Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nieuwegein

Verordening op de auditcommissie Nieuwegein 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNieuwegein
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de auditcommissie Nieuwegein 2013
CiteertitelVerordening op de auditcommissie Nieuwegein 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 84

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-201314-10-2020nieuwe regeling

24-04-2013

De Molenkruier, 25-04-2013

2013-084

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de auditcommissie Nieuwegein 2013

De raad van de gemeente Nieuwegein;

gelezen het voorstel van het controle-overleg d.d. 18 maart 2013;

gelet op artikel 84 van de Gemeentewet;

besluit:

  • 1.

    instemmen met het omvormen van het controle-overleg in een auditcommissie en daartoe

    • a.

      de artikelen 1 lid 5 en artikel 3 lid 1 en 2 van de Controleverordening (2003-288) in te trekken, de aanduiding van het derde lid bij artikel 3 te schrappen en aan artikel 3 toe te voegen: "Hierbij wordt het bepaalde in de Verordening op de auditcommissie 2013 in acht genomen"

    • b.

      het reglement Controle-overleg d.d. 17-2-2005 (2005-001/2009-214) in te trekken

    • c.

      De verordening op de auditcommissie Nieuwegein 2013, als bijgevoegd en onderdeel uitmakend van dit besluit, vast te stellen.

  • 2.

    te bepalen dat het bepaalde onder 1. in werking treedt per 1-5-2013

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 24 april 2013

de griffier, de voorzitter,

Bijlagen

  • 1.

    Verordening op auditcommissie 2013

  • 2.

    aangepaste Controle-verordening

  • 3.

    transponeringstabel regelgeving

HOOFDSTUK 1. BEGRIPSBEPALINGEN

VERORDENING OP DE AUDITCOMMISSIE 2013

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: de auditcommissie;

  • b.

    voorzitter: voorzitter van de auditcommissie;

  • c.

    secretaris: de raadsgriffier of een griffiemedewerker, die de auditcommissie ambtelijk ondersteund;

  • d.

    lid: een raadslid, die tot lid van de auditcommissie is benoemd;

  • e.

    vergadering: vergadering van de auditcommissie;

  • f.

    Controle-verordening: Verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Nieuwegein (2003-288);

  • g.

    Rekenkamercommissie: rekenkamercommissie, zoals die door de gemeenteraad is ingesteld.

HOOFDSTUK 2. INSTELLING, TAKEN EN SAMENSTELLING

Artikel 2. Instelling auditcommissie

  • 1.

    De raad stelt een auditcommissie in.

  • 2.

    De auditcommissie adviseert aan en overlegt namens de raad over:

    • a.

      de aanbesteding van de accountantscontrole, als bedoeld in artikel 2 van de Controle-verordening;

    • b.

      de voorwaarden en uitgangspunten voor de accountantscontrole;

    • c.

      de opdracht voor de jaarlijks uit te oefenen accountantscontrole, als bedoeld in artikel 3 van de Controle-verordening;

    • d.

      onderzoeksonderwerpen voor de interim-controle van de accountant;

    • e.

      de bestuurlijke rapportages en jaarverslag/jaarrekening.

  • 3.

    De auditcommissie bevordert dat onderzoeken van de accountant, de rekenkamercommissie, het college en de interne audits op elkaar worden afgestemd.

  • 4.

    De auditcommissie draagt zorg voor het verzamelen van kennis over de relevante bedrijfsvoeringthema's en overdracht daarvan aan de raad.

  • 5.

    De auditcommissie beoordeelt de jaarrekeningen van gemeenschappelijke regelingen op basis van de ingediende verantwoordingen, het controle-rapport en de verklaring van de accountant, alsmede het advies van het college van burgemeester en wethouders ten aanzien van:

    • a.

      de mate van realisatie van hetgeen is afgesproken;

    • b.

      de getrouwheid en rechtmatigheid van de jaarrekening;

    • c.

      inzicht in de financiële positie van de gemeenschappelijke regeling en de effecten daarvan op de financiële positie van de gemeente Nieuwegein.

