Organisatie | Apeldoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Ontheffingsregeling berijden Beekparkgebied 2014 |
Citeertitel | Ontheffingsregeling berijden Beekparkgebied 2014 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-07-2014 | Onbekend | 19-06-2014 Officiele bekendmakingen, d.d. 09-07-2014 | Onbekend |
Het college kan op een daartoe strekkende aanvraag een ontheffing verlenen voor het berijden van het Beekparkgebied.
Artikel 5 Intrekkings- en wijzigingsgronden
Het college kan een ontheffing intrekken of wijzigen:
Artikel 6 Diefstal, verlies of vermissing
In geval van diefstal, verlies of vermissing van de ontheffing en/of de toegangspas kan een duplicaat worden verkregen.
Artikel 7 Ontheffing voor hulpdiensten
Een ontheffing voor het berijden van het Beekparkgebied kan worden verleend aan hulpdiensten voor de noodzakelijke ritten, voor de periode van maandag tot en met zondag van 0.00 uur tot 0.00 uur.
Artikel 8 Ontheffing voor ondernemingen in het Beekparkgebied
Een ontheffing voor het berijden van het Beekparkgebied kan worden verleend aan een onderneming met een of meerdere eigen parkeerplaatsen, die uitsluitend via het Beekparkgebied bereikbaar zijn, voor de periode van maandag tot en met zondag van 0.00 uur tot 0.00 uur. Per eigen parkeerplaats kan één ontheffing verstrekt worden.
Artikel 9 Ontheffing voor bewoners in het Beekparkgebied
Een ontheffing voor het berijden van het Beekparkgebied kan worden verleend aan een bewoner met een of meerdere eigen parkeerplaatsen, die uitsluitend via het Beekparkgebied bereikbaar zijn, voor de periode van maandag tot en met zondag vanaf 0.00 uur tot 0.00 uur. Per eigen parkeerplaats kan één ontheffing verstrekt worden.
Artikel 10 Ontheffing voor expeditieverkeer
Een ontheffing voor het berijden van het Beekparkgebied kan worden verleend aan expeditieverkeer voor de branches vis en viswaren, geneesmiddelen, maaltijdverstrekkende bedrijven met bezorgdienst, voor de periode van maandag tot en met zondag vanaf 0.00 uur tot 0.00 uur.
Artikel 11 Incidentele ontheffing voor maximaal drie maanden
Een incidentele ontheffing voor het berijden van het Beekparkgebied kan voor maximaal drie maanden worden verleend ten behoeve van onder andere evenementen.
Het college kan een incidentele ontheffing voor het berijden van het Beekparkgebied uitbreiden met een ontheffing voor het parkeren in het Beekparkgebied, indien de aanvrager aantoont dat de nabijheid van het motorvoertuig (in verband met de daarin of daarop geplaatste apparatuur) noodzakelijk is voor de uitvoering van de werkzaamheden.
De plaats waarvoor de ontheffing van het parkeerverbod geldt wordt op de ontheffing vermeld.
Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze ontheffingsregeling een aanvraag om een ontheffing op grond van de vervallen Ontheffingsregeling berijden Beekparkgebied 2006 is ingediend en vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze ontheffingsregeling nog niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de onderhavige ontheffingsregeling toegepast.
BIJLAGE 2: DE RODE LIJST VAN EINDHOVEN
Ter illustratie is hier de Rode Lijst weergegeven zoals die door de gemeente Eindhoven gehanteerd wordt. Het betreft branches die:
De branches komen in principe niet voor een ontheffing in aanmerking; individuele gevallen op bedrijfseconomische en/of organisatorische argumenten uitgezonderd.
Het betreft de volgende winkelbranches:
* Attentie: indien medicijnen toch een ontheffing verstrekken
** Attentie: indien (incidenteel) waardetranport toch een ontheffing (eenmalig) verstrekken
Toelichting bij ontheffingsregeling berijden Beekparkgebied 2014
Het college heeft in het verleden besloten een aantal straten rond het Beekpark en het Caterplein gesloten te verklaren voor alle verkeer, uitgezonderd (brom)fietsers, op donderdag tot en met zondag vanaf 22.00 uur tot 05.00 uur van de daaropvolgende dag. Het betreft de Roggestraat ten noorden van de ingang parkeergarage Museum Centrum, het Beekpark tussen de Roggestraat en Caterplein en de Nieuwstraat tussen het Beekpark en de Vosselmanstraat. Het betreffende gebied wordt in de ontheffingsregeling aangeduid als Beekparkgebied.
Op grond van het verkeersbesluit (nr. 27271) dat het college op 2 oktober 2013 heeft genomen is een deel van dit Beekparkgebied onder het voetgangersdomein komen te vallen (VGD). Daardoor wordt in deze ontheffingsregeling het Beekparkgebied opnieuw gedefinieerd tot het gebied: Roggestraat ten noorden van de ingang parkeergarage Museum Centrum, het Beekpark tussen de Roggestraat en de grens tussen de percelen Beekpark 17 en 19.
