De raad van de gemeente Weesp;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13
mei 2014;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de
Gemeentewet;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van marktgeld 2014
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt verstaan
onder:
- a.
markt : de warenmarkten die plaatsvinden op de bij of krachtens de
‘Marktverordening gemeente Weesp 2010’ vastgestelde dag, tijd en
plaats;
- b.
standplaats : de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen
voor het uitoefenen van de markthandel;
- c.
vaste standplaats : de standplaats die voor onbepaalde tijd ter
beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;
- d.
dagplaats : een standplaats die per marktdag beschikbaar wordt
gesteld;
- e.
standwerkerplaats : de standplaats die per marktdag ter beschikking
wordt gesteld om te standwerken;
- f.
dag : een periode van 24 aanééngesloten uren, aanvangende te 00.00
uur;
- g.
kwartaal : een periode van drie aanééngesloten kalendermaanden.
Artikel 2 Aard van heffing en belastbaar feit
- 1
Onder de naam ‘marktgeld’ worden rechten geheven terzake van het genot
van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, bestaande
uit het ter beschikking stellen van een standplaats op de markt voor het
uitoefenen van de markthandel en daarmee verband houdende handelingen
en/of het gebruik van verstrekte hulpmiddelen.
Artikel 3 Belastingplicht
Het marktgeld wordt geheven van degene aan wie de standplaats ter
beschikking is gesteld.
Artikel 4 Heffingsgrondslag
- 1
Heffingsgrondslag van het marktgeld is het aantal eenheden, vastgesteld
aan de hand van de tot deze verordening behorende tarieventabel met
inachtneming van het bepaalde in de volgende leden.
- 2
De afmeting van een plaats, uitgedrukt in vierkante meters, wordt
bepaald op het product van de grootste lengte en de grootste breedte van
de standplaats.
- 3
Een gedeelte van een eenheid wordt voor een geheel gerekend.
Artikel 5 Belastingtarieven
- 1
Marktgeld wordt berekend aan de hand van de in de tot deze verordening
behorende tarieventabel opgenomen tarieven, met inachtneming van de
daarin gegeven aanwijzingen en van het bepaalde in de volgende
leden.
- 2
Voor de toepassing van de tarieven worden gedeelten van een dag of een
kwartaal voor een gehele dag, onderscheidenlijk een geheel kwartaal
gerekend.
- 3
De in de tot deze verordening behorende tarieventabel vermelde:
- a.
dagtarieven vinden toepassing ten aanzien van dagplaatsen en
standwerkerplaatsen;
- b.
kwartaaltarieven vinden toepassing ten aanzien van vaste
standplaatsen.
Artikel 6 Nieuw Artikel
- 1
Het marktgeld wordt bij wege van aanslag geheven.
- 2
In afwijking van het eerste lid wordt het marktgeld, berekend naar de in
artikel 5, derde lid, onderdeel a, bedoelde dagtarieven, geheven bij
wege van schriftelijke kennisgeving.
- 3
In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990
moeten de onder de in het eerste en tweede lid bedoelde gelden als volgt
worden voldaan:
- a.
het bij wege van aanslag geheven marktgeld is verschuldigd bij
de aanvang van het kwartaal of – zo dit later is – bij de
aanvang van het in artikel 2 bedoelde genot en dient te worden
betaald binnen uiterlijk één maand na de dagtekening van het
aanslagbiljet;
- b.
het bij wege van schriftelijke kennisgeving geheven marktgeld is
verschuldigd en dient te worden betaald bij de aanvang van het
in artikel 2 bedoelde genot.
- 4
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande
leden gestelde termijnen.
Artikel 7 Nieuw Artikel
- 1
Teruggaaf van marktgeld, berekend naar de in artikel 5, derde lid,
onderdeel b, bedoelde kwartaaltarieven worden verleend tot het op de
voet van het tweede lid gerekende bedrag indien:
- a.
de belastingplichtige in de loop van het kwartaal
overlijdt;
- b.
de ter beschikkingstelling van de standplaats in de loop van het
kwartaal door schriftelijke opzegging door de belastingplichtige
dan wel door doorhaling op de lijst van vaste standplaatshouders
door burgemeester en wethouders is beëindigd;
- c.
de belastingplichtige aantoont, dat hij ten gevolge van ziekte
gedurende een aanééngesloten periode van tenminste 6 weken een
ter beschikking gestelde standplaats niet heeft kunnen innemen
en dat hij gedurende die periode de standplaats niet door een
ander op grond van een vervangvergunning heeft laten
innemen.