Artikel 3. Taken

De auditcommissie heeft de volgende taken:

  • a.

    het namens de raad voeren van overleg over en het uitbrengen van advies aan de raad over een onderwerp, als genoemd in artikel 2, tweede en vijfde lid;

  • b.

    het op eigen titel uitbrengen van advies aan en informeren van de raad;

  • c.

    de adviezen van de auditcommissie aan de raad worden zo mogelijk aan de betreffende raadsstukken toegevoegd;

  • d.

    het voeren van overleg met het college, in de persoon van de portefeuillehouder financiën en ambtelijke ondersteuning, de accountant en de rekenkamercommissie.

Artikel 4. Samenstelling en benoeming

1 De auditcommissie bestaat uit ten minste drie en maximaal vijf leden.

2 De leden worden door de raad uit zijn midden benoemd. De raad bevordert met de benoeming van de leden een representatieve vertegenwoordig g vanuit zijn midden.

3 De benoeming geschiedt voor de zittingsperiode, gelijk aan die van de leden van de zittende raad. Dit geldt eveneens voor tussentijds benoemingen.

4 Het lidmaatschap van de auditcommissie vervalt door het verlies van hoedanigheid van raadslid, door ontslagname of door een met redenen omkleed besluit van de raad.

5 In tussentijds in de auditcommissie opengevallen plaatsen, wordt zo spoedig mogelijk voorzien.

6 Leden van de auditcommissie worden bij afwezigheid niet vervangen.

Artikel 5. Voorzitter

  • 1.

    De voorzitter wordt door de commissie uit zijn midden benoemd.

  • 2.

    De voorzitter is belast met:

    • a.

      het leiden van de vergadering;

    • b.

      namens de auditcommissie het woord te voeren;

    • c.

      het doen naleven van deze verordening.

  • 3.

    Bij afwezigheid van de voorzitter treedt één van de andere leden als plaatsvervangend voorzitter op.

  • 4.

    De voorzitter kan inhoudelijk deelnemen aan de besprekingen van de commissie en heeft stemrecht.

Artikel 6. Zittingsduur en vacatures

1 De zittingsperiode van een lid en van het voorzitterschap eindigt in ieder geval met het einde van de zittingsperiode van de raad, alsmede bij het vervallen van het raadslidmaatschap.

2 Een lid kan te allen tijde als lid en/ of voorzitter ontslag nemen, door daarvan schriftelijk mededeling aan de raad resp. commissie te doen. Het ontslag gaat een maand na de schriftelijke mededeling in of zoveel eerder als een opvolger is benoemd.

3 De raad kan een lid -met redenen omkleed- ontslaan.

4 Indien door overlijden of ontslag een vacature ontstaat, beslist de raad zo spoedig mogelijk over de vervulling daarvan met inachtneming van artikel 4.

Artikel 7. Secretaris

1 De secretaris draagt zorgt voor de ambtelijke ondersteuning van de commissie en de voorzitter.

2 De secretaris is bij iedere vergadering van de commissie aanwezig.

3 De secretaris draagt zorg voor het vastleggen van het advies van de commissie aan de raad via een terugkoppelingsformulier.

4 De secretaris draagt zorg voor het opstellen van een verslag na de vergadering.

Artikel 8. Aanvullende bevoegdheden auditcommissie

Naast het uitbrengen van advies en het voeren van overleg, als bedoeld in artikel 3, is de auditcommissie bevoegd:

  • a.

    informatie in te winnen bij en te overleggen met leden van het college, de ambtelijke organisatie, belanghebbenden, rekenkamercommissie en de accountant;

  • b.

    externe deskundigheid in te schakelen die de commissie van advies dient, mits de raad hiervoor vooraf middelen beschikbaar heeft gesteld;

  • c.

    handelingen te verrichten die nodig zijn in verband met de aanbesteding van de accountantsdiensten of de beëindiging daarvan.

HOOFDSTUK 3. VERGADERINGEN

Artikel 9. Vergaderingen

1 De auditcommissie vergadert zo dikwijls de voorzitter dit nodig acht of ten minste twee leden onder opgave van redenen dit aan de voorzitter vragen, maar in ieder geval jaarlijks in april/ mei over de programmarekening/ voorjaarnota/ Kadernota, in augustus/ september ter voorbereiding op de controle van het lopende jaar en december/ januari met het oog op de interim-controle.

2 De rekenkamercommissie en de accountant worden in verband met hun werkzaamheden ten behoeve van de raad voor iedere vergadering van de auditcommissie uitgenodigd.