Hieronder volgt de toelichting die reeds bij het voorgaande ontheffingsregeling van toepassing was.
Het doel is enerzijds het uitgaansgebied rond het Beekpark en het Caterplein vrij te houden van autoverkeer en anderzijds het gebied voldoende bereikbaar te houden voor autoverkeer van bewoners en bedrijven. Hiervoor heeft het college een verkeersbesluit genomen en zijn borden model C1 (geslotenverklaring) volgens bijlage 1 van het RVV 1990 aan de randen van het gebied geplaatst. Onderborden zoals bedoeld in artikel 67 van het RVV 1990 geven de periode aan waarvoor de geslotenverklaring geldig is. Met onderborden met de tekst “uitgezonderd (brom)fietsers” wordt aangeduid dat dit bord niet voor (brom)fietsers geldt.
Laden en lossen kan buiten de tijden plaatsvinden, dat de geslotenverklaring van kracht is.
Als gevolg van dit verkeersbesluit is binnen de tijden die op het onderbord vermeld staan – het Beekparkgebied gesloten in beide richtingen voor voertuigen (met uitzondering van (brom)fietsers)), ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee .
Artikel 87 van het RVV 1990 geeft echter het bevoegd gezag (het college van burgemeester en wethouders) de mogelijkheid ontheffing te verlenen van artikel 62 (RVV1990), voor zover het verkeersteken C1 betreft. Dit betekent dat het bevoegd gezag ontheffing kan verlenen van de algemene bepaling: “Weggebruikers zijn verplicht gevolg te geven aan de verkeerstekens die een gebod of verbod inhouden.”. Op grond van de Wegenverkeerswet 1994, artikel 150 lid 1, kan de ontheffing onder beperkingen worden verleend en kunnen volgens artikel 150 lid 2 aan de ontheffing voorschriften worden verbonden.
Dit heeft geresulteerd in een ontheffingsregeling die op 6 maart 2006 door het college is vastgesteld.
De ontheffing geeft alleen toestemming het Beekparkgebied te berijden, maar geeft - op enkele uitzonderingen na - geen toestemming in het gebied te parkeren.
Om de naleving van het verkeersbesluit en de ontheffingsregeling af te dwingen, heeft de gemeenteraad besloten op een aantal locaties beweegbare fysieke afsluitingen aan te brengen. Ontheffinghouders hebben de beschikking over een elektronische toegangkaart (toegangspas) waarmee de beweegbare afsluitingen bediend kunnen worden.
toelichting op specifieke artikelen
Een ontheffing die in de loop van een jaar wordt verleend is geldig tot en met 31 december van dat jaar.
De drie branches vis en viswaren, geneesmiddelen, maaltijd-verstrekkende bedrijven met bezorgdienst, zijn in de ontheffingsregeling opgenomen conform de advisering door het Instituut voor het Midden en Kleinbedrijf (I.M.K.) in 1997. De tekst van dit advies is bij deze toelichting opgenomen.
De incidentele ontheffingen zijn bedoeld voor o.a. service- en reparatiebedrijven, die, tijdens de uren dat de geslotenverklaring van kracht is, spoedeisende herstelwerkzaamheden moeten uitvoeren.
Tekst van hoofdstuk 3 (pagina’s 7 t/m 9) en tekst van bijlage 2 van het advies van IMK Nederland (Ruimtelijk-Economische Advisering) van augustus 1997
3 REGELINGEN VOOR ONTHEFFINGEN
Bij het opstellen van de Eindhovense regeling, die een voorbeeld-functie voor Apeldoorn heeft, is het IMK uitgegaan van een ontheffing in twee stappen. Allereerst is een koppeling gelegd met de locatie en vervolgens met de economische activiteit.
Bij de koppeling naar locatie is gekeken welke panden niet via buiten-expeditieterreinen bereikbaar zijn. Uit de inventarisatie bleek dat in Eindhoven twee bouwblokken met winkelpanden (en een aantal individuele panden) alleen maar via het voetgangersgebied bereikbaar waren. Alle andere panden hadden weliswaar een voordeur in het voetgangersdomein, maar bleken via de achterzijde bevoorraad te kunnen worden, zonder dat het expeditie-verkeer door het voetgangersgebied hoefde te rijden.
Daarop is in Eindhoven besloten dat alle panden met een bereikbare achterdeur NIET voor een ontheffing in aanmerking komen. Voor Apeldoorn is een vergelijkbare en voorlopige inventarisatie gemaakt. Zie 3.2.
Voor de panden die overbleven is een stelsel van richtlijnen opgesteld waarlangs de procedure wel of geen ontheffing loopt. Belangrijk daarin is de branche. Er is een koppeling gelegd met bedrijfseconomische en logistieke karakteristieken van desbetreffend winkelbedrijf. Op basis daarvan is aangegeven wie wel of niet voor een ontheffing in aanmerking kan komen. In 3.3 wordt hier nader aandacht aan besteed.
