Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zeewolde

Regeling Cafetariamodel Zeewolde

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZeewolde
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling Cafetariamodel Zeewolde
CiteertitelRegeling Cafetariamodel van de gemeente Zeewolde
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2014.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Gemeenten, art. 4a:3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-07-201401-01-2014nieuwe regeling

27-05-2014

Elektronisch Gemeenteblad, 01-07-2014

V168

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling Cafetariamodel Zeewolde

Burgemeester en wethouders van de gemeente Zeewolde,

 

gelezen het voorstel van de afdeling Bestuurs- en Management Ondersteuning d.d. 17 maart 2014;

 

gelet op het bepaalde in artikel 4a:3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Gemeenten;

 

gelet op de bereikte overeenstemming met het Georganiseerd Overleg d.d. 14 mei 2014:

 

Besluiten

 

vast te stellen de navolgende Regeling Cafetariamodel Zeewolde

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze Regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    bezoldiging: de bezoldiging, zoals bedoeld in artikel 3:1 CAR-UWO;

  • b.

    bron: een toekomstig loonbestanddeel waarvan de medewerker vrijwillig afstand doet in ruil voor een doel;

  • c.

    CAR: collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten;

  • d.

    doel: de onbelaste vergoeding die een medewerker kan krijgen door het inzetten van een bron;

  • e.

    eindejaarsuitkering: de uitkering, zoals bedoeld in artikel 3:6 CAR-UWO;

  • f.

    fiets: fiets, inclusief fietsaccessoires en fietsverzekering;

  • g.

    medewerker: medewerker als bedoeld in artikel 1:1, lid 1, sub a CAR-UWO;

  • h.

    studie: opleiding/studie voor het vervullen van een beroep in de toekomst of voor het op peil houden van vakkennis;

  • i.

    studiekosten: kosten, gemaakt in het kader van een studie;

  • j.

    UWO: uitwerkingsovereenkomst voor de sector gemeenten;

  • k.

    vakantietoelage: de toelage, zoals bedoeld in artikel 6:3 CAR-UWO;

  • l.

    vakbond: organisatie, zoals bedoeld in artikel 12:1, lid1, sub c en artikel 12:1, lid 3 CAR-UWO;

  • m.

    vakbondscontributie: het geldbedrag dat moet worden betaald voor het lidmaatschap van een vakbond, zoals genoemd bij sub l van dit artikel;

  • n.

    vergoeding vakantie-uren: de vergoeding, zoals bedoeld in artikel 4a:1 CAR-UWO.

Artikel 2. Doelen en Bronnen

  • 1.

    De medewerker die aan de gestelde voorwaarden voldoet, kan ten minste één keer per jaar bronnen ruilen tegen de volgende doelen:

    • -

      een onbelaste vergoeding voor de aanschaf van een fiets voor

      woon-werkverkeer, indien de medewerker niet in aanmerking komt voor een forensenvergoeding;

    • -

      een onbelaste vergoeding voor de voor eigen rekening blijvende reiskosten forensen, indien de medewerker in aanmerking komt voor een forensenvergoeding;

    • -

      een onbelaste vergoeding voor de voor eigen rekening blijvende kosten van een studie;

    • -

      vakbondscontributie.

  • 2.

    Bij de voorwaarden van de doelen is vermeld welke van onderstaande bronnen kunnen worden ingezet:

    • -

      verlaging van de maandelijkse bruto-bezoldiging (onder vrijlating van het wettelijk minimumloon);

    • -

      inhouding op de vakantietoelage;

    • -

      inhouding op de eindejaarsuitkering;

    • -

      vergoeding vakantie-uren;

    • -

      vergoeding uren Timewize (uitsluitend bij aanschaf fiets).

Artikel 3. Gevolgen verlaging bezoldiging

  • 1.

    De verlaging van de bruto bezoldiging, eindejaarsuitkering en vakantietoelage, kan de volgende gevolgen hebben:

    • -

      een verlaging van de grondslag in het kader van de sociale verzekeringswetten;

    • -

      een verlaging van de grondslag voor de berekening van het vakantiegeld;

    • -

      een verlaging van de grondslag voor de berekening van de eindejaarsuitkering;

    • -

      een (eventuele) verlaging van de grondslag voor de berekening van het pensioen;

    • -

      een verlaging van de grondslag bij doorbetaling bij ziekte;

    • -

      een verlaging van de grondslag voor de berekening van werkloosheidsuitkering;

    • -

      een verlaging van de grondslag voor salarisafhankelijke beloningscomponenten;

    • -

      een verlaging van het inkomen in het kader van inkomensafhankelijke subsidies.

Artikel 4 . Algemene voorwaarden

  • 1.

    Een aanvraag voor deelname aan het cafetariamodel vindt plaats via een door het college vastgestelde wijze.

  • 2.

    De deelname moet voldoen aan de fiscale voorschriften.

  • 3.

    Verandering in de fiscale voorschriften kan er toe leiden dat voor deelname moet worden gewacht totdat de cafetariaregeling is aangepast.

  • 4.

