Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leek

Beleidsregels Geluiddragende evenementen gemeente Leek 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeek
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Geluiddragende evenementen gemeente Leek 2014
CiteertitelBeleidsregels Geluiddragende evenementen gemeente Leek 2014
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp
Externe bijlageBeleidsnotitie Geluiddragende evenementen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Beleidsnotitie is als bijlage bijgevoegd

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Activiteitenbesluit milieubeheer, art. 2.17
  2. Activiteitenbesluit milieubeheer, art. 2.19
  3. Activiteitenbesluit milieubeheer, art. 2.20
  4. Activiteitenbesluit milieubeheer, art. 6.12
  5. Algemene plaatselijke verordening gemeente Leek 2012, art. 4:1
  6. Algemene plaatselijke verordening gemeente Leek 2012, art. 4:2
  7. Algemene plaatselijke verordening gemeente Leek 2012, art. 4:3

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-05-201406-04-2018Nieuwe regeling

06-05-2014

Gemeenteblad, 15-05-2014

2014002423

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Geluiddragende evenementen gemeente Leek 2014

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leek;

 

gelezen het advies met registratienummer 2014002423;

 

gelet op artikelen 2.17, 2.19, 2.20 dan wel 6.12 van het Activiteitenbesluit milieubeheer;

 

gelet op artikelen 4:1, 4:2 en 4:3 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Leek 2012;

 

B E S L U I T :

 

vast te stellen de beleidsregels Geluiddragende evenementen gemeente Leek 2014:

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1

Deze beleidsregels zijn van toepassing op de normen en eindtijden, alsmede het toezicht zoals bedoeld in de beleidsnotitie Geluiddragende evenementen gemeente Leek 2014.

Hoofdstuk 2 Normen en eindtijden

Artikel 2 Grenswaarde en geluidbeperkende maatregelen

  • a.

    Het geluidniveau op de gevel van het dichtstbijzijnde geluidsgevoelig object (woning) mag niet meer bedragen dan 75 dB(A) en 90 dB(C).

  • b.

    Het terreinniveau mag niet meer bedragen dat 103 dB(A). Bij geluiddragende muziekevenementen in de buitenlucht op één van de door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde terreinen gelden verrekende geluidsnormen op vaste meetpunten die in XY-coördinaten worden uitgedrukt. De verrekende normen en coördinaten staan vermeld in de verleende vergunning of ontheffing.

  • c.

    Het college van burgemeester en wethouders kan als voorwaarde in de ontheffing, afhankelijk van het soort geluidsevenement, bepalen dat een door het bevoegd gezag goedgekeurde installatie moet worden gebruikt ter voorkoming en/of reducering van basgeluid en trillingen.

  • d.

    Het college van burgemeester en wethouders kan als voorwaarde in de ontheffing bepalen dat een door het bevoegd gezag goedgekeurde en verzegelde geluidsbegrenzer moet worden geplaatst.

  • e.

    Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat er preventieve maatregelen moeten worden gebruikt of aangeboden ter voorkoming van gehoorschade.

  • f.

    Het college van burgemeester en wethouders behoudt zich het recht om in uitzonderlijke gevallen af te wijken van de grenswaarden genoemd onder a en b.

Artikel 3 Eindtijden

De maximale eindtijden van de ontheffing zijn vastgesteld op:

  • -

    Zondag tot en met donderdag: 24.00 uur

  • -

    vrijdag en zaterdag: 02.00 uur

  • -

    De nacht van Leek: 02.00 uur

    (de nacht van zondag op maandag tijdens het pinksterweekeinde)

  • -

    De nacht van Zevenhuizen: 04.00 uur

    (de tweede vrijdagnacht tijdens de feestweek Zevenhuizen)

  • -

    De jaarwisseling (de nacht van 31 december op 1 januari) 06.00 uur

Hoofdstuk 3 Toezicht

Artikel 4 Meetsystemtahiek

De wijze van meten wordt vastgelegd in de evenementenvergunning of ontheffing. De volgende voorschriften worden opgenomen:

a. Voorschriften ter voorkoming van gehoorschade

  • 1.

    Het gemiddelde equivalente geluidsniveau wordt beperkt tot ten hoogste Leq=103 dB(A), gemeten over 15 minuten.

  • 2.

    De piekbelasting van de geluidsdruk bedraagt maximaal 200 Pascal.

  • 3.

    Onder geluidsniveau wordt verstaan het Leq-niveau in dB(A) gemeten over een periode van 15 minuten aan de mengtafel op een hoogte van 2 meter boven de vloer.

  • 4.

