Organisatie | Beesel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Rekenkamercommissie gemeente Beesel 2014 |
Citeertitel | Verordening rekenkamercommissie gemeente Beesel 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Rekenkamercommisie |
Deze verordening vervangt de Verordening rekenkamercommissie gemeente Beesel 2011, zoals vastgesteld op 4 juli 2011.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-05-2016 | 19-05-2016 | intrekking | 09-05-2016 Gemeenteblad, 2016, 61985 | Onbekend. | |
01-07-2014 | 19-05-2016 | nieuwe regeling | 23-06-2014 Gemeenteblad, 2014, 27c | Onbekend. |
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. rekenkamercommissie: de rekenkamerfunctie zoals bedoeld in art 81oa van de Gemeentewet;
b. doelmatigheid of efficiency: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken;
c. doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de gewenste maatschappelijke effecten te bereiken;
d. rechtmatigheid: de mate waarin de handelingen van de organisatie in overeenstemming zijn met de gemeentelijke begroting en van toepassing zijnde wetgeving, verordeningen en regels.
e. voorzitter: de voorzitter van de rekenkamercommissie;
f. intern lid: een lid van de rekenkamercommissie dat op basis van artikel 3, tweede lid door de raad uit zijn midden of uit de lijst met beëdigde fractievertegenwoordigers is benoemd;
g. extern lid: een lid van de rekenkamercommissie dat op basis van artikel 3, derde en vierde lid door de raad van buiten de kring van zijn leden is benoemd.
HOOFDSTUK II Taak, samenstelling en lidmaatschap van de rekenkamercommissie
Artikel 3 Samenstelling van de commissie
Voorts vervullen de leden van de rekenkamercommissie geen betrekkingen die ongewenst zijn met het oog op een goede vervulling van het ambt of handhaving van hun onpartijdigheid en onafhankelijkheid of van het vertrouwen daarin. De betrekkingen die de leden buiten hun lidmaatschap vervullen, worden door de voorzitter openbaar gemaakt.
Alvorens de functie te kunnen uitoefenen, leggen de externe leden van de rekenkamercommissie in de vergadering van de raad, in handen van de voorzitter, de volgende eed (verklaring en belofte) af:
“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de rekenkamercommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.
Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks nog middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.
Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de rekenkamercommissie naar eer en geweten zal vervullen.
HOOFDSTUK III De werkwijze van de rekenkamercommissie
De volgende criteria dienen door de commissie te worden gehanteerd bij de selectie van de te onderzoeken onderwerpen:
De commissie is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.
De commissie stelt de betrokken in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van het onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als betrokkenen aangemerkt worden.
De commissie stelt een onderzoeksprotocol op waarin wordt vastgelegd wat de werkwijze is van de rekenkamercommissie bij de uitvoering van onderzoeken. Zij zendt het onderzoeksprotocol na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.
De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van artikel 10 Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de commissie en degenen die ten behoeve van de commissie werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen in hun hoedanigheid van lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.