Ook voor de Apeldoornse situatie geldt dat op voorhand al bedrijfspanden uitgesloten kunnen worden. Gezien hun ligging aan een achterterrein komen zij niet voor ontheffing in aanmerking. Zij zijn immers via een andere weg dan het voetgangersgebied bereikbaar.
De panden die niet via een “een achterdeur” bereikbaar zijn komen voor een ontheffing in aanmerking mits zij aan een aantal andere voorwaarden voldoen. Zie tevens 3.3.
3.3 Ontheffing naar economische activiteit
Na deze eerste locationele selectie blijft een aantal panden over dat via de voordeur en/of het voetgangersgebied bevoorraad moet worden.
De mate waarin leveranties na 11.00 uur worden toegestaan is afhankelijk van de aard van de economische activiteit.
Winkelbranches die niet frequent bevoorraad hoeven te worden, geen bederfelijke waren in het assortiment hebben of een bezorgdienst exploiteren komen in principe niet voor een ontheffing in aanmerking. Het betreft vrijwel de gehele non-foodsector, inclusief tabakswaren en alcohol. Deze branches staan in Eindhoven op een zogenaamde “rode lijst”. Deze lijst is ter illustratie als bijlage 2 bijgevoegd.
Goed gemotiveerde individuele uitzonderingen op basis van bedrijfseconomische of organisatorische argumenten moeten worden toegestaan. Deernemer zal daartoe een verzoek om ontheffing gemotiveerd moeten indienen, bijvoorbeeld op basis van een accountantsverklaring of een organisatie-advies. Uiteraard zijn de kosten van een dergelijke ondersteuning voor rekening van de ondernemer.
In aanmerking voor een ontheffing komen in principe alleen de volgende branches c.q. artikelgroepen:
Dan resteert een groot aantal ander branches: de levensmiddelensector en de “verse” non-foodartikelen (bloemen, planten, kranten en tijdschriften en dieren(-benodigdheden)). In principe moet het mogelijk zijn om winkels met deze assortimenten voor 11.00 uur bevoorraad te hebben, zodat geen beroep gedaan hoeft te worden op een ontheffingsregeling.
Echter, de expediteurs kunnen wegens onvoorziene omstandigheden of grote drukte in de logistiek (rond feestdagen) later dan gepland aankomen. Met name voor de levensmiddelen zal dan een (eenmalige) ontheffing verleend moeten worden. Volgens de Warenwet mag namelijk niet met verswaren over straat gelopen worden, dus de expediteurs MOETEN dan wel het winkelgebied in.
Voor meer structurele vragen naar ontheffingen verwijzen wij naar de aanpak zoals bij de “rode lijst”is beschreven. Men zal een individuele toetsing op organisatorische en bedrijfseconomische argumenten moeten overleggen.
Het geheel overziend kan gesteld worden dat momenteel, gegeven het Apeldoorns winkelaanbod, geen structurele behoefte aan een ontheffing bestaat. Uitzonderingen vormen maaltijdverstrekkende bedrijven met bezorgdienst en de apotheek. In een aantal nader te bepalen individuele gevallen kan ook behoefte bestaan aan een ontheffing. Op dit moment valt niet te voorzien of – en in welke mate- dit zich zal voordoen.
De horeca komt in beginsel niet voor een ontheffing in aanmerking. Voor de daghoreca (brasserie, lunchroom e.d.) is een ontheffing al helemaal niet nodig; men zal in de regel al voor 11.00 uur bevoorraad zijn. Immers, hun verkoop start tussen 09.00 en 10.00 uur. Uitgezonderd zijn uiteraard bedrijven die een bezorgdienst hebben. Uit oogpunt van de Warenwet mogen zij niet met levensmiddelen over straat lopen. Zij krijgen ontheffing.
De avondhoreca (cafés, restaurants, discotheek e.d.), voor zover niet aanwezig in de twee “enclaves” het Caterplein en de van Kinsbergenstraat, zal zich moeten conformeren aan het algemene regiem.
Uit veiligheidsoverwegingen krijgen waardetransporten een ontheffing. De leveranties en transporten vinden immers op wisselende tijdstippen plaats onder ander wegens het minimaliseren van het overval-gevaar. Dit betekent dat leveranciers aan juweliers ook een ontheffing moeten krijgen.
Zoals gezegd, momenteel zijn op basis van de veldwerkzaamheden bij ons op voorhand in Apeldoorn GEEN individuele gevallen bekend die om een ontheffing zullen vragen. Deze kunnen zich echter wel voordoen. Ook hier geldt weer dat een toetsing op bedrijfseconomische en organisatorische aspecten noodzakelijk is.
In het vorengaande is een aantal malen een evaluatie van de maatregelen ter sprake gekomen. Als na ongeveer een jaar een dergelijke evaluatie plaatsvindt is het van belang dat daar een breed scala aan belanghebbenden bij betrokken wordt. In feite kan in zo’n evaluatie alles besproken worden wat belangrijk gevonden wordt. Men moet derhalve niet te beperkt zijn in de opzet van de evaluatie. Op voorhand kunnen wij wel vast aangeven dat onderwerp van discussie kunnen zijn: