Artikel 1 Begripsbepaling
In dit besluit wordt verstaan onder:
- a.
afdeling: iedere organisatie-eenheid binnen de gemeentelijke
organisatie die op grond van dit besluit een eigen
verantwoordingsplicht aan de algemeen directeur heeft.
- b.
budgethouder: ambtenaar van de gemeente aan wie middelen zijn
toegekend in de vorm van budgetten of investeringskredieten en aan
wie het (onder-)mandaat is toegekend bestedingen te verrichten ten
laste van de aan hem toegekende budgetten en
investeringskredieten.
- c.
juridische rechtmatigheid: het voldoen van beheershandelingen en de
vastlegging daarvan aan gemeentelijke-, nationale - en Europese wet-
en regelgeving.
- d.
financiële rechtmatigheid: het voldoen van beheershandelingen en de
vastlegging daarvan aan gemeentelijke-, nationale- en Europese wet-
en regelgeving op het gebied van de uitgangspunten voor het
financieel beleid, de regels voor het financieel beheer en de
inrichting van de financiële organisatie.
§ 1 De ambtelijke organisatie
Artikel 2 Organisatie-eenheden
De ambtelijke organisatie van de gemeente is, afgezien van de griffie,
ingedeeld in de volgende afdelingen:
- a.
- b.
afdeling Bedrijfsvoering;
- c.
afdeling Dienstverlening;
- d.
afdeling Ontwikkeling en Beheer.
Artikel 3 Hoofdtaken van de staf
De algemene taak van de staf is de zorg voor de beleidsontwikkeling, de
werkvoorbereiding, de werkuitvoering en de evaluatie gericht op het gebied
van:
- a.
Algemeen bestuurlijke aangelegenheden;
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
- h.
alsmede het daarover verantwoording afleggen.
Artikel 3a Hoofdtaken van de afdeling Bedrijfsvoering
De algemene taak van de afdeling Bedrijfsvoering is de zorg voor de
beleidsontwikkeling, de werkvoorbereiding, de werkuitvoering en de evaluatie
gericht op het gebied van:
- a.
Gemeentelijke financiële administratie;
- b.
- c.
- d.
- e.
Informatiebeleid en interne informatievoorziening;
- f.
- g.
- h.
Investering bedrijfsmiddelen;
- i.
Huisvesting van de organisatie;
- j.
Ondersteuning bedrijfsprocessen;
- k.
alsmede het daarover verantwoording afleggen.
Artikel 3b Hoofdtaken van de afdeling Dienstverlening
De algemene taak van de afdeling Dienstverlening is de zorg voor de
beleidsontwikkeling, werkvoorbereiding, de werkuitvoering en de evaluatie
gericht op het gebied van:
- a.
- b.
Algemene Plaatselijke Verordening;
- c.
Drank- en Horecawetgeving;
- d.
- e.
Ruimtelijke ontwikkeling;
- f.
- g.
Handhaving bouwregelgeving en ruimtelijke ontwikkeling;
- h.
- i.
- j.
- k.
Beleid gericht op het bereiken van een zoveel mogelijk gelijkwaardig
potentieel voor deelname aan de maatschappij;
- l.
- m.
- n.
- o.
- p.
Subsidies voor verenigingen;
- q.
- r.
Regionale samenwerking binnen de domeinen Samenleving en
Veiligheid;
alsmede het daarover verantwoording afleggen.
Artikel 3c Hoofdtaken van de afdeling Ontwikkeling en Beheer
De algemene taak van de afdeling Ontwikkeling en Beheer zorg voor de
werkvoorbereiding, de werkuitvoering en de evaluatie gericht op het gebied
van:
- a.
Beheer en onderhoud van de openbare ruimte en begraafplaatsen;
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
Ontwikkeling en inrichting nieuwe woongebieden;
- g.
Regionale samenwerking binnen de domeinen Ruimte, Economie en
Landschap,
alsmede het daarover verantwoording afleggen.
Artikel 4 Structuur afdelingen
- 1.
De afdelingen zijn ingedeeld op basis van de hoofdtaken genoemd in
de artikelen 3, 3a, 3b en 3c.
- 2.
Voor wijzigingen van de indelingen van de organisatie in afdelingen
of de toewijzing van taken aan afdelingen betrekt het college vooraf
de algemeen directeur (secretaris).