3 De voorzitter belegt de vergaderingen en draagt samen met de secretaris zorg voor het tijdig verzenden van oproepingen voor de vergaderingen.

4 Hierbij wordt - spoedeisende gevallen uitgezonderd - uitgegaan van tenminste veertien dagen voor de betreffende vergadering.

5 De oproepingen vermelden datum, tijd, plaats en te behandelen onderwerpen. De voor de behandeling van die onderwerpen relevante stukken worden tegelijkertijd aan de leden toegezonden.

Artikel 10. Openbaarheid, beslotenheid en geheimhouding

1 De vergaderingen van de auditcommissie zijn openbaar.

2 Uitsluitend voor zover de economische of financiële belangen van de gemeente in het geding zijn (art. 10 WOB), is de vergadering besloten.

3 De auditcommissie beslist over de openbaarmaking van het in een besloten (gedeelte van een) vergadering besprokene en van stukken die door de auditcommissie worden behandeld.

4 Artikel 25 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

5 De geheimhouding wordt door hen die bij de behandeling aanwezig waren en allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen in acht genomen, totdat de auditcommissie haar opheft

Artikel 11. Besluitvorming

1 Besluiten van de auditcommissie worden genomen bij meerderheid van het aantal uitgebrachte stemmen; alleen de leden van de auditcommissie hebben stemrecht.

2 De auditcommissie kan slechts beraadslagen en besluiten, wanneer meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.

3 Indien over een voorstel door geen van de leden stemming wordt verlangd, is het aangenomen.

4 Bij het staken van de stemmen, beslist de stem van de voorzitter. Richting de raad wordt in alle gevallen melding gemaakt van een minderheidsstandpunt.

Artikel 12. Verslaglegging

  • 1.

    De secretaris draagt in samenspraak met de voorzitter zorg voor een concept-verslag, dat uiterlijk een week na de verga g aan de leden en overige deelnemers wordt toegezonden.

  • 2.

    Het concept-verslag bevat:

    • a.

      de namen van de voorzitter, de secretaris, de ter vergadering aanwezige leden, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben ;

    • b.

      welke leden afwezig waren;

    • c.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • d.

      de conclusies met betrekking tot de zaken onder c, inclusief eventuele minderheidsstandpunten en adviezen aan de raad;

    • e.

      bestuurlijk gedane toezeggingen.

  • 3.

    De leden en overige deelnemers reageren hierop binnen een week na toezending, waarbij de gemaakte opmerkingen door de secretaris worden verwerkt; indien geen reactie wordt ontvangen, wordt ervan uitgegaan dat er geen op- of aanmerkingen zijn.

  • 4.

    Het concept-verslag wordt in de eerstvolgende vergadering door de commissie vastgesteld en na vaststelling door de voorzitter en secretaris ondertekend.

  • 5.

    Zowel het aangepaste concept-verslag, als bedoeld in het derde lid, als ook het vastgestelde verslag worden via het raadsinformatiesysteem gepubliceerd.

HOOFDSTUK 4. TOEHOORDERS EN PERS

Artikel 13. Toehoorders en pers

1 De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.

2 Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.

3 De voorzitter is bevoegd toehoorders die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren te waarschuwen en bij herhaling daarvan, deze sommeren te vertrekken.

Artikel 14. Geluid- en beeldregistraties

Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.

HOOFDSTUK 5. SLOTBEPALINGEN

Artikel 15. Uitleg verordening

In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist de commissie op voorstel van de voorzitter.

Artikel 16. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op 1 mei 2013.

 

Bijlage 2 2013-084 Verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente Nieuwegein.1

Artikel 1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    accountant: een door de raad benoemde organisatie waarin voor de accountantscontrole bevoegde accountants samenwerken, belast met de controle van de in artikel 197 Gemeentewet bedoelde jaarrekening

  • 2.

    accountantscontrole: de controle van de in artikel 197 Gemeentewet bedoelde jaarrekening uitgevoerd door de door de raad benoemde accountant van:

• het getrouwe beeld van de in de jaarrekening gepresenteerde baten en lasten en de grootte en samenstelling van het vermogen;

• het rechtmatig tot stand komen van de baten en lasten en balansmutaties;

•het in overeenstemming zijn van de door het college opgestelde jaarrekening met de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels zoals bedoeld in artikel 186 van de Gemeentewet

• de inrichting van het financieel beheer en de financiële organisatie gericht op de vraag of deze een getrouwe en rechtmatige verantwoording mogelijk maken; waarbij de nadere regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden gesteld op grond van het zesde lid van artikel 213 Gemeentewet, in acht worden genomen.

