Organisatie | Groningen (Gr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Logiesbelasting |
Citeertitel | Verordening Logiesbelasting |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening Logiesbelasting |
Voor het eerst vastgesteld bij raadsbesluit van 23 februari 2000
Gemeentewet, art. 224
Beleidsregels bestuurlijke boeten gemeentelijke belastingen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | 01-01-2014 | art. 6 | 16-12-2010 Gemeenteblad, 2009, 138 | Rb 554 |
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
één-ster-categorie : minimaal vier kamers. Op alle kamers een wastafel met voortdurend beschikbaar warm en koud water. Ten minste een derde van de kamers (met een minimum van zes) dient te beschikken over vaste verwarming bij de rest: bijplaatsing mogelijk. Ten minste een bad en/of douche per tien kamers.
Ten minste een toilet per tien kamers. Mogelijkheid tot het verkrijgen van ontbijt. Telefoon voor algemeen gebruik. Verwarming in voor alle gasten toegankelijke ruimten.
twee-sterren-categorie : privé bad of douche en privétoilet bij 25% van de kamers.
Alle kamers vaste individueel regelbare verwarming. Indien maaltijden worden geserveerd dient er een eetzaal te zijn.
Een telefooncel of geluiddempende kap. Bar of gelegenheid tot het verkrijgen van consumpties. Een lift bij meer dan drie etages. Voorziening tot schoenpoetsen. Bij afwezigheid van bagage- wagentje, bagagetransport;
vier-sterren-categorie : privé bad of douche en privétoilet bij 80% van de kamers. Lift bij meer dan één etage. Mogelijkheid tot serveren van ontbijt op alle kamers. Een fauteuil per bed. Radio op verzoek. Conciërge/ receptie ook 's nachts. Telefoon op alle kamers. Bar. Schrijfkaptafel op alle kamers;
niet-beroepsmatig verhuurde ruimten : woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur aangeboden;
van een asielzoeker, zijnde een vreemdeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Vreemdelingenwet die een asielverzoek heeft ingediend waarover nog geen onherroepelijke beslissing is genomen, van degene die een asielverzoek heeft ingediend waarop negatief is beslist en van een verblijfsgerechtigde, die op basis van artikel 9, 10 of 15 van voornoemde wet een verblijfsvergunning heeft, voor zover deze personen verblijf houden in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2, in het kader van de centrale opvang onder verantwoordelijkheid van het ZBO Centrale Opvang Asielzoekers.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.