- 3.
De secretaris overlegt de verandering met het gemeentelijke
managementteam.
- 4.
De algemeen directeur (secretaris) kan in overleg met het
gemeentelijke managementteam de hoofdtaken en de toedeling daarvan
aan afdelingen nader preciseren en daartoe aanwijzingen geven.
Artikel 5 Leiding dagelijks beheer
- 1.
Onder de verantwoordelijkheid van het college berust de zorg voor
het dagelijks beheer van de ambtelijke organisatie, met uitzondering
van de griffie, bij de secretaris. Hij is algemeen directeur. Hij
kan uit eigen beweging aanwijzingen geven aan de afdelingshoofden en
aanwijzingen geven om de kwaliteit van het gemeentelijk beleid en de
samenhang van het gemeentelijk beleid te verzekeren.
- 2.
Onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur (secretaris)
berust het dagelijks beheer van een afdeling bij het afdelingshoofd
van de afdeling.
- 3.
De functie van afdelingshoofd van de staf wordt uitgeoefend door de
algemeen directeur (secretaris).
- 4.
Voor de uitoefening van één of meer van zijn bevoegdheden verleent
het college mandaten en volmachten aan de algemeen directeur
(secretaris). Onder mandaat wordt verstaan: de bevoegdheid om in
naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen (artikel 10:1
Algemene wet bestuursrecht).
- 5.
Indien een ander mandaat wordt gegeven dan het in het voorgaan de
lid genoemde dan zal dat in de mandatenlijst expliciet worden
vermeld.Indien in een verleend mandaat het verlenen van
ondermandaten niet is uitgesloten, is de functionaris aan wie het
desbetreffende mandaat is verleend, bevoegd tot het verlenen van
ondermandaten.
Artikel 6 Functionarissen financiële
organisatie (inclusief
administrateur
1.Het college stelt hierover nadere regels op. De meest actuele regels ten
tijde van het vaststellen van dit document zijn te vinden in het
treasurystatuut onder IRS 2010/469.
Artikel 7 Benoeming, schorsing, ontslag en vervanging
functionarissen
- 1.
Het college wijst de afdelingshoofden aan als locosecretaris. Bij
afwezigheid van de algemeen directeur (secretaris) wordt zijn
functie uitgeoefend door één van de locosecretarissen.
- 2.
de algemeen directeur wijst de plaatsvervangende afdelingshoofden
aan. De afdelingshoofden worden vervangen door afdelingshoofden
(horizontale vervanging). Bij afwezigheid van het afdelingshoofd
wordt zijn functie uitgeoefend door het plaatsvervangend
afdelingshoofd.
- 3.
Bij afwezigheid van de beheerder financiën en van de administrateur
regelt het afdelingshoofd bedrijfsvoering vervanging.
- 4.
De algemeen directeur (secretaris) wordt benoemd, geschorst en
ontslagen door het college.
- 5.
De afdelingshoofden worden op voordracht van de algemeen directeur
(secretaris) benoemd, geschorst en ontslagen door het college.
Artikel 8 Ondersteunende werkzaamheden deelneming in
rechtspersonen
- 1.
Bij oprichting en deelneming in rechtspersonen als bedoeld in het
tweede lid van artikel 160 van de Gemeentewet, bepaalt de secretaris
na raadpleging van het college, welke afdelingen ten behoeve van de
vertegenwoordigers van het gemeentebestuur ter zake ondersteunende
werkzaamheden verrichten.
- 2.
Ambtenaren die als vertegenwoordiger van het gemeentebestuur deel
uitmaken van enig bestuur of raad van rechtspersonen, zijn verplicht
om op nader door het college te bepalen wijze verslag uit te brengen
aan het college omtrent hun werkzaamheden als bestuurslid van de
desbetreffende rechtspersoon.
- 3.
De in het tweede lid genoemde vertegenwoordigers van het
gemeentebestuur in door het college opgerichte rechtspersonen en de
in het eerste lid aangewezen afdelingen bevorderen voor zover
mogelijk, dat het beheer van deze rechtspersonen voldoet aan de
regels, die gelden voor de gemeentelijke afdelingen.
§ 2 Functies
Artikel 9 Algemeen directeur (secretaris)
1.Onder de bestuurlijke verantwoordelijkheid van het college berust het
dagelijks beheer van de
ambtelijke organisatie, met uitzondering van de griffie, bij de algemeen
directeur (secretaris).
