Organisatie | Purmerend |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel geluidsbelasting en optredende trillingen door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden gemeente Purmerend 2014 |
Citeertitel | Beleidsregel geluidsbelasting en optredende trillingen door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden gemeente Purmerend 2014 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
geen
Bouwbesluit 2012, artt. 8.3 en 8.4
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-07-2014 | Nieuwe beleidsregels | 24-06-2014 Gemeenteblad 38518 | 1132633 |
Beleidsregel geluidsbelasting en optredende trillingen door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden gemeente Purmerend 2014
Heiwerkzaamheden: Met het uitvoeren van heiwerkzaamheden wordt in ieder geval bedoeld: het inheien, intrillen of trillend trekken van heipalen, stalen buizen, schroeven en damwandprofielen.
Bouwwerkzaamheden: Met het uitvoeren van bouwwerkzaamheden wordt bedoeld: werkzaamheden die betrekking hebben op bouwen (plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten).
Sloopwerkzaamheden: Met het uitvoeren van sloopwerkzaamheden wordt bedoeld:het afbreken van een bouwwerk of een gedeelte daarvan.
Dagperiode: De 'dagperiode' duurt van 07.00 tot 19.00 uur.
Avondperiode: De 'avondperiode' duurt: van 19.00 tot 23.00 uur.
Nachtperiode: De 'nachtperiode' duurt: van 23.00 tot 07.00 uur.
Lawaaiduur: De lawaaiduur is de tijdsduur dat hinderlijk geluid door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden wordt geproduceerd.
Hinderperiode: De hinderperiode is een periode waarbinnen meerdere keren lawaaiduur voorkomt.
Het doel van dit beleid is het zoveel mogelijk voorkomen en/of beperken van hinder door hei-, bouw- en sloop werkzaamheden voor omwonenden. In het Bouwbesluit 2012 zijn geluids- en trillingsnormen opgenomen. Deze beleidsregel geeft invulling aan de voornoemde normen. Met behulp van de deze beleidsregels wordt eventuele hinder door de bouw-, hei-, en sloopwerkzaamheden zoveel mogelijk voorkomen en/of beperkt. Het gaat daarbij om bijvoorbeeld het voeren van vooroverleg bij het aanvragen en verlenen van de omgevingsvergunning, een voorbespreking tussen de opdrachtgever van het project of zijn vertegenwoordiger en bouwtoezicht voordat daadwerkelijk met de werkzaamheden wordt gestart, informatieverstrekking over de werkzaamheden aan de omwonenden en de indieningvereisten voor een verzoek om ontheffing van de normen.
In dit besluit zijn de artikelen 8.3 en 8.4 opgenomen. Deze artikelen geven normen inzake geluidhinder en trillingshinder.
Indien het bevoegd gezag met betrekking tot het uitvoeren van bouw- of sloopwerkzaamheden beleidsregels als bedoeld in titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht heeft vastgesteld, is in afwijking van het derde lid geen ontheffing vereist indien het uitvoeren van de werkzaamheden voldoet aan die beleidsregels en het bevoegd gezag ten minste twee werkdagen voor de feitelijke aanvang van die werkzaamheden in kennis is gesteld van de aanvang van de werkzaamheden.
Trillingen veroorzaakt door het uitvoeren van bouw- of sloopwerkzaamheden bedragen in geluidsgevoelige ruimten als bedoeld in artikel 1 van de Wet geluidhinder en in verblijfsruimten als bedoeld in artikel 1.1, onderdeel e, van het Besluit geluidhinder niet meer dan de trillingsterkte, genoemd in tabel 4 van de Meet- en beoordelingsrichtlijn deel B «Hinder voor personen in gebouwen» 2006.
De opdrachtgever maakt een afweging tussen verschillende heimethoden met bijbehorende geluidsproductie en kosten. Daarbij kan gedacht worden aan diverse technieken: aanbrengen van een damwand, het gebruiken van een geluiddempende mantel, heien na het ontgraven van de bouwput, de grondweerstand verminderen door middel van voorwoelen, voorboren, voorspuiten of fluideren, geen negatieve kleef; variabel energieniveau en valhoogte van het heiblok; het gebruik van een variabel-moment-blok; heivolgorde dusdanig kiezen dat geen verdichting van de grond gaat optreden.
Tevens wordt bepaald wat de meest akoestisch gunstige indeling is van het bouwterrein. Daarbij kan gedacht worden aan de volgorde van de bouw- en sloopwerkzaamheden, de opstelplaatsen van vrachtwagens, de inzet van materialen en het verspreiden van de werkzaamheden.
