend. De burgemeester kan bij risico-evenementen van deze termijn afwijken, of voor bijzondere, periodiek terugkerende evenementen, gelet op de benodigde voorbereidingstijd, de uiterlijke datum afzonderlijk bepalen. Dit heeft o.a. te maken met de planning van hulpverleningsdiensten.
Een vergunning of ontheffing kan, ingevolge artikel 1.11 APV, worden geweigerd indien de aanvraag niet binnen de op grond van de APV gestelde termijn is ingediend.
Een vergunningaanvraag wordt ingediend bij de burgemeester. In dit kader is een evenementenaanvraagformulier vastgesteld. De aanvraag omvat ondermeer informatie over: - De gegevens van de organisatie;
- De locatie van het evenement;
- De aard en de doelstelling van het evenement;
- Het genre muziek, geluidssterkte en de dichtstbijzijnde woning;
- Het verwachte aantal bezoekers;
- De te nemen veiligheidsmaatregelen en maatregelen ter voorkoming van calamiteiten;
- De plaatsing van objecten (tenten, podia etc.);
- De reiniging van het terrein;
- De gevolgen voor het verkeer.
Het aanvraagformulier vermeldt tevens, dat de aanvrager verantwoordelijk is voor de juiste verstrekking van de gegevens en een tijdige indiening van de aanvraag. Indien aanvragen incompleet zijn, wordt de mogelijkheid geboden deze binnen een redelijke termijn aan te vullen. Vindt geen of onvoldoende aanvulling plaats, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen.
Cumulatie regionale evenementen
Voordat de gemeente de aanvraag in behandeling neemt bekijkt de gemeente op de regionale evenementenkalender of op de aangevraagde datum niet reeds sprake is van cumulatie van grote evenementen in de regio. Dit wordt afgestemd met de organisator.
De gemeente neemt vervolgens de aanvraag in behandeling en muteert het evenement op de regionale evenementenkalender (dit is slechts een akkoordverklaring voor de datum van het evenement). Het evenement wordt vermeld met de status 'aangemeld'. De behandelende ambtenaar kan vervolgens op basis van de ingevulde gegevens bepalen, welke classificatie het evenement heeft en daarmee tevens de vraag beantwoorden of advisering (mono dan wel multidisciplinair) vanuit de hulpdiensten wenselijk is en welke hulpdiensten dienen te adviseren. Is volgens deze risicoscan geen advies van de regionale adviesgroep noodzakelijk, handelt de gemeente de aanvraag verder af volgens de voor de gemeente gebruikelijke procedure en vermeldt het evenement op de evenementenkalender met de status vergunning. De hulpdiensten (GHOR, brandweer e.d.) worden dan door de gemeente ingeschakeld voor advies. Dit gaat doorgaans via de werkgroep evenementen.
Alle aangevraagde evenementen worden op de agenda van het evenementenoverleg geplaatst. Middelgrote tot grote evenementaanvragen worden behandeld in het evenementenoverleg. Een multidisciplinair samengesteld team zorgt ervoor dat alle betrokken disciplines zijn geïnformeerd en vanuit hun expertise advies uitbrengen. Aansluitend adviseert het team over de aard en wenselijkheid van het evenement alsmede het afhandelen van de vergunningstechnische en facilitaire zaken.
Beoordeling / Toetsingscriteria Bij de beoordeling of een vergunning verleend dan wel geweigerd moet worden, wordt getoetst aan de weigeringsgronden van artikel 1.11 van de APV. Daarnaast stelt onderliggend beleid voorwaarden op aan de verlening van een evenementenvergunning bijvoorbeeld locatie, geluid en frequentie, waarbij onderstaande belangen een rol spelen.
Milieuzorg is in toenemende mate van belang bij het organiseren van een evenement.
Daarbij kan worden gedacht aan het opruimen/schoonmaken van het evenemententerrein, het beschikbaar stellen van toiletvoorzieningen, het zorgdragen voor afvalvoorzieningen, het geluid, de energie- en watervoorziening. Het doel van de (eventueel) te stellen voorwaarden is de beperking van onaanvaardbare overlast voor de directe woon- en leefomgeving
Het college beslist in redelijkheid in die individuele situaties waarin de beleidskaders niet of onvoldoende voorzien.
Indien sprake is van een bijzondere, eenmalige gebeurtenis van internationaal, nationaal of provinciaal of plaatselijk belang, kan de burgemeester afwijken van de bepalingen uit dit beleidsstuk. De burgemeester houdt daarbij zoveel als mogelijk rekening met de bepalingen uit dit beleidsstuk,
Indien een evenementenvergunning wordt verleend, wordt dit gepubliceerd in het Stadsjournaal. Voor belanghebbenden staan dan rechtsmiddelen open.
5.1 Openbare orde en veiligheid
Veiligheid- of calamiteitenplan
Grote evenementen geven meer zorg voor de orde en veiligheid. Om te borgen dat de organisator van een groot evenement nadenkt over de veiligheid en daar qua organisatie rekening mee houdt, wordt van de organisator verlangd een veiligheids- of calamiteitenplan op te stellen. Het veiligheidsplan moet aansluiten op de werkwijze van de externe hulpdiensten en zal multidisciplinair worden getoetst. Het veiligheidsplan maakt onderdeel uit van de vergunningverlening. Onvoldoende maatregelen in de voorbereiding en tijdens het evenement ter beheersing van de veiligheids- en gezondheidsrisico’s kunnen aanleiding zijn de vergunning voor een evenement te weigeren of bij ernstige bedreiging van de veiligheid dan wel verstoring van de openbare orde een evenement af te gelasten of te staken.
Voor middelgrote evenementen zullen de benodigde maatregelen om de risico’s te beperken in de vergunningvoorwaarden worden opgenomen.
Tevens wordt voorafgaand aan elk groot evenement een overleg gevoerd met de brandweer. In veel gevallen is een gebruiksvergunning vereist, waarin de brandweer nadere voorschriften stelt. Deze voorschriften hebben doorgaans betrekking op brandpreventie en bereikbaarheid van gebouwen en plekken voor hulpdiensten.
Wanneer bij evenementen theater-, binnenvuurwerk en/of professioneel vuurwerk wordt afgestoken, dient rekening te worden gehouden met brand- en veiligheidsvoorschriften. Voor het tot ontbranding brengen van professioneel vuurwerk moet een ontbrandingstoestemming worden aangevraagd, tenzij kan worden volstaan met een melding. De meldingsplicht voor het tot ontbranding brengen van professioneel vuurwerk ligt bij 20 kg theatervuurwerk en 200 kg consumentenvuurwerk (professioneel toegepast). Onder deze grenzen kan worden volstaan met een melding; erboven moet een aanvraag om toestemming worden ingediend. Het ontbranden van vuurwerk valt onder het bevoegd gezag van de provincie waar het tot ontbranding brengen plaatsvindt. In geval van een ontbrandingstoestemming kan de burgemeester van de gemeente waar het ontbranden plaatsvindt, verklaren bedenkingen te hebben even wel uitsluitend met het oog op veiligheid.
Afhankelijk van het type en de grootte van het evenement, kan een verbod voor het gebruik van glas op het evenemententerrein worden opgelegd. In dit geval dient de organisatie drank te vertrekken in plastic bekers.
Soms kunnen evenementen alleen dan verantwoord doorgang vinden indien een deel van de openbare weg voor alle verkeer/bepaalde categorieën van verkeer wordt afgesloten of anderszins in het normale verkeersgebruik wordt beperkt. Dit kan noodzakelijk zijn uit het oogpunt van verkeersveiligheid, alsook om andere redenen, bijvoorbeeld omdat het afgesloten deel van de openbare weg in gebruik is als evenemententerrein. Het algemeen verkeersbelang brengt met zich mee dat hiermee op een evenwichtige wijze wordt omgegaan. Wat wel en wat niet verantwoord is, zal per geval worden beoordeeld. Een belangrijk uitgangspunt is hier dat de gestelde verkeersbeperkingen in een verantwoorde verhouding dienen te staan tot de importantie en omvang van een evenement.
Bij iedere activiteit op de openbare weg, waarbij het verkeer voor de veiligheid van de deelnemers en weggebruikers geregeld moet worden, zijn verkeersregelaars en/of hekbewakers vereist. Of er verkeersregelaars moeten worden ingezet en hoeveel wordt bepaald door de deelnemers van het evenementenoverleg.
Het werven van verkeersregelaars is een eigen verantwoordelijkheid van de organisatie. Deze verkeersregelaars dienen gecertificeerd te zijn conform de daarvoor geldende regelgeving. Daarnaast dient de aanvrager een verzekering voor deze verkeersregelaars af te sluiten. De kosten hiervan komen voor rekening van de aanvrager.
Op het gebied van gezondheid en hygiëne kan advies worden ingewonnen bij het Bureau GHOR. Het GHOR-advies maakt vervolgens deel uit van de evenementenvergunning.
Het bureau GHOR zorgt ervoor dat de verschillende geneeskundige diensten op het moment van een ongeval of ramp als één organisatie kunnen functioneren. Uitgangspunt is dat onder alle omstandigheden een goede kwaliteit van medische hulpverlening is gewaarborgd.
Daarnaast is o.a. van belang dat:
- Bij grote evenementen het uitgangspunt voor de hygiënerichtlijnen is dat er conform het advies van het GHOR speciale voorzieningen worden getroffen en dat die voorzieningen tijdelijk van aard zijn.
Voor het verstrekken van alcoholhoudende drank elders dan vanuit een horeca-inrichting (met terras) moet een ontheffing op grond van artikel 35 van de DHW worden aangevraagd. Een ontheffing geldt alleen voor het verstrekken van zwak-alcoholhoudende drank, zoals bier en wijn, en kan alleen worden verleend voor bijzondere gebeurtenissen van zeer tijdelijke aard (maximaal 12 aaneengesloten dagen). Een aanvraag om een dergelijke ontheffing dient tenminste 6 weken voor aanvang van het evenement te zijn ingediend.
Evenementen gericht op jongeren
Bij de verstrekking van alcoholhoudende drank wordt bij evenementen gericht op jongeren, gebruik gemaakt van een effectief leeftijdspolsbandjessysteem, dat beoogt te borgen dat geen alcoholhoudende drank wordt verstrekt aan personen die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Onder een effectief leeftijdspolsbandjessyteem wordt verstaan het systeem, zoals dat in bijlage 1 (advies van Mondriaan Verslavingspreventie) staat beschreven.
Het personeel dat tijdens het evenement verantwoordelijk is voor het verstrekken van alcoholhoudende drank en/of het verstrekken van de leeftijdspolsbandjes dient, op enig moment voorafgaand aan de start van het evenement, geïnstrueerd te worden omtrent het verantwoord schenken van alcoholhoudende drank in zijn algemeenheid, en meer in het bijzonder omtrent het schenken daarvan bij gelegenheden waar een deel van de bezoekers de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt. Geadviseerd wordt om een dergelijke instructie door- of in overleg c.q. samenspraak met Mondriaan Verslavingspreventie uit te laten voeren.
Evenementen brengen doorgaans, en onvermijdelijk, een bepaalde mate van hinder voor de omgeving met zich mee. Het is zaak om deze hinder te reduceren tot een absoluut noodzakelijk en voor de omgeving aanvaardbaar niveau. Het is van groot belang om bij de bevolking – en dan met name binnen de directe omgeving van de evenementlocaties – een stevig draagvlak te creëren c.q. te behouden voor het toestaan van evenementen.