- 2.
Ten aanzien van de ambtelijke organisatie met uitzondering van de
griffie heeft de algemeen directeur (secretaris) onverminderd de
gezamenlijke verantwoordelijkheid van het managementteam en de
bevoegdheden van de afdelingshoofden de eindverantwoordelijkheid
voor:
- a)
een voldoende kwaliteit van de ambtelijke advisering en
ondersteuning van de bestuursorganen;
- b)
het tijdig en toereikend voorzien van de bestuursorganen van
de nodige ambtelijke adviezen en ondersteuning;
- c)
de planning van de activiteiten en de uitvoering daarvan met
inachtneming van het door de bestuursorganen ter zake
vastgestelde beleid;
- d)
de coördinatie en samenhang van het handelen van de
organisatieonderdelen van de ambtelijke organisatie;
- e)
de juridische- en financiële rechtmatigheid, de
doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gemeentelijke
beleid en beheer;
- f)
de voorbereiding en uitvoering van de begroting alsmede de
verantwoording over het gevoerde beleid;
- g)
de tijdige implementatie van nieuwe en gewijzigde wet- en
regelgeving.
- 3.
De algemeen directeur (secretaris) oefent zijn taak op grond van dit
artikel waar nodig uit in nauwe samenwerking met het
managementteam
- 4.
De burgemeester houdt jaarlijks een gesprek met de algemeen
directeur (secretaris) over zijn functioneren. Op verzoek van een
van beiden wordt hierbij ook een beoordeling gegeven.
Artikel 10 Ondersteuning college
- 1.
De algemeen directeur (secretaris) draagt onverminderd de
verantwoordelijkheid van de burgemeester de zorg voor een goede
voorbereiding van de vergaderingen van het college.
- 2.
De algemeen directeur (secretaris) draagt desgevraagd en uit eigen
beweging er zorg voor dat de leden van het college over alle
informatie kunnen beschikken die zij behoeven om hun functie goed te
kunnen uitoefenen
- 3.
De algemeen directeur (secretaris) adviseert desgevraagd het college
bij het nemen van beslissingen.
- 4.
De algemeen directeur (secretaris) is verantwoordelijk voor een snel
en adequaat verloop van de voorbereiding van de besluitvorming.
- 5.
De algemeen directeur (secretaris) is verantwoordelijk voor een
tijdige en correcte uitvoering van de beslissingen van het college.
- 6.
De algemeen directeur (secretaris) draagt zorg voor het bijhouden
van een presentielijst, het vastleggen van de beslissingen van het
college in een besluitenlijst en het openbaar maken van de
besluitenlijst van het college.
- 7.
Ten aanzien van de in dit artikel omschreven taken kan het college
de algemeen directeur (secretaris) nadere regels stellen.
Artikel 11 Ondersteuning commissies
Tenzij bij afzonderlijke
regeling anders is bepaald, is artikel 10 van overeenkomstige toepassing met
betrekking tot door het college ingestelde bestuurscommissies.
Artikel 12 Informatieplicht
De algemeen
directeur (secretaris) draagt er zorg voor dat de afdelingshoofden tijdig op
de hoogte worden gesteld van alle door de raad en het college genomen
besluiten waaraan consequenties voor de betreffende afdeling zijn verbonden.
Artikel 13 Aansturing afdelingshoofden
- 1.
Onder de bestuurlijke verantwoordelijkheid van het college berust de
zorg voor het dagelijks beheer van de ambtelijke organisatie bij de
algemeen directeur (secretaris). Hij bevordert, onverminderd de
verantwoordelijkheid van de afdelingshoofden, de samenwerking en
samenhang tussen de organisatorische eenheden. Hij kan na overleg
met het college aanwijzingen geven aan de afdelingshoofden om die
samenwerking en samenhang te verzekeren.
- 2.
De algemeen directeur (secretaris) voert met ieder afdelingshoofd de
beoordelingsgesprekken en functioneringsgesprekken conform de
vigerende regeling.
Artikel 14 Afdelingshoofd Bedrijfsvoering
Onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur draagt het
afdelingshoofd bedrijfsvoering de zorg voor:
- a.