Alvorens met de hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden wordt begonnen vindt er een bespreking plaats tussen de bouwinspecteur van de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving en de opdrachtgever van het project of een vertegenwoordiger van de opdrachtgever. De bouwinspecteur wijst de opdrachtgever of zijn vertegenwoordiger op de consequenties als er onaanvaardbare geluidhinder ontstaat.
Omwonenden binnen een cirkel van 100 meter rondom het project worden door of namens de opdrachtgever tijdig (tenminste 1 week voor het starten van de hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden) geïnformeerd over de uit te voeren werkzaamheden en de maatregelen die worden genomen om hinder te beperken en zoveel mogelijk te voorkomen.
Alvorens in uitzonderlijke situaties in de avond, nacht of op zon- en feestdagen gewerkt moet worden, dient daartoe een verzoek tot ontheffing te worden ingediend.
Het verzoek om buiten de dagperiode of op zon- en feestdagen te mogen werken wordt schriftelijk of digitaal bij de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving ingediend. In het verzoek moeten de volgende gegevens zijn opgenomen:
Voordat de hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden starten, beoordelen de opdrachtgever en de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving of er een opname gemaakt moet worden van de status van de panden. Indien er kans aanwezig is op trillingsschade dan wordt door de vergunninghouder de status van de panden vastgelegd in een verslag en binnen 2 weken voor de aanvang van de werkzaamheden aan de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving overgelegd.
Tijdens het uitvoeren van de heiwerkzaamheden, waaronder het intrillen van damwandplanken worden door de vergunninghouder trillingsmetingen uitgevoerd. De trillingsapparatuur is voorzien van een kalibratie-certificaat. De SBR-richtlijnen deel A, B en C dienen als uitgangspunt voor het uitvoeren en beoordelen van trillingsmetingen. De grenswaarden zoals gesteld in de tabellen van de SBR richtlijn zijn daarbij van toepassing.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het collega van burgemeester en wethouders van Purmerend d.d. 24 juni 2014
de secretaris,
M.J.H. Smulders
de burgemeester,
D. Bijl
Hierin wordt uitgelegd wat onder bepaalde begrippen wordt verstaan. De definities zijn ontleend aan de Woningwet en de Wet geluidhinder.
Het beleid is gericht op het zoveel mogelijk voorkomen en/of beperken van hinder door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden voor de woonomgeving. Uitgangspunten voor het beleid zijn:
Per 1 april 2012 geldt het Bouwbesluit 2012. Hierin zijn geluidsnormen opgenomen voor bouw-, hei- en sloopwerkzaamheden.
Gemeente Purmerend heeft beleidsregels opgesteld om nadere invulling te gegeven aan deze normen. Met behulp van deze beleidsregels wordt eventuele hinder door de bouw-, hei-, en sloopwerkzaamheden zoveel mogelijk voorkomen en/of beperkt. Het gaat daarbij om bijvoorbeeld het voeren van vooroverleg bij het aanvragen en verlenen van de omgevingsvergunning, een voorbespreking tussen de opdrachtgever van het project of zijn vertegenwoordiger en bouwtoezicht voordat daadwerkelijk met de werkzaamheden wordt gestart, informatieverstrekking over de werkzaamheden aan de omwonenden en de indieningvereisten voor een verzoek om ontheffing van de normen.
De beleidsregel omtrent bouwlawaai is in het verleden opgesteld naar aanleiding van geluidsklachten van omwonenden nabij een bouwproject. Omdat binnen de gemeente Purmerend vaker zal worden gebouwd nabij woningen is het te verwachten dat er vaker meldingen zullen zijn van omwonenden die geluidsoverlast ervaren. Door deze beleidsregels wordt duidelijk voor de betrokken partijen (zoals aannemers, omwonenden, vergunninghouder) hoe de gemeente Purmerend omgaat met hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden..
Op locaties kunnen omwonenden klachten uiten over de door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden veroorzaakte hinder. In Nederland is landelijke regelgeving voorhanden die (geluids)hinder afkomstig door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden van bouwplaatsen reguleert. Om aan te geven hoe de gemeente Purmerend invulling geeft aan deze normen, is deze beleidsregel opgesteld.
De beleidsregels geven een concrete invulling aan de doelstelling om hinder voor de woonomgeving door hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden zoveel mogelijk te voorkomen en/of te beperken.
