Organisatie | Texel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen |
Citeertitel | Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Jeugd |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | Nieuwe regeling | 21-05-2014 | Raadsbesluit 040 |
Voor peuterplaatsen en vve-peuterplaatsen
1.In deze verordening wordt verstaan onder:
2.De in de verordening gehanteerde begrippen en begripsbepalingen hebben dezelfde betekenis als bedoeld in de wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie, de Algemene wet bestuursrecht en in de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, tenzij daarvan uitdrukkelijk in deze verordening wordt afgeweken.
§ 2. Bepalingen van de vergoeding
Artikel 3 Vereisten aanvrager vergoeding
Aanvragen kunnen worden ingediend door een aanbieder van een voorschoolse voorziening, die staat ingeschreven in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) en voldoet aan de vereisten uit de wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie en de hieruit voortvloeiende regelgeving.
Artikel 7 Voorwaarden vergoeding peuterplaats en VVE-peuterplaats
In aanvulling op de voorwaarden uit de wet worden aan de vergoeding voor peuterplaatsen en VVE-peuterplaatsen de volgende voorwaarden gesteld:
De houder legt in het pedagogisch plan vast op welke wijze het VVE-programma door de hiervoor gecertificeerde beroepskrachten wordt uitgevoerd, hoe de vier onderscheiden ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, sociaal-emotionele ontwikkeling en motoriek zijn ingericht en met welke frequentie kinderen aan het taalintensieve aanbod kunnen deelnemen.
De houder legt in een protocol vast hoe hij zorgt voor de overdracht van de VVE geïndiceerde peuter naar de basisschool. Bij de overdracht is er persoonlijk contact tussen de beroepskracht en de leerkracht, met als doel de school te informeren over de ontwikkeling en de leefsituatie van het kind, de pedagogische en didactische aansluiting en de zorgbehoefte van het kind.
Artikel 11 Vaststelling van de vergoeding
De houder dient binnen acht weken na afloop van het kalenderjaar waarvoor is verleend een aanvraag tot vaststelling in bij het college en verstrekt hierbij een overzicht van het feitelijke aantal bezette peuterplaatsen en/of VVE-peuterplaatsen over het voorbije kalenderjaar, de wijze waarop de ouderbijdragentabel voor peuterplaatsen en VVE-peuterplaatsen is toegepast en de overige gegevens die het college nodig heeft om de vergoeding vast te stellen.
1.In afwijking van artikel 5 onder a geldt dat peuters die voor ingangsdatum van deze verordening al deelnemen aan een VVE-traject op een voorschoolse voorziening het lopende VVE-traject mogen afmaken tot het moment dat de indicatiestelling eindigt (uiterlijk totdat de peuter naar de basisschool gaat).
Artikel 14 Gevallen waarin deze verordening niet voorziet
Het college is bevoegd nadere regels te stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening, in gevallen waarin deze verordening niet voorziet.
Toelichting op de Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen
De begripsbepalingen in de artikelen 1.1 en 1.1a en 2.1 van de Wet kinderopvang en kwaliteitsregels peuterspeelzalen zijn van toepassing op deze verordening. Begrippen die niet in deze artikelen zijn gedefinieerd zijn omschreven en opgenomen in art 1.
§ 2. Bepalingen van de vergoeding
Artikel 3 Vereisten aanvrager vergoeding
De houder van een voorschoolse voorziening kan bij de gemeente een vergoeding aanvragen als tegemoetkoming in de kosten voor een peuterplaats of VVE-peuterplaats gedurende een bepaalde periode. De houder moet ervoor zorgen dat (de inrichting van) de locatie en de opvang voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen en dat de locatie geregistreerd staat in het LRKP. De opvanglocatie waar VVE plaats vindt moet ook voldoen ook aan de vereisten uit het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voor- en vroegschoolse educatie.
Ouders kunnen hun kind aanmelden bij de opvangorganisatie. Het is dan aan de houder om de gegevens van de ouder(s)/verzorger(s) op te vragen (zie artikel 9 lid 4 over de aanvraag van de vergoeding) en te beoordelen of de betreffende ouder aanspraak kan maken op een vergoeding voor kinderopvangtoeslag.
Aan de hand van de bij de ouder(s)/verzorger(s) opgevraagde gegevens en de ouderbijdragentabel (indien van toepassing) bepaalt de houder in hoeverre de ouder(s)/verzorger(s) gebruik kan/kunnen maken van een gemeentelijke vergoeding.
Artikel 4 Te vergoeden activiteiten
De vergoeding is bedoeld als tegemoetkoming in de kosten van peuterplaatsen en VVE-peuterplaatsen om de toegankelijkheid voor alle peuters op Texel te borgen. Doel daarvan is de peuterplaatsen en VVE-peuterplaatsen betaalbaar te houden voor de ouder(s)/ verzorger(s) van het kind dat daarvan gebruik maakt.
Artikel 7 Voorwaarden vergoeding peuterplaats en VVE-peuterplaats
De houders van een voorschoolse voorziening zijn verplicht de locatie te laten registreren in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. De opvang dient te voldoen aan de eisen van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en de hieruit voortvloeiende regelgeving.
Artikel 8 Bevoegdheden college
Het college heeft de bevoegdheid om in aanvulling op deze verordening nadere regels te stellen aan onder meer de uitvoering en kwaliteit van peuterplaatsen en VVE-peuterplaatsen.
Een aanvraag voor een vergoeding moet worden ingediend bij het college van burgemeester en wethouders. Deze aanvraag dient te voldoen aan de eisen zoals genoemd in dit artikel.
De vergoeding wordt voor de duur van een kalenderjaar verstrekt aan de houder die de vergoeding heeft aangevraagd, met daarbij de door de gemeente gevraagde onderbouwing. De VVE-bijdrage is een jaarlijkse vergoeding die de instelling ontvangt voor de extra kosten van een ingevulde VVE-plaats.
Het Consultatiebureau JGZ (Jeugdgezondheidszorg) van de GGD Hollands Noorden begeleidt alle kinderen op Texel bij hun groei, gezondheid en opvoeding. De consultatiebureauarts is degene die de behoefte aan VVE bij het kind, op basis van door de gemeente vastgestelde criteria, kan herkennen en middels indicatiestelling vastlegt. Deze indicatiestelling vormt de grondslag voor de tegemoetkoming in de kosten voor VVE van de gemeente. Het kan dan gaan om een geldigheidsduur voor een beperkte termijn, maar ook om een geldigheidsduur voor onbepaalde tijd. In het indicatieadvies zal hierover een uitspraak moeten worden gedaan.
Artikelen 10 en 11 Verlening en vaststelling van de vergoeding
De beschikking is een besluit in de zin van artikel 1:3 van de Awb. Dit betekent dat tegen het besluit bezwaar kan worden gemaakt en beroep kan worden ingesteld.
Artikel 13 Plafond in de begroting
De gemeenteraad stelt jaarlijks in de begroting een plafond vast voor peuterplaatsen. Als het plafond bereikt is, worden er geen aanvragen meer toegekend. Het financieel plafond betreft niet de VVE-peuterplaatsen aangezien dat een gemeentelijke verplichting betreft vanuit de wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (2010).