- 2
Het terug te geven bedrag wordt berekend aan de hand van de
formule;
K x D
T = ---------- ,
A
waarin:
T is het terug te geven bedrag;
K is het over een kwartaal verschuldigde bedrag;
D is het aantal marktdagen waarop de standplaats niet is ingenomen door
de belastingplichtige of door een ander op grond van een
vervangvergunning;
A is het aantal marktdagen in een kwartaal.
- 3
Ontheffing van marktgeld, berekend naar de in artikel 5, derde lid,
onderdeel b, bedoelde kwartaaltarieven wordt over de nog niet
aangevangen kwartalen van een kalenderjaar verleend indien:
- a.
de belastingplichtige is overleden;
- b.
de terbeschikkingstelling van de standplaats door schriftelijke
opzegging door de belastingplichtige dan wel door doorhaling op
de lijst van vaste standplaatshouders door burgemeester en
wethouders is beëindigd;
- c.
de belastingplichtige aannemelijk maakt dat hij ten gevolge van
ziekte de ter beschikking gestelde standplaats niet zal innemen
en dat hij die standplaats niet door een ander op grond van een
vervangvergunning zal kunnen laten innemen.
- 4
De ontheffing als bedoeld in het derde lid, onderdeel c, wordt verleend
voor de vermoedelijke duur van de ziekte, met overeenkomstige toepassing
van het tweede lid.
Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met
betrekking tot de heffing en de invordering van het marktgeld
Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel
- 1
De ‘Marktgeldverordening 2010’ vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad op 16 december 2009 en laatstelijk gewijzigd bij raadbesluit
van 12 december 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde
lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij
van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum
hebben voorgedaan.
- 2
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die
van de bekendmaking.
- 3
De datum van ingang van de heffing is 1 juli 2014.
- 4
Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening op de heffing en de
invordering van marktgeld 2014’. Als afkorting kan de
‘Marktgeldverordening 2014’ worden gebruikt.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad op 26 juni 2014
de griffier, de voorzitter,
Mw. M. Walrave B.J. van Bochove
Toelichting 1
Tarieventabel, behorende bij de ‘Verordening op de heffing en de invordering van
marktgeld 2014’, vastgesteld in de openbare vergadering van de raad op 26 juni
2014
Categorie | Omschrijving | Eenheid | Dagtarief | Kwartaaltarief |
A | Dagplaats of standwerkerplaats | m2 | € 0,76 | n.v.t |
B | Vaste standplaats | m2 | n.v.t. | € 8,58 |
1 | Stroomverbruik | Standplaats | € 1,85 | € 24,05 |
2 | Stroomverbruik | Standplaats | € 5,00 | € 65,00 |
3 | Stroomverbruik | Standplaats | € 7,50 | € 97,50 |
4 | Stroomverbruik | Standplaats | € 12,50 | € 162,50 |
Aanwijzingen bij de Tarieventabel.
1 Indien bij een categorie in de kolom ‘Dagtarief’ of ‘Kwartaaltarief’ de
afkorting ‘n.v.t.’ is opgenomen, is toepassing van een dagtarief,
onderscheidenlijk een kwartaaltarief, met betrekking tot het bij die categorie
genoemde belastbare feit niet mogelijk.
2 De categorieën voor stroomverbruik kunnen als volgt worden omschreven:
Categorie 1: minimale stroomverbruikers zoals verlichting en/of een kleine
radio.
Categorie 2: lichte stroomverbruikers zoals weegschalen, koffiezetapparaten,
veelal in combinatie met categorie 1.
Categorie 3: gemiddelde stroomverbruikers zoals bijvoorbeeld koeling van een
koelwagen, veelal in combinatie met categorie 1 en 2.
Categorie 4: zware stroomverbruikers zoals bijvoorbeeld koeling en bakken,
braden of frituren, veelal in combinatie met categorie 1 en 2.
Voor eensluidend afschrift,
De griffier,
Mw. M. Walrave