3 rechtmatigheid in het kader van de accountantscontrole: het overeenstemmen van het tot stand komen van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan met de relevante wet- en regelgeving, zoals bedoeld in het Besluit accountantscontrole gemeenten.

4 deelverantwoording: een in opdracht van de raad ten behoeve van de verslaglegging opgestelde verantwoording van een afzonderlijke organisatie-eenheid binnen de gemeentelijke organisatie, welke verantwoording onderdeel uit maakt van de jaarrekening.

Artikel 2 Opdrachtverlening accountantscontrole

1 De accountantscontrole wordt opgedragen aan een door de raad te benoemen accountant.

2 Dit college bereid in overleg met de raad de aanbesteding van de accountantscontrole voor.

3 In geval van Europese aanbesteding van de accountantscontrole stelt de raad voor de selectie van de accountant selectiecriteria en per selectiecriterium de bijbehorende weging vast.

Artikel 3 Formulering controleopdracht

Het college legt jaarlijks de controleopdracht ter besluitvorming aan de raad voor, voordat het te controleren rekeningsjaar is aangevangen. Hierbij wordt het bepaalde in de Verordening op de auditcommissie 2013 in acht genomen.

Artikel 4 Inrichting accountantscontrole

1. De voorwaarden en uitgangspunten voor de accountantscontrole worden in een raadsbesluit vastgelegd. In het raadsbesluit wordt een programma van eisen opgenomen omtrent de uit te voeren controles.

2. De accountant bepaalt binnen het kader van de in het raadsbesluit vastgelegde uitgangspunten op welke wijze de accountantscontrole wordt ingericht alsmede met welke frequentie de controles worden uitgevoerd.

3. Het programma van eisen omvat minimaal;:

  • a.

    de toe te passen goedkeuringstoleranties (en afwijkende rapporteringstoleranties) bij de controle van de jaarrekening;

  • b.

    de apart te controleren deelverantwoordingen en de daarbij toe te passen omvangsbases en goedkeuringstoleranties (en afwijkende rapporteringstoleranties);

  • c.

    de inrichtingseisen voor het verslag van bevindingen;

  • d.

    de eventueel aanvullend uit te voeren tussentijdse controles;

  • e.

    de frequentie en inrichtingseisen van de aanvullende tussentijdse rapportering; en voor ieder afzonderlijk te controleren begrotingsjaar:

  • f.

    de posten van de jaarrekening en deelverantwoordingen met bijbehorende afwijkende rapporteringstoleranties, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht dient te besteden;

  • g.

    de gemeentelijke functies en of organisatieonderdelen met bijbehorende afwijkende rapporteringstoleranties, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht dient te besteden.

Artikel 5 Informatieverstrekking door college

1. Het college is verantwoordelijk voor de samenstelling van de jaarrekening conform de geldende interne en externe wet- en regelgeving en overlegt de jaarrekening aan de accountant voor controle.

2. Het college draagt er zorg voor, dat alle aan de jaarrekening ten grondslag liggende verordeningen, nota's, collegebesluiten, deelverantwoordingen, administraties, plannen, overeenkomsten, berekeningen e.d. voor de accountant ter inzage liggen en goed toegankelijk zijn,

3. Bij de jaarrekening bevestigt het college schriftelijk aan de accountant, dat alle aan het college bekende informatie van belang voor de oordeelsvorming van de accountant is verstrekt.

4. Het college overlegt aan de raad de gecontroleerde jaarrekening samen met de accountantsverklaring en het verslag va bevindingen vóór uiterlijk 15 juli volgend op het rekeningsjaar.

5. Alle informatie die na afgifte van de accountantsverklaring en voor behandeling van de jaarrekening in de raad beschikbaar komt en die van invloed is op het beeld dat de jaarrekening geeft , wordt terstond door het college aan de raad en de accountant gemeld.

