Organisatie | Nieuwkoop |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg Hollands Midden |
Citeertitel | Gemeenschappelijke regeling Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg Hollands Midden |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2014 | Onbekend | 24-04-2014 Elektronisch gemeenteblad d.d. 23 juli 2014, Nieuwkoop Nieuws 28 juli 2014 | 2014-036c |
Waar in de regeling artikelen van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing worden verklaard, wordt in die artikelen gelezen voor gemeente, raad, college van burgemeester en wethouders, en burgemeester onderscheidenlijk openbaar lichaam, algemeen bestuur, dagelijks bestuur en voorzitter.
Het openbaar lichaam heeft ten doel de belangen te behartigen van de aan de regeling deelnemende gemeenten op het terrein van de openbare gezondheidszorg, de volksgezondheid en de ambulancezorg.
Het openbaar lichaam heeft tot taak:
Het in stand houden van een meldkamer ambulancezorg als onderdeel van een gemeenschappelijke meldkamer en het verlenen of doen verlenen van ambulancezorg als bedoeld in artikel 4 van de Tijdelijke wet ambulancezorg en het daartoe verwerven van een vergunning als bedoeld in artikel 6 van de Tijdelijke wet ambulancezorg.;
Indien ten gevolge van wijziging van wettelijke regelingen, de uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in lid 1 t/m 4 gaan strekken ter uitvoering van een andere regeling dan ter uitvoering waarvan zij ten tijde van het van kracht worden van deze regeling strekten, dan wel indien in deze werkzaamheden ten gevolge van een dergelijke wijziging veranderingen optreden, blijven zij, voor zover hun strekking en omvang door hun wijziging niet wezenlijk veranderen, behoren tot de taken die in de genoemde artikelleden aan het Openbaar Lichaam zijn opgedragen.
Waar in wettelijke regelingen, op grond waarvan de taken aan het openbaar lichaam zijn overgedragen, bevoegdheden van regeling en bestuur zijn toegekend aan de gemeente, de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester, of plichten zijn opgelegd, komen die bevoegdheden toe en rusten die plichten op onderscheidenlijk het openbaar lichaam, het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter, tenzij de wettelijke regelingen anders bepalen een en ander behoudens hetgeen bepaald is in artikel 30, eerste lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Van een aanwijzing tot lid van het algemeen bestuur en van het eindigen van het lidmaatschap in de gevallen genoemd in het vijfde lid geeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente die het lid heeft aangewezen, binnen een week na de aanwijzing of beëindiging kennis aan de voorzitter van het openbaar lichaam.
Het algemeen bestuur geeft aan de raden van de deelnemende gemeenten ongevraagd alle informatie die voor een juiste beoordeling van het bestuursbeleid van het openbaar lichaam nodig is of die door één of meer leden van die raden wordt verlangd.
In het reglement van orde dat het algemeen bestuur krachtens artikel 22 van de Wet gemeenschappelijke regelingen verplicht is op te stellen, worden onder meer regels opgenomen over:
Het aantal stemmen dat door een lid in de vergadering van het algemeen bestuur wordt uitgebracht is afhankelijk van het aantal inwoners van de gemeente waaruit het lid afkomstig is, gerekend naar het laatstelijk door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfer per 1 januari. Het aantal uit te brengen stemmen per lid bedraagt voor de gemeenten met een inwoneraantal:
Het dagelijks bestuur bestaat uit ten minste vijf en maximaal acht leden, waaronder begrepen de voorzitter. De leden worden aangewezen door en uit de leden van het algemeen bestuur. Bij de aanwijzing wordt rekening gehouden met de geografische spreiding van de gemeenten waaruit de leden afkomstig zijn.
Het algemeen bestuur regelt overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 125 en 134 van de Ambtenarenwet 1929 de rechtspositie van de medewerkers van de organisatie die ambtenaar zijn, alsmede van de medewerkers van de organisatie die werkzaam zijn op grond van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht.
De raden van de deelnemende gemeenten kunnen binnen zes weken na toezending bij het dagelijks bestuur hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren, waarin deze zienswijzen zijn vervat, bij de ontwerpbegroting, zoals deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden.
Als verdeelsleutel voor de bijdrage in de kosten van de taken genoemd in artikel 5, eerste en tweede lid, wordt gehanteerd het aantal inwoners volgens de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers per 1 januari van het jaar, voorafgaande aan dat waarvoor de bijdrage verschuldigd is, dan wel indien bedoelde bevolkingscijfers op genoemd tijdstip niet openbaar gemaakt zijn, de laatste door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers.
Voor de kosten die voortvloeien uit taken genoemd in artikel 5, vierde en vijfde lid, is uitsluitend een bijdrage verschuldigd door de gemeenten die daartoe opdracht hebben gegeven. Voor de berekening van de hoogte van die bijdrage wordt de in het tweede lid genoemde verdeelsleutel gehanteerd of is bepalend de mate waarin door een deelnemende gemeente gebruik is gemaakt van de betreffende dienst.
Indien zich een substantiële verandering in de doeluitkering rampenbestrijding voordoet waardoor de financiering van óf de veiligheidsregio óf de uitvoering van taken van de geneeskundige hulpverlening in het geding komen, treedt het bestuur in overleg met het bestuur van de veiligheidsregio Hollands Midden om tot een afgestemd voorstel voor een oplossing te komen aan de deelnemende gemeenten.
Het dagelijks bestuur biedt de rekening over het afgelopen jaar, onder toevoeging van een verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de rekening en van hetgeen het dagelijks bestuur te zijner verantwoording dienstig acht, met alle bijbehorende bescheiden jaarlijks voor 1 juni ter vaststelling aan het algemeen bestuur aan.