| Organisatie | Dordrecht |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Nadere regels subsidie Maatschappelijke Zorg Dordrecht 2012 |
| Citeertitel | Nadere regels subsidie Maatschappelijke Zorg Dordrecht 2012 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
| Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 20-12-2012 | 14-08-2013 | Nieuwe regeling | 13-03-2012 Gemeentenieuws, 19-12-2012 | Onbekend |
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
aanvrager: een professionele aanbieder van maatschappelijke zorg waarvan het aanbod is gericht op de doelgroep die woonachtig is in de regio Zuid-Holland Zuid en 18 jaar of ouder is; De opvangvoorzieningen worden aangeboden aan mensen die binnen de afgelopen 3 jaar, minimaal 2 jaar, in de regio Zuid-Holland Zuid als inwoner stonden ingeschreven."
HOOFDSTUK 3. AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE
Een aanvraag bevat naast de in artikel 6 Algemene subsidieverordening Dordrecht 2010 genoemde gegevens met uitzondering van artikel 6 lid 2 sub d, in ieder geval een gemotiveerde onderbouwing van de mate waarin het plan bijdraagt aan de in artikel 5 genoemde criteria en een beschrijving met welke ketenpartners afstemming plaatsvindt of samenwerking wordt bevorderd.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 13 maart 2012.
Het college van Burgemeester en Wethouders
de wnd. secretaris de burgemeester
K.J. van Hengel A.A.M. Brok
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Centrumgemeente Dordrecht financiert vanuit haar Rijksbijdrage voorzieningen voor de maatschappelijke zorg. Het gaat daarbij om niet-geïndiceerde zorg. Doel is om de cliënten naar de geïndiceerde zorg toe te leiden (AWBZ of ZvW) en/of de zelfredzaamheid te vergroten. Het minimumniveau aan voorzieningen wordt bepaald door het college van burgemeester en wethouders.
Onder maatschappelijke zorg van dak-, thuislozen- en vrouwenopvang, verslavingszorg, Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) wordt ook verstaan: opvang als gevolg van huiselijk geweld. Met betrekking tot de verslavingszorg wordt de preventieve verslavingszorg bedoeld.
Het doel van deze nadere regels is, om activiteiten te ondersteunen waarbij de gemeente invulling geeft aan haar wettelijke taken op het gebied van de maatschappelijke zorg. Deze staan beschreven in de drie prestatievelden 7, 8 en 9 van de Wmo, respectievelijk: Maatschappelijke opvang, inclusief vrouwenopvang, Openbare Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg. De gemeente is de centrumgemeente voor de maatschappelijke zorg binnen de regio Zuid-Holland Zuid. Deze regio bestaat uit de Drechtsteden en de gemeenten in de regio Alblasserwaard/ Vijfheerenlanden.
Binnen de maatschappelijke zorg hebben zowel de centrumgemeenten als regiogemeenten verantwoordelijkheden. De centrumgemeente Dordrecht is verantwoordelijk voor de toeleiding naar de zorg, bieden van opvang en de regie op de zorgketen voor de doelgroep van de regio. De regiogemeenten hebben verantwoordelijkheden op de prestatievelden 1 tot en met 6 van de Wmo, waaronder op het gebied van preventie/vroegsignalering, maatschappelijk werk en nazorg. Ingezet wordt om de samenhang van de regiogemeenten en de centrumgemeenten te bevorderen. In de operationele agenda Maatschappelijke zorg is door middel van themakaarten aangegeven op welke punten centraal acties worden ondernomen, met als doel de samenhang te bevorderen. In de strategische visie zullen de verbindingen nader worden toegelicht.
Het college heeft een onderscheid gemaakt in de verschillende activiteiten die ze wil ondersteunen. Naast het voorzien in subsidie voor activiteiten die voorzien in maatschappelijke zorg (basisvoorzieningen), wil ze ruimte houden om activiteiten te ondersteunen die invulling geven aan de speerpunten en themakaarten zoals beschreven in de operationele agenda en de samenwerking bevorderen tussen en met de ketenpartners.
Jaarlijks stelt het college subsidieplafonds vast. Dit is een maximumbedrag dat de gemeente beschikbaar stelt in een kalenderjaar. Eerder vastgestelde subsidieplafonds kan het college verhogen of verlagen.
HOOFDSTUK 3. AANVRAAG VAN DE SUBSIDIE
Artikel 4. Verdeelsleutel; overschrijding subsidieplafond; beoordelingscriteria
Indien het subsidieplafond onvoldoende is om alle aanvragen te kunnen honoreren, dan worden de aanvragen gerangschikt. Aanvragen dienen dan wel te voldoen aan een aantal verplichtingen (zie artikel 8) en er moet zich niet één van de weigeringsgronden als bedoeld in artikel 9 voordoen.
Indien een aanvraag meerdere producten, dan wel activiteiten, bestrijkt, wordt de aanvraag per product/activiteit beoordeeld, hetgeen kan leiden tot een partiële honorering, dan wel afwijzing, van de aanvraag.
Artikel 5. Beoordeling aanvragen
Alle aanvragen worden beoordeeld naar aanleiding van de in het eerste lid genoemde punten. Door middel van deze beoordeling wordt gestreefd naar een stabiel mogelijk aanbod van alle producten en activiteiten.
Toelichting Artikel 5, lid 1.c.
"het aanbod door de subsidieaanvrager is afgestemd met de betreffende ketenpartners":
Subsidieaanvragers dienen te bepalen in hoeverre het aanbod voorziet in een behoefte binnen het totaalaanbod van de keten, en daar waar nodig te overleggen met andere ketenpartners. Waar de subsidieaanvrager een product/activiteit levert dat vergelijkbaar is met het aanbod van andere ketenpartners, vindt de gemeente het van belang dat de betreffende ketenpartners met elkaar hebben onderzocht wat de mogelijkheden en voordelen van een gezamenlijk aanbod zijn. De gemeente streeft naar een keten waarin de belangen van samenwerking gericht op een sluitend aanbod prevaleren boven die van onderlinge concurrentie. Dit om een efficiënte en doelmatige inzet van de beschikbare subsidiegelden te bevorderen.
Het tweede lid is een aanvulling bij de beoordeling van aanvragen die omschrijving artikel 2 sub b.
Artikel 6. Hoogte van de subsidie
Het college stelt jaarlijks twee subsidieplafonds vast, een voor aanvragen die gericht zijn op het voorzien in maatschappelijke zorg (basisvoorzieningen) en een plafond voor aanvragen gericht op het activiteiten die invulling geven aan de themakaarten zoals beschreven in de operationele agenda.
Artikel 7. Aanvraag van de subsidie
De subsidieaanvraag bevat, zowel voor de subsidieaanvraag basisvoorzieningen als voor aanvragen op het gebied van samenwerking en innovatie zoals beschreven in de themakaarten uit de operationele agenda minimaal de onderdelen genoemd in artikel 6 Algemene Subsidieverordening Dordrecht. Tevens bevat het een motivering van de in artikel 5 genoemde criteria.
HOOFDSTUK 5. WEIGERING VAN DE SUBSIDIE
Artikel 8 Subsidieverplichtingen, sub b
Van iedere organisatie die subsidie ontvangt voor de Maatschappelijke Zorg wordt verwacht dat zij middels een kostprijssystematiek inzichtelijk maakt hoe de kosten van de gevraagde subsidieactiviteiten en –producten worden opgebouwd. Deze systematiek wordt geleidelijk geïmplementeerd. De gemeente zal ieder jaar met één of meerdere instellingen de kostprijssystematiek doorlopen en afspraken maken over de gehanteerde kostprijzen per product.
Een subsidie kan in ieder geval geweigerd worden, naast de bepalingen zoals genoemd in artikel 10 van de Algemene Subsidieverordening Dordrecht 2010.