Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
's-Gravenhage

Regeling leeftijdsverlof en overboeking vakantieverlof. Intrekking regeling vakantiewerk

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie's-Gravenhage
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling leeftijdsverlof en overboeking vakantieverlof. Intrekking regeling vakantiewerk
CiteertitelCirculaire leeftijdsverlof
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

In deze circulaire wordt het leeftijdsverlof enhet overboeken van vakantieverlof geregeld.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201201-01-2020circulaire leeftijdsverlof en overboeken vakantieverlof

01-01-2012

Onbekend

B&W besluit

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling leeftijdsverlof en overboeking vakantieverlof. Intrekking regeling vakantiewerk

 

 

Regeling leeftijdsverlof en overboeking vakantieverlof. Intrekking regeling vakantiewerk.

Met de invoering per 1 juli 2004 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag, herdruk 2004-1, (ARG) is de noodzaak ontstaan om een aantal circulaires te actualiseren.

Deze noodzaak doet zich ook voor bij de regeling van het vakantieverlof, zoals vastgelegd in de artikelen 6:1 tot en met 6:2:7 ARG.

Het betreft de aanspraken op leeftijdsverlof en de mogelijkheid om vakantieverlof over te schrijven naar het volgende jaar. Hierbij dient opgemerkt te worden, dat het in deze slechts om vastlegging gaat van reeds bestaand beleid.

Op grond van artikel 6:2:1, lid 1 en 3 stellen wij hierbij het volgende vast.

Voor de ambtenaar, die op of na 1 januari 1997 in dienst is getreden wordt het voor hem geldende vakantieverlof per jaar als bedoeld in artikel 6:2 lid 1 ARG vermeerderd met:

7,2 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 45 tot 50 jaar;

14,4 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 50 tot 55 jaar;

21,6 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 55 tot 60 jaar;

28,8 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 60 jaar en ouder.

Voor de ambtenaar, die voor 1 januari 1997 in dienst is getreden wordt het voor hem geldende vakantieverlof per jaar als bedoeld in artikel 6:2 lid 1 ARG vermeerderd met:

7,2 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 30 tot 40 jaar;

14,4 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 40 tot 45 jaar;

21,6 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 45 tot 50 jaar;

28,8 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 50 tot 55 jaar;

36 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 55 tot 60 jaar;

43,2 uur indien betrokkene in het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 60 jaar en ouder.

Voor de ambtenaar jonger dan 21 jaar wordt het voor hem geldende vakantieverlof per jaar als bedoeld in artikel 6:2 lid 1 ARG vermeerderd met:

7,2 uur indien betrokkene op 1 mei van het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 20 jaar;

14,4 uur indien betrokkene op 1 mei van het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 19 jaar;

21,6 uur indien betrokkene op 1 mei van het desbetreffende kalenderjaar de leeftijd heeft van 18 jaar of jonger.

Voor de hiervoor weergegeven aanspraken op leeftijdsverlof geldt eveneens, dat de duur van het verlof van een ambtenaar die is aangesteld voor een formele arbeidsduur van minder dan 36 uur per week, naar evenredigheid wordt verminderd.

Tevens stellen wij op grond van artikel 6:2:6 lid 1 ARG hierbij vast, dat de ambtenaar geen verzoek behoeft in te dienen voor de verlening in het volgend kalenderjaar van een aantal uren niet genoten vakantieverlof, dat gelijk staat aan maximaal drie maal de feitelijke arbeidsduur per week.

Dit besluit treedt ingaande heden in werking en werkt terug tot 1 juli 2004.

Alle voorgaande circulaires voor zover betrekking hebbend op het onderhavige onderwerp zijn per 1 juli 2004 vervallen.

Hiernaast merken wij nog het volgende op:

Uit de praktijk is gebleken, dat reeds geruime tijd geen gebruik wordt gemaakt van de regeling inzake vakantiewerk, omdat gebruik wordt gemaakt van een uitzendbureau.

Wij constateren, dat aan deze regeling geen behoefte meer bestaat.

Wij besluiten derhalve hierbij, dat ingaande heden onze circulaire van 11 februari 1983 (kenmerk: CAPZ 537585; onderwerp: “vakantiewerk en honorering daarvan ingaande 1983”) is vervallen.

Wij verzoeken u het onder u ressorterende personeel van het bovenstaande in kennis te stellen.

Het college van burgemeester en wethouders

de secretaris,

D.M.F. Jongen

de burgemeester,

W.J. Deetman

Aanpassing circulaire inzake regeling leeftijdsverlof en overboeking vakantieverlof.

In de circulaire van het college d.d. 5 november 2004 inzake regeling leeftijdsverlof en overboeking vakantieverlof (kenmerk BSD/2004.3002) staat de volgende passage:

"Tevens stellen wij op grond van artikel 6:2:6 lid 1 ARG hierbij vast, dat de ambtenaar geen verzoek behoeft in te dienen voor de verlening in het volgend kalenderjaar van een aantal uren niet genoten vakantieverlof, dat gelijk staat aan maximaal drie maal de feitelijke arbeidsduur per week."

Bij de invoering van de door het college op 22.1.'08 vastgestelde Regeling 36-urige werkweek (BSD/2007.4102) is echter conform de CAO als uitgangspunt voor de berekening van de arbeidsduur per week de formele arbeidsduur per week gekozen. Bij de invoering van deze regeling is verzuimd bovengenoemde circulaire aan te passen aan dit uitgangspunt. Voor een doelmatige uitvoering van de CAO achten wij het van belang om deze technische omissie alsnog te herstellen.

Wij besluiten dan ook hierbij vast, dat de hiervoor aangehaalde passage voortaan zal luiden:

Tevens stellen wij op grond van artikel 6:2:6 lid 1 ARG hierbij vast, dat de ambtenaar geen verzoek behoeft in te dienen voor de verlening in het volgend kalenderjaar van een aantal uren niet genoten vakantieverlof, dat gelijk staat aan maximaal drie maal de formele arbeidsduur per week.

Deze wijziging gaat in per 1 januari 2012.

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

mw. A.W.H. Bertram

de burgemeester,

J.J. van Aartsen