Met behulp van deze beleidsregel dient de overlast en schade als gevolg van hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden zoveel mogelijk te worden voorkomen en/of beperkt. Daartoe is de opdrachtgever van het project verantwoordelijk. Indien nodig zal de opdrachtgever daarop worden aangesproken en zal een handhavingstraject worden gestart als er sprake is van onaanvaardbare hinder (norm overschrijding).
De opdrachtgever (samen met de constructeur en/of projectontwikkelaar) weegt af en geeft aan waarom hij kiest voor een bepaalde heimethode/heitechniek.
Tevens geeft de vergunningaanvrager aan waarom wordt gekozen voor een bepaalde indeling van het bouwterrein, bouwvolgorde, opstelplaatsen en de wijze van inzet van de materialen, mogelijkheid tot spreiding van de werkzaamheden. Aan deze punten wordt aandacht geschonken zodat inzichtelijk wordt wat de geluids- en trillingbelasting is.
Alvorens met de hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden wordt begonnen vindt er een bespreking plaats tussen de bouwinspecteur van de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving en de opdrachtgever van het project of een vertegenwoordiger van de vergunninghouder. Tijdens de
bespreking wordt de opdrachtgever gewezen op de consequenties als er sprake is van onaanvaardbare hinder. Indien de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving, meldingen ontvangt zullen de meldingen worden onderzocht. Zonodig wordt een handhavingstraject opgestart.
Tevens zullen er controles plaatsvinden (bijvoorbeeld bij het slaan van de eerste paal en het keuren van wapening).
Door of namens de vergunninghouder worden de bewoners geïnformeerd over de hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden. De vergunninghouder is de aangewezen persoon om bewoners te informeren omdat de vergunninghouder de werkzaamheden uitvoert of laat uitvoeren. Tevens wordt er melding gemaakt van een informatienummer en wie contactpersoon is.
Het kan noodzakelijk zijn dat op de dag uitgevoerde (beton)werkzaamheden 's avonds, 's nachts of op zon- en feestdagen nog nabehandeld moeten worden. Een voorbeeld van een uitzonderlijke omstandigheid is het werken aan regionale of landelijke infrastructuur. Op basis van de ingediende gegevens wordt een zorgvuldige beslissing genomen.
De ontheffing bevat voorwaarden die toegesneden zijn op de specifieke omstandigheden. Hierbij zal de bouwinspecteur een belangrijke bijdrage kunnen leveren. Vooroverleg tussen de bouwpartijen en de omgeving is heel belangrijk. Alle partijen weten wat zij van elkaar kunnen verwachten. In de toestemming wordt de aanvrager verzocht de omgeving te informeren.
Er wordt vanuit gegaan dat er voor maximaal een week toestemming wordt aangevraagd om buiten de dagperiode te mogen werken. In andere gevallen moet in overleg een maatwerkoplossing worden gevonden. De grenswaarden zijn afgeleid uit de binnenniveaus van de Wet Geluidshinder, voorkomende verkeerslawaainiveaus en demping van gevels. Voor uitzonderlijk toegestane nachtelijke heiwerkzaamheden moeten lokaal unieke voorzieningen worden getroffen.
Vanwege hei-, bouw- en sloopwerkzaamheden kunnen trillingen optreden. Daarom is door het Bouwbesluit 2012 aansluiting gezocht bij de SBR richtlijn "Meet- en beoordelingsrichtlijnen voor trillingen". Deze richtlijn bestaat uit drie delen:
Er wordt in deze richtlijn aandacht besteed aan het meten van trillingen. Daarnaast bevat de richtlijn ook een beoordelingssystematiek. De richtlijnen hebben uitsluitend betrekking op trillingen van buiten het gebouw. Voor een aantal typen trillingen en verschillende gebouwfuncties (zoals wonen en onderwijs) staan in de richtlijn grens- en streefwaarden voor maximaal optredende trillingsniveaus en gemiddelde trillingsniveaus. Voor schade aan gebouwen zijn grenswaarden opgenomen. Overschrijding van deze waarden wordt beoordeeld als een onacceptabele kans op schade. Voor hinder voor personen in gebouwen gelden streefwaarden. Overschrijding leidt tot een reële kans op hinder.
Het is belangrijk dat tijdens de werkzaamheden de opdrachtgever of iemand namens de opdrachtgever aanwezig is en toezicht houdt op de optredende trillingen en geluidsbelasting. Op deze manier kan de opdrachtgever in de gaten houden of er geen onaanvaardbare trillingen en geluidsbelasting optreden en zonodig kan de vergunninghouder tijdig maatregelen treffen. Daarom dient de opdrachtgever de afdeling Vergunningen, Toezicht en Handhaving direct te informeren als de normen worden overschreden.