Artikel 6 Toegang tot informatie

1. De accountant is bevoegd tot het opnemen van alle kassen, waardepapieren en voorraden en het inzien van alle boeken, notulen, brieven, computerbestanden en overige bescheiden, waarvan hij inzage voor de accountantscontrole nodig oordeelt. Het college draagt er zorg voor, dat de accountant voor de uitvoering van zijn controlewerkzaamheden een onbelemmerde toegang heeft tot alle kantoren, magazijnen, werkplaatsen, terreinen en informatiedragers van de gemeente.

2. De accountant is bevoegd om van alle ambtenaren mondelinge en schriftelijke inlichtingen en verklaringen te verlangen, die hij voor de uitvoering van zijn opdracht denkt nodig te hebben. Het college draagt er zorg voor, dat de desbetreffende ambtenaren hieraan hun medewerking verlenen.

3. Het college draagt er zorg voor, dat de ambtenaren van de gemeente zijn gehouden de accountant alle informatie te verstrekken, opdat de accountant zich een juist en volledig oordeel kan vormen over de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten, balansmutaties en het gevoerde beheer en over de getrouwheid van de daarover verstrekte informatie.

Artikel 7. Overige controles en opdrachten

1. Het college kan de door de raad benoemde accountant opdracht geven tot het uitvoeren van specifieke werkzaamheden met betrekking tot de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid voor zover de onafhankelijkheid van de accountant daarmee niet in het geding komt.

2. Het college draagt zorg voor de uitvoering van het beleid betreffende de specifieke uitkeringen volgens de eisen van rechtmatigheid van de ministeries. Het college is voor de controle van de rechtmatige besteding van specifieke uitkeringen bevoegd de opdracht te verlenen aan een andere dan de door de raad benoemde accountant, indien dit in het belang van de gemeente is.

3. Het college draagt zorg voor de informatieverstrekking aan derden (Belastingdienst, ABP, Sociale verzekeringsbank, CBS, e.d.) en neemt hierbij de gestelde controle-eisen in acht. Indien een deel van deze verantwoording dient te worden uitgevoerd door een accountant, is het college bevoegd hiervoor de opdracht verlenen aan een andere dan de door de raad benoemde accountant, indien dit in het belang van de gemeente is.

Artikel 8 Rapportering

1. Indien de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring, meldt hij deze terstond schriftelijk aan de raad en zendt een afschrift hiervan aan het college.

2. De accountantsverklaring en het verslag van bevindingen worden voor verzending aan de raad door de accountant aan het college voorgelegd met de mogelijkheid voor het college om op deze stukken te reageren.

3. De accountant bespreekt voorafgaand aan de raadsbehandeling van de jaarstukken het verslag van bevindingen met een voor dit doel door de raad ingestelde vertegenwoordiging van de raad.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Controleverordening gemeente Nieuwegein".

Artikel 10. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 15 november 2003, met dien verstande dat zij van toepassing is op de accountantscontrole van de jaarrekening (en deelverantwoordingen) vanaf het verslagjaar 2004.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 9 oktober 2003.

de griffier de voorzitter

 

 

Bijlage 3 2013-084

 

Transponeringstabel controle-overleg/auditcommissie

Onderwerp

Regeling nu

Regeling wordt

Samenstelling

Art. 1 lid 5 Controleverordening en Reglement

Art. 4 Verordening auditcommissie

Secretariaat/ambtelijke ondersteuning

Reglement controle-overleg

Art. 7 Verordening auditcommissie

Voorbereiding agenda en verslaglegging

Reglement controle-overleg

Art. 9 en 12 Verordening auditcommissie

Voorbereiding accountantscontrole

Art. 3 lid 1 Controle-verordening /Reglement

Art. 2 lid 2 Verordening auditcommissie

Afstemming onderzoeken accountant, rekenkamercommissie en college

Art. 3 lid 1 Controle-verordening /Reglement

Art. 2 lid 3 Verordening auditcommissie

Advisering aan college omtrent in controle op te nemen voorwaarden

Art. 3 lid 2 Controle-verordening /Reglement

Art. 2 lid 2 Verordening auditcommissie

Bevoegdheden

Reglement

Art. 3 en 8 Verordening auditcommissie

Communicatie

Reglement

Art. 12 t/m 14 Verordening auditcommissie