Van belang is dit in de eerste plaats vanuit de overheidsverantwoordelijkheid naar de omwonenden toe, dus vanuit de zorgplicht voor het leefmilieu van de inwoners van de stad. Daarnaast is het ook voor gemeente en de evenementorganisator zelf van belang, omdat het risico om met tijdrovende bestuursrechtelijke procedures te worden geconfronteerd, wordt verkleind. Om dit uitgangspunt te bereiken, dient dit worden vertaald in concrete richtlijnen en criteria. Milieuhinderlijke aspecten zijn o.a. de vervuiling en beschadiging van de openbare ruimte, geurhinder maar met name geluidhinder die wordt veroorzaakt door het evenement.
Het organiseren van evenementen in de buitenlucht heeft mogelijk schadelijke gevolgen voor beschermde planten en dieren in en rondom het gebied [1]. Het onderstaande stappenplan dient hiervoor gevolgd te worden:
Alvorens een ontheffing aan te vragen, bestaat er een mogelijkheid om een onderzoek door een onafhankelijk deskundig bureau uit te voeren. Indien dit onderzoek aantoont dat een deskundige de aanwezigheid van beschermde planten en dieren heeft onderzocht en het evenement niet zal leiden tot schadelijke effecten op beschermde planten en diersoorten, kan een ontheffing achterwege blijven.
Vervuiling en beschadiging van de openbare ruimte
Ten aanzien van het aspect vervuiling en beschadiging van de openbare ruimte worden in de evenementenvergunning voorschriften opgenomen.
Daarnaast kan de volgende driedeling worden gemaakt:
1. Opname voorafgaand aan het evenement
2. Schouw c.q. controle na afloop van het evenement
3. Aansprakelijkheidsstelling c.q. schadeverhaal.
Per evenement wordt bekeken of stap 1 en 2 uitgevoerd dienen te worden. Dit zal in het evenementenoverleg worden afgestemd.
Bij grote evenementen waarbij intensief gebruik wordt gemaakt van de openbare ruimte zal doorgaans een vooropname plaatsvinden. Deze vooropname vindt plaats één dag voor de opbouw en geschiedt door een medewerker van Stedelijke ontwikkeling en beheer, de evenementenboa en een bevoegd persoon van de organisatie. Gedurende deze opname zal middels een checklist het evenemententerrein worden doorlopen en waar nodig worden foto’s gemaakt. Ten slotte zal de checklist door alle betrokken personen worden ondertekend.
Een dag na de afbouw van het evenement vindt vervolgens een eindcontrole plaats met dezelfde personen die aanwezig waren bij de vooropname. Gedurende deze controle zal worden nagegaan of er geen beschadigingen dan wel vervuilingen zijn aan de openbare ruimte.
Indien vervuiling/beschadiging van de openbare ruimte heeft plaatsgevonden, wordt de organisator van het evenement hiervoor aansprakelijk gesteld.
[1] Vaak vinden evenementen plaats tijdens het broedseizoen (half maart – half augustus). Tijdens dit seizoen dient extra rekening te worden gehouden met broedende vogels.
Evenementen kunnen geluidsoverlast met zich meebrengen voor bewoners. Met name bij evenementen waarbij versterkte muziek gebruikt wordt of een bepaald type muziek wordt gedraaid, bijvoorbeeld dance-evenementen, moet rekening worden gehouden met de geluidhinder voor de omwonenden.
Voor evenementen, anders dan voor een milieu-inrichting, zijn geen algemeen geldende landelijke, wettelijke geluidsnormen vastgesteld. De voorgestelde geluidsnorm in dit voorliggende evenementenbeleid is gebaseerd op de algemene inzichten van geluidhinder. Het begrip ‘geluidhinder’ kan worden omschreven als ‘veelvuldige waarneming van ontoelaatbaar hoge, van buiten opgedrongen en individueel niet beïnvloedbare, geluidsniveaus’.
Met betrekking tot geluidhinder gelden geen specifieke bepalingen en heeft het gemeentebestuur de bevoegdheid per evenement een normering vast te stellen. Door het opstellen van een toetsingskader, is geluidsoverlast bij evenementen handhaafbaar.
Wettelijk kader (Hoofdstuk 4 afdeling 1 APV)
In de APV wordt gesteld dat het verboden is met toestellen of geluidsapparaten dan wel op andere wijze handelingen te verrichten, waardoor voor een omwonende of overigens voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt, of toe te laten dat deze handelingen worden verricht. Burgemeester en wethouders kunnen van het artikel uit de APV een ontheffing verlenen. In de ontheffing wordt vervolgens ook de geluidsnorm opgenomen.
Een handreiking ten aanzien van de normstelling voor geluidsniveaus wordt gegeven door de notitie van de VROM-Inspectie "Evenementen met een luidruchtig karakter 1999". Afgeleid uit de begrippen spraakverstoring en slaapverstoring (beide betrokken op het geluidsniveau in woningen) volgt dat als een redelijke grenswaarde voor de maximaal toelaatbare geluidsbelasting op de gevel van woningen (en andere geluidsgevoelige bestemmingen) kan worden aangehouden 70 à 80 dB(A). Hiermee wordt ontoelaatbare ("onduldbare") geluidhinder voorkomen, waarbij wordt uitgegaan van gevels met een geluidwering van 20 à 25 dB(A).
In de praktijk worden de meeste evenementen gehouden in de nabijheid van woningen. Bij de dichtbijgelegen woningen kan hierdoor niet aan bovengenoemd uitgangspunt worden voldaan. Het toepassen van bovenstaande uitgangspunten zou dan een aantal evenementen belemmeren of onmogelijk maken. Er is dan ook voor gekozen om op de Markt het geluidsniveau met 10 dB(A) te verhogen, zie paragraaf 6.3.
6.3 Normstelling bij evenementen
Bij het bepalen van de geluidsnormstelling in een evenementenvergunning speelt het dilemma dat deze realistisch en maatschappelijk acceptabel dient te zijn.
Voor het vaststellen van een realistische normstelling wordt uitgegaan van hetgeen door de organisator is aangevraagd in zijn evenementenvergunning. Voor het toetsen of de normstelling maatschappelijk acceptabel is, zijn de geluidsniveaus bij de (dichtstbijzijnde) woningen van derden maatgevend.
Voor het verlenen van een evenementenvergunning moet worden afgewogen:
Dit is van een aantal factoren afhankelijk:
Grofweg kan worden gesteld dat een geluidsnorm van 70 – 80 dB(A) ter plaatse van de gevels overdag of ’s avonds wel acceptabel is. Deze waarde zal echter voor veel evenementen met versterkte of live-muziek niet voldoende zijn als realistische norm.
Overzicht geluidsniveaus bij evenementen
Evenementen worden in hun omgeving verschillend gewaardeerd. Niet alle soorten evenementen/muziek veroorzaken hinder voor de omgeving. De geluidsoverlast is afhankelijk van de akoestische omvang van het evenement, maar ook van het draagvlak dat er bestaat voor het evenement.
In deze beleidsnota is allereerst per locatie aangegeven hoeveel evenementdagen zijn toegestaan. Uit geluidsoogpunt is het voor een evenementenorganisatie van belang om te weten welke geluidsruimte er bestaat. De wijze waarop aan het toegestane geluidsniveau kan worden voldaan, verschilt per locatie en per evenement. Alle locaties en evenementen zijn immers anders.
De richting en de afstand van de geluidsbron(nen) ten opzichte van de woonomgeving is (zijn) daarbij het meest bepalend.
Daar er op één locatie meerdere categorieën en soorten evenementen kunnen plaatsvinden, is het vooraf (beleidsmatig) vastleggen van de exacte plaats van de geluidsbron(nen) niet zinvol.
De Markt in het centrum van Kerkrade is de enige locatie waarbij een geluidsniveau van 90 dB(A) is toegestaan op de dichtstbijzijnde gevel. De Markt is van oudsher, en aldus historisch gegroeid, voor grootschalige evenementen en festiviteiten aangewezen. Het Marktplein is omsloten door hogere bebouwing (minimaal 3 verdiepingen), waardoor de geluidsituatie niet optimaal is.