- b.
het coördineren van en ondersteunen bij het opstellen van de
afdelingsplannen;
- c.
het opzetten en in stand houden van de administratieve organisatie
en het planning en control systeem van de gemeente. Hij legt de
administratieve organisatie en het planning en control systeem vast
in beschrijvingen van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden,
alsmede in procedures, werkafspraken en tijdsplanningen. Het geheel
wordt ter goedkeuring aan het college voorgelegd;
- d.
de bewaking van de financiële planning van de gemeentelijke
begrotingscyclus en de aansluiting daarvan op de beleidsplanning, de
afdelingsplannen en het door de raad vastgestelde beleid;
- e.
de voorbereiding en de uitvoering van de periodieke onderzoeken naar
de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college
gevoerde bestuur. Hij neemt hierbij de kaders uit de “Verordening
onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente
Korendijk” in acht;
- f.
de voorbereiding en de begeleiding van de aanbesteding van de
accountantscontrole van de gemeenterekening. Hij treedt hierbij op
in nauw overleg met de griffier. Hij draagt eveneens de zorg voor de
facilitering van de accountant bij de voorbereiding en uitvoering
van de accountantscontrole en neemt hierbij het gestelde in artikel
5 van de “Controleverordening gemeente Korendijk “ in acht en ziet
er op toe, dat ook de andere ambtenaren van de gemeente deze regels
in acht nemen;
- g.
de bewaking van de financiële rechtmatigheid. In dit kader doet hij
voorstellen aan het college over het (doen) uitvoeren van
audits;
- h.
het toetsen van beleidsvoornemens en voorstellen aan het college op
bedrijfseconomische aspecten.
- 2.
Het afdelingshoofd bedrijfsvoering treedt bij de uitoefening
van zijn taken in nauw overleg op met de algemeen directeur
(secretaris), geeft advies aan de afdelingshoofden, voor
zover het middelenbeheer, de administratieve organisatie,
het planning en control systeem, de informatievoorziening,
de financiële rechtmatigheid, de doelmatigheid en
doeltreffendheid en de voorbereiding en ondersteuning van de
accountantscontrole betreft.
- 3.
Het afdelingshoofd bedrijfsvoering is tevens
gemeentecontroller. Vanuit die functie kan het
afdelingshoofd bedrijfsvoering gevraagd en ongevraagd
rechtsreeks aan het college adviseren.
Artikel 15 Afdelingshoofd
- 1.
Onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur (secretaris)
draagt een afdelingshoofd met in achtneming van de gemeentebrede
kaders de zorg voor: het opstellen van en de uitvoering van het
afdelingsplan, de bewaking van de juridische rechtmatigheid bij de
uitvoering van het afdelingsplan, de uitvoering van de aan de
afdeling toegewezen bestuursopdrachten, het opvolgen van de
aanwijzingen van de algemeen directeur.
- 2.
Onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur (secretaris)
draagt een afdelingshoofd met in achtneming van de gemeentebrede
kaders de zorg voor: het middelen beheer van de afdeling, het in
stand houden van de administratieve organisatie van de afdeling, het
bijhouden van de aan zijn afdeling toegewezen administraties, het
tijdig en volledig aanleveren van de juiste bestuurlijke informatie,
en de bewaking van de financiële rechtmatigheid bij de uitvoering
van de taken van de afdeling.
- 3.
Elk afdelingshoofd is belast met het opstellen van een procedure,
waarin wordt aangegeven op welke wijze de afdeling omgaat met
vragen, suggesties en klachten van burgers en hoe de algemeen
directeur (secretaris) over deze burgerreacties wordt geïnformeerd.
- 4.
Een afdelingshoofd draagt de zorg voor het toetsen van voorstellen
die in opdracht van het college (via de algemeen directeur
(secretaris)) voor het college worden voorbereid, op:
- -
de tijdigheid, de juistheid en de volledigheid van de
gegeven informatie;
- -
de juridische rechtmatigheid, de financiële rechtmatigheid,
de doelmatigheid en doeltreffendheid,
alsmede de aanwijzing van ambtenaren van de afdeling, die de
verantwoordelijkheid zullen dragen voor de uitvoering van de voorgestelde
besluiten.
§ 3 Financiële organisatie
Artikel 16 Afdelingshoofd bedrijfsvoering
- 1.
Onder de verantwoordelijkheid van het afdelingshoofd bedrijfsvoering
draagt de afdeling bedrijfsvoering zorg voor:
- a)
het opstellen van de gemeentebegroting en de aansluiting op
de daaraan ten grondslag liggende werk- en
middelenplannen;
- b)
het opstellen van de voor- en najaarsnota en de jaarrekening
en het jaarverslag voor de gemeente als geheel;
- c)
het in stand houden en het juiste gebruik van het
gemeentelijke rekeningschema en de gemeentelijke
productenlijst;
- d)
de tijdigheid, de volledigheid, de juistheid en de
toereikendheid van de onder zijn verantwoordelijkheid
gevoerde administraties en verstrekte informatie;
- 2.
Onder de verantwoordelijkheid van het afdelingshoofd bedrijfsvoering
draagt de afdeling bedrijfsvoering tevens de zorg voor de afdrachten
sociale premies, de aangiften rijksbelastingen, de declaraties BTW
compensatiefonds en de kwartaalaanlevering van financiële gegevens
aan het CBS.
Artikel 17 Vermogensbeheer (beheerder
gemeentefinanciën en kassier)
- 1.
De beheerder gemeentefinanciën is verantwoordelijk voor de
uitvoering van het beheren en doen beleggen van overtollige
financiële middelen en het aantrekken van financiële middelen bij
een tekort. De beheerder gemeentefinanciën voert de aan hem
toegewezen taken uit in nauwe samenwerking met het hoofd financiën.
- 2.
De beheerder gemeentefinanciën voert zijn taken uit onder toezicht
van het afdelingshoofd bedrijfsvoering (gemeentecontroller) en
binnen de kaders van de “Wet Financiering decentrale overheden” en
de “Financiële verordening gemeente Korendijk” en het besluit
“Treasurystatuut gemeente Korendijk”.
- 3.
Het afdelingshoofd bedrijfsvoering is verantwoordelijk voor het
tijdig nemen van de vereiste invorderingsmaatregelen en van de
wettelijke vervolgingsmaatregelen bij het in gebreke blijven van
debiteuren.
- 4.
Onder de verantwoordelijkheid van de beheerder gemeentefinanciën
berust de zorg voor het chartale kasbeheer inzake
debiteurenbetalingen bij de kassiers van de afdeling bedrijfsvoering
en Dienstverlening. De kassiers zijn belast met alleen de inning van
debiteurenbetalingen in contant geld en dienen zorg te dragen voor
minimaal wekelijkse afstorting van overtollige gelden aan de
beheerder gemeentefinanciën en een deugdelijke afrekening van de
verkregen ontvangsten aan de beheerder gemeentefinanciën en de
administrateur.
Artikel 18 Administratie
- 1.
De administratie voor de bedrijfsvoering van de gemeente bestaat
uit:
- a.
de financiële administratie van de gemeente als geheel en de
niet per afdeling verbijzonderde administraties;
- b.
de per afdeling verbijzonderde administraties.
- 2.
De afdeling bedrijfsvoering voert de financiële administratie van de
gemeente en de niet per afdeling verbijzonderde administraties.
- 3.
Iedere afdeling voert de door het afdelingshoofd bedrijfsvoering
toegewezen per afdeling verbijzonderde administraties.
- 4.
Ieder administratie wordt gevoerd overeenkomstig het “Besluit
begroting en verantwoording provincies en gemeenten”, de verordening
opgesteld op grond van artikel 212 Gemeentewet en de
inrichtingseisen, zoals vastgesteld door het afdelingshoofd
bedrijfsvoering.
§ 4 Gemeentelijk managementteam
Artikel 19 Gemeentelijk managementteam
- 1.
De algemeen directeur(secretaris) en de afdelingshoofden vormen het
gemeentelijk managementteam.
- 2.
De secretaris is voorzitter van het gemeentelijk
managementteam.
- 3.
Bij afwezigheid van de algemeen directeur (secretaris) treedt een
afdelingshoofd op als voorzitter van het gemeentelijk
managementteam. Ingeval van afwezigheid van een lid van het
gemeentelijk managementteam anders dan de secretaris worden de taken
/ belangen van het afwezige afdelingshoofd behartigd door de conform
artikel 7 aangewezen vervanger.
- 4.
De voorzitter van het gemeentelijk managementteam stelt de
vergaderdata en de agenda voor de vergaderingen van het gemeentelijk
managementteam vast. Ieder lid van het gemeentelijk managementteam
kan zaken voor plaatsing op de agenda bij de voorzitter indienen en
de voorzitter verzoeken in bijzondere omstandigheden een extra
vergadering bijeen te roepen. De voorzitter zorgt er voor, dat de
agenda en bijbehorende stukken worden gereed gemaakt en zo mogelijk
ten minste twee dagen voor de vergadering in het bezit zijn van de
leden van het gemeentelijk managementteam.
- 5.
Indien de agenda daartoe aanleiding geeft, nodigt de voorzitter
andere dan de in het eerste lid bedoelde leden uit om aan een
desbetreffende vergadering van het gemeentelijk managementteam deel
te nemen.
- 6.
De voorzitter neemt, gehoord de meningsvorming binnen het
gemeentelijk managementteam, de benodigde besluiten. Hierbij wordt
bij voorkeur een besluit genomen dat door de meerderheid van het
gemeentelijk managementteam wordt gesteund. De algemeen directeur
draagt, ook bij afwezigheid in een vergadering, de
eindverantwoordelijkheid voor de besluitvorming.
Artikel 20 Taken gemeentelijk
managementteam
Het gemeentelijk managementteam heeft tot doel het goed functioneren van de
ambtelijke organisatie te bevorderen door middel van:
- a.
de coördinatie van en de advisering over het middelenbeleid;
- b.
het vaststellen van de inhoud van afdelingoverstijgende
adviezen;
- c.
de coördinatie van activiteiten tussen afdelingen onderling en in
relatie tot het bestuur;
- d.
de coördinatie van de planning, prioriteitenstelling en voortgang
van de beleidsvoorbereiding, beleidsuitvoering en
verantwoording;
- e.
de informatie-uitwisseling van gemeenschappelijke zaken;
- f.
signaleren en oplossen van personele knelpunten;
- g.
tijdig signaleren van relevante ontwikkelingen.
§ 5 Beleidsvoorbereiding, begroting, beleidsuitvoering en
rekening
Artikel 21 Bestuursopdrachten
- 1.
Voor de beleidsvoorbereiding kan het college bestuursopdrachten
geven aan de algemeen directeur (secretaris).
- 2.
Een bestuursopdracht geeft het kader aan voor de inbreng bij het
ontwikkelen van beleid.
- 3.
De algemeen directeur (secretaris) draagt de zorg voor uitvoering
van bestuursopdrachten door de ambtelijke organisatie.
Artikel 22 Begrotingscyclus
De gemeentelijke begrotingscyclus omvat de volgende stukken:
- a.
- b.
de begroting inclusief het beleidsplan en het investeringsplan;
- c.
de productraming en afdelingsplannen;
- d.
- e.
- f.
de jaarrekening en het jaarverslag.
Artikel 23 Budgettoedeling en
begrotingsuitvoering
- 1.
Op basis van de door de raad vastgestelde begroting en het
investeringsplan stelt het college de productraming en de
investeringskredieten vast. Het college wijst de producten met
bijbehorende budgetten uit de productraming en de
investeringskredieten toe aan de afdelingen.
- 2.
Op basis van de begroting, de beleidsplannen, de vastgestelde
investeringskredieten en de productraming van de gemeente,
analyseert het afdelingshoofd bedrijfsvoering in overleg met de
afdelingshoofden en de algemeen directeur (secretaris) de benodigde
doorwerking voor elke afdeling in het afdelingsplan, waarvan de
begroting van de afdeling en het investeringsplan van de afdeling
deel uitmaken. De afdelingshoofden voeren de wijzigingen door.
- 3.
In een afdelingsplan worden de beoogde doelen, taken, activiteiten,
te leveren prestaties en in te zetten middelen van een afdeling voor
het eerstvolgende jaar beschreven.
- 4.
Afdelingsplannen worden vastgesteld door het college.
- 5.
Met de vaststelling van de begroting worden de budgetten en
investeringskredieten toegewezen aan de afdelingshoofden, die ten
aanzien van de desbetreffende budgetten en investeringskredieten
invulling geven aan het budgethouderschap.
Artikel 24 Budgetbevoegdheden en
plichten
1.Het college stelt hierover nadere regels op. De meest actuele regels ten
tijde van het vaststellen van dit document zijn te vinden in de
budgethoudersregeling onder IRS 2009/2324.
Artikel 25 Begrotingsdiscipline en
begrotingswijzigingen
1.Het college stelt hierover nadere regels op. De meest actuele regels ten
tijde van het vaststellen van dit document zijn te vinden in het
treasurystatuut onder IRS 2010/469.
Artikel 26 Verantwoording en décharge
- 1.
Iedere afdeling legt door middel van de voorjaarsnota, de najaarsota
en de jaarstukken verantwoording af over de uitvoering van het
afdelingsplan en de uitputting van de ter beschikking gestelde
budgetten en investeringskredieten. De afdelingshoofden leveren
hiertoe tijdig de benodigde informatie aan aan het afdelingshoofd
bedrijfsvoering.
- 2.
Aanbieding door het college van de jaarstukken van de gemeente over
het gevoerde beheer aan de raad, impliceert de décharge van de
ambtelijke organisatie met betrekking tot het gevoerde beheer en de
administratie. Zulks behoudens later in rechte gebleken
onregelmatigheden.
- 3.
Het gestelde in het tweede lid is niet van toepassing voor die
afdeling of ambtenaar, waaraan het college vóór aanbieding van de
rekening en het verslag aan de raad schriftelijk heeft meegedeeld
niet akkoord te gaan met (onderdelen van) de rekening en het
verslag.
§ 6 Juridische rechtmatigheid
Artikel 27 Juridische rechtmatigheid
- 1.
De secretaris is bevoegd de functie van juridisch controller toe te
wijzen. Indien er geen sprake is van een specifieke toewijzing dan
is de senior jurist tevens de juridisch controller.
- 2.
De juridisch controller draagt onder de verantwoordelijkheid van de
algemeen directeur (secretaris) en onverminderd de
verantwoordelijkheid van de afdelingshoofden de zorg voor:
- a.
het toetsen van voorstellen aan het college en
overeenkomsten van de gemeente met derden op juridische
rechtmatigheid;
- b.
het gevraagd en ongevraagd geven van juridisch advies aan de
algemeen directeur en de afdelingen;
- c.
het opstellen van richtlijnen voor de afdelingen voor het
toetsen van voorstellen aan het college en het toetsen van
de door de gemeente te verrichten rechtshandelingen op
juridische rechtmatigheid;
- d.
het toezicht op een juiste toepassing door de gemeentelijke
ambtenaren van de afdelingen van gemeentelijke-, nationale-
en Europese wet- en regelgeving;
- e.
de behandeling van beroepschriften en de behandeling van en
beslissingen op verzoek- en bezwaarschriften;
- f.
het vertegenwoordigen van de gemeente in gerechtelijke
procedures;
- g.
het onderhouden van contacten met advocaten en
notarissen;
voor zover deze taken niet (mede) door het college aan andere ambtenaren in
de organisatie zijn opgedragen.
- 3.
De juridisch controller deelt een afdelingshoofd zijn bevindingen
mee over de naleving van gemeentelijke, nationale- en Europese wet-
en regelgeving door de afdeling van het desbetreffende
afdelingshoofd.
- 4.
Indien daar aanleiding toe bestaat, doet de juridisch controller aan
de algemeen directeur (secretaris) verslag van zijn
bevindingen.
Artikel 28 Juridische rechtmatigheid bij
afdelingen
Een afdelingshoofd draagt onder de verantwoordelijkheid van de algemeen
directeur (secretaris) de zorg voor:
- a.
de implementatie en een juiste toepassing van gemeentelijke-,
nationale- en Europese wet- en regelgeving door de onder zijn
afdeling vallende ambtenaren, waarbij de door het college
goedgekeurde richtlijnen van de juridisch controller worden
nageleefd;
- b.
de toetsing van voorstellen van zijn afdeling aan het college en de
toetsing van de door zijn afdeling voor de gemeente te verrichten
rechtshandelingen op juridische rechtmatigheid.
§ 7 Vaststelling en ingangsdatum
Artikel 29 Slotbepalingen
- 1.
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 december
2012.
- 2.
Dit besluit kan worden aangehaald als Organisatiebesluit
gemeente Korendijk.
- 3.
De raad zal worden voorgesteld om de organisatieverordening
Korendijk 1995, gelijktijdig per 1 december 2012 in te
trekken.