    De deelname eindigt:

    • -

      bij beëindiging van het dienstverband;

    • -

      bij overlijden van de medewerker;

    • -

      bij het verstrekken van onjuiste gegevens of onrechtmatig gebruik van de cafetariaregeling. Een naheffing (inclusief rente en boete) van de belastingdienst komt voor rekening van de medewerker;

    • -

      op verzoek van de medewerker, waarbij een opzegtermijn van 1 maand in acht wordt genomen.

  • 5.

    Bij beëindiging van de deelname wordt belastbaar loon dat daardoor te veel in mindering is gebracht via de salarisadministratie bijgeteld als belastbaar loon.

Artikel 5. Voorwaarden aanschaf van een fiets

  • 1.

    Voor de aanschaf van een fiets is een belastingvrije uitruil mogelijk via de in artikel 2 vermelde bronnen voor;

    • -

      maximaal € 749,00 aanschaf fiets;

    • -

      maximaal € 240,00 fietsaccessoires;

    • -

      gangbare fietsverzekering (tot maximaal € 749,00).

  • 2.

    De medewerker kan eenmaal per 36 maanden gebruik maken van de inzet van de bronnen voor de aanschaf van één fiets.

  • 3.

    De verlaging van de bruto-bezoldiging moet betrekking hebben op minimaal een periode van 6 maanden en maximaal 36 maanden.

  • 4.

    Naast de in artikel 4, lid 4, vermelde beëindiging eindigt de deelname:

    • -

      na het verstrijken van de overeengekomen periode, waarbij de totale verrekening van de verschuldigde lening heeft plaatsgevonden;

    • -

      bij verkoop aan derden binnen 36 maanden na aankoop.

  • 5.

    Bij beëindiging van de deelname is een nog verschuldigd bedrag direct opeisbaar. Het nog verschuldigde bedrag wordt verrekend met het salaris. Is bij uitdiensttreding het laatste salaris niet toereikend, dan dient het nog verschuldigde bedrag uiterlijk binnen 1 maand na beëindiging van de deelname te worden voldaan.

  • 6.

    Voor de aanschaf van een fiets geldt dat deze uitsluitend voor eigen gebruik van de medewerker is bedoeld.

  • 7.

    De fiets is eigendom van de medewerker. De werkgever aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid ten aanzien van de aangeschafte fiets.

  • 8.

    Aanschaf fiets: De deelnemer maakt naar eigen keuze een afspraak met een leverancier aangesloten bij NFP.

Artikel 6. Voorwaarden uitruil voor reiskosten forensen

  • 1.

    Voor de medewerker die heen en weer reist tussen de arbeidsplaats en woonplaats en een forensenvergoeding ontvangt, is een belastingvrije uitruil mogelijk via de eindejaarsuitkering.

  • 2.

    De reisafstand wordt bepaald overeenkomstig de routeplanner “ANWB-snelle route”:

    • -

      bij indiensttreding voor de nieuwe medewerkers;

    • -

      bij invoering van de regeling van belastingvrije inruil voor de reiskosten forensen voor de al in dienst zijnde medewerker;

    • -

      bij verhuizing.

  • 3.

    De aanvraag voor de uitruil moet uiterlijk voor 1 november van het betreffende kalenderjaar worden ingediend.

  • 4.

    De hoogte van de belastingvrije uitruil wordt berekend als volgt: 214 werkbare dagen x totale kilometers per dag x € 0,19 per kilometer x aantal reisdagen per week gedeeld door 5 en minus de ontvangen reiskostenvergoeding woon-werkverkeer per jaar.

  • 5.

    De 214 werkbare dagen worden naar evenredigheid toegepast indien het dienstverband van de medewerker in de loop van het kalenderjaar ingaat of eindigt.

  • 6.

    De 214 werkbare dagen worden naar evenredigheid toegepast bij langdurige afwezigheid.

Artikel 7. Voorwaarden uitruil voor studie

Voor de kosten van een studie die niet of gedeeltelijk door de werkgever worden vergoed, is een belastingvrije uitruil mogelijk via de in artikel 3 vermelde bronnen. Bij de aanvraag worden de betaalbewijzen van de kosten gevoegd.

Artikel 8. Voorwaarden uitruil voor vakbondscontributie

  • 1.

    De medewerker, die lid is van een vakbond kan zijn vakbondscontributie tot de maximale belastingvrijstelling laten vergoeden of betaalbaar laten stellen door de salarisadministratie van de werkgever via de in artikel 3 vermelde bronnen.

  • 2.

    Om aanspraak op de uitruil voor de vakbondscontributie te kunnen maken moet de medewerker verklaren en daadwerkelijk aantonen dat hij lid is van een vakbond. Een kopie van het bewijs van de te betalen vakbondscontributie wordt bewaard bij de salarisadministratie.

  • 3.

    Wijzigingen in het bedrag van de vakbondscontributie dienen zo spoedig mogelijk aan de werkgever te worden doorgegeven.

Artikel 9. Onvoorziene gevallen

Voor gevallen waarin dit hoofdstuk niet of niet naar billijkheid voorziet, kan het college een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 10. Slotbepaling

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2014.

  • 2.

    Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling Cafetariamodel van de gemeente Zeewolde”.

Artikel 11. Sluiting

 

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Zeewolde op 27 mei 2014.

de secretaris, de burgemeester,

R.C. van Nunspeet G.J. Gorter