    Het college kan in afwijking van 3. de onder 1 en 2 genoemde normstelling doorrekenen naar een vast meetpunt zoals deze geldt onder 12.

  • 5.

    De onder 2 genoemde piekbelasting kan in de vergunning zowel naar boven als naar beneden worden bijgesteld.

b. Zonder plattegrond

  • 6.

    Het gemiddelde geluidsniveau veroorzaakt door het maken van muziek door een live optredende artiest mag niet meer bedragen dan 75 dB(A) en 90 dB(C) op de dichtstbijzijnde gevel van een woning of ander geluidgevoelig object, gemeten één meter voor de gevel.

  • 7.

    Onder het gemiddelde geluidsniveau wordt verstaan, het in de meterstand Leq (“Fast”) gemeten niveau gedurende minimaal één minuut; bij fluctuaties van het geluidsniveau tijdens het evenement moet ook het hoogste gemiddelde niveau aan de toegestane norm voldoen.

  • 8.

    Indien het geluid wordt voortgebracht door geluidinstallaties ten behoeve van achtergrondmuziek, pauzemuziek, verslaggeving of commentaar tijdens een evenement geldt eveneens een norm van maximaal 75 dB(A) en 90 dB(C) op de dichtstbijzijnde gevel van een woning of ander geluidgevoelig object.

  • 9.

    Metingen en berekeningen ter controle van voornoemde geluidniveaus vinden plaats overeenkomstig de Handleiding rekenen en meten industrielawaai 1999 (HRMI‐99); in tegenstelling tot de HRMI‐99 worden op het gemeten signaal in dB(A) of dB(C) geen correcties meer toegepast en mogen metingen ook uitgevoerd worden met een type 2 geluidniveaumeter, volgens de specificaties van IEC‐publicatie 651: 1979.

  • 10.

    In tegenstelling tot hetgeen onder 8 is aangegeven wordt wel een correctie toegepast voor stoorgeluid, voor zover en indien dat aanwezig is.

  • 11.

    Metingen vinden plaats op een hoogte van minimaal 1,5 m; in geval het geluidniveau op de gevel van een geluidgevoelig gebouw wordt vastgesteld, wordt de gevel op de begane grond ook als gevel gezien van het geluidgevoelig gebouw waarvan geluidgevoelige ruimten op de hoger gelegen etages aanwezig zijn.

  • 12.

    Voor een meting kan ook een referentiepunt worden gekozen. Het daar gemeten niveau wordt conform de HRMI‐99 teruggerekend naar de dichtstbijzijnde woning of een op de plattegrond aangegeven meetlocatie.

c. Met plattegrond

Indien gebruikgemaakt wordt van meetpunten op een plattegrond, behorende bij de vergunning worden de voorschriften vermeld onder "zonder plattegrond" aangevuld/gewijzigd met:

  • 13.

    Het gemiddelde geluidsniveau veroorzaakt door het maken van muziek en het gebruik van de omroepinstallatie mag niet meer bedragen dan de waarden op de, op een bij deze vergunning horende plattegrond, aangegeven meetlocaties; als de locatie voor een gevel is gelegen wordt één meter voor deze gevel gemeten.

d. Continue meting, registratie via internet

Indien gebruikgemaakt wordt van een continue meting met een vaste meetopstelling worden de volgende voorschriften hieraan toegevoegd:

  • 14.

    De vergunninghouder is verplicht continu, gedurende het gehele evenement, geluidsmetingen te (laten) verrichten; deze metingen moeten worden verricht op de meetlocaties zoals aangegeven op de plattegrond bij deze vergunning, met een geluidmeter die geschikt is voor het vaststellen van het gemiddelde geluidniveau (Leq), in dB(A) en dB(C). Gelijktijdig met de metingen moet het audiosignaal worden opgenomen.

  • 15.

    Ten behoeve van de vergunninghouder en de medewerkers die belast zijn met het toezicht moet het gemeten niveau en het opgenomen audiosignaal vrijwel direct via een internetverbinding beschikbaar zijn.

  • 16.

    Hiertoe moet de vergunninghouder ter plaatse van de geluidinstallatie voor het evenement, beschikken over een voor dit doel geschikte internetverbinding en geschikt medium waarmee de gemeten geluidniveaus vrijwel direct zijn af te lezen.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 5 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking op de dag nadat deze bekendgemaakt is.

  • 2.

    Dit besluit kan aangehaald worden als beleidsregels Geluiddragende evenementen gemeente Leek 2014.

Aldus besloten in de vergadering

van burgemeester en wethouders

van de gemeente Leek,

d.d. 6 mei 2014.

B.C. Hoekstra, burgemeesterR. Thedinga, l.-secretaris