Hoewel rondom de Markt op korte afstand woningen/appartementen zijn gelegen, wordt een geluidsniveau van 90 dB(A) op de dichtstbijzijnde gevel toelaatbaar geacht, vanwege de volgende aspecten:
De Markt (centrum Kerkrade) heeft de facilitaire mogelijkheden voor het houden van (grootschalige) evenementen en festiviteiten: toereikende en ruime open plek, kent een goede bereikbaarheid, er zijn om- en aanliggende horecavoorzieningen die bij de organisatie of initiatiefontwikkeling in te schakelen zijn en worden;
de evenementen zijn tegenwoordig luidruchtiger van aard (algemene trend): de moderne geluidstechniek kan het aan, de behoefte aan andere muzieksoorten is veranderd en gecreëerd (meer basgeluiden waardoor het vermogen dient toe te nemen), het publiek is veranderd met een eigen muziekemotie, het uitgaansritme (meer naar de avondperiode) is veranderd; (indien niet aan de verwachtingen wordt voldaan heeft het evenement geen bestaansrecht);
De gemeente Kerkrade wil de leefbaarheid van de regio en de stad overeind houden en waar mogelijk verbeteren om de vergrijzing tegen te gaan, waarbij de medewerking verlenen aan en mogelijk maken van evenementen een aanzet is.
Concluderend kan worden gesteld dat het belang van het organiseren van evenementen op een centrale plek, de voordelen voor de omliggende omgeving en de meerwaarde op economisch en sociaal gebied voor het gemeentebestuur in deze tijden van groter en doorslaggevend belang zijn dan de tijdelijke hogere geluidbelasting op een beperkt aantal woningen aan het marktplein.
Evenementenvergunning en ontheffing geluid
Maatwerk blijft van belang. Hiervoor is de evenementenvergunning een geschikt instrument. Op basis van de bestaande ervaringen en bovengenoemde uitgangspunten worden in het onderstaande punten opgesomd die deel uitmaken van de evenementenvergunning:
6.4 Handhaving naar aanleiding van meetresultaten
In een evenementenvergunning worden geluidsnormen opgenomen voor een bepaald evenement. In het kader van de handhaving van vergunningvoorschriften worden ter vaststelling van geluid bij buitenevenementen geen piekbelastingen gemeten, maar het langtijd-gemiddeld beoordelingsniveau. Meting vindt plaats op 50 meter afstand van de geluidsbron danwel 1,5 meter van de gevel van de dichtstbijzijnde woning indien deze afstand minder is dan 50 meter. Hierbij wordt gemeten gedurende een tijdvlak van 5 minuten.
Het geluidsniveau wordt gemeten conform de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai (HMRI 1999), met dien verstande dat er bij de bepaling van het beoordelingsniveau geen bedrijfsduurcorrectie en toeslag voor muziekgeluid wordt toegepast.
Een overschrijding van het maximaal toegestane geluidsniveau treedt op als het gemeten gemiddelde geluidsniveau vanwege het evenement groter is dan de in de vergunning vastgelegde grenswaarde.
Bij de meting wordt door de toezichthouder rekening gehouden met factoren zoals stoorgeluid van publiek/verkeer en de windrichting.
Een overtreding van het voorschrift ten aanzien van het maximaal toelaatbare geluidsniveau kan optreden wanneer door de toezichthouder is vastgesteld dat ten minste één maal door middel van een meting is vastgesteld dat het waargenomen geluidsniveau een overschrijding veroorzaakt van het maximaal toegestane geluidsniveau. Indien een eerste overschrijding is geconstateerd, dan worden twee geluidsmetingen uitgevoerd in een navolgende periode van 15 minuten, of een door de
toezichthouder te bepalen langere tijdsperiode, om zeker te zijn dat het niet ging om een incidentele verhoging van het geluidsniveau. Indien de twee aanvullende metingen binnen de bovengenoemde tijdsperiode de eerste meting (overschrijding) bevestigen, dan is er sprake van een overtreding, waardoor een basis bestaat voor het opleggen van een sanctie.
Niet bij elk evenement zal worden gemeten. Metingen zullen steekproefsgewijs worden verricht door de daartoe opgeleide medewerkers van de gemeente Kerkrade.
6.5 Geluidsonderzoek Oranjewoud
Ter onderbouwing van het geluidskader bij grootschalige evenementen in Kerkrade, is door advies- en ingenieursbureau Oranjewoud een geluidsonderzoek uitgevoerd. Volledigheidshalve wordt verwezen naar bijlage II.
7. Toepassing beleid en handhaving
De gemeente is verantwoordelijk voor de handhaving tijdens evenementen. De gemeente heeft hiervoor speciale functionarissen in dienst die evenementen bezoeken en controleren of de vergunningsvoorwaarden worden nagekomen. De gemeente kan hierbij worden ondersteund door functionarissen van de brandweer en de politie.
De volgende aspecten worden onder andere gecontroleerd:
Indien regels of voorwaarden worden overtreden zal direct contact worden gezocht met de organisatie om de overtreding ongedaan te maken. Indien hier niet aan wordt voldaan kunnen direct of achteraf diverse (bestuursrechterlijke)sancties volgen.
Het uitgangspunt van een consequente handhaving van aan organisatoren opgelegde vergunningvoorschriften brengt met zich mee dat deze voorschriften aan twee eisen dienen te voldoen:
Afgesproken moet worden welke instantie bij welke soort handhaving wordt ingeschakeld.
Het handhaven van de openbare orde en het bewaken van de orde op en rond het evenemententerrein is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de organisatie zelf. De politie en het cluster handhaving van de gemeente zijn in beginsel terughoudend in hun optreden tijdens evenementen. Bij grote evenementen wordt – naast het bevoegde beveiligingspersoneel van de evenementenorganisatie – doorgaans ook (extra) politie en handhavers ingezet om de orde buiten het evenemententerrein te bewaken en hulp te bieden aan het festivalpubliek.
De politie en het cluster handhaving is onder gezag van de burgemeester belast met de handhaving van de openbare orde. Bij verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees daarvoor is de burgemeester op grond van artikel 172 lid 3 van de Gemeentewet bevoegd bevelen te geven die hij noodzakelijk acht voor de handhaving van de openbare orde.
In zijn algemeenheid kan worden opgemerkt dat zowel de politie, alsook het cluster Handhaving een algemene en brede handhavingstaak heeft ten aanzien van evenementen en de naleving van in dat kader verleende vergunningen, met dien verstande dat ook andere instanties op dit gebied taken hebben. Het cluster Handhaving kent doorgaans enige beperkingen ten aanzien van de inzet van personeel op bepaalde tijdstippen, zoals de late avond- en nachtelijke uren. Hierbij is de volgende taakverdeling:
Met de diverse handhavers worden, zonodig per evenement, concrete afspraken gemaakt omtrent hun parate inzet.
Daarnaast kan de organisator zelf worden ingeschakeld bij de handhaving, door hem in de eerste lijn te plaatsen bij de afhandeling van klachten. Organisatoren dienen daartoe een contactpersoon aan te wijzen waar instanties en omwonenden terecht kunnen met klachten. Alleen klachten die de organisator zelf niet kan oplossen, worden dan door gemeente of politie in behandeling genomen.
De tarieven voor een melding en voor het in behandeling van een aanvraag zijn opgenomen in de tarieventabel van de Legesverordening. De aanvrager van een evenementenvergunning is leges plichtig vanaf het moment van aanvraag. Ook wanneer de aanvraag buiten behandeling wordt gesteld of wanneer de vergunning wordt geweigerd zijn